IEF 22158
26 juli 2024
Artikel

Om tafel met Simone Poot en Landine Varela

 
IEF 22157
26 juli 2024
Uitspraak

Europese Commissie kan toegang tot EU-wetgeving niet blokkeren

 
IEF 22154
26 juli 2024
Uitspraak

Nike's 'FOOTWARE' merk: nietig verklaard wegens beschrijvendheid

 
IEF 17653

Uitspraak ingezonden door Remco Klöters, Van Kaam.

Voldoende afstand van AHK-merken gezien zeer geringe bescherming van Dutch Film Academy

Rechtbank Den Haag 25 apr 2018, IEF 17653; ECLI:NL:RBDHA:2018:6108 (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten tegen Nederlandse Fotovakschool-opleiding)), https://ie-forum.nl/artikelen/voldoende-afstand-van-ahk-merken-gezien-zeer-geringe-bescherming-van-dutch-film-academy

Rechtbank Den Haag 25 april 2018, IEF 17653; ECLI:NL:RBDHA:2018:6108 (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten tegen Nederlandse Fotovakschool-opleiding) Merkenrecht. Handelsnaamrecht. AHK is houder en aanvrager van diverse Uniewoordmerken 'Dutch Film Academy'. NFo handeld onder de naam Dutch Filmers Academy. In het kader van de registratie van de AHK Uniemerken, gedaan nadat NFo het teken Dutch filmers Academy is gaan gebruiken, moet AHK als ‘voor-voorgebruiker’ te goeder trouw worden gekwalificeerd, zodat zij zich met succes jegens NFo op haar merkrechten kan beroepen. De merken zijn grotendeels beschrijvend voor de in deze zaak relevante diensten in klasse 41; Education. Gezien de zeer geringe beschermingsomvang van het AHK-Uniemerken is de rechtbank van oordeel dat ondanks de met name begripsmatige gelijkenis tussen merk en teken, Nfo met haar teken voldoende afstand heeft genomen van de AHK-Uniemerken en -handelsnamen en dat er geen sprake is van direct- of indirect verwarringsgevaar. Vordering wordt afgewezen.

IEF 17652

Uitspraak ingezonden door Lars Bakers en Marissa Brinks, Bingh Advocaten.
 

By-Boo heeft onvoldoende inspanningen verricht om te achterhalen wat er met de 8 tapijten is gebeurd

Rechtbank Den Haag 25 apr 2018, IEF 17652; (By-Boo tegen De Poortere Deco), https://ie-forum.nl/artikelen/by-boo-heeft-onvoldoende-inspanningen-verricht-om-te-achterhalen-wat-er-met-de-8-tapijten-is-gebeurd

Rechtbank Den Haag 25 april 2018, IEF 17652; ECLI:NL:RBDHA:2018:6107 (By-Boo tegen De Poortere Deco) Executie. Poortere en By-Boo brengen allebei vloerkleden op de markt. De rechtbank [IEF 16322] beveelt met betrekking tot bepaalde vloerkleden dat By-Boo iedere inbreuk op de auteursrechten moet staken. De Poortere heeft aangezegd dat By-Boo 20 maal de dwangsommen van €5.000 verbeurt, er is executoriaal beslag gelegd onder afnemers van By-Boo. By-Boo heeft een bankgarantie gesteld voor €105.000. Deze is uitgekeerd door overmaking op derdenrekening, waarop By-Boo conservatoir beslag heeft laten leggen. By-Boo heeft na het veroordelend vonnis niet de bedoelde inspanning en zorgvuldigheid betracht. Er zijn maar 13 tapijten retour ontvangen in plaats van 21. By-Boo had zich moeten realiseren dat haar pgaaf leidend was om te controleren, en zij daarom bij het opstellen ervan de uiterste zorgvuldigheid diende te betrachten. By-Boo heeft onvoldoende inspanningen verricht om te achterhalen wat er met de 8 tapijten is gebeurd die mee zijn geweest naar de MOW-beurs in Duitsland. De rechtbank wijst de vordering tot opheffing van het conservatoir beslag toe.

IEF 17651

Bijdrage ingezonden door Charlotte Vrendenbarg, Leiden University.

Charlotte Vrendenbarg - Bescherming bedrijfsgeheimen mkb en start-ups met nieuwe wet niet geborgd

Charlotte Vrendenbarg, 'Bescherming bedrijfsgeheimen mkb en start-ups met nieuwe wet niet geborgd', FD 24 april 2018, p.9. Afgelopen week stemde een meerderheid van de Tweede Kamer voor het wetsvoorstel bescherming bedrijfsgeheimen. Een amendement van VVD-Kamerlid Hayke Veldman dreigt echter zeer nadelig uit te pakken voor veelal kleine spelers. Bij behandeling van het wetsvoorstel moet de Eerste Kamer hierop alert zijn. Lees verder

IEF 17646

Octrooihouder wenst Nederlands deel niet te verdedigen, dat deel wordt vernietigd

Rechtbank Den Haag 11 apr 2018, IEF 17646; ECLI:NL:RBDHA:2018:4591 (Acteon tegen Dürr Dental), https://ie-forum.nl/artikelen/octrooihouder-wenst-nederlands-deel-niet-te-verdedigen-dat-deel-wordt-vernietigd

Rechtbank Den Haag 11 april 2018, IEF 17646; ECLI:NL:RBDHA:2018:4591 (Acteon tegen Dürr Dental) Octrooirecht. Acteon houdt zich bezig met de verhandeling van onder meer diagnostische apparatuur voor de tandheelkundige markt. Tot haar assortiment behoort de PSPIX-scanner voor het uitlezen van opslagfolies voor röntgenfoto’s. Kenmerkend voor de PSPIX-scanner is dat de folies kunnen worden uitgelezen en vervolgens gewist, zodat deze opnieuw kunnen worden gebruikt. Dürr Dental is houdster van EP19292371B1, maar wil afstand doen van het Nederlandse deel. Dat is niet mogelijk i.v.m. de onderhavige procedure. In haar conclusie van antwoord aangegeven dat zij het Nederlandse deel van EP 371 niet wenst te verdedigen. Er wordt geen verweer gevoerd tegen de nietigheidsargumenten. Onder deze omstandigheden kan de onderhavige nietigheidsprocedure dan ook worden aangemerkt als een vooruitgeschoven niet-inbreukverweer in de hiervoor bedoelde zin. Nu gedaagde geen verweer voert, wordt het Nederlands deel van het Europees octrooi vernietigd. Nevenvorderingen afgewezen (onvoldoende onderbouwd). Geen sprake van rauwelijks dagvaarden. Gedaagde is de in het ongelijk gestelde partij. Proceskosten tot en met dagvaarding o.b.v. artikel 1019h Rv. Voor wat betreft het resterende geschilpunt over de proceskosten geldt het normale liquidatietarief.

IEF 17649

Opdrachtnemer heeft geheimhoudingsplicht, maar hoeft geen verantwoording af te leggen over vernietigde bedrijfsvertrouwelijke gegevens

Hof Arnhem-Leeuwarden 20 feb 2018, IEF 17649; ECLI:NL:GHARL:2018:1712 (Ylvas tegen Transvision), https://ie-forum.nl/artikelen/opdrachtnemer-heeft-geheimhoudingsplicht-maar-hoeft-geen-verantwoording-af-te-leggen-over-vernietigd

Hof Arnhem-Leeuwarden 20 februari 2018, IEF 17649; IT 2547; ECLI:NL:GHARL:2018:1712 (Ylvas tegen Transvision c..) Geheimhoudingsbeding. Opdrachtnemer heeft geen verplichting om verantwoording af te leggen over wijze van vernietiging van bedrijfsvertrouwelijke informatie van opdrachtgever. Transvision c.s. sommeren de opdrachtnemer om binnen 24 uur de schriftelijke informatie op hun kantoor af te geven en de digitale informatie te vernietigen en daarvan proces-verbaal op te maken. De opdrachtnemer heeft aangevoerd dat hij als reactie op de brief de schriftelijke informatie heeft vernietigd en de digitale informatie heeft verwijderd van zijn gegevensdrager en cloud-opslag. Transvision c.s. stellen dat de opdrachtnemer daardoor de verdenking op zich heeft geladen dat hij bedrijfsvertrouwelijke informatie heeft achtergehouden. De voorzieningenrechter gaat hierin voor een groot deel mee en legt de opdrachtnemer een aantal bevelen op tot afstaan van gegevens en het afleggen van verantwoording daarover, naast een gebod tot naleving van het geheimhoudingsbeding en een verbod om zich in te laten met de Valys-aanbesteding [ECLI:NL:RBGEL:2018:380; ECLI:NL:RBGEL:2017:6488]. Hof: In beginsel is de geheimhouder vrij te bepalen op welke manier hij zijn geheimhoudingsverplichting uitvoert en rust op hem niet een verantwoordingsplicht als door de voorzieningenrechter aangenomen. Het voorgaande wordt niet anders, doordat geheimhouding urgenter werd door de indiensttreding van de opdrachtnemer bij een concurrent. Het is niet zodanig ongebruikelijk dat een opdrachtnemer na beëindiging van de opdracht werkzaamheden gaat verrichten voor een concurrent dat daardoor een verantwoordingsplicht gaat gelden als door Transvision c.s. verdedigd en door de voorzieningenrechter aangenomen. Het Hof gebiedt geheimhoudingsverplichting van de opdrachtnemer.

IEF 17648

Letters HP kan als Europees merk

Gerecht EU (voorheen GvEA) 24 apr 2018, IEF 17648; ECLI:EU:T:2018:215 en ECLI:EU:T:2018:216 (Senetic tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/letters-hp-kan-als-europees-merk

Gerecht EU 24 april 2018, IEF 17648; IEFbe 2556; ECLI:EU:T:2018:215; T-207/17 en ECLI:EU:T:2018:216; T-208/17 (Senetic tegen EUIPO) Uit het persbericht: Hewlett Packard kan de letters HP als Europees merk registreren. Senetic had een nietigheidsvordering ingesteld omdat het merk beschrijvend zou zijn en geen onderscheidend vermogen zou hebben. Het Gerecht EU verklaart dat het in het algemeen niet kan worden gezegd dat een merk beschrijvend is omdat het bestaat uit een of twee letters.

IEF 17645

Uitspraak ingezonden door Jaap Versteeg en Merel Teunissen, Versteeg Wigman Sprey advocaten.

Ex-vriend van Gordon mag affectieve en seksuele relatie niet in de media ontkennen

Rechtbank Midden-Nederland 23 apr 2018, IEF 17645; ECLI:NL:RBMNE:2018:1676 (Ex-vriend tegen Gordon), https://ie-forum.nl/artikelen/ex-vriend-van-gordon-mag-affectieve-en-seksuele-relatie-niet-in-de-media-ontkennen

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 23 april 2018, IEF 17645; ECLI:NL:RBMNE:2018:1676 (Ex-vriend tegen Gordon) Kort geding. Onrechtmatige uitingen op social media. Eiser vordert verwijdering van alle publicaties in ruimste zin van het woord. Er is echter geen reden om te verwachten dat uitingen weer op Facebook of Instagram geplaatst worden. Contactverbod afgewezen. In reconventie: Gedaagde mag affectieve en seksuele relatie niet in media ontkennen. Een verdere beperking van de vrijheid van meningsuiting van eiser wordt vooralsnog niet noodzakelijk geacht.

IEF 17644

Vragen aan HvJ EU over reclame maken voor imitatieproducten in ander land en de bevoegdheid van de Uniemerkrechter

HvJ EU 12 feb 2018, IEF 17644; (AMS Neve tegen Heritage Audio), https://ie-forum.nl/artikelen/vragen-aan-hvj-eu-over-reclame-maken-voor-imitatieproducten-in-ander-land-en-de-bevoegdheid-van-de-u

Prejudicieel gestelde vragen gesteld aan HvJ EU 12 februari 2018, IEF  17644; IEFbe 2555; C-172/18 (AMS Neve tegen Heritage Audio) Bevoegdheid. Merkenrecht. Verzoekers produceren, verkopen en leveren audioapparatuur in het Verenigd Koninkrijk en daarbuiten. Zij stellen dat verweerders inbreuk hebben gepleegd op hun Uniemerk en hun twee Britse nationale merken door reclame te maken voor imitaties van hun producten en deze goederen te verkopen en te leveren aan consumenten in het Verenigd Koninkrijk. Verzoekers hebben een inbreukprocedure ingesteld bij de Britse merkenrechtbank (IPEC). Verweerders hebben een exceptie van onbevoegdheid opgeworpen. De IPEC-rechter is van oordeel dat zij krachtens artikel 7 van verordening nr. 1215/2012 bevoegd is ten aanzien van inbreuken op de Britse nationale merken, aangezien het schadeveroorzakende feit zich dan heeft voorgedaan in het Verenigd Koninkrijk. Voorts stelt de IPEC dat zij niet bevoegd is ten aanzien van inbreuken  op het Uniemerk, gelet op artikel 97(5) van de gecodificeerde Uniemerkverordening, aangezien de lidstaat waar de inbreuk heeft plaatsgevonden Spanje is, waar verweerders stappen hebben ondernomen om de desbetreffende tekens op hun website te plaatsen.

IEF 17643

Uitsluitend Instrumental Mix valt onder de producersovereenkomst

Rechtbank Amsterdam 18 apr 2018, IEF 17643; ECLI:NL:RBAMS:2018:2584 (Spinnin Records tegen Nicky Romero), https://ie-forum.nl/artikelen/uitsluitend-instrumental-mix-valt-onder-de-producersovereenkomst

Rechtbank Amsterdam 18 april 2018, IEF 17643; ECLI:NL:RBAMS:2018:2584 (Spinnin Records tegen Nicky Romero) Bij het tussenvonnis [IEF 17005] is overwogen dat de instrumentale versie van het nummer “I Could Be The One (Nicktim)” in beginsel als een gereed gekomen product en dus als productie in de zin van de tussen partijen gesloten ‘exclusieve producers overeenkomst’ kan worden aangemerkt. Het tussenvonnis is aan te merken als eindbeslissing omdat uitdrukkelijk en zonder voorbehoud is beslist. Het gebruik van de woorden ‘kan’ en ‘in beginsel’ maken dat niet anders. Gedaagde is in de nakoming van de aanbiedingsplicht zoals opgenomen in de producersovereenkomst, uitsluitend tekortgeschoten ten aanzien van de Instrumental Mix.

IEF 17642

Geen plaats voor verlening van een ABC voor een combinatieproduct nu voor eerste werkzame stof al een ABC is verleend

Rechtbank Den Haag 10 apr 2018, IEF 17642; ECLI:NL:RBDHA:2018:4081 (Schering tegen Octrooicentrum NL), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-plaats-voor-verlening-van-een-abc-voor-een-combinatieproduct-nu-voor-eerste-werkzame-stof-al-ee

Rechtbank Den Haag 10 april 2018, IEF 17642; LS&R 1598; ECLI:NL:RBDHA:2018:4081 (bedrijf tegen Octrooicentrum NL) Octrooi EP0720599B1. Aanvullend beschermingscertificaat (ABC) combinatieproduct. Uit de door het HvJ EU gegeven uitleg aan artikel 3 in Actavis/Sanofi en Actavis/Boeringer volgt dat in deze situatie, waarin het combinatieproduct bestaat uit enerzijds een werkzame stof die als zodanig (‘as such’) wordt beschermd door het basisoctrooi en het voorwerp (‘subject matter’) uitmaakt van de geoctrooieerde uitvinding en anderzijds uit een werkzame stof - deel uitmakend van een niet gelimiteerde groep biosyntheseremmers - die niet als zodanig wordt beschermd door datzelfde basisoctrooi en niet het voorwerp van de uitvinding vormt, geen plaats is voor verlening van een ABC voor het combinatieproduct, nu voor de eerste werkzame stof op basis van een eerdere handelsvergunning al een op hetzelfde basisoctrooi gegrond ABC is verleend. De rechtbank verwijst in het bijzonder naar par. 36-38 van Actavis/Boehringer en de verwijzing daarin naar par. 41 en 30 in Actavis/Sanofi.