IEF 21272
2 april 2025
Artikel

DeLex zoekt juridisch redactioneel stagiair voor juli 2025 t/m september 2025

 
IEF 22679
1 mei 2025
Uitspraak

Ook in hoger beroep wordt gevorderde bescherming op grond van merk DESKTOP TAXATIE afgewezen

 
IEF 22677
1 mei 2025
Uitspraak

Onzekerheid over auteursrechten op woningbouwontwerp leidt tot afwijzing voorlopige vorderingen

 
IEF 767

Zeldzame en onbekende IE-rechten (2)

Nog even een aanvulling op het gelijknamige artikel van vanochtend: Spoor, Verkade & Visser gaan veel dieper in op het groot-en kleinrecht dan gesuggereerd. Snel lezen en weinig zin om grote stukken tekst over te typen wreekt zich natuurlijk onmiddellijk, dat blijkt maar weer. 

Spoor, Verkade & Visser (koop dat boek!) p. 469: "Art. 30a spreekt over het bemiddelen inzake 'muziekauteursrecht', en geeft een lange omschrijving van hetgeen onder deze term verstaan wordt. In essentie komt het hierop neer, dat ieder in het openbaar ten gehore brengen van muziek, al dan niet voorzien van tekst, eronder valt, met één uitzondering: de uitvoering van muziekdramatische werken e.d. die gepaard gaat met een opvoering daarvan. Men duidt het auteursrecht met betrekking tot dit soort gecombineerde op- en uitvoeringen wel aan als grootrecht, zulks in tegenstelling tot het door Buma beheerde kleinrecht.

Deze uitzondering is vermoedelijk een afspiegeling van een in andere landen historisch gegroeide praktijk, waarbij Buma's zusterorganisaties aldaar zich niet bezig hielden met opvoeringen van opera's, musicals, balletten, etc., omdat die van oudsher tot het werkterrein van aparte organisaties (bijv. in Frankrijk) of muziekuitgevers (o.a. in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk) behoorden. Economisch gezien speelt het kleinrecht ongetwijfeld een veel grotere rol dan het grootrecht. Het kleinrecht omvat ieder in het openbaar ten gehore brengen, uitzenden of toegankelijk maken (zie par. 4.28-4.39) van muziek, zoals: iedere zaaluitvoering, ook de zgn. concertuitvoering van een opera (dus muziek zonder toneel); radio- en tv-uitzending van muziek (voor wat de tv betreft weer met uitzondering van opvoeringen); muziek in openbare gelegenheden, ongeacht de bron (live, radio, cd's, bandopnamen, jukeboxen); achtergrondmuziek in het openbaar, beschikbaarstelling via internet (met uitzondering van audiovisuele opvoeringen) enz. Steeds gaat het primair om de muziek, met of zonder woorden. Buma behartigt dus ook de belangen van tekstdichters, maar slechts ten aanzien van de uitvoering van hun tekst met muziek. De voordracht van een tekst, ook al is die geschreven als songtekst, valt buiten het exclusief aan Buma voorbehouden terrein.

Vgl. twee zaken waarin de onderscheiding grootrecht/kleinrecht ter discussie stond: Pres. Rb. 's-Gravenhage 18 november 1998, IER 1999, nr 12, p. 81 m.nt. FWG  (Musicalfragmenten) en Vzr. Rb. Arnhem 18 december 2002, LJN AF3265 (Littlestar/Wigt, Mamma Mia musical)."

IEF 766

Procesrecht Panic

Gerechtshof Leeuwarden, 10 augustus 2005, LJN: AU0793. Strijd om het auteursrecht op het spel Pinguin Panic.

Centrale vraag is wie nu eigenlijk eerste auteursrechthebbende is op het spel Pinguin Panic. Eerder verdedigden Ravensburger en Seven Towns echter eerst dat laatstgenoemde maker van het spel was en later dat een werknemer eerste auteursrechthebbende was en het auteursrecht zou hebben overgedragen aan Seven Towns. Nu stellen Ravensburg en Seven Towns dat hun werknemer in zijn hoedanigheid als werknemer het spel heeft ontworpen en dat Seven Towns, als werkgever, als maker van het spel dient te worden aangemerkt.

Mede omdat de laatste wijziging van de grondslag van de vordering een geheel nieuw onderzoek zou vergen (nu zeker niet vaststaat dat de werknemer - naar Engels recht - kan worden beschouwd als 'employee' van Seven Towns), is er sprake van een dusdanig substantiële koerswijziging dat het hof de laatste wijziging in strijd acht met de procesorde en deze buiten beschouwing laat (art. 130 Rv, lid 1 in fine).

Op grond hiervan concludeert het hof dat niet is komen vast te staan dat Seven Towns het auteursrecht heeft verkregen op Pinguin Panic. Ook kan het hof niet vaststellen dat de werknemer een licentie heeft verleend aan Seven Towns. De vorderingen worden dan ook afgewezen. Lees arrest.

IEF 765

Suggestie van Herkomst

Rechtbank Utrecht, 11 augustus 2005, KG 197012, UWV tegen Stichting Ikwilwerken. Zaak over een zogenaamde klaag- of protestsite.

Geen verrassende uitkomst. In tegenstelling tot wat gedaagde stelt is eiser UWV wel een onderneming in de zin van de BMW: naast haar publiekrechtelijke taak neemt ze immers ook op commerciële wijze deel aan het economisch verkeer met het oogmerk om materieel voordeel te behalen. Met betrekking tot de domeinnaam uwvwijzer van gedaagde kan UWV zich dan ook terecht beroepen op de bescherming van haar merkrechten en wel op basis van artikel 13A 1 onder b BMW. De domeinnaam uwvwijzer.nl suggereert immers dat de betreffende website afkomstig is van het UWV. De domeinnamen uwvwijzerverboden.nl en commentaaropuwv.nl acht de rechtbank niet in strijd met de merkrechten van het UWV.

Omdat de gedaagde bestuurder van zowel de gedaagde vennootschap als de gedaagde stichting 'feitelijk verantwoordelijk is voor de registratie en de exploitatie van de website en dat hij het, in die hoedanigheid, in zijn macht heeft gehad om het verbod op merkinbreuk ook ten behoeve van de stichting en de vennootschap na te komen', is het verbod toewijsbaar jegens alle gedaagden. Lees vonnis

IEF 764

UWV weer een stap wijzer

Het ANP bericht dat de voorzieningenrechter in Utrecht de Stichting Ikwilwerken heeft verboden de domeinnaam uwvwijzer.nl te gebruiken. Via haar website voert de stichting actie tegen het UWV, het instituut dat onder meer de WW en de WAO uitvoert. Het gebruik van de naam zou verwarrend zijn. De domeinnamen uwvverboden.nl en commentaaropuwv.nl mag de Stichting van de rechter gewoon blijven gebruiken. Lees hier iets meer.

IEF 763

Zeldzame & Onbekende IE-rechten

Geheel conform het onderwerp zijn berichten met dit onderwerp vrij schaars. Lang geleden is het Recht Tot Inkeer al eens aan de orde geweest, nu aandacht voor het in de recente Mamma Mia-zaak (er blijken trouwens meer soortgelijke uitspraken tegen dezelfde gedaagde te zijn) al even aangestipte Grootrecht en Kleinrecht. 

In de vakliteratuur wordt er vrijwel geen aandacht aan besteed. Alleen de 'Spoor/Verkade/Visser' maakt er zijdelings melding van, o.a: "Zo wordt ten aanzien van het uitvoeringsrecht met betrekking tot dramatisch-muzikale werken weer nader onderscheiden tussen zgn. 'grootrecht' (uitvoering met gelijktijdige opvoering) en 'kleinrecht' (uitvoering zonder gelijktijdige opvoering), terwijl bij dit laatste weer onderscheiden kan worden tussen primaire openbaarmaking door radiozenders en secundaire openbaarmaking via de kabel, of door middels van radio-ontvangers in niet-besloten kring."

Google levert ook weinig op. Alleen de website van Muziekuitgeverij Donemus geeft een definitie: "Als een muziekwerk niet concertante wordt uitgevoerd, maar samen met dans, toneel of wat voor andere theatervorm dan ook, dan is er sprake van grootrecht. Dat houdt in dat niet BUMA de auteursrechten int, maar de uitgever."

"De rechter in Mamma Mia zegt er tenslotte het volgende over: "Indien een oorspronkelijk kleinrecht muziekwerk is opgenomen in een muziekdramatisch werk, in die zin dat het een integrerend onderdeel van dit muziekdramatische werk is gaan uitmaken, valt het – voor zover het ten gehore wordt gebracht in het kader van de vertoning van dit muziekdramatische werk – onder het grootrecht waarop de uitzondering van artikel 30a lid 3 Auteursrwet betrekking heeft.

De muziek vormt een integrerend onderdeel van dit muziekdramatische werk indien de plaats en de muziek niet willekeurig is en mede wordt bepaald door de dramatische handeling. Dat de Nederlandse praktijk er van uit ging dat de oorspronkelijke aard van een bepaald werk bepalend was voor de vraag of een werk groot recht kon worden, zoals het rapport van de Studiecommissie grootrecht – kleinrecht stelt, doet hieraan niet af. In het Rapport staat dat men in Nederland alleen stond in die opvatting alsmede dat het in het geval van muziekdramatische werken exploitatie door de auteursrechthebbenden zelf de voorkeur verdient boven exploitatie door belangenorganisaties als de Buma. Bovendien staat noch de tekst, noch de parlementaire geschiedenis van artikel 30a AW in de weg aan de conclusie dat kleinrecht grootrecht kan worden."

IEF 762

Bacardi's Bat Bekend?

TNS-NIPO heeft vandaag onder haar respondenten een onderzoek verspreid waarin vragen worden gesteld over de bekendheid van de merken MAD BAT en BACARDI. Zo wordt onder andere een blikje van MAD BAT energydrink getoond, waarop de respondent de vraag krijgt met welk merk hij de verpakking van deze frisdrank associeert.

Komt de (impliciete) vraag naar het associatiegevaar, inhoudende gevaar voor verwarring tussen beide (fris-)drank merken bekend voor? Waarschijnlijk door dit eerdere bericht over het door Mad Bat gewonnen proces tegen Bacardi. De rechter oordeelde daarin onder meer dat de afbeelding van Bacardi's vleermuis, zonder de toevoeging 'Bacardi' geen bekendheid genoot.

IEF 761

voor oppositie opengesteld

Goed nieuws: Het BMB heeft besloten om alle overblijvende klassen (1, 3-5, 7, 9, 10-12, 14, 16, 18, 22-26 en 28-45) versneld en wel per  1 januari 2006 voor oppositie open te stellen (voor depots verricht na deze datum). Kennelijk heeft de oppositie toch niet zo'n grote weerslag gehad op de werkdruk als van te voren gedacht. Misschien dat de kosten van de oppositie hier debet aan zijn, maar het aantal gepubliceerde uitspraken is in ieder geval gering. Lees hier de mededeling van het BMB.

IEF 760

buitensporig veel reclame

De Staatcourant bericht dat commerciële omroepen stelselmatig de reclameregels overtreden. Volgens 'verantwoordelijk commissaris' Brakman van het CvdM wordt  'De kijker overspoeld met reclame.' Vooral speelfilms blijken te vaak door reclameblokken onderbroken te worden. Om deze ontwikkeling een halt toe te roepen gaat het commissariaat intensiever controleren.

Hoewel de webstite van het CvdM zelf er nog geen melding van maakt, worden volgens het bericht de tv-zenders Net 5, Veronica en Yorin beboet met ruim een kwart miljoen euro 'voor het uitzenden van 'buitensporig veel reclame'. Net 5 krijgt een boete van 121 duizend euro Veronica  81 duizend euro en  Yorin ruim een halve ton. Begin september volgen nog hoorzittingen met de beklaagden, waarna de sancties definitief worden vastgesteld. De overtredingen zijn vastgesteld tijdens een steekproef in april.

IEF 759

U heeft gewonnen! Maar wat?

Persbericht Consumentenbond: "De Reclame Code Commissie heeft geoordeeld dat de BankGiro Loterij mensen ten onrechte winnaar van een prijs heeft genoemd. De reclamefolder van 22 juni 2005 wekt de onjuiste indruk dat de ontvanger uitverkoren is voor een prijs.

De Consumentenbond had daarom een klacht ingediend bij de Reclame Code Commissie. De Reclame Code Commissie heeft daarop uitgesproken dat de uiting in strijd is met de Reclame Code en dat ten onrechte de indruk wordt gewekt dat mensen “uitverkoren” zijn. De bond is blij met deze uitspraak." 

Het is te hopen dat er nog een bodemprocedure volgt. Met cassatie, zodat de Hoge Raad de mogelijkheid wordt geboden om in een gedenkwaardig arrest te oordelen dat het wekken van de indruk dat mensen “uitverkoren” zijn altijd en in alle omstandigheden onrechtmatig is.

De Reclame Code Commissie heeft geoordeeld dat de BankGiro Loterij mensen ten onrechte winnaar van een prijs heeft genoemd. De reclamefolder van 22 juni 2005 wekt de onjuiste indruk dat de ontvanger uitverkoren is voor een prijs. De Consumentenbond had daarom een klacht ingediend bij de Reclame Code Commissie.

De folder: “Van harte gefeliciteerd. U heeft gewonnen! Maar wat? Kijk snel op internet!” Aldus de reclame van de BankGiro Loterij, waarin de ontvanger wordt aangespoord zijn persoonlijke kluiscode te activeren teneinde “direct een prijs te winnen en tevens kans te maken op één van de vijf Fords Focus, de hoofdprijs van anderhalf miljoen en alle andere fantastische prijzen!”

Wie dat deed, ontdekte dat hij eerst een aantal loten moest kopen om een kans op een prijs te maken en om in aanmerking te komen voor…… een gratis autowasbeurt. Die wasbeurt kreeg iedereen die extra loten kocht en mag van de Reclame Code Commissie dan ook helemaal geen prijs worden genoemd.

Klachten
De Consumentenbond diende de klacht in nadat er vragen en klachten van leden waren gekomen. De Reclame Code Commissie heeft daarop uitgesproken dat de uiting in strijd is met de Reclame Code en dat ten onrechte de indruk wordt gewekt dat mensen “uitverkoren” zijn. De bond is blij met deze uitspraak.

Het is overigens niet de eerste keer dat een actie van een loterij irritatie opwekt door de manier van (mis)communiceren. De Consumentenbond gaat de BankGiro Loterij middels een brief verzoeken om in toekomstige mailings in heldere en eerlijke taal te vertellen wat een actie inhoudt en wat de consequentie van meedoen is.

Lees persbericht ook hier.

IEF 758

Otto verzandt

Een waarschuwing uit het oosten: altijd goed je Praktiker-arrest lezen en zorgvuldig je merk deponeren en gebruiken (of natuurlijk opnieuw deponeren). OTTO is alvast een hoop Duitse merken kwijt. "Daß ein Versandhandelsunternehmen, das für eine Vielzahl von Waren eingetragene Wort- und Wort-/Bildmarken, die das Unternehmenskennzeichen – im Streitfall: „OTTO“ - enthalten, lediglich auf Katalogen und Versandtaschen, nicht aber auf der Ware selbst anbringt, diese damit nicht in einer für den Erhalt der Marke maßgeblichen Weise benutzt.

Der Verkehr sieht in solchen Fällen in der Bezeichnung „OTTO“ oder „OTTO-VERSAND“ lediglich einen Hinweis auf das Versandhandelsunternehmen, nicht dagegen auch eine Bezeichnung der jeweils vertriebenen Ware als „OTTO-Ware“. Mitteilung der Pressestelle