DOSSIERS
Alle dossiers

Rechtspraak  

IEF 981

de onjuiste suggestie

Uitspraak Codecommissie CGR in kort geding,  K05.008,  Boehringer Ingelheim BV tegen GlaxoSmithKline BV inzake Seretide.

De klacht van Boehringer Ingelheim heeft betrekking op een aantal reclame-uitingen van GSK voor haar geneesmiddel Seretide. De Codecommissie is van oordeel dat de claims in de advertentie “Als u alleen kortademigheid bij COPD behandelt, wat mist u dan?”, “de bronchusverwijding voorbij”, “maakt daarmee een blijvend verschil, nu en in de toekomst” – mede gelet op de context waarin zij zijn gebezigd – suggereren dat de beroepsbeoefenaar ‘iets mist’, indien hij bij de behandeling van COPD geen combinatiepreparaat zoals Seretide voorschrijft. Ook wordt met deze claims de onjuiste suggestie gewekt dat andere geneesmiddelen dan Seretide (met name bronchusverwijders) onvoldoende zijn voor een adequate behandeling, dat behandeling met bronchusverwijders een achterhaalde therapie is en dat Seretide méér doet dan bronchusverwijders. Bovengenoemde suggesties zijn onjuist. Lees uitspraak hier.

IEF 934

Recept voor een procedure

O.a. de Telegraaf en het FD berichten dat vier farmaciebedrijven een procedure zijn begonnen tegen zorgverzekeraar Menzis, omdat deze huisartsen beloont als zij hun patiënten goedkopere varianten van cholesterolverlagers en maagzuurremmers voorschrijven. De vier farmaciebedrijven, producenten van duurdere medicijnen, vinden ook dat Menzis ongeoorloofd reclame maakt voor de generieke medicijnen omeprazol en simvastatine.

Menzis ontkent dat reclame wordt gemaakt voor omeprazol en simvastatine en verwijst naar een brief van de Inspectie voor de Gezondheidszorg die Menzis hierin gelijk geeft. Het kort geding dient maandag 3 oktober bij de rechtbank in Arnhem. Zie hier een persbericht van Menzis over doelmatig voorschrijven.

IEF 911

wie is de goedkoopste in het land?

O.a. de DFT bericht dat KPN Telecom een kort geding heeft  aangespannen tegen Pretium Telecom. Volgens KPN misleidt Pretium de consument door in reclames te stellen dat die bij dit bedrijf het goedkoopste uit is. KPN zou zich vooral ergeren aan de zogenoemde "laagste kostengarantie" van Pretium: Pretium betaalt het verschil dubbel terug wanneer een abonnee bij een andere telecomaanbieder goedkoper uit zou zijn. KPN stelt dat er geen rekening is gehouden met diverse  kortingen en dat Pretium deze garantie niet kan waarmaken.
 
"Ook wordt er niet bij verteld dat aan die zogenaamde garantie allerlei voorwaarden zijn verbonden", aldus de advocaat van KPN, J.P. Hustinx (De Brauw Blackstone Westbroek). "In feite is de zogenaamde laagste kostengarantie een holle kreet, waardoor de consument op het verkeerde been wordt gezet." De rechtszaak dient woensdag bij de rechtbank in Haarlem. Lees hier meer.

IEF 827

Strak vonnis

Voorzieningenrechter Rb. 's-Gravenhage, 25 augustus 2005, Rolnr. 05/649 (Allergan-Basic Research/Klein). De Amerikaanse ondernemingen Basic Research en Klein bieden op o.a. hun website www.strivectin.com een anti-rimpelmiddel aan, waarvan zij uitvoerig stellen dat dit 'Better than Botox" is. Allergan, rechthebbende op het merk Botox stelt dat zulks inbreuk op haar merkrechten en daarnaast misleidende/ongeoorloofd vergelijkende reclame oplevert.

In een zeer leesbare en uitvoerig gemotiveerde beoordeling komt de Voorzieningenrechter, in lijn met o.a. de Vitra/Classic Design zaak (vznr. Rb. 's-Gravenhage 8-2-2005, IER 2005/36) echter tot het oordeel dat de website van gedaagden niet onmiskenbaar gericht is op het publiek in de Benelux en daarom hier niet leidt tot merkinbreuk of ongeoorloofde reclame:

8. De websites zijn uitsluitend in de Engelse taal gesteld en het betreft Amerikaanse website-beheerders. Er is voorts geen sprake van een zogenaamd country code top level domain (cctld) dat op België, Nederland of Luxemburg is gericht (zoals .nl, .be of .lu). Daarbij zijn de prijzen van de aangeboden StriVectin uitsluitend in Amerikaanse of Canadese dollars gesteld en worden er Amerikaanse gewichtsmaten gebruikt ter aanduiding van de inhoud van de tubes StriVectin (zogenaamde "ounces"). Van belang is verder dat het op de website vermelde telefoonnummer (een zogenaamd 1800-nummer) uitsluitend vanuit de VS bereikbaar is, terwijl voor Canadese klanten een speciale link is opgenomen. De websites zijn verder in de Benelux/Nederland niet via andere media of op andere wijze aangekondigd en zijn ook niet geregistreerd bij Nederlandse zoekmachines. Tot slot pleit nog tegen het aannemen van onmiskenbare gerichtheid op de Benelux/Nederlandse markt dat iedere referentie aan die markt ontbreekt, bijvoorbeeld in de vorm van banners.

Het feit dat er zgn. geosoftware bestaat waarmee websitebeheerders bezoekers uit bepaalde landen de toegang tot de website kunnen ontzeggen, is naar de mening van de Voorzieningenrechter niet relevant; iedere websitehouder zou anders moeten nagaan in welke landen de inhoud van zijn website strijdig zou zijn met de IE-wetgeving van dat land. Een dergelijke consequentie gaat volgens de rechter te ver.

Lees hier vonnis. Noot van Christiaan Alberdingk Thijm hier.

IEF 799

De ander zijn brood (2)

Vonnis Rechtbank Breda van 18 augustus 2005, rolnr. 147070/KG ZA 05-321, LJN: AU1044 (Bisdom Breda tegen Leo van der Velden) In aansluiting op eerder bericht: Bisdom Breda wint kort geding tegen doodgraver.

Van der Velden heeft ten behoeve van zijn uitvaartonderneming een advertentie geplaatst waarin hij de prijs van een uitvaartmis van het Bisdom heeft vergeleken met de prijs die hij voor een uitvaartdienst in rekening brengt. De vzngr. deelt de mening van het Bisdom dat de advertentie onrechtmatig is en dat er sprake is van misleidende reclame. Van der Velden suggereert ten onrechte dat zijn dienst gelijk is aan een kerkelijke uitvaart. De advertentie wekt bovendien de onjuiste suggestie dat het Bisdom de uitvaarten verzorgt en niet de afzonderlijke parochies. En omdat de afzonderlijke parochies geen standaardtarief hanteren voor een kerkelijke uitvaart is ook de prijsvergelijking is niet juist. Rechter vindt het verder begrijpelijk dat het Bisdom niet in verband gebracht wil worden met uitlatingen als “Laat u niet van de wijs brengen door mensen die geen verstand van zaken hebben.” 

Handig om te weten is dat het Bisdom op grond van artikel 2:2 BW rechtspersoonlijkheid bezit en dus als eisende partij in een procedure kan optreden. Het Kerkelijk Wetboek staat daar niet aan in de weg. Lees hier het vonnis.

IEF 757

De ander zijn brood

Het ANP bericht dat bij de Rechtbank Breda gisteren een kort geding heeft gediend in een curieuze reclamezaak tussen het Bisdom Breda en de Gilzense uitvaartondernemer Leo van der Velden. De doodgraver plaatste op 13 april een advertentie in een weekblad waarin hij de prijs van de door hem verzorgde uitvaartdienst vergeleek met het tarief dat parochies in rekening zouden brengen voor een uitvaartmis. Het Bisdom eist nu een rectificatie omdat, in de woorden van de advocaat, de ondernemer appels met peren zou verlijken en dus misleidende reclame maakt. Bovendien zouden de parochies ook geen vaste prijzen hanteren.

Volgens de advocaat van de uitvaartondernemer heeft zijn cliënt het publiek gewoon goed willen voorlichten en heeft het bisdom bovendien tot nu toe op geen enkele manier  waargemaakt dat het in de advertentie genoemde bedrag onjuist is. Voorzover relevant zou  het ook tegen de regels van de kerk zijn om geld te vragen voor een uitvaartmis. Wie het vonnis in handen krijgt, mag het vanzelfsprekend meteen mailen.

IEF 750

Precies daarom

Vers op rechtspraak.nl: Rechtbank Haarlem, 5 augustus 2005, LJN: AU0585, 115053. KPN tegen Vodafone. “Vodafone heeft in de De Telegraaf van 12 juli 2005 advertenties geplaatst met als kop ‘Precies daarom zijn wij het voordeligst’ en ‘Voordeliger dan met Vodafone op vakantie kan niet’. De advertenties zien op de kosten van mobiel bellen in het buitenland en bevatten onder andere een vergelijking van de gesprekskosten bij Vodafone en vier concurrenten.?KPN heeft in kort geding gevorderd dat Vodafone wordt veroordeeld om deze advertenties te rectificeren en dat haar wordt verboden om soortgelijke mededelingen te publiceren.

De voorzieningenrechter heeft Vodafone veroordeeld tot het plaatsen van een rectificatie in De Telegraaf, omdat de tekst van de advertenties misleidend is en de prijsvergelijkingen ongeoorloofd zijn. Het gevorderde verbod op het publiceren van soortgelijke mededelingen wordt niet toegewezen, omdat Vodafone heeft toegezegd dat de advertenties een eenmalige actie zijn geweest en KPN en Vodafone niet eerder een geschil over elkaars reclame-uitingen hebben gehad. “ Lees vonnis.

IEF 737

Goede raad

Vers op rechtspraak.nl: Raad van State, 3 augustus 2005, LJN: AU0416, 200408676/1. Beroep van SBS tegen boete wegens sluikreclame is gegrond.

Het CvdM heeft ten onrechte geconcludeerd dat SBS bewust reclame heeft gemaakt door het in beeld brengen van elektronische reclameborden van ABN AMRO, Radio 538, LAVOR en Ticket Box tijdens de live-uitzending van het Ajax 2001 Toernooi. Dat het reclamemateriaal voor het televisiekijkend publiek in beeld is gekomen betekent nog niet dat daarmee het Mediabesluit is overtreden.


"Op grond van de aanschouwing van de door het commissariaat samengestelde compilatie van beelden van de voetbalwedstrijden, en mede gelet op hetgeen de rechtbank heeft overwogen omtrent de totstandkoming van de uitgezonden voetbalwedstrijden, is de Afdeling, anders dan het commissariaat en met de rechtbank, van oordeel dat het commissariaat niet aannemelijk heeft gemaakt dat, zoals in het besluit van 18 juni 2002 is gesteld, SBS tijdens de uitzendingen van de voetbalwedstrijden reclameboodschappen in beeld heeft gebracht en dit met opzet heeft gedaan, althans bewust geen enkele actie heeft ondernomen dit te voorkomen terwijl dat wel van SBS verwacht mocht worden.

Terecht heeft de rechtbank overwogen dat slechts als gevolg van het feit dat spelbeelden in beeld worden gebracht ook de in het stadion aanwezige reclame in beeld komt, en dat van opzet tot het maken van sluikreclame als bedoeld in de Richtlijn doordat reclame opzettelijk in beeld wordt gebracht, niet is gebleken. Anders dan het commissariaat aanvoert, bestaat geen grond voor het oordeel dat de rechtbank bij haar waardering van het beeldmateriaal is voorbijgegaan aan de motivering van het besluit van 18 juni 2002. Lees uitspraak.

IEF 688

Nederlands grootste rijwielhandelaar

Rechtbank Haarlem, 21 juli 2005, LJN: AT9841, 112885/KG ZA 05-252. Biretco tegen gedaagde. Biretco (voorheen Euretco ) is een full-service retailorganisatie voor zelfstandige rijwielondernemers. Zij exploiteert onder andere de soft-franchise formules ‘Profile, de fietsspecialist’ (hierna: ‘Profile’), waarbij in Nederland 245 ondernemers zijn aangesloten. Gedaagde exploiteert een (zelfstandige) rijwielhandel.

Bij vonnis van 13 juli 2004 heeft de voorzieningenrechter te Haarlem gedaagde verboden ‘het openbaar maken of laten maken van misleidende mededelingen en/of reclame ten laste van Euretco, voor zover die mededelingen en/of reclame strekking hebben dat de Profile-ondernemers geen kortingen verstrekken.’, en het anders of meer gevorderde afgewezen.
Bij dagvaarding van 11 maart 2005 heeft Biretco een bodemprocedure jegens gedaagde aangespannen met betrekking tot onder andere een aantal door gedaagde geplaatste advertenties in 2004.

5.8 Van de onderhavige prijsvergelijking kan aldus worden aangenomen dat de consument, in wiens belang de Richtlijn 97/55/EG van 6 oktober 1997 en artikel 6:194a BW zijn opgesteld, op toelaatbare wijze wordt geïnformeerd en inzicht verkrijgt in het aanbod doordat de fietsen op objectieve en controleerbare wijze worden vergeleken, waarbij ook de bron wordt vermeld. Ten overvloede wordt daarbij nog overwogen dat de consument weet dat gehanteerde adviesprijzen niet altijd gelijk zijn aan verkoopprijzen, hetgeen hij overigens ook gemakkelijk kan nagaan. Het voorgaande in ogenschouw genomen, wordt geoordeeld dat van der Vossen door zijn prijzen te vergelijken met de adviesprijzen van Profile niet handelt in strijd met artikel 6:194a BW.

5.9 Biretco wordt wel gevolgd in haar stelling dat de vergelijking van gedaagde, dat hij ‘XX procent goedkoper is dan Profile’, onjuist of onvolledig is, een en ander voor zover in de advertentie niet duidelijk is weergegeven dat het betreffende percentage betrekking heeft op een (concrete vergelijking van een) bepaald artikel. In een groot aantal advertenties van gedaagde heeft hij op een goed zichtbare plaats en in een afwijkend groot lettertype de aanduiding ‘(…) 25% of 35% goedkoper’ opgenomen zonder nadere dan wel duidelijke toelichting op welke producten deze vergelijking betrekking heeft. Tezamen met de vermelding van en vergelijkingen met Profile, wordt aldus bij de consument de indruk gewekt dat gedaagde in zijn algemeenheid 25% of 35% goedkoper is dan Profile, hetgeen niet is aangetoond. Naar het voorlopig oordeel dient deze vergelijking dan ook als misleidend te worden aangemerkt met als gevolg dat de vordering van Biretco hieromtrent zal worden toegewezen.

5.11 Nu de aanduiding grootste rijwielhandelaar in Nederland vooralsnog onwaar is, dient deze als misleidend te worden aangemerkt en de vordering hieromtrent zal dan ook worden toegewezen. Dit geldt echter niet voor de aanduiding ‘super mega store, nu deze niet meer inhoudt dan een veel gehoorde en populaire uitdrukking voor winkels met een groot aanbod (met scherpe prijzen). Daarbij komt dat een zekere overdrijving eigen is aan reclame met als gevolg dat een dergelijke aanduiding bij de consument (mede gezien de context waarin de aanduiding is geplaatst oftewel de gehele advertentie van gedaagde) geen andere voorstelling zal wekken dan dat gedaagde veel fietsen en aanverwante artikelen te koop aanbiedt.

5.14 Anders dan Biretco betoogt, acht de voorzieningenrechter een verbod op het gebruik van het merk Profile door gedaagde vooralsnog niet aan de orde. Zoals hierboven onder 5.5 tot en met 5.8 reeds is bepaald, is de door gedaagde in zijn advertenties gedane prijsvergelijking geoorloofd. Alhoewel de advertenties van gedaagde wellicht wat ‘schreeuwerig’ genoemd kunnen worden, beperkt hij zich in het merendeel van de advertenties tot het noemen van het merk Profile bij de vergelijking ‘Profile Adviesprijs’ en ‘naam gedaagde Prijs’, en noemt hij het merk bij de bronvermelding.

5.16 gedaagde heeft vervolgens betwist dat hij de foto heeft overgenomen uit een folder van Profile. Ter zitting heeft hij desgevraagd medegedeeld dat hij aan de hand van de verpakking zelf een schets van de fietscomputer heeft gemaakt, en deze aan de krant heeft gegeven. Het komt de voorzieningenrechter onwaarschijnlijk voor dat de door gedaagde in zijn advertenties afgebeelde foto het resultaat is van een eigen creatie, aangezien deze, zowel wat betreft de foto van de fietscomputer zelf als de compositie, exact gelijk is aan de afbeelding in de Profile folder. Uit de rechterfoto zoals opgenomen in de advertentie zoals afgebeeld onder 2.1 sub g. valt - gezien het gebruik van een ander ‘lettertype’ - ook duidelijk op te maken dat enkel de prijs die gedaagde voor de fietscomputer vraagt en hieruit voortvloeiende kortingsbedrag zijn gewijzigd. Het gevolg van het voorgaande is dat ook dit verweer van gedaagde zal worden gepasseerd. Lees vonnis.

Lees over andere Euretco-reclamezaak, Haarlems Dagblad, zaterdag 05 juni 2004:

"De Vos eist forse schadevergoeding van leverancier. De Zwanenburgse rijwielhandelaar De Vos eist een schadevergoeding van 750.000 euro van het winkelconcern Euretco. Dat bedrijf beschuldigde De Vos onlangs van heling van gestolen fietsen. Die beschuldiging moet Euretco echter intrekken, zo oordeelde de Bredase voorzieningenrechter gisteren. De Vos werd zowel in dagbladadvertenties als in het wekelijkse vakbulletin van Euretco beticht van het verkopen van gestolen fietsen. De 150 fietsen zouden gestolen zijn bij een rijwielhandelaar in Bergen op Zoom.

Daarop spande De Vos een kort geding aan tegen Euretco. In dezelfde rechtszaak kwam nog een tweede conflict aan de orde. Euretco wilde De Vos verbieden fietsen van het merk Altra Basic te verkopen, omdat die fietsen alleen door Profile-winkels (onderdeel van Euretco) zouden mogen worden verkocht."

IEF 593

Vleesvervanger niet netjes

KG vonnis rechtbank Arnhem, van 11 mei 2005 LJN: AT8686 (Voorlichtingsbureau Vlees/Valess) De slagzin "Valess. Lekker geen vlees. Lekker van Zuivel." is niet een vergelijking in de zin van artikel 6:194a BW.

De voorzieningenrechter oordeelt: "het enkel noemen van het (generieke) product vlees is daarvoor onvoldoende. Goed beschouwd wordt daarmee door Campina c.s. alleen iets gezegd over de herkomst van het eigen product." De uitingen op de website en in het persbericht worden wel als een vergelijkende reclame opgevat. Het product Valess wordt afgezet tegen het product vlees door een aantal gunstige eigenschappen van het product Valess te noemen in vergelijking met vlees. Campina doet dat niet netjes door in de vergelijking niet ook de ongunstige eigenschappen van haar product te noemen. Benoem je het vetgehalte van vlees dan moet je ook het zoutgehalte van Valess en het ontbreken daarin van ijzer noemen. Lees vonnis.