IEF 22148
24 juli 2024
Uitspraak

IE-klassieker: HvJ EG Windsurfing Chiemsee

 
IEF 22147
23 juli 2024
Uitspraak

Pularys-portemonnees maken inbreuk op Secrid-portemonnees

 
IEF 22145
23 juli 2024
Uitspraak

123inkt vijfmaal in het ongelijk gesteld: Google Shopping advertenties van Media Concept zijn niet misleidend

 
IEF 18175

Bas Kist: Nokia versus Aikon; merken husselen, mag dat?

, IEF 18175; https://ie-forum.nl/artikelen/bas-kist-nokia-versus-aikon-merken-husselen-mag-dat

Via Adformatie. Aikon, als nieuw merk voor mobiele telefoons. Does that ring a bell? Bij mij deed het dat niet, maar bij het Finse Nokia wel. Volgens de Finnen is Aikon gewoon gepikt: het is niets anders dan Nokia maar dan andersom. Voor het merk Aikon werd onlangs in Europa een merkregistratie aangevraagd door een Zwitsers bedrijf. Voor Nokia genoeg redenen om bezwaar aan te tekenen. Op 20 december deed de oppositie afdeling van het Europese merkenbureau uitspraak. Dat werd een flinke teleurstelling voor de Finnen. Volgens het merkenbureau is er gewoon geen overeenstemming tussen Nokia en Aikon. In visueel opzicht verschillen de merken sterk, en in klank en betekenis lijken ze ook voor geen meter. De consument zal dan ook niet in verwarring raken. Lees verder.

IEF 18174

Uitspraak ingezonden door Bas Kist, Chiever.

Woordmerk Anne Frank Stichting ingetrokken, naam slechts gebruikt als verwijzing

EUIPO - OHIM 7 dec 2018, IEF 18174; (Anne Frank Fonds tegen Anne Frank Stichting), https://ie-forum.nl/artikelen/woordmerk-anne-frank-stichting-ingetrokken-naam-slechts-gebruikt-als-verwijzing

EUIPO Cancellation Division 7 december 2018, IEF 18174; IEFbe 2804 (Anne Frank Fonds tegen Anne Frank Stichting) Merkenrecht. Zie ook Volkskrant. Verzoek tot intrekken woordmerk Anne Frank gedaan door Anne Frank Fonds. Anne Frank Stichting heeft verwezen naar de naam, maar heeft de naam niet als zelfstandige merknaam gebruikt, waardoor het in vijf jaar niet "normaal" is gebruikt. Verzoek tot intrekking toegewezen.

IEF 18173

Uitspraak ingezonden door Gaëlle Béquet, Daan de Lange en Jan Pot, Brinkhof Advocaten.

Vorderingen afgewezen, conclusie octrooi koffiecapsules Douwe Egberts nietig door gebrek aan inventiviteit

Rechtbanken 28 dec 2018, IEF 18173; ECLI:NL:RBDHA:2018:15453 (Koninklijke Douwe Egberts tegen Belmoca), https://ie-forum.nl/artikelen/vorderingen-afgewezen-conclusie-octrooi-koffiecapsules-douwe-egberts-nietig-door-gebrek-aan-inventiv

Vzr. Rechtbank Den Haag 28 december 2018, IEF 18173; ECLI:NL:RBDHA:2018:15453 (Koninklijke Douwe Egberts tegen Belmoca) Octrooirecht. Partijen maken aluminium koffiecapsules die in de apparaten van Nespresso passen. KDE stelt dat Belmoca indirect inbreuk maakt op conclusies van octrooi EP 2 996 521 met haar Belmio-capsule. Uit het testrapport van TRiOS blijkt namelijk dat de Belmio-capsule voor wat betreft afdichting in alle drie de Nespresso koffiemachines hetzelfde werkt en dat de capsule onder de beschermingsomvang valt van de voornoemde conclusies. WO 2013/136209 behoorde op de prioriteitsdatum van EP 521 tot de fictieve stand van de techniek. Dat wat Belmoca doet komt overeen met de in het octrooi beschreven tweede uitvoeringsvorm waarbij de ringvormige trog/rand van de capsule door de ‘enclosing member’ slechts wordt ingedrukt en zo plastisch vervormt (‘to buckle and deform/crumple’). Als voor een ogenblik zou worden aangenomen dat ‘buckle/deform/crumple’ gelijkgesteld zou kunnen worden aan "dieptrekken", dan is conclusie 1 van EP 521 naar voorlopig oordeel nietig wegens gebrek aan nieuwheid over WO 209, althans in het licht van WO 209 en de algemene vakkennis van de gemiddelde vakman niet inventief is en Belmoca een niet-inventieve variant van WO 209 toepast. Vorderingen afgewezen.

IEF 18172

Uitspraak ingezonden door Christiaan Alberdingk Thijm en Sam van Velze, bureau Brandeis.

Actieve rol Facebook bij advertenties leidt tot verwachting waken inbreuk IE-rechten PHV

Rechtbanken 21 dec 2018, IEF 18172; ECLI:NL:RBAMS:2018:9362 (PVH c.s. tegen Facebook), https://ie-forum.nl/artikelen/actieve-rol-facebook-bij-advertenties-leidt-tot-verwachting-waken-inbreuk-ie-rechten-phv

Vzr. Rechtbank Amsterdam 21 december 2018, IEF 18172; RB 3273; IT 2694; ECLI:NL:RBAMS:2018:9362 (PVH c.s. tegen Facebook) Merkenrecht. Auteursrecht. Tommy Hilfiger Europe (onderdeel PVH) heeft met Facebook een advertentieovereenkomst gesloten voor het merk Tommy Hilfiger op de platforms van Facebook. Tommy Hilfiger Licensing (onderdeel PVH) heeft o.a. het Benelux woordmerk TOMMY HILFIGER laten registreren. PVH heeft afbeeldingen in het geding gebracht van een aantal advertenties aangetroffen op Facebook en Instagram voor kleding en schoeisel met de naam "Tommy Hilfiger", die niet van haar afkomstig zijn. Facebook heeft deze verwijderd. PVH heeft Facebook verzocht om gegevens aan haar te verstrekken van de adverteerders die advertenties hebben geplaatst waarmee inbreuk werd gemaakt. Merkinbreuk Benelux-woordmerk Tommy Hilfiger door stelselmatig verschijnen advertenties die niet verwezen naar producten van PVH. Facebook kan geen beroep doen op vrijwaringsbepaling art. 6:196c BW: door controle van Facebook op advertenties, vastgelegd in het advertentiebeleid, bepaalt zij mede de inhoud en speelt zij dus een actieve rol. Van Facebook wordt verwacht dat zij passende maatregelen treft om stelselmatige inbreuken op IE-rechten van derden zoals PVH te voorkomen. Facebook niet zelf de inbreukmaker. Maatregelen Facebook onvoldoende effectief door telkens opduiken gewraakte advertenties. Privacybelangen staan niet in de weg van verstrekking gegevens: het gaat om adverteerders die bedrijfsmatig inbreukmakende artikelen aanbieden. Het beschikken over de gevraagde (persoons-)gegevens is voor PVH noodzakelijk om hiertegen te kunnen optreden. Vorderingen gedeeltelijk toegewezen.

IEF 18171

Uitspraak ingezonden door Marjolein Driessen, Legaltree Advocaten.

Geen handelsnaaminbreuk op Bakkerij Marakesh: hoge mate beschrijvend van aard

Rechtbanken 12 sep 2018, IEF 18171; (Bakkerij Marakesh tegen La Boulangerie Traditionelle Marrakech), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-handelsnaaminbreuk-op-bakkerij-marakesh-hoge-mate-beschrijvend-van-aard

Rechtbank Amsterdam 12 september 2019, IEF 18171 (Bakkerij Marakesh tegen La Boulangerie Traditionelle Marrakech) Handelsnaamrecht. Merkenrecht. Partijen drijven beide een banketbakkerij/boulangerie. De v.o.f. Marakesh handelt bij de uitoefening van haar onderneming onder de naam "Bakkerij Marakesh", gedaagde drijft een eenmanszaak onder de naam "La Boulangerie Traditionelle Marrakech". De v.o.f. stelt dat de door gedaagde gebruikte handelsnaam in geringe mate afwijkt van het meest kenmerkende deel door de v.o.f. gevoerde handelsnaam. Van belang is dat de handelsnaam van de v.o.f. in hoge mate beschrijvend van aard is. Hierdoor geniet de door de v.o.f. gevoerde handelsnaam een zeer geringe mate van bescherming: beschrijvende woorden kunnen niet worden gemonopoliseerd. Er bestaat voldoende verschil tussen beide handelsnamen, door het anders schrijven van Marrakech en de toevoeging van "la boulangerie" en "traditionelle". Vorderingen afgewezen.

IEF 18170

Parker Advocaten: bekende gezichten met een nieuwe naam

, IEF 18170; https://ie-forum.nl/artikelen/parker-advocaten-bekende-gezichten-met-een-nieuwe-naam

Het Amsterdamse kantoor De Grave De Mönnink Spliet Advocaten is per 1 januari 2019 versterkt met Scope Advocaten. Samen gaan zij verder onder de naam Parker Advocaten (www.parkeradvocaten.nl), want ‘there is so much we share, so why not share the same name?’. Parker Advocaten is een multi-niche kantoor en bestaat uit negen zeer ervaren advocaten en mediators. Zij zijn gespecialiseerd op de volgende gebieden:

Arbeidsrecht | Medezeggenschap | Pensioen
Franchise | Commerciële  Contracten |  Distributie & Agentuur
Intellectueel Eigendom | Privacy | IT & Internet | Farma & Life Science
Mediation

Tessa de Mönnink: “Niet alleen de jarenlange ervaring en gespecialiseerde kennis van de betrokken advocaten maken deze nieuwe stap een logische keuze. Vanuit een ander perspectief kijken. Onconventioneel denken. Anders doen dan verwacht wordt. Parker kijkt verder dan de kaders van de geschreven wet. We delen overtuigingen, waarden en doelen: de ‘ongeschreven wetten van Parker’.”

IEF 18169

Uitspraak ingezonden door Laura Broers, Le Poole Bekema.

Geen slaafse nabootsing door Hanos door slechts betrekken gelijkend product

Kantonrechter 20 dec 2018, IEF 18169; ECLI:NL:RBGEL:2018:5739 (Eiseres tegen Hanos), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-slaafse-nabootsing-door-hanos-door-slechts-betrekken-gelijkend-product

Ktr. Rechtbank Gelderland 20 december 2018, IEF 18169; ECLI:NL:RBGEL:2018:5739 (Eiseres tegen Hanos) Slaafse nabootsing. Eiseres heeft een gezelschapsspel gecreëerd en ontwikkeld met de naam Kletspot. Zij heeft dit als beeldmerk geregistreerd bij het BBIE. Hanos had interesse om dit product in een bepaald kerstpakket op te nemen. Eiseres heeft een aanbod gedaan voor de inkoop maar Hanos vond deze prijs te hoog. Hanos heeft een beurs bezocht en zag een vergelijkbaar gezelschapsspel met de naam "Pak 'n Vraag". Deze heeft zij uiteindelijk in haar kerstpakket opgenomen. De Kletspot had media 2018 geen eigen gezicht op de markt, omdat er ten minste vijf gelijkende producten op de markt werden aangeboden. Hierdoor is verwarringsgevaar niet aannemelijk. Hanos handelt bovendien niet onrechtmatig door het slechts betrekken van de potten van de producent van Pak 'n Vraag. Er zijn alleen sprake van kunnen zijn indien zich bepaalde bijkomende omstandighedenzouden voordoen, zoals bijvoorbeeld de omstandigheid dat Hanos opdracht aan een derde partij heeft gegeven de Pak 'nVraag pot te ontwikkelen en produceren of anderszins met de producent van die pot heeft samengewerkt en/of samengespannen om een in hoge mate nodeloos gelijkend product als de Kletspot op de markt te brengen. Vorderingen afgewezen.

IEF 18168

CvTA Jaarrapport 2017: Nieuwe eisen voor CBO's door Europese Richtlijn

, IEF 18168; https://ie-forum.nl/artikelen/cvta-jaarrapport-2017-nieuwe-eisen-voor-cbo-s-door-europese-richtlijn

Via CvTA. Het College van Toezicht Auteursrechten publiceerde op 20 december 2018 het toezichtrapport over 2017. Dit rapport over het toezicht in het voorgaande jaar (2017) is net als het toezichtrapport over 2016 relatief laat gepubliceerd. Dit is, net als vorig jaar, een gevolg van het besluit van het College om in het toezichtrapport 2017 de (financiële) resultaten van de grootste CBO, Buma Stemra, te betrekken. Als gevolg van een bijzonder onderzoek dat Buma Stemra in 2017 heeft laten uitvoeren naar mogelijke onregelmatigheden in de financiële administratie en de wisseling van accountant begin 2018 is de jaarrekening 2017 van Buma Stemra, inclusief accountantsverklaring, eerst op 29 oktober 2018 vastgesteld.

U treft hier aan het toezichtrapport 2017 en het persbericht over dit toezichtrapport.

IEF 18167

Marten Bouma onder HvJ EU Jägermeister/EUIPO

, IEF 18167; https://ie-forum.nl/artikelen/marten-bouma-onder-hvj-eu-j-germeister-euipo

Marten Bouma onder HvJ EU 5 juli 2018; IEF 17826 (Jägermeister tegen EUIPO) Het is de tijd van het terugkijken naar wat er allemaal is gebeurd het afgelopen jaar. Het arrest van het Hof van Justitie van 5 juli roept bij mij steeds meer vragen op, het neemt zelfs mystieke vormen aan. Wat is er eigenlijk gedeponeerd? Waarom switcht de Onderzoeker bij het EUIPO van grondslag? Zijn de afbeeldingen het wezenlijke probleem of is het eigenlijk de classificatie van de afgebeelde producten? Zou het Benelux bureau een andere aanpak hebben gekozen? Waarom is de deposant zo halsstarrig? Waarom is Locarno klasse 07.99 Miscellaneous niet toegepast? Lees verder.

IEF 18166

Uitspraak en samenvatting ingezonden door Martijn de Lange, Octrooicentrum.

Opinie AG in zaak C‑443/1 over uitleg artikel 3(d) ABC-verordening

HvJ EU 13 dec 2018, IEF 18166; (Abraxis Bioscience LLC tegen Comptroller General of Patents), https://ie-forum.nl/artikelen/opinie-ag-in-zaak-c-443-1-over-uitleg-artikel-3-d-abc-verordening

Uitleg arrest Hof van Justitie van de Europese Unie C-130/11 (‘Neurim’) waarin het Hof de voorwaarde dat de vergunning voor het in de handel brengen van het product waarop de certificaataanvraag is gebaseerd de eerste is koppelt aan de beschermingsomvang van het octrooi. De Advocaat Generaal stelt voor om afstand te nemen van deze leer. Een letterlijke uitlegging van artikel 3(d), gelezen in samenhang met artikel 1(b) impliceert dat niet van belang of deze vergunning al dan niet de eerste vergunning binnen de beschermingsomvang van het basisoctrooi is. Hoewel bij de uitlegging van de bepalingen van deze verordening niet alleen mag worden uitgegaan van de bewoordingen ervan, maar ook de algemene opzet en de doelstellingen van de door deze verordening ingestelde regeling in de beschouwing moeten worden betrokken, is het Hof volgens vaste rechtspraak niet bevoegd om van een duidelijke en precieze tekst van een wetgevingshandeling van de Unie af te wijken. Dat geldt te meer wanneer, zoals in casu, het onderzoek van de doelstellingen en van de context van de betrokken bepaling en van de verordening waarin deze bepaling is neergelegd, steun biedt aan de letterlijke uitlegging. Subsidiair stelt de Advocaat Generaal voor om slechts de beschermingsomvang van het basisoctrooi bij de uitleg van artikel 3(d) te betrekken in het uitzonderlijke geval dat een product krachtens richtlijn 2001/82 al voor een therapeutische indicatie als diergeneesmiddel is toegestaan en vervolgens uit hoofde van richtlijn 2001/83 een vergunning voor een nieuwe therapeutische indicatie als geneesmiddel voor mensen wordt afgegeven. Lees hier de gehele opinie.