Verbod op gebruik PASSIESPORT wegens merkinbreuk op PASSA SPORTS
Rb. Den Haag 28 november 2025, IEF 23147; ECLI:NL:RBDHA:2025:22649 (Passa Sports tegen Passiesport). De voorzieningenrechter heeft in een kort geding tussen PASSA SPORTS B.V. en PASSIESPORT B.V. geoordeeld dat PASSIESPORT inbreuk maakt op de Uniemerken en Beneluxmerken PASSA SPORTS. Passa Sports exploiteert sinds 2019 detailhandel in sportartikelen (onder meer padel, tennis en hockey) en is houdster van het woordmerk PASSA SPORTS voor o.a. sportartikelen, kleding en detailhandelsdiensten. Passiesport, opgericht in 2025, wil in Breukelen een sportcentrum openen voor padel, pickleball en voetpadel en gebruikt daarvoor de naam en het logo PASSIESPORT, alsmede de domeinnamen passiesport.com en passiesport.nl. De rechter stelt voorop dat moet worden getoetst aan artikel 9 UMVo en artikel 2.20 BVIE: er is sprake van inbreuk indien merk en teken overeenstemmen voor (soort)gelijke waren of diensten en daardoor verwarringsgevaar bij het relevante publiek kan ontstaan. De voorzieningenrechter acht het merk en het teken visueel en auditief in aanzienlijke mate overeenstemmend: beide bestaan uit twee dominante delen (PASSA/PASSIE en SPORTS/SPORT) met negen van de elf letters gelijk. Het element SPORTS is beschrijvend, waardoor PASSA als fantasiewoord het onderscheidende en dominerende deel vormt; het verschil tussen PASSA en PASSIE is beperkt, net als tussen SPORTS en SPORT. Begripsmatige neutralisatie wordt verworpen, omdat “passiesport” geen duidelijke, vaste en onmiddellijk begrijpelijke betekenis heeft voor het relevante publiek. De diensten en waren worden als (ten minste) soortgelijk aangemerkt, omdat beide ondernemingen zich richten op recreatieve sporters en Passiesport in haar centrum ook sportartikelen (bijvoorbeeld ballen en gripjes) wil verkopen of verhuren, waarmee de detailhandel van Passa Sports en de activiteiten van Passiesport elkaar (gedeeltelijk) overlappen. Het relevante publiek, recreatieve sporters, wordt gezien als gemiddeld oplettend en het merk PASSA SPORTS heeft een gemiddeld onderscheidend vermogen. In samenhang leidt dit alles tot een reëel gevaar van directe en indirecte verwarring, mede omdat Passa Sports al samenwerkt met diverse sportcentra, zodat het publiek ten onrechte kan denken dat Passiesport aan Passa Sports is gelieerd.
Artikel geschreven door Roland Wigman, Liaise Advocaten.
Goed nieuws voor filmproducenten: een nieuw Europees coproductieverdrag voor TV-series
Roland Wigman, 3 december 2025.
De Raad van Europa heeft op 26 november jl. de tekst goedgekeurd van een nieuw Europees coproductieverdrag voor tv-series. Het verdrag zal begin 2026 ter ondertekening en ratificering worden aangeboden aan de lidstaten van de Raad van Europa en de staten die zijn aangesloten bij de Europese Culturele Conventie van Parijs van 1954. Het zal in werking treden zodra drie staten het hebben geratificeerd. Naar verwachting zal dat einde 2026, dan wel begin 2027 zijn.
Het verdrag voor TV-series volgt in grote lijnen het reeds bestaande verdrag voor speelfilms. Het verdrag is een poging om het ‘coproductierecht’, zo gewoon in de wereld van de speelfilmproductie, te vertalen naar tv-series.
Dakprofiel van EBS heeft wel modelrechtelijke bescherming
Hof Arnhem-Leeuwarden 18 november 2025, IEF 23143; ECLI:NL:GHARL:2025:7442 (EBS tegen Belplast c.s.). Zowel EBS als Belplast c.s. bieden (combi)dakvoetprofielen aan. EBS heeft op 14 april 2021 een dakvoetprofiel gedeponeerd als model met de omschrijving “profiel voor dakranden”. De bovenkant van het dakvoetprofiel bestaat uit kammetjes, de onderkant is het dakvoetprofiel. Daartussen zitten kleine openingen. EBS stelt dat Belplast c.s. met de verhandeling van het Belplast-dakvoetprofiel inbreuk maken op haar intellectuele eigendomsrechten. EBS heeft bij de voorzieningenrechter gevorderd om Belplast c.s. te veroordelen om iedere inbreuk op de modelrechten en het auteursrecht van EBS met betrekking tot het combi-dakvoetprofiel te staken en gestaakt te houden. De voorzieningenrechter heeft deze vorderingen afgewezen. De voorzieningenrechter heeft beslist dat het dakvoetprofiel van EBS modelrechtelijk gezien niet nieuw is en EBS daarom geen beroep op het modelrecht toekomt [IEF 22402]. Met dit hoger beroep wil EBS dat de vorderingen alsnog worden toegewezen.
Rechtbank Den Haag exclusief bevoegd voor octrooirechtelijke geschillen volgens artikel 80 lid 2 ROW
Rb. Overijssel 26 november 2025, IEF 23141; LS&R 2333; ECLI:NL:RBOVE:2025:6848 (IPS en NB tegen VaxxCoat en SMP). In artikel 80 lid 2 Rijksoctrooiwet (ROW) is aan de rechtbank Den Haag exclusieve bevoegdheid toegekend voor de behandeling van vorderingen die betrekking hebben op het verbieden van octrooi-inbreuk, schadevergoeding en winstafdracht. Deze bevoegdheid strekt zich ook uit over vorderingen tot handhaving van een Europees octrooi. Uitgangspunt is dat de rechtbank in dit geval ambtshalve moet beoordelen of zij relatief bevoegd is van het geschil kennis te nemen.
Tour d'horizon langs reclame en minderjarigen tijdens het Nationaal Reclamerechtcongres 2025
Op donderdag 11 december 2025 vindt het Nationaal Reclamerechtcongres plaats in Hotel Jakarta, Amsterdam. Tijdens deze jaarlijkse bijeenkomst worden de belangrijkste ontwikkelingen in het reclamerecht besproken.
Reclame gericht op kinderen vormt een complex en dynamisch juridisch speelveld. Sarith Jonker biedt tijdens haar presentatie op het congres een tour d’horizon langs de belangrijkste thema’s, jurisprudentie en reclamecodes op het gebied van kinderreclame. Daarbij wordt ingezoomd op actuele thema's als kidfluencing en de wijze waarop rechtspraak en zelfregulering de grenzen van kinderreclame vormgeven.
Het programma van het Nationaal Reclamerechtcongres biedt een combinatie van actualiteiten, praktijkinzichten en ruimte voor discussie. Hét event voor juristen, advocaten, beleidsmakers en toezichthouders die zich bezighouden met reclame. U kunt zich deze week nog aanmelden.
Gerecht EU: geen sprake van verwarringsgevaar tussen "mute-labs" en "MuteDesign"
Gerecht EU 3 december 2025, IEF 23145; IEFbe 4057; ECLI:EU:T:2025:1088 (Mute tegen EUIPO, mute-labs). Mute vordert krachtens artikel 263 VWEU de vernietiging van een beslissing van de Eerste Kamer van Beroep van het EUIPO waarin de oppositie van Mute tegen de inschrijving van een beeldmerk door mute-labs werd afgewezen. De oppositie was gebaseerd op een eerder ingeschreven EU-beeldmerk van de eiser voor soortgelijke waren in klassen 19 en 20 (onder meer meubels, geluidsabsorberende materialen). De oppositiegrond was gebaseerd op artikel 8 lid 1 sub b Verordening 2017/1001, vanwege verwarringsgevaar bij het relevante publiek.
Arrest van HvJEU in zaak Mio en Konektra
Hof van Justitie EU 4 december 2025, IEF 23142; IEFbe 4055; ECLI:EU:C:2025:941 (Mio AB e.a. tegen Galleri Mikael & Thomas Asplund AB / konektra GmbH & LN tegen USM U. Schärer Söhne AG). Zaken gaan over de auteursrechtelijke bescherming van toegepaste kunst, in deze gevallen ging het om meubels. In het auteursrecht van de Unie is voor werken van toegepaste kunst het beginsel van bescherming zonder bijzondere vereisten verankerd. In deze gevoegde zaken wordt het Hof verzocht zijn rechtspraak te verfijnen. Zaak C-580/23 ging over een tafel, zaak C-795/23 over een modulair meubelsysteem. De zaken zijn gevoegd en er zijn vier vragen aan het Hof gesteld. Deze vragen hebben betrekking op het begrip "werk" in de zin van het auteursrecht van de Unie. Szpunar behandelde verschillende aspecten in zijn conclusie [IEF 22909]. Nu komt het Hof met haar arrest.
Early bird registration: Copyright and Free Expression in the Age of Algorithms (ALAI 2026)
About ALAI
The Association Littéraire et Artistique Internationale (ALAI) was founded in 1878 in Paris by Victor Hugo, who served as its honorary president. From the start, the Association set itself a clear mission: creating an international convention to protect the rights of writers and artists. That goal was achieved eight years later with the adoption of the Berne Convention. Since then, ALAI has continued to play a leading role in shaping international copyright law.
About ALAI Congress 2026 The Hague
Hosted by the Vereniging voor Auteursrecht (VvA), the Netherlands national group of ALAI, the 2026 Congress brings the global copyright community to The Hague for three days of debate, research and exchange.
The theme of the 2026 edition is Copyright and Free Expression in the Age of Algorithms. Copyright has always supported cultural expression by protecting creators while also safeguarding freedom of speech. But today, algorithms, AI systems and digital platforms shape how creative works are produced, shared and discovered, and this puts the traditional balance under pressure.
At the centre of this year’s congress is the question how to preserve room for free expression while ensuring that the economic and moral rights of creators remain respected. The programme explores this balance from many angles.
Toezicht en massaclaims op de agenda van het Nationaal Reclamerechtcongres 2025
Op donderdag 11 december 2025 vindt het Nationaal Reclamerechtcongres plaats in Hotel Jakarta, Amsterdam. Tijdens deze jaarlijkse bijeenkomst worden de belangrijkste ontwikkelingen in het reclamerecht besproken.
Stijn de Jong en Wouter den Hollander gaan tijdens het middag deel in op handhaving en class actions. Ze bespreken onder andere:
- De actieve rol van de ACM: ACM als actieve handhaver en internationale samenwerking tussen toezichthouders;
- Massaclaims: de achtergrond van de Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie (WAMCA) en de balans na vijf jaar van deze wet;
- De KLM-zaak: hoe effent WAMCA de weg voor collectieve acties bij misleidende reclame;
- Synthese en blik in de toekomst.
Het programma van het Nationaal Reclamerechtcongres biedt een combinatie van actualiteiten, praktijkinzichten en ruimte voor discussie. Hét event voor juristen, advocaten, beleidsmakers en toezichthouders die zich bezighouden met reclame. U kunt zich deze week nog aanmelden.
Hof: de octrooien vertegenwoordigen geen waarde
Hof Den Haag 5 november 2025, IEF 23140; ECLI:NL:GHDHA:2025:2412 ([de vrouw] tegen [de man]). Partijen zijn in 1998 getrouwd onder huwelijkse voorwaarden. In 2023 is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. De rechtbank Rotterdam heeft zich al eerder uitgesproken over de verdeling van de gemeenschap. [de vrouw] is het daar op een aantal punten niet mee eens en gaat in hoger beroep. Zo voert zij aan dat de rechtbank de octrooien van [de man] ten onrechte op nihil heeft gewaardeerd. Volgens haar vertegenwoordigen de octrooien wel degelijk waarde. De man is jarenlang onbereikbaar geweest voor de vrouw en de kinderen omdat hij aan de octrooien ten grondslag liggen technische uitvinding werkte. De vrouw stelt dat de man dit nooit zou hebben gedaan als de octrooien, dan wel de uitvinding, geen waarde zouden vertegenwoordigen. [de man] betwist dat de technische uitvinding waarop de octrooien rusten voor commerciële doeleinden wordt gebruikt, en de vrouw heeft niet aannemelijk gemaakt dat dat wel het geval is.