IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 18951

Uitspraak ingezonden door Lars Bakers en Matthijs Schonewille, BINGH Advocaten.

Verjaring domeinzaak Bulldog.com

14 jan 2020, IEF 18951; ECLI:NL:GHAMS:2020:44 (Appelant tegen Leidseplein Beheer), https://ie-forum.nl/artikelen/verjaring-domeinzaak-bulldog-com

Hof Amsterdam 14 januari 2020, IEF 18915; IT 3007; ECLI:NL:GHAMS:2020:44 (Appellant tegen Leidseplein Beheer). Zie ook [IEF 17089] en [IEF 15198]. Appellant is eigenaar en houder van de domeinnamen Bulldog.com en Buldog.com. Leidseplein Beheer is exploitant van “The Bulldog”, vooral bekend van de coffeeshops in Amsterdam. Tevens beschikt Leidseplein Beheer over de rechten van diverse intellectuele eigendommen omtrent The Bulldog. In 2004 is een geschil ontstaan over het gebruik van de genoemde domeinnamen. Er is toen een geschillenprocedure gestart bij de World Intellectual Property Organization. Daarna is een bodemprocedure gestart bij de rechtbank Den Haag, waarin is geoordeeld dat partijen niet gehouden zijn aan het oordeel van het WIPO. Dit is later bekrachtigd door het hof Den Haag. In de periode van augustus 2004 tot augustus 2009 heeft appellant zijn domeinnamen niet kunnen gebruiken en stelt dat er daardoor schade is geleden. De rechtbank oordeelde dat de vorderingen zijn verjaard.

IEF 18952

Artikel ingezonden door Paul Geerts, Rijksuniversiteit Groningen en bureau Brandeis.

Geerts en Torenbosch: gecombineerde noot onder HvJ EU 12 juni 2018

Gecombineerde noot onder HvJ EU 12 juni 2018, ECLI:EU:C:2018:423 (Louboutin/Van Haren) [IEF 17759], HvJ EU 14 maart 2019, ECLI:EU:C:2019:199 (Textilis/Svenskt Tenn Aktiebolag) [IEF 18297] en EUIPO 22 mei 2019, [IEF 18484] (Van Haren/Louboutin).

1. In deze gecombineerde noot staat de wezenlijke waarde uitsluitingsgrond in het merkenrecht centraal. Deze uitsluitingsgrond was in de oude Merkenrichtlijn 2008/95 neergelegd in art. 3 lid 1 sub e en gold alleen voor vormmerken.  In de nieuwe herschikte Merkenrichtlijn 2015/2424 die per 12 januari 2016 in werking is getreden, is het toepassingsbereik van de uitsluitingsgrond verruimd en geldt deze ook voor ‘een ander kenmerk’ dat een wezenlijke waarde aan de waren geeft; art. 4 lid 1 sub e onder iii Mrl.  Sinds 1 maart 2019 is deze uitsluitingsgrond in art. 2.2bis lid 1 sub e onder iii BVIE geïmplementeerd.

IEF 18950

Publicaties over Soliditry van De Persgroep zijn onrechtmatig

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 jan 2020, IEF 18950; ECLI:NL:GHARL:2020:177 (De Persgroep tegen Soliditry), https://ie-forum.nl/artikelen/publicaties-over-soliditry-van-de-persgroep-zijn-onrechtmatig

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 januari 2020, IEF 18950, IT 3009; ECLI:NL:GHARL:2020:177 (De Persgroep tegen Soliditry) De Persgroep heeft artikelen gepubliceerd over dat Soliditry criminele activiteiten zou hebben gepleegd. Zie [IEF 18999]. De rechtbank oordeelde eerder dat de artikelen over Soliditry verwijderd dienden te worden. De Persgroep gaat hiertegen in beroep. Er wordt een belangenafweging gemaakt tussen twee fundamentele rechten: het recht op vrijheid van meningsuiting van De Persgroep en het recht op eerbiediging van de eer, goede naam en reputatie van Soliditry en de persoonlijke levenssfeer van de juridisch adviseur. Een belangrijk onderdeel bij deze afweging is journalistieke zorgvuldigheid, die voor accurate en betrouwbare berichtgeving moet zorgen, in het bijzonder wanneer de pers beschuldigingen uit. Die zullen een duidelijke feitelijke basis moeten hebben. Uit de vaststaande feiten wordt geconcludeerd dat de artikelen onrechtmatig gepubliceerd zijn door De Persgroep.

IEF 18948

Uitspraak ingezonden door Thomas Berendsen en Fleur Boom, LXA.

Jurk met zigzagpatroon auteursrechtelijk beschermd

Rechtbank Amsterdam 8 jan 2020, IEF 18948; (NP Fashion tegen Just Dai), https://ie-forum.nl/artikelen/jurk-met-zigzagpatroon-auteursrechtelijk-beschermd

Rechtbank Amsterdam 8 januari 2020, IEF 18948; C/13/661002 (NP Fashion tegen Just Dai) NP Fashion ontwerpt kleding en accessoires. Zij hebben onder andere een jurk met kleurrijk zigzagpatroon op de markt gebracht. Just Dai is een concurrerend kledingbedrijf. NP Fashion stelt dat Just Dai inbreuk maakt op haar auteursrechten en ook dat er sprake is van onrechtmatig handelen wegens het slaafs nabootsen van ontwerpen. Overwogen wordt dat voldoende aannemelijk is gemaakt dat het design tot stand is gekomen door creatieve keuzes die aan NP Fashion kunnen worden toegeschreven. Dat er in de loop van de geschiedenis verschillende kledingstukken zijn voorzien van een (vergelijkbaar) zigzagpatroon doet hier niet aan af. De uitwerking van NP Fashion bevat een zodanig uniek karakter dat deze als nieuw werk dient te worden beschouwd. De ontwerpen zijn auteursrechtelijk beschermd. Het ontwerp van Just Dai is zodanig overeenkomstig dat geconcludeerd wordt dat het verhandelen van de kledingstukken inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van NP Fashion. 

IEF 18947

Uitnodiging Oranjeborrel INTA Singapore

Na een ouderwets gezellige Oranjeborrel in Boston, organiseren we ook dit jaar de traditionele aftrap van de INTA. We nodigen jullie van harte uit op zaterdag 25 april, van 17:00 tot laat.

We ontvangen jullie graag in het Privé ACM van het Asian Civilisations Museum. Het museum bevindt zich op een historische plek direct aan de Singapore River en vangt in één blik zowel het oude als het nieuwe Singapore. Een inspirerende plek om samen met vrienden en vijanden, concurrenten en collega’s, advocaten en gemachtigden de INTA 2020 te openen.

IEF 18946

Artikel ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.

Verhuren van auto's met een autoradio geen mededeling aan het publiek

Volgens AG Szpunar vormt het verhuren van auto's met een autoradio geen mededeling aan het publiek.
Ik durf wel de voorspelling aan dat het Hof hem hierin gaat volgen.

Vraag: Houdt de verhuur van auto’s die standaard zijn uitgerust met een radio-ontvanger in dat de degene die de auto’s verhuurt een gebruiker is die een mededeling aan het publiek doet in de zin van artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29 en 8, lid 2, van richtlijn 2006/115 ?

Antwoord: nee.

IEF 18942

Conclusie A-G in publicatiezaak

Hoge Raad 20 dec 2019, IEF 18942; ECLI:NL:PHR:2019:1362 (Echtpaar tegen auteur), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-a-g-in-publicatiezaak

Conclusie AG HR 12 december 2019, IEF 18942; ECLI:NL:PHR:2019:1362 (Echtpaar tegen Auteur) Een echtpaar is in Panama betrokken geweest bij een commercieel herbebossingsproject. Over dit echtpaar zijn op internet meerdere publicaties verschenen. De auteur van deze verhalen is in Panama veroordeeld wegens ‘misdrijven tegen de persoonlijke eer’. Thans heeft het echtpaar ook de auteur gedagvaard voor de rechtbank te Amsterdam. Volgens de dagvaarding, die openbaar is betekend, had de auteur geen bekende woon- of verblijfplaats. De vorderingen werden bij verstek toegewezen. Nadat dit vonnis openbaar was betekend is de auteur in verzet gekomen en heeft reconventionele vorderingen ingesteld. De rechtbank heeft het verstekvonnis vernietigd en zichzelf onbevoegd verklaard, nu onvoldoende gesteld en onderbouwd is dat de schade in Nederland is geleden. Het Hof heeft in dezelfde lijn geoordeeld. 

IEF 18943

Uitspraak ingezonden door Michelle Seel, Schipper Legal.

HFM maakt inbreuk op rechten van wereldhit

Rechtbank Midden-Nederland 23 dec 2019, IEF 18943; ECLI:NL:RBMNE:2019:6136 (MCM tegen HFM), https://ie-forum.nl/artikelen/hfm-maakt-inbreuk-op-rechten-van-wereldhit

Rechtbank Midden-Nederland 23 december 2019, IEF 18943; ECLI:NL:RBMNE:2019:6136 (MCM tegen HFM) Het gaat in de kern over de rechten op een wereldhit. Er wordt geoordeeld dat de zanger van de hit door het aangaan van een exclusieve artiestenovereenkomst met MCM onder Amerikaans recht de rechten op deze track in 1998 op exclusieve en wereldwijde basis aan MCM heeft overgedragen. HFM heeft derhalve in 2009 door het aangaan van een licentieovereenkomst met de zanger geen (naburige) rechten kunnen verkrijgen. Door exploitatie van reproducties van de wereldhit maakt HFM inbreuk op de rechten van MCM. Als Amerikaans rechthebbende kan MCM op grond van artikel 32 lid 2 sub a Wnr rechtsmaatregelen in Nederland treffen. Er wordt verklaart dat dat HFM inbreuk maakt jegens MCM op de rechten van de wereldhit. Tevens dient HFM aan MCM rekening en verantwoording af te leggen. De hoogte van de schade van MCM zal in een schadestaatprocedure worden vastgesteld.

IEF 18945

Sony wint langdurend conflict over Uniewoordmerk Vita

Gerecht EU (voorheen GvEA) 19 dec 2019, IEF 18945; T‑690/18 (Sony tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/sony-wint-langdurend-conflict-over-uniewoordmerk-vita

Gerecht EU 19 december 2019, IEF 18945, IEFbe 3020; ECLI:EU:T:2019:894 (Sony tegen EUIPO) In september 2005 is er bij het EUIPO een Uniemerk ingeschreven voor het woordteken Vita. In september 2011 zijn de rechten op het woordmerk overgedragen aan Sony Computer Entertainment Europe. In 2014 heeft de nietigheidsafdeling, op verzoek van het Spaanse Vieta Audio, het merk vervallen verklaard voor alle waren waarvoor het was ingeschreven. Het merk zou niet voldaan hebben aan de eis dat het binnen vijf jaar na registratie normaal gebruikt moet worden. Sony heeft hiertegen beroep ingesteld bij het EUIPO. In juni 2011 heeft Sony de Playstation Vita console gepresenteerd en in 2012 is deze op de markt verschenen. De zaak is door verscheidene gerechten behandeld. Sony is van mening dat een beslissing van de vierde kamer van beroep van het EUIPO uit 2018 bepaalde beslissingen uit een uitspraak van de vijfde kamer van beroep uit 2017 onterecht in stand hield. De uitspraak uit 2017 was vernietigd op grond van ontoereikende motivering. Nu dat het geval was, had het daaropvolgende gerecht alle relevante punten opnieuw moeten onderbouwen. Dit is echter niet gebeurd. Er werd op bepaalde punten enkel gerefereerd naar de eerdere uitspraak. De grieven van Sony worden gegrond verklaard en de uitspraak van de vierde kamer van beroep van de EUIPO wordt vernietigd.

54      Nadat de eerdere beslissing was vernietigd wegens ontoereikende motivering, was de vierde kamer van beroep dan ook verplicht om zich opnieuw uit te spreken over alle voor de toepassing van artikel 51, lid 1, onder a), van verordening nr. 207/2009 relevante punten, teneinde te voldoen aan de krachtens artikel 65, lid 6, van verordening nr. 207/2009 op haar rustende verplichting om de maatregelen te treffen die nodig waren voor de uitvoering van het arrest van 12 december 2017, Vita (T‑35/16, niet gepubliceerd, EU:T:2017:886).

55      Ten slotte kan gelet op het voorgaande evenmin worden ingestemd met het door het EUIPO subsidiair aangevoerde argument dat het door de vierde kamer van beroep over de punten in kwestie ingenomen standpunt kennelijk identiek is aan het standpunt dat de vijfde kamer van beroep over die punten heeft ingenomen in de eerdere beslissing, en dat daarom de bestreden beslissing niet ontoereikend is gemotiveerd. Uit de bestreden beslissing blijkt immers niet (zie punten 29‑33 hierboven) dat het door de vierde kamer van beroep over de punten in kwestie ingenomen standpunt identiek is aan het standpunt dat de vijfde kamer van beroep over die punten heeft ingenomen in de eerdere beslissing. In de bestreden beslissing heeft de vierde kamer van beroep ten onrechte geconstateerd dat het Gerecht bepaalde vaststellingen van de vijfde kamer van beroep had bevestigd. Derhalve achtte zij zich door die vaststellingen gebonden, zonder evenwel de relevante argumenten van partijen te hebben onderzocht en er een standpunt over te hebben ingenomen. Zoals in punt 52 hierboven reeds is opgemerkt, kon de vierde kamer van beroep bovendien niet gebonden zijn door de vaststellingen van de vijfde kamer van beroep en kon zij deze vaststellingen niet bevestigen in de bestreden beslissing.

56      Aangezien de vierde kamer van beroep haar verplichting om zich opnieuw uit te spreken over de relevante punten niet is nagekomen, moet het eerste middel in zoverre worden aanvaard en dient de bestreden beslissing in haar geheel te worden vernietigd, zonder dat uitspraak hoeft te worden gedaan over de andere grieven en het andere middel.

IEF 18940

Footasylum pleegt merkinbreuk met KWD-collectie

Rechtbank Gelderland 29 okt 2019, IEF 18940; ECLI:NL:RBGEL:2019:5300 (KWD Sport tegen Footasylum), https://ie-forum.nl/artikelen/footasylum-pleegt-merkinbreuk-met-kwd-collectie

Vrz. Rechtbank Gelderland 29 oktober 2019, IEF 18940; ECLI:NL:RBGEL:2019:5300 (KWD Sport tegen Footasylum) Footasylum biedt een kledingcollectie aan die “KINGS WILL DREAM”-collectie heet. Deze collectie korten zij af met KWD. Hierop heeft KWD Sport aangevoerd dat Footasylum inbreuk maakt op hun merkenrecht. Beide ondernemingen verkopen (functionele) sportkleding en/of sportieve vrijetijdskleding. Er wordt geoordeeld dat het woordmerk en het teken/logo zodanig overeenstemmen dat de KINGS WILL DREAM-collectie niet voldoende onderscheidend vermogen heeft en daardoor verwarringsgevaar ontstaat. Hiermee maakt Footasylum merkinbreuk op grond van artikel 2.20 lid 1 sub b BVIE.