IEF 22380
18 november 2024
Uitspraak

Athom NL tegen inbreukmakende producten beschikbaar op AliExpress

 
IEF 22379
18 november 2024
Uitspraak

Bundesgerichtshof: afbeeldingen gemaakt met drones vallen niet onder Panoramafreiheit

 
IEF 22376
18 november 2024
Uitspraak

Grote maten van overeenstemming merken Chocosaurus en Dinosaurus

 
IEF 16529

HvJ EU: Recht op informatie ook in afzonderlijke procedure na vaststelling inbreuk

HvJ EU 18 jan 2017, IEF 16529; ECLI:EU:C:2017:18 (New Wave tegen Alltoys), https://ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-recht-op-informatie-ook-in-afzonderlijke-procedure-na-vaststelling-inbreuk

HvJ EU 18 januari 2017, IEF 16529; IEFbe 2064; C-427/15; ECLI:EU:C:2017:18 (New Wave tegen Alltoys) Merkenrecht. Verzoekster is een aparte procedure gestart tegen verweerster Alltoys om alle informatie te krijgen over de herkomst en distributiekanalen van schooltassen/rugzakken van het merk MEGABABE die verweerster heeft opgeslagen of op de markt gebracht. Recht op informatie. Verzoek om informatie na een gerechtelijke procedure waarin inbreuk is vastgesteld. Antwoord:

Artikel 8, lid 1 [Handhavingsrichtlijn] moet aldus worden uitgelegd dat deze bepaling van toepassing is op een situatie zoals die in het hoofdgeding, waarin een verzoekende partij na de definitieve beëindiging van een gerechtelijke procedure waarin is geoordeeld dat inbreuk is gemaakt op een intellectuele-eigendomsrecht, in een afzonderlijke gerechtelijke procedure verzoekt om informatie over de herkomst en de distributiekanalen van de goederen of diensten waarmee op dat recht inbreuk wordt gemaakt.

 

IEF 16528

Uitspraak ingezonden door Matthijs Brons en Fabian Streefland, Höcker advocaten.

Schoonmaak- en cateringorganisaties hebben reprorechtvergoedingen niet onverschuldigd betaald

Rechtbank Den Haag 23 nov 2016, IEF 16528; (Eurest en Compass tegen Stichting Reprorecht), https://ie-forum.nl/artikelen/schoonmaak-en-cateringorganisaties-hebben-reprorechtvergoedingen-niet-onverschuldigd-betaald

Rechtbank Den Haag 23 november 2016, IEF 16528 (Eurest en Compass tegen Stichting Reprorecht) Auteursrecht. Reproductie. Collectief beheer. Eurest levert interieurreinigings- en facilitaire diensten. Compass exploiteert restaurants en bars inclusief automatencatering. Op grond van de (Introductie)Regeling Reprorecht Bedrijfsleven zijn aan haar facturen gezonden. Door Eurest en Compass zijn de bedragen €25.416 en €31.646 voldaan, deze worden nu teruggevorderd vanwege onverschuldigde betaling. Het bereiden en serveren van etenswaren laten zich net zo min als schoonmaakwerkzaamheden verenigen met het maken van auteursrechtelijk beschermde kopieën. Het rapport Eerlijk Auteursrecht heeft echter onderzoek gedaan binnen de Holding, en dat is een andere entiteit. Het uitvoerend personeel heeft dan wel geen toegang tot internet, maar vestigingsmanagers/beheerder hebben wel verbinding met de server van het hoofdkantoor en beschikken over een printer. Zij raadplegen zaken als voedselveiligheid en op de site van Compass staan artikelen uit vaktijdschriften. De vorderingen worden afgewezen.

IEF 16527

Uitspraak ingezonden door Rien Broekstra, Brinkhof.

Een 'longfelt need' is onvoldoende om octrooi pontonsamenstel met rupsbanden niet te vernietigen

Hof Den Haag 17 jan 2017, IEF 16527; (Remu Oy tegen Knoop Machinery), https://ie-forum.nl/artikelen/een-longfelt-need-is-onvoldoende-om-octrooi-pontonsamenstel-met-rupsbanden-niet-te-vernietigen

Hof Den Haag 17 januari 2017, IEF 16527; ECLI:NL:GHDHA:2017:148 (Remu Oy tegen Knoop Machinery) Octrooirecht. Remu is houdster van EP1727687 B1 voor een 'Pontonsamenstel met rupsbanden'. De rechtbank [IEF 12214] oordeelt dat de gemiddelde vakman op basis van zijn algemene vakkennis tot een met behulp van aandrijfmiddelen, zoals hydraulische cilinders uitschuifbaar onderstel zou komen om aldus het hiervoor geformuleerde probleem op te lossen, dan wel, dat hij zonder meer de oplossing van het octrooi bereiken zodra hij literatuur raadpleegt. De enkele door Remu gestelde omstandigheid dat in de markt lange tijd behoefte bestond aan een inrichting volgens het octrooi (‘longfelt need’), is onvoldoende om tot een ander oordeel te komen. Het hof bekrachtigt de bestreden vonnissen, vernietigt conclusies 2-4 en 7-9 van het Nederlandse deel en heft het gelegde conservatoir beslag op. Het hof verklaart zich onbevoegd om kennis te nemen van de schadevergoedingsvordering.

IEF 16526

AIPPI-Symposium 2017 - het programma

Het jaarlijkse Symposium Intellectuele Eigendom vindt plaats op woensdag 15 maart 2017. Ook dit jaar zal er een bloemlezing van de meest relevante ontwikkelingen in het auteursrecht, merkenrecht en octrooirecht worden gegeven en zullen in de middag drie debatten worden gehouden. Tijdens het symposium zal de jaarlijkse VIE-prijs worden uitgereikt. Nominaties hiervoor zijn welkom tot 27 januari 2017. Aanmelden

IEF 16525

Uitspraak ingezonden door Willeke Kemkers, Van Kaam.

Logo Flippin' Burgers gemaakt in opdracht, maar niet exclusief, wel handelsnaaminbreuk door met foodtruck op festival te staan

Rechtbank Rotterdam 20 dec 2016, IEF 16525; ECLI:NL:RBROT:2016:10152 (Flippin' Burgers tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/logo-flippin-burgers-gemaakt-in-opdracht-maar-niet-exclusief-wel-handelsnaaminbreuk-door-met-foodtru

Vzr. Rechtbank Rotterdam 20 december 2016, IEF 16525; ECLI:NL:RBROT:2016:10152 (Flippin' Burgers tegen gedaagde) Contractenrecht. Samenwerking. Logo. handelsnaam. Flippin' Burgers exploiteert foodtrucks. Gedaagde ontwerpt en realiseert reclame- en promotiemateriaal. Partijen werken samen waarbij de winst wordt gedeeld volgens 70/30-ratio. Gedaagde ontwerpt in opdracht een logo, de website en registreert de domeinnaam. Na beëindiging blijft gedaagde de handelsnaam en het logo gebruiken. Ondanks dat Flippin' Burgers het logo als eerste openbaar heeft gemaakt, zonder vermelding van gedaagde als maker, is hij niet ex art. 8 Aw maker. Dit artikel is niet op eenmanszaken van toepassing. Nu niet is gebleken dat partijen anders zijn overeengekomen, geldt gedaagde als maker. Dat de opdracht impliciet een exclusief en niet in tijd beperkt gebruiksrecht inhield, kan niet worden aangenomen. Partijen hebben de samenwerking en de in dat kader aan gedaagde verstrekte opdracht niet op papier gezet. Gedaagde pleegt wel handelsnaaminbreuk door foodtrucks te exploiteren op festivals en gebruik van de domeinnaam. Verbod op handelsnaaminbreuk wordt gegeven.

IEF 16524

Uitspraak ingezonden door Robert Mijnsbergen, Mijnsbergen advocaten.

Van een krant wordt een onderzoeksplicht naar auteursrecht van te plaatsen foto's verwacht

Kantonrechter 13 jan 2017, IEF 16524; (Dijkstra - krant onderzoeksplicht), https://ie-forum.nl/artikelen/van-een-krant-wordt-een-onderzoeksplicht-naar-auteursrecht-van-te-plaatsen-foto-s-verwacht

Ktr. Rechtbank Rotterdam 13 januari 2017, IEF 16524; ECLI:NL:RBROT:2017:1143 (Dijkstra - Moslimkrant) Auteursrecht. Dijkstra is fotograaf en auteursrechthebbende op de foto 'Rotterdam/Hongaarse en Nederlandse scholieren'. Stichting De Moslimkrant heeft deze foto afgebeeld bij een artikel op haar website. De kantonrechter wil aannemen dat Stichting De Moslimkrant niet opzettelijk het auteursrecht heeft geschonden, maar dat speelt geen rol. Zelfs het per ongeluk schenden van andermans auteursrecht levert een inbreuk op. Van een krant mag bovendien worden verwacht dat zij zich ervan gewist of het plaatsen van foto's op haar website auteursrechtelijk zijn beschermd en wie de maker is. Aan deze onderzoeksplicht heeft zij niet voldaan. Veroordeling in schadevergoeding wegens inbreuk auteursrecht en persoonlijkheidsrechten ad €675,00.

IEF 16523

Gebruik 'VP' bij registratie Vrouwen Partij(VP) is functioneel en niet misleidend

Raad van State 13 jan 2017, IEF 16523; ECLI:NL:RVS:2017:67 (Vrijzinnige Partij tegen Kiesraad), https://ie-forum.nl/artikelen/gebruik-vp-bij-registratie-vrouwen-partij-vp-is-functioneel-en-niet-misleidend

ABRvS 13 januari 2017, IEF 16523; RB 2804; ECLI:NL:RVS:2017:67 (Vrijzinnige Partij tegen Kiesraad) Als randvermelding. Het centraal stembureau heeft de politieke groepering Vrouwen Partij de aanduiding ‘Vrouwen Partij (VP)’ ingeschreven in het register voor de Tweede Kamer-verkiezing. De Vrijzinnige Partij stelt zonder succes beroep in. Bij de kiezer zal niet de indruk ontstaan dat de beide politieke groeperingen op enigerlei wijze verbonden zijn. De afkorting VP wordt niet functioneel gebruikt door de Vrijzinnige Partij. De Beleidsregel staat tekens, zoals '(VP)', in relatie tot de rest van de aanduiding toe, mits ze functioneel zijn. Dat de Vrijzinnige Partij, naar zij stelt, in het maatschappelijk verkeer de letters VP als afkorting gebruikt en dat die afkorting ook als element in de geregistreerde aanduiding van de Vrouwen Partij is opgenomen, maakt niet dat die aanduiding als geheel reeds daarom voor de kiezers misleidend is.

IEF 16522

Uitspraak ingezonden door Robert Mijnsbergen, Advocatenkantoor Mijnsbergen.

Bijsnijden van een foto is een verminking van het origineel

Kantonrechter 13 jan 2017, IEF 16522; (Dijkstra - Geld spaarpot), https://ie-forum.nl/artikelen/bijsnijden-van-een-foto-is-een-verminking-van-het-origineel

Ktr. Rechtbank Rotterdam 13 januari 2016, IEF 16522 (Dijkstra - Geld spaarpot) Auteursrecht. Fotografie. Dijkstra is auteursrechthebbende op de foto 'Geld spaarpot' en heeft verwijdering verzocht en hiervan melding te maken zodat de schadevergoeding kan worden vastgesteld. Volgens de algemene voorwaarden van DuPho bedraagt de schade eenmaal de licentievergoeding per jaar, wegens ontbreken toestemming, niet vermelden en verminking wederom een jaar; in totaal €1.080 per foto. Dijkstra vordert met succes €810 euro. Bij fotografie is de plaatsing van het afgebeelde object binnen het kader echter een van de (essentiële) middelen waarmee een fotograaf zijn persoonlijk stempel op de foto kan drukken. Het bijsnijden van een foto levert een 'verminking' van het origineel op.

IEF 16518

Lustrum 10 jaar IE-Diner

Tien jaar IE-Diner en ook ruim tien jaar deLex. Daarom een speciaal feestje. Volgende week donderdag is het zover: het tiende IE-Diner. Een lustrum. En dat vieren we. Dit keer geen jasje/dasje, maar Black Tie*. Onder de bezielende leiding van ceremonie meester jhr.mr.Toon Huydecoper, oud-advocaat-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden, een mooie avond met IE-juristen.

Tafelspeeches worden gehouden door:

IEF 16521

Vragen aan HvJ EU: Moet datum eerste vergunning die onjuist is vastgesteld, worden gerectificeerd?

31 aug 2016, IEF 16521; (Incyte Corporation), https://ie-forum.nl/artikelen/vragen-aan-hvj-eu-moet-datum-eerste-vergunning-die-onjuist-is-vastgesteld-worden-gerectificeerd

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 31 augustus 2016, IEF 16521; IEFbe 2062; LS&R 1416; C-492/16 (Incyte Corporation) ABC. Incyte, een in de VS geregistreerde vennootschap, heeft op 24-01-2013 een ABC-aanvraag ingediend bij het Hongaarse Agentschap voor Intellectuele Eigendom (verweerder) met vermelding van een Europees basisoctrooi en de afgiftedatum voor de vergunning voor het in de handel brengen van het farmaceutisch product ‘Jakavi’, te weten 23-08-2012. Het ABC wordt 07-10-2014 verleend, geldig tot 24-08-2027, met vermelding van de beroepsmogelijkheid (30 dagen na kennisgeving). Verzoekster vraagt 18-11-2015 op grond van de HON wet administratieve procedures om vervanging van de vervaldatum (door 28-08-2027) omdat verweerder ten onrechte geen rekening zou hebben gehouden met de datum van het in kennis stellen van de adressaat maar in plaats daarvan van de datum van het besluit zelf (afgifte vergunning), hetgeen in strijd zou zijn met arrest C-471/14. Verweerder wijst het verzoek af: de betreffende HON wet is niet van toepassing omdat het aangevallen besluit geen schrijf- of rekenfout bevat en het nationale recht moet worden toegepast zolang dit de effectieve werking van EUrecht niet in de weg staat (met verwijzing naar de 30-dagentermijn van de beroepsmogelijkheid). Verweerder wijst op de verschillende wijze waarop in diverse EULS het arrest C-471/14 wordt toegepast, te weten weigeren een reeds afgegeven ABC opnieuw vast te stellen en de vervaldatum daaraan aan te passen. Verzoekster stelt dat het arrest C-471/14 niet in de tijd is beperkt en dus ex tunc werking heeft en zij wijst op artikel 17.2 van Vo. 1610/96 dat rechtstreeks in alle EULS van toepassing is. Ambtshalve correctie zou dan ook moeten plaatsvinden.