IEF 22367
13 november 2024
Artikel

UPC overzicht: 5 t/m 11 november

 
IEF 22369
12 november 2024
Uitspraak

IE-klassieker: Meyn/Stork

 
IEF 22368
12 november 2024
Uitspraak

Databankenrecht: ook in hoger beroep geen inbreuk op de hitlijsten van Stichting Nederlandse Top 40

 
IEF 19009

Uitspraak ingezonden door Jurian van Groenendaal, Van Kaam.

Perspublicaties over wantrouwige mediator zijn rechtmatig

Hof Amsterdam 28 jan 2020, IEF 19009; ECLI:NL:GHAMS:2020:227 (Mediator tegen Hoogendam Media), https://ie-forum.nl/artikelen/perspublicaties-over-wantrouwige-mediator-zijn-rechtmatig

Gerechtshof Amsterdam 28 januari 2020, IEF 19009; ECLI:NL:GHAMS:2020:227 (Mediator tegen Hoogendam Media) Hoogendam Media, althans haar dochtermaatschappij Carribean Media Group, is uitgever van onder meer Parbode, een Surinaams opiniemaandblad. In Parbode zijn twee artikelen over appellant gepubliceerd, waarin hij wordt beschuldigd van wanpraktijken in zijn functie als mediator. Appellant is van mening dat Hoogendam Media onrechtmatig handelt jegens hem met het tweede artikel en vordert verwijdering van het artikel en schadevergoeding.  

IEF 19008

Conclusie AG inzake auteursrecht op vervallen octrooi

6 feb 2020, IEF 19008; ECLI:EU:C:2020:79 (SI en Brompton Bicycle Ltd tegen Chedech / Get2Get), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-ag-inzake-auteursrecht-op-vervallen-octrooi

Conclusie AG 6 februari 2020, IEF 19008, IEFbe 3037; ECLI:EU:C:2020:79 (SI en Brompton Bicycle Ltd tegen Chedech / Get2Get) Geschil tussen de bedenker van een vouwsysteem voor fietsen (en het bedrijf dat die fietsen produceert) en een Koreaanse onderneming die soortgelijke fietsen produceert die door eerstgenoemde wordt beschuldigd van schending van zijn auteursrecht. De rechtsvraag luidt of een fiets waarvan het vouwsysteem vroeger onder een – thans vervallen – octrooi viel, als auteursrechtelijk beschermbaar werk kan worden beschouwd. Met name belangrijk is of een dergelijke bescherming is uitgesloten wanneer de vorm van het voorwerp “noodzakelijk is om technisch resultaat te bereiken” en op basis van welke criteria hij die beoordeling moet maken.

IEF 19007

HvJ EU geeft verdere uitleg aan reproductierecht en recht van mededeling

HvJ EU 14 nov 2019, IEF 19007; ECLI:EU:C:2019:970 (Spedidam e.a. tegen INA), https://ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-geeft-verdere-uitleg-aan-reproductierecht-en-recht-van-mededeling

HvJ EU 14 november 2019, IEF 19007, IEFbe 3036; ECLI:EU:C:2019:970 (Spedidam e.a. tegen INA) Spedidam, een vereniging voor de inning en distributie van de rechten van uitvoerend kunstenaars van muziek en dans, staat in deze zaak samen met PF en GF tegenover INA, het nationaal audiovisueel instituut. PF en GF zijn rechtsopvolgers van ZV, een overleden muzikant, en hebben geconstateerd dat INA zonder hun toestemming op zijn webwinkel video-opnamen en fonogrammen met een aantal uitgevoerde werken van ZV te koop aanbood en vorderde daarom in voorgaande procedures schadevergoeding van INA. Spedidam intervenieert vrijwillig aan de kant van PF en GF.

IEF 19006

Uitspraak ingezonden door Robbert Sjoerdsma en Katrien van de Wijdeven, Holla Advocaten.

Inzagevordering van Schmitz toegewezen

Rechtbank Limburg 5 feb 2020, IEF 19006; (Schmitz tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/inzagevordering-van-schmitz-toegewezen

Rechtbank Limburg 5 februari 2020, IEF 19006, IEF 3029; C/03/261042/ HA ZA 19-120 (Schmitz tegen X) Vonnis in incident. Eiser zijn de aan Schmitz verbonden ondernemingen in het vervaardigen van scholabsorberende en drainerende producten, onder de merknaam 'Proplay'. X was uit hoofde van een overeenkomst aangesteld als algemeen directeur bij een van de ondernemingen van Schmitz c.s. Na beëindiging van de overeenkomst stelt Schmitz c.s. dat er sprake is van een schending van postcontractuele verplichtingen. Schmitz heeft bij verzoekschrift van 10 januari 2019 de voorzieningenrechter verzocht om verlof te verlenen tot het leggen van conservatoir bewijsbeslag op een aantal bescheiden, waaronder alle documenten in geschreven en elektronische vorm. Schmitz heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van een auteursrechtinbreuk. In dit stadium van het geding - is wel voldoende aannemelijk gemaakt dat er sprake is van bedrijfsgeheimen en dat deze zijn geschonden. De inzagevordering wordt toegewezen.

IEF 19005

Ompakken tandenragers van TePe was niet noodzakelijk

Rechtbank Midden-Nederland 24 jan 2020, IEF 19005; ECLI:NL:RBMNE:2020:216 (TePe tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/ompakken-tandenragers-van-tepe-was-niet-noodzakelijk

Rechtbank Midden-Nederland 24 januari 2020, IEF 19005; ECLI:NL:RBMNE:2020:216 (TePe tegen X) Kort geding. TePe is een onderneming die functionele mondhygiëneoplossingen ontwikkelt, produceert en verkoopt, waaronder ragers waarmee de ruimte tussen de tanden schoongemaakt wordt. Zij is houdster van twee Uniemerken: het woordmerk TePe en een beeldmerk. Gedaagde is een groothandel in onder meer medische en tandheelkundige instrumenten. Via haar webshop biedt zij ook ragers van TePe aan. Deels betreft het doorverkoop van ragers in originele verpakkingen van TePe, en deels verkoop van ragers die zij van een andere verpakking heeft voorzien (omgepakt). Kern van het geschil is de vraag of TePe zich op grond van haar merkrecht kan verzetten tegen het ompakken van haar producten door gedaagde. Gedaagde heeft niet voldaan aan de aan uitputting van het merkrecht gestelde voorwaarden en inbreuk gemaakt op het merkrecht van TePe.

 

IEF 19004

Artikel ingezonden door Berber Brouwer, Brouwer & Law.

Berber Brouwer: het einde van de intellectuele schepping

Ik heb deLex gevraagd mijn tafelrede (tijdens het IE-diner op 30 januari jl., red.) op te luisteren met een drietal afbeeldingen, zojuist uitgedeeld op uw tafel. Geen videoschermen, maar papieren hand-outs, in schril contrast met het onderwerp van deze rede. Want die gaat over technologie van de toekomst. Maar misschien is het goed om vast te houden aan het verleden, aan old school printjes in plaats van de nieuwe technische snufjes, want de vraag is of de toekomst veel goeds graat brengen voor de IE-jurist. Daarover later meer.

Ik wil jullie een afbeelding laten zien. Een still uit het werk Memories of Passersby I, onlangs geveild door Sotheby’s. Twee schermen gekoppeld aan een computer in een houten kastje, die steeds nieuwe portretten genereert. Vreemde, vervormde gezichten geïnspireerd op portretten uit de 17e eeuw. Een kunstwerk dat voortdurend verandert omdat het systeem de werken ter plekke creëert.

Lees hier de hele tafelrede van Berber Brouwer.

IEF 19003

Artikel ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.

Dirk Visser: is het auteursrechtelijke bewerkingsrecht Europees geharmoniseerd?

Een reactie op de noot van Martin Senftleben in AMI onder het Pelham-arrest (AMI 2019/6, p. 212) en die van Antoon Quaedvlieg onder het Diwar-arrest (BIE 2019/6, nr. 28).
Tevens noot bij Vzr. Rechtbank Gelderland 4 februari 2020, [IEF 18995] (Droomparken / Lacet)

“De Berner Conventie (BC) onderscheidt ten aanzien van het auteursrecht […] duidelijk tussen het reproductierecht enerzijds (art. 9 BC) en het bewerkingsrecht anderzijds (artt. 8, 12 en 14 BC). Deze scheidslijn tussen bewerkingen en reproducties wordt ook in het auteursrechtelijke acquis getrokken. Terwijl de Softwarerichtlijn – als lex specialis – expliciet het bewerkingsrecht vis-à-vis computerprogramma’s harmoniseert, heeft in de algemene Arl geen vergelijkbare harmonisering van bewerkingsscenario’s plaatsgevonden”, aldus Martin Senftleben in zijn noot onder het Pelham-arrest. Helemaal eens.

Lees hier de hele reactie van Dirk Visser.

IEF 19002

Nieuwe commentaren Auteurswet door prof. mr. F.W. Grosheide, mr. M. de Zwaan en mr. C. Kan op IE-C

Er zijn drie nieuwe commentaren gepubliceerd op IE-C. De commentaren hebben betrekking op de inleiding van de Auteurswet en de artikelen 1 en 18a  van de Auteurswet. 

De inleiding Auteurswet van prof. mr. F.W. Grosheide ziet op de achtergrond en plaatsbepaling van het auteursrecht.

Commentaar op artikel 1 Aw van prof. mr. F.W. Grosheide heeft betrekking op de begripsbepaling en vereisten, onder meer het ontstaan, makerschap en de werktoets.

Commentaar op artikel 18a Aw van mr. M. de Zwaan en mr. C. Kan heeft betrekking op de vereisten ‘incidentele verwerking’ en ‘van ondergeschikte betekenis’ van het artikel.

De commentaren zijn te vinden op: https://www.ie-c.nl onder ‘auteursrecht’.

IEF 19001

Artikel ingezonden door Bjorn Schipper, Schipper Legal.

Video rondetafelgesprek met advocaten Kraftwerk-zaak

Afgelopen jaar, tijdens Amsterdam Dance Event (ADE), vond er een rondetafeldiscussie plaats over de historische beslissing van het Europese Hof van Justitie [IEF18613] in de zaak Kraftwerk tegen de twee Duitse hiphopproducenten, Moses Pelham en Martin Haas. Bjorn Schipper nodigde beide Duitse advocaten uit die bij deze zaak betrokken waren om de uitkomst en de implicaties van deze beslissing van het HvJ EU voor de muziekindustrie te bespreken.
Hermann Lindhorst (Schlarmann Von Geyso, Hamburg) vertegenwoordigt Kraftwerk en Udo Kornmeier (Schalast, Frankfurt) vertegenwoordigt Martin Haas cs. Bjorn Schipper leidde de rondetafeldiscussie. Bekijk hier de video.

IEF 19000

Artikel ingezonden door Tjibbe Douma en Alexandra Michel, Dentons.

Tjibbe Douma en Alexandra Michel over de conclusie AG in de CJEU Santen-zaak

Will Neurim be a "rare wild animal"?
CJEU’s AG again tries to persuade the CJEU to abandon its famous SPC decision in Neurim, this time in Santen.

The Opinion is currently only available in a limited number of languages including French. The Opinion was eagerly awaited by those wanting to know whether after Neurim and after Abraxis an SPC can be obtained for a new indication of an old active ingredient. The AG primarily proposes to essentially abandon Neurim and treat this as an exceptional case (a new human indication following a first veterinary indication): a rare wild animal which should never surface again. Only alternatively, does the AG propose a balanced interpretation of Neurim in response to the questions posed. In that case an SPC can be obtained for a new therapeutic indication for an old active ingredient or relate to a use of that active ingredient, in which it should exert a new pharmacological, immunological or metabolic action of its own.

Lees hier het hele artikel van Tjibbe Douma en Alexandra Michel.