IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 18310

Gemiddelde van tarieven voor gebruik foto in de diverse pixelmaten en opsporingsvergoeding Permission Machine

Rechtbanken 13 mrt 2019, IEF 18310; ECLI:NL:RBMNE:2019:1068 (Food & Lifestyle foto), https://ie-forum.nl/artikelen/gemiddelde-van-tarieven-voor-gebruik-foto-in-de-diverse-pixelmaten-en-opsporingsvergoeding-permissio

Ktr. Rechtbank Midden-Nederland 13 maart 2019, IEF 18310; ECLI:NL:RBMNE:2019:1068 (Food & Lifestyle foto) Eiseres exploiteert een onderneming die onder meer Food & Lifestyle foto’s aanbiedt. Gedaagde drijft een onderneming die zich bezighoudt met webhosting. Een uitsnede van de foto is zonder daartoe strekkende licentie geplaatst op de website. Permission Machine heeft namens eiseres erop gewezen dat de foto auteursrechtelijk beschermd is en gedaagde in de gelegenheid gesteld alsnog een licentie te kopen voor het gebruik van de foto. Daarop is de foto van de website verwijderd. Gemiddelde van de tarieven die gelden voor gebruik van een foto in de diverse pixelmaten tot één week op een website met een .nl domeinnaam. Dit gemiddelde bedraagt € 198,75 per foto. Een opslag van 25% voor ontbreken naamsvermelding. Op grond van artikel 6:96 lid 2 sub b BW komen gemaakte kosten voor onderzoek naar / opsporing van een auteursrechtinbreuk voor vergoeding in aanmerking; Permission Machine heeft 15 minuten besteed, uitgaande van €105,00 per uur, is dat €26,25 en €315,00 aan proceskosten.

IEF 18308

Mondelinge overeenkomst overdragen Ergonnederland.eu buitengerechtelijk vernietigt nu tegen gemotiveerde betwisting niets is aangedragen

Rechtbanken 8 mrt 2019, IEF 18308; ECLI:NL:RBGEL:2019:1141 (Trademark tegen Ergon), https://ie-forum.nl/artikelen/mondelinge-overeenkomst-overdragen-ergonnederland-eu-buitengerechtelijk-vernietigt-nu-tegen-gemotive

Ktr. Rechtbank Gelderland 8 maart 2019, IEF 18308; IT 2726; ECLI:NL:RBGEL:2019:1141 (Trademark tegen Ergon) Domeinnaamrecht. Trademark heeft telefonisch contact met Ergon opgenomen met betrekking tot de levering van de domeinnaam www.ergonnederland.eu. Tussen partijen is een mondelinge overeenkomst tot stand gekomen voor de levering van genoemde domeinnaam voor de duur van 10 jaar. Ergon heeft deze factuur onbetaald gelaten. Ergon heeft bij brief buitengerechtelijk vernietiging van de overeenkomst ingeroepen op grond van dwaling, bedrog en misbruik van omstandigheden. Nu Trademark niet reageert op de gemotiveerde betwisting van haar standpunten, wordt geconcludeerd dat zij deze niet langer wenst te handhaven. Afwijzing vordering van Trademark. Misbruik van procesrecht door Trademark en de door Ergon verzochte integrale kostenveroordeling in redelijkheid wordt begroot op € 1.500,00.

IEF 18303

Tappen van vals bier uit de Heinekentaps

Rechtbank Rotterdam 6 mrt 2019, IEF 18303; ECLI:NL:RBROT:2019:1824 (Heineken tegen De Laak), https://ie-forum.nl/artikelen/tappen-van-vals-bier-uit-de-heinekentaps

Rechtbank Rotterdam 6 maart 2019, IEF 18303; IEF 2844; ECLI:NL:RBROT:2019:1824 (Heineken tegen De Laak) Merkinbreuk. Heineken is houdster van woord- en beeldmerken Heineken en Amstel. De Laak drijft een horecaonderneming. Als onbetwist staat vast dat door De Laak ander bier dan Heineken bier is getapt uit de taps met daarop aangebracht het Heineken logo/beeldmerk. Het enkele feit dat De Laak het bier op de tapinstallatie nooit heeft aangeprezen als zijnde Heinekenbier, kan De Laak c.s. niet baten. De Laak heeft de op de tapkranen aangebrachte logo’s niet afgeplakt en/of voorzien van een andere etikettering. De aanzienlijke kans dat bij derden/consumenten de indruk is ontstaan dat het bier afkomstig was van Heineken is op geen enkele wijze is weggenomen, zodat afbreuk is gedaan aan de herkomstfunctie van het merk. Betaling aan Heineken van €200.000 bij wijze van voorschot op de schadevergoeding in de schadestaatprocedure, winstafdracht, recall, schriftelijke opgave en andere nevenvorderingen.

IEF 18305

Turbo Theorie maakt inbreuk op auteursrechten website Nu Theorie

Rechtbanken 13 mrt 2019, IEF 18305; ECLI:NL:RBDHA:2019:2346 (Nu Theorie tegen Turbo Theorie), https://ie-forum.nl/artikelen/turbo-theorie-maakt-inbreuk-op-auteursrechten-website-nu-theorie

Vzr Rechtbank Den Haag 13 maart 2019, IEF 18305; ECLI:NL:RBDHA:2019:2346 (Nu Theorie tegen Turbo Theorie). Nu Theorie en Turbo Theorie zijn beide bedrijven die zich (o.a.) richten op het geven van cursussen om in een dag het theorie-examen voor het rijbewijs te halen. Nu Theorie stelt dat Turbo Theorie inbreuk maakt op haar auteursrechten door haar website te kopiëren. Dit is inderdaad het geval, maar er rust geen auteursrecht op algemene voorwaarden en losse tekstblokken. Met betrekking tot het handelsnaamrecht: het voeren van een handelsnaam door gebruik het gebruik van handelsnaam concurrent voor Google Adwords reclame campagne vormt geen oneerlijke handelspraktijk.

 

IEF 18311

Perfect Eyelash onderbouwt handelsnaam- en merkrechten onvoldoende

Rechtbanken 28 dec 2019, IEF 18311; ECLI:NL:RBMNE:2018:6654 (Perfect eyelash tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/perfect-eyelash-onderbouwt-handelsnaam-en-merkrechten-onvoldoende

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 28 december 2018, IEF 18311; ECLI:NL:RBMNE:2019:6654 (Perfect Eyelash tegen X) Eiseres gebruikt de handelsnaam Perfect Eyelash en bijbehorend beeldmerk. Eiseres is van mening dat gedaagde inbreuk maakt op haar rechten doordat zij een vrijwel identieke handelsnaam voert, in dezelfde branche, in dezelfde plaats van vestiging. Gedaagde voert hiertegen gemotiveerd verweer. Eiseres heeft echter onvoldoende onderbouwd dat zij rechthebbende is op de handelsnaam- en merkrechten. Derhalve worden haar vorderingen afgewezen, en wordt zij veroordeeld in de proceskosten.

IEF 18306

ANP begroot abstract schadevergoeding aan de hand van tarievenlijst Stichting Foto Anoniem

Rechtbanken 6 mrt 2019, IEF 18306; ECLI:NL:RBMNE:2019:928 (ANP tegen SDNL), https://ie-forum.nl/artikelen/anp-begroot-abstract-schadevergoeding-aan-de-hand-van-tarievenlijst-stichting-foto-anoniem

Ktr. Rechtbank Midden-Nederland 6 maart 2019, IEF 18306; ECLI:NL:RBMNE:2019:928 (ANP tegen SDNL) ANP beheert auteursrechten van fotografen. Op de pagina van SDNL waren 3 foto's te zien die onderdeel zijn van de beeldbank van het ANP. Hiermee wordt een auteursrechtinbreuk gemaakt. Het ANP komt het recht toe om de auteursrechten die op deze foto’s rusten te beheren en te exploiteren. De schade die is geleden naar aanleiding van deze inbreuk is niet exact vast te stellen, derhalve dient deze abstract te worden begroot op basis van de gederfde licentievergoeding. Er wordt aansluiting gezocht bij de tarievenlijst 2015 van Stichting Foto Anoniem, €111 per foto en een opslag van 25% voor ontbreken van ©ANP.

IEF 18301

Uitspraak ingezonden door Gertjan van den Hout, NORD.

Gerecht EU: relevant publiek zal 'supr' niet onmiddellijk associëren met 'super'

Gerecht EU (voorheen GvEA) 13 mrt 2019, IEF 18301; ECLI:EU:T:2019:160 ((Wirecard Technologies tegen Striatum Ventures)), https://ie-forum.nl/artikelen/gerecht-eu-relevant-publiek-zal-supr-niet-onmiddellijk-associ-ren-met-super

Gerecht EU 13 maart 2019, IEF 18301; IEFbe 2842, ECLI:EU:T:2019:160 (Wirecard Technologies tegen Striatum Ventures). De eisende partij Wirecard Technologies  is een grote, van oorsprong Duitse, multinational en houder van het woordmerk 'supr'. Verweerder is Striatum Ventures, een Nederlandse onderneming die net de startupfase is ontgroeid en houder van 'zupr'. Het Gerecht beslist in r.o. 49 dat het relevante publiek het merk 'supr' niet onmiddellijk zal associëren met het algemeen bekende woord 'super', terwijl beide woorden in alle relevante talen identiek worden uitgesproken. 

 

IEF 18313

Uitspraak ingezonden door Luuk Jonker, Holla advocaten.

Sale and Marketing Agreement ook ná faillissement nog geldig

Rechtbanken 13 mrt 2019, IEF 18313; (Allgeier tegen GAC), https://ie-forum.nl/artikelen/sale-and-marketing-agreement-ook-n-faillissement-nog-geldig

Rechtbank Oost-Brabant 13 maart 2019, IEF 18313, IT 2725 (Allgeier tegen GAC) Auteursrecht. Software. Allgeier is een Duitse onderneming die software ontwikkelt en verhandelt. Zij is geautoriseerd partner van Microsoft Dynamics. GAC is een Nederlands IT-bedrijf, en eveneens geautoriseerd partner. GAC had een overeenkomst met het in 2005 failliet verklaarde BOG, op grond waarvan GAC gerechtigd was de software van BOG te verkopen. Het Duitse bedrijf Axol IT Kommunikations heeft de vermogensbestanddelen van BOG overgenomen en haar naam gewijzigd naar BOG IT Solutions GmbH, waarna zij is gefuseerd met Allgeier. Hieruit is eisende partij ontstaan. Zij vordert dat GAC een inbreuk heeft gemaakt op haar auteursrechten die op de software rusten. GAC verweerd zich door te stellen dat Allgeier geen rechthebbende is op de auteursrechten, en zo wel dat zij een geldig gebruiksrecht heeft op grond van de Sales & Marketing Agreement die zij heeft gesloten met BOG. Een Sales & Marketing Agreement bestaat na faillissement van de licentiegever nog steeds rechtsgeldig voort, het faillissement doet daar niet aan af. Hetzelfde geldt voor de overdracht van de auteursrechten/exploitatierechten op de software na het faillissement van de oorspronkelijke licentiegever. Gedaagde is op grond van de Sales & Marketing Agreement gerechtigd om de software aan haar klanten in licentie te geven, te verkopen of anderszins ter beschikking te stellen. Zij heeft daar voor geen toestemming van Allgeier nodig.

IEF 18304

Artikel ingezonden door Dirk Visser, Visser, Schaap & Kreijger.

Dirk Visser: Trying to understand article 13

, IEF 18304; https://ie-forum.nl/artikelen/dirk-visser-trying-to-understand-article-13

Article 13 is the most important and most controversial provision of the proposed EU Directive on Copyright in the Digital Single Market on which the EU member states and institutions have reached agreement in principle in February 2019. The final vote will be in the European Parliament in late March 2019. 

This paper aims at analysing what the idea of article 13 is and how it might work out in practice. Which legal issues will arise, which preliminary questions will be put to the CJEU? It is not meant to argue for or against article 13. The article itself is taken as a given. This paper is merely a first attempt to look ahead and find out what could happen in practice.

It is obvious that article 13 is a compromise between many interests and wishes and that is quite contradictory at some points. But that in itself is nothing new. Much of the EU legislation consist of partly contradictory or incomprehensible clauses, because compromise apparently was the only option for reaching consensus. Consequently, it is often up to commentators, practitioners and judges to make the best of it. 

The directive contains a large number of recitals on the issue article 13 addresses, and article 13 itself contains many subsections.

IEF 18302

Uitspraak ingezonden door Nathalie Noesen van Taylor Wessing.

Boschproject.org is gemeenschappelijk goed, BRCP mag hier dus op voortborduren

Rechtbanken 7 mrt 2019, IEF 18302; ECLI:NL:RBAMS:2019:1739 (X tegen BRCP), https://ie-forum.nl/artikelen/boschproject-org-is-gemeenschappelijk-goed-brcp-mag-hier-dus-op-voortborduren

Vzr. Rechtbank Amsterdam 7 maart 2019, IEF 18302; ECLI:NL:RBAMS:2019:1739 (X tegen BRCP). Dit is het tweede kort geding in deze zaak (voor het eerste kort geding, zie IEF 17792). De reden voor het aanspannen van dit tweede kort geding was dat Bosch Research and Conservation Project (hierna: BRCP) op 29 november 2018 een nieuwe website heeft gelanceerd (www.jheronimusbosch.org) waarmee wordt voortgeborduurd op de website https://boschproject.org die onderwerp van geschil was in het eerste kort geding. Gedaagde stelt zich op het standpunt dat er o.a. door de publicatie van de nieuwe website van BRCP sprake is van auteursrechtinbreuk. De voorzieningenrechter oordeelt echter dat het BRCP niet kan worden verboden om ten behoeve van haar nieuwe website de onder de voormalige samenwerking tot stand gekomen onderdelen van de oude website, te gebruiken. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van gedaagde afgewezen en gedaagde veroordeeld in de proceskosten ex artikel 109h Rv.