IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 18537

Prejudiciële vragen over toepassing en reikwijdte Artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 jun 2019, IEF 18537; ECLI:NL:GHARL:2019:5012 (DOC tegen Dairy Partners), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-toepassing-en-reikwijdte-artiestenverloning-arrest

Hof Arnhem-Leeuwarden 14 juni 2019, IEF 18537; ECLI:NL:GHARL:2019:5012 (DOC tegen Dairy Partners) Tussenbeschikking. Dairy Partners produceert geknede kazen (pasta filata), zoals mozzarella en pizzakaas. Dairy Partners verkoopt haar geknede kazen aan de zakelijke markt in 23 landen, waaronder Nederland. Zij is een grote en bekende speler. DOC is een groot zuivelconcern in Duitsland en in meer dan 100 landen actief. DOC komt op tegen de feitelijke beoordeling van het gestelde verwarringsgevaar door de kantonrechter. DOC stelt, kort gezegd, dat de activiteiten van beide ondernemingen niet nagenoeg vergelijkbaar zijn (grief I) en dat door toevoeging van de afkorting DOC het voor het publiek, dat deskundig is, duidelijk zal zijn dat het om twee verschillende ondernemingen gaat (grieven III en IV). Onder grief II betwist DOC dat de handelsnaam Dairy Partners niet louter beschrijvend is. Het hof stelt prejudiciele vragen over de toepassing en reikwijdte van het Artiestenverloning-arrest [IEF 15523 en IEF 16539]. Gelden voor een succesvol beroep op artikel 5 Handelsnaamwet in geval van een beschrijvende handelsnaam aanvullende voorwaarden naast het in dat artikel genoemde verwarringsgevaar?

IEF 18536

Bevestiging nietigheid driestrepen-merk Adidas

Gerecht EU (voorheen GvEA) 19 mei 2019, IEF 18536; (Adidas tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/bevestiging-nietigheid-driestrepen-merk-adidas

Gerecht EU 19 juni 2019, IEF 18536, IEFbe2903 (Adidas tegen EUIPO) In 2013 heeft verzoekster Adidas bij EUIPO een Uniemerkaanvraag ingediend voor het beeldmerk: „Drie op dezelfde afstand van elkaar geplaatste parallel lopende strepen van gelijke lengte die in welke richting dan ook op de waar zijn aangebracht”. Het merk is onder nummer 12442166 ingeschreven. Interveniënte, Shoe Branding Europe BVBA vorderde daarop nietigverklaring van het betrokken merk. Deze vordering is toegewezen wegens het ontbreken van elk – zowel intrinsiek als door het gebruik verkregen – onderscheidend vermogen. Adidas stelt dat de kamer van beroep ten onrechte talrijke bewijzen buiten beschouwing heeft gelaten omdat deze betrekking hadden op andere tekens dan het betrokken merk en, in de tweede plaats, dat de kamer van beroep de zaak onjuist heeft beoordeeld door vast te stellen dat niet was aangetoond dat het betrokken merk onderscheidend vermogen had verkregen als gevolg van het gebruik dat ervan is gemaakt op het grondgebied van de Unie. Het beroep wordt verworpen.

IEF 18535

Uitspraak ingezonden door Olaf van Haperen en Nadiya Disveld, Eversheds Sutherland.

Geen bewijs eigen openbaar voorgebruik VG Colour

Rechtbank Den Haag 19 jun 2019, IEF 18535; ECLI:NL:RBDHA:2019:6407 (HE Licenties tegen VG Colours), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-bewijs-eigen-openbaar-voorgebruik-vg-colour

Rechtbank Den Haag 19 juni 2019, IEF 18535; ECLI:NL:RBDHA:2019:6407 (HE Licenties tegen VG Colours) Langlopende octrooi-procedure inzake de kleuring van orchideeën. Vervolg op het tussenvonnis [IEF 17517] waarin VG Colours werd toegelaten haar gestelde eigen openbaar voorgebruik te bewijzen en het beroep op verlies van rechtskracht en toegevoegde materie te bepleiten. In het bewijs van het eigen openbaar voorgebruik is VG Colours niet geslaagd. Inbreuk op conclusies 11,12,13 en/of 15 wordt aangenomen. Deze zaak is eveneens een vervolg op het eerder door VG Colours gewonnen kort geding [IEF 15239] en op de zaak over bestuurdersaansprakelijkheid [IEF 17544] met betrekking tot de onbetaalde proceskostenveroordeling.

IEF 18534

Uitspraak ingezonden door Paul Reeskamp, Marijn van der Wal en Johan Renes, DLA Piper.

Beschermingsomvang octrooi is beperkt tot gebruik van pemetrexed disodium

Rechtbank Den Haag 19 jun 2019, IEF 18534; ( Pemetrexed), https://ie-forum.nl/artikelen/beschermingsomvang-octrooi-is-beperkt-tot-gebruik-van-pemetrexed-disodium

Rechtbank Den Haag 19 juni 2019, IEF 18534, LS&R 1717; ECLI:NL:RBDHA:2019:6107 (Pemetrexed) Eli Lilly tegen Fresenius Kabi. Anders dan het Hof Den Haag in de kort geding procedure [IEF 17690] en verschillende buitenlandse rechters, oordeelt de rechtbank dat de beschermingsomvang van het octrooi beperkt is tot het gebruik van pemetrexed disodium en dus dat het door Fresenius gebruikte pemetrexed tromethamine buiten de beschermingsomvang valt. De rechtszekerheid dient te prevaleren boven een ruime beschermingsomvang, gelet op onder meer de volgende – in onderling verband te beschouwen - omstandigheden:
- het verleningsdossier waarin een bewuste keuze is gemaakt voor pemetrexed disodium
- het tijdens verlening berusten in een tot pemetrexed disodium  beperkte claim
- de omschrijving die wel andere ruimere definities bevat, bijvoorbeeld van vitamine B12
- het feit dat Lilly een deskundige octrooiaanvrager is ( want een farmaceutische grootmacht)
- equivalente zouten tijdens de prioriteitsdatum voor de vakman voorzienbaar waren.
Onder deze omstandigheden staat naar het oordeel van de rechtbank de rechtszekerheid ook in de weg aan aanvullende bescherming onder het equivalentie bereik. Afwijzing van de vorderingen van Lilly met veroordeling in de proceskosten ad € 400.000.

IEF 18532

Inbreuk Unierechten door verhandelen nep-artikelen

Rechtbank Den Haag 12 jun 2019, IEF 18532; ECLI:NL:RBDHA:2019:5988 (Popsockets tegen VOF), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-unierechten-door-verhandelen-nep-artikelen

Rechtbank Den Haag 12 juni 2019, IEF 18532, RB 3324; ECLI:NL:RBDHA:2019:5988 (PopSockets tegen VOF) Merkenrecht. Modellenrecht. Inbreuk. PopSockets verkoopt een button en houder in een combi-pack dat achterop een mobiele telefoon of een ander elektronisch apparaat kan worden aangebracht en is houder van de merken en het model. De VOF exploiteert een groot- en detailhandel in partijgoederen en verkoopt deze goederen via internet en op markten. De VOF plaatst op Facebook en Marktplaats advertenties waarin zij namaak Popsockets te koop aanbiedt. VOF heeft inbreuk heeft gemaakt op de Uniemerken.

IEF 18531

Gmail is geen electronische communicatiedienst in zin kaderrichtlijn

HvJ EU 13 jun 2019, IEF 18531; ECLI:EU:C:2019:498 (Google LLC tegen Duitsland), https://ie-forum.nl/artikelen/gmail-is-geen-electronische-communicatiedienst-in-zin-kaderrichtlijn

HvJ EU 13 juni 2019, IEF 18531, IEFbe 2901, IT&R 2802; ECLI:EU:C:2019:498 (Google LLC tegen Duitsland) Prejudiciële beslissing. Telecommunicatiedienst. Richtlijn 2002/21/EG. Google is een internetzoekmachine en een e‑maildienst, genaamd Gmail. Met Gmail kunnen gebruikers e‑mails en data via het internet verzenden en ontvangen. Om van deze dienst gebruik te maken moet de gebruiker een e‑mailaccount aanmaken waardoor hij kan beschikken over een adres op basis waarvan hij wordt geïdentificeerd als afzender en ontvanger van e‑mails. Het gaat in deze zaak tussen Google LLC en Duitsland over het BNetzA besluit, waarbij wordt vastgesteld dat de e-maildienst Gmail van Google een telecommunicatiedienst is en Google om die reden op straffe van een dwangsom wordt gelast de verplichting tot kennisgeving na te komen. De BNetzA is van mening dat Gmail een telecommunicatiedienst is in de zin van § 6, lid 1, TKG. Google is van mening dat Gmail geen telecommunicatiedienst is, omdat met deze dienst geen signalen worden overgebracht. Het verzoek om prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van de kaderrichtlijn over het begrip telecommunicatiedienst. Beantwoording van de prejudiciële vragen:

IEF 18517

Inschrijven nog mogelijk voor Benelux Merkencongres donderdag 20 juni

Wat maakt copycats succesvol, bezien vanuit de consument?; Grensoverschrijdende bevoegdheid in merkenzaken (forumshoppen of toch niet?); Het strategisch inzetten van beschermingsregimes, en: Content filtering in copyright, een model voor het merkenrecht?
Deze onderwerpen en meer komen aan de orde tijdens het Benelux Merkencongres op donderdag 20 juni, samengesteld door Tobias Cohen Jehoram en Martin Senftleben.

IEF 18530

Berisping vanwege gegevensuitwisseling Bemoeizorg

Overig 13 jun 2019, IEF 18530; ECLI:NL:TGZREIN:2019:36 (Klaagster tegen verpleegkundige Bemoeizorg), https://ie-forum.nl/artikelen/berisping-vanwege-gegevensuitwisseling-bemoeizorg

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 13 juni 2019, IEF 18530, IT&R 2801, LS&R 1716; ECLI:NL:TGZREIN:2019:36 (Klaagster tegen verpleegkundige Bemoeizorg) Tuchtrecht. Gegevensuitwisseling. Privacy. Berisping. Klaagster is door de woningbouwvereniging aangemeld bij Bemoeizorg wegens vreemd gedrag. Verpleegkundige heeft klaagster toegewezen gekregen als cliënte. Tussen klaagster, de verpleegkundige en derden hebben gesprekken plaatsgevonden en op basis daarvan is een aanmeldingsformulier gemaakt. In dit formulier staan gegevens van klaagster, waaronder een diagnose, die zijn uitgewisseld met de gemeente. Klaagster stelt dat de verpleegkundige zich niet aan zijn geheimhoudingsverplichting heeft gehouden en haar privacy heeft geschonden. De verpleegkundige stelt dat er geen vertrouwelijke gegevens zijn uitgewisseld. De klacht wordt gedeeltelijk gegrond verkaard. Bemoeizorg krijgt maatregel van berisping opgelegd.

IEF 18529

Geen auteursrechtinbreuk kattenkrabpaal

Rechtbank Den Haag 22 mei 2019, IEF 18529; ECLI:NL:RBDHA:2019:5188 (Petsbelle tegen EBI), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-auteursrechtinbreuk-kattenkrabpaal

Vzr. Rechtbank Den Haag 22 mei 2019, IEF 18529; ECLI:NL:RBDHA:2019:5188 (Petsbelle tegen EBI) Auteursrecht. Modelrecht. Petsbelle ontwerpt en verhandelt kattenkrabpalen. EBI houdt zich onder meer bezig met de im- en export van dierenbenodigdheden. EBI heeft een bepaald model kattenkrabpaal op de markt gebracht. Petsbelle vordert iedere inbreuk van zowel auteursrechten als gemeenschapsmodelrechten van Petsbelle te staken en gestaakt te houden, alsmede iedere slaafse nabootsing van de krabpalen te staken. Het lukt Petsbelle niet om de inbreuken aan te tonen. Openbaarmaking van geregistreerd gemeenschapsmodel langer dan één jaar voor aanvraag levert geen nieuwheid op. Ten aanzien van niet-geregistreerde model- en auteursrechten is het houderschap onvoldoende onderbouwd gelet op het reeds voor dagvaarding bekende verweer dat de kattenkrabpalen zijn ontworpen in dienstverband van gedaagde. Er is geen inbreuk op de overige rechten want de algemene- en totaalindruk wijken voldoende af in verhouding tot het verschil van de betreffende krabpaal en het vormgevingserfgoed daarvan. Beroep op slaafse nabootsing is afgewezen.

IEF 18528

Middelen Visi/One tegen nietigheid ongegrond

Gerecht EU (voorheen GvEA) 13 jun 2019, IEF 18528; ECLI:EU:T:2019:417 (Visi/One tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/middelen-visi-one-tegen-nietigheid-ongegrond

Gerecht EU 13 juni 2019, IEF 18528, IEFbe 2900; ECLI:EU:T:2019:417 (Visi/one tegen EUIPO) Modellenrecht. Visi/one GmbH heeft bij het EUIPO de inschrijving aangevraagd en verkregen van het litigieus model. Dit model wordt gebruikt voor onder andere informatieschermen en reclameborden voor voertuigen. EasyFix GmbH voerde een vordering tot nietigverklaring van het ligitieuze model in, omdat het niet nieuw zou zijn en geen eigen karakter zou hebben. Visi/ OneGmbH stelt tegen de beslissing op de nietigheid beroep in bij het EUIPO en voert vier middelen aan: 1) onjuiste beoordeling van het bewijsmateriaal inzake de openbaarmaking van een „ouder model”, in strijd met artikel 7, lid 1, van verordening nr. 6/2002; 2) schending van het in artikel 62, tweede volzin, van deze verordening neergelegde recht om te worden gehoord; 3) schending van de in artikel 62, eerste volzin, van die verordening neergelegde motiveringsplicht, en 4) onjuiste beoordeling van het eigen karakter van het litigieuze model, in strijd met artikel 6 en 25, lid 1, onder b), van die verordening. Alle middelen zijn ongegrond verklaard.