Vragen aan HvJ EU: Is auteursrechtelijke bescherming vouwfiets uitgesloten als verschijningsvorm noodzakelijk is voor technisch resultaat?
Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 18 december 2018, IEF 18332; IEFbe 2853; C-833/18 (Brompton Bicycle) Via MinBuza: Brompton Bicycle beschuldigt CHEDECH ervan inbreuk te maken op Brompton’s auteursrecht betreffende haar vouwfietsen. Net als de vouwfietsen van CHEDECH, hebben die van Brompton drie standen (gevouwen, open en stand-by). Brompton meent daarom dat inbreuk wordt gemaakt op haar auteursrecht door de identieke verschijningsvormen van de vouwfietsen. Richtlijn 2001/29/EG bepaalt dat voor gebruiksvoorwerpen auteursrechtelijke bescherming uitgesloten is indien het gaat om verschijningsvormen die noodzakelijk zijn voor het bereiken van het technische resultaat. CHEDECH stelt dat dit laatste in deze zaak ook het geval is. In de Belgische rechtspraak wordt om de noodzakelijkheid te bepalen het onlosmakelijke verbandcriterium toegepast. Het Hof past een ander criterium toe, namelijk het oorzakelijkheidscriterium. In dat licht wenst de verwijzende Belgische rechter duidelijkheid van het Hof.