In alle opzichten volwassen
Persbericht Ministerie van VWS: “De Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR) moet beroepsbeoefenaren die de reclameregels overtreden, strenger aanpakken.
Dit schrijft minister Hoogervorst in een reactie op de tussentijdse evaluatie van de CGR, die hij vandaag naar de Tweede Kamer stuurt. De evaluatie is gedaan door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Ook constateert de minister dat ‘er nog geen sprake is van een in alle opzichten volwassen toezicht door zelfregulering’. Toch wil hij de werkwijze van de CGR nog niet aanscherpen. Eerst wacht hij de evaluatie af van het handhavingsbeleid, die in 2007 plaatsvindt.
Ondertussen blijft de IGZ toezien op de naleving van de reclameregels in het veld. Zo werkt de IGZ momenteel aan een onderzoek naar de invloed van de farmaceutische industrie op de totstandkoming van behandelrichtlijnen. Dit gebeurt naar aanleiding van berichten in de internationale pers dat het voorschrijfgedrag van artsen wordt beïnvloed door de industrie.”
Lees hier meer.
Met fosforlaag en kartelrand
Diverse media berichten dat “TPG Post de Duitse versie van de Rembrandtpostzegel niet had mogen afdrukken in een speciaal verzamelboekje.
Volgens een Duitse woordvoerder was de zegel niet geautoriseerd en dus een illegale kopie. "Ons ministerie van Financiën heeft deze zegel nooit goedgekeurd." "TPG spreekt van miscommunicatie. "Wij dachten dat we toestemming hadden een kopie van de zegel uit te geven, compleet met fosforlaag en kartelrand, maar het ging om toestemming voor het opnemen van de afbeelding." Het boekje is inmiddels uit de handel genomen.
Kani: Kan Kane?
Nu.nl meldt dat het Ad bericht dat: “kledingbedrijf Karl Kani het bedrijf achter de Haagse rockband Kane voor de rechter daagt. Het Amerikaanse kledingconcern vindt dat de naam van de kledinglijn van de Haagse rockers teveel lijkt op het kledingmerk Karl Kani. ‘We hebben zowel kleding onder de naam Karl Kani als onder Kani. En Kani scheelt maar één letter van Kane.’ Het merk Karl Kani wordt voornamelijk gedragen door hiphoppers.”
Lees hier meer.
Scheepsrecht
Vermoeden van piraterij, vaststelling van formaliteiten.
De douane heeft begin vanaf mei 2005 op grond van de de piraterijverordening diverse containers met jassen, broeken, schoenen, tassen, frontjes en lampjes voor mobiele telefoons etc. aangehouden, die door gedaagde China Shipping zijn vervoerd. Bij monde van SNB-react vorderen de eisers dat de goederen in de containers worden afgegeven ter vernietiging.
China Shipping vordert in voorwaardelijke reconventie dat de demurrage-kosten (ex art. 11 jo. Art 6 Vo.) en salaris procureur worden voldaan, omdat de containers onevenredig lang hebben stilgestaan
Adidas International B.V. wordt niet ontvankelijk verklaard, omdat zij geen houder is van de merken waarop zij zich beroept. Ten aanzien van diverse goederen voert China het verweer dat deze niet onder de beschermingsomvang van de Vo. vallen. De Voorzieningenrechter honoreert dit verweer omdat ‘uit de overgelegde producties niet althans niet duidelijk blijkt dat bedoelde merken zijn ingeschreven voor jassen, onderbroeken respectievelijk lampjes voor mobiele telefoons waarop in casu het litigieuze merk is aangebracht.’
China voert vervolgens aan dat art. 11 Vo. niet van toepassing is, omdat het geen direct effect heeft. Dit verweer slaagt niet, omdat de Nederlandse wet procedures tot vernietiging kent.
“Maar omdat in ieder geval niet (geheel) aan de vereisten gesteld in art. 11 Vo. is voldaan” wijst de Voorzieningenrechter de vordering van overige eisers vervolgens toch ook af. Niet is namelijk gebleken dat SNB-React namens de merkhouders binnen 10 werkdagen de douaneautoriteiten er schriftelijk van in kennis heeft gesteld dat de aan de procedure onderworpen goederen inbreuk maken op een intellectueel eigendomsrecht in de zin van art. 2 lid 1 Vo.
Ook vindt de Voorzieningenrechter dat eisers inzichtelijk hadden moeten maken wat de specifieke omschrijving is van de namaakgoederen, omdat er ook goederen in de containers zitten die geen namaak (zouden) betreffen.
Ten overvloede merkt de rechter nog op het nog maar de vraag is of de demurrage-kosten zouden zijn toegewezen. Hoewel de voorzieningrechter opmerkt dat het voor de hand ligt dat China zich hiervoor naar haar opdrachtgevers zou moeten wenden en dat de verordening niet zonder meer ruimte biedt aan de vervoerder om dergelijke kosten te vorderen, leent het onderwerp leent zich naar zijn oordeel meer voor een bodemprocedure.
Lees het vonnis hier.
Tweede leven
Nu de digitale wereld Second Life steeds populairder wordt, beginnen ontwikkelaars zich zorgen te maken over de handhaving van hun auteurs- en merkrechten in de virtuele wereld. Inmiddels zijn er al 553.721 deelnemers aan Second Life en het aantal groeit dagelijks. Ook steeds meer bedrijven raken geinteresseerd.
Adidas en Toyota hebben bijvoorbeeld vestigingen hebben geopend in het spel. Adidas gaat virtuele prototypes van schoenen ontwikkelen die beoordeeld kunnen worden door de bewoners van Second Life. Niet geheel onbelangrijk is het feit dat het virtuele geld (Linden dollars) op handelssites kan worden omgezet in echt geld.
Website Second Life hier. Meer over Massive Multiplayer Online Role Playing Games hier.
Lees hier het rapport van de NvvIR over de Juridische aspecten van Massive Multiplayer Online Role Playing Games.
Schoenen van eigen ontwerp
Gerechtshof Amsterdam, 17 augustus 2006, 456/05. Makro c.s. tegen Diesel S.P.A. (Met dank aan Bastiaan van Ramshorst, Klos Morel Vos & Schaap).
Hoger beroep in parallelimportzaak. Twist over de interpretatie van het Davidoff criterium. Het Hof stelt dat door Diesel i.c. geen toestemming is verleend en wijst alle grieven van Makro af.
Makro voert aan dat de Davidoff jurisprudentie niet van toepassing in een geval als dit, waar goederen binnen de EER op de markt zijn gebracht. Davidoff zou alleen van toepassing zijn wanneer de inbreukmakende goederen aanvankelijk buiten de EER op de markt zijn gebracht en vervolgens in een van de lidstaten van de EER zijn geïmporteerd. Het Hof oordeelt echter dat noch uit de tekst van de richtlijn, noch uit de rechtspraak van het HvJ kan worden opgemaakt dat een dergelijk onderscheid moet worden gemaakt. Toestemming is dus wel een vereiste.
Makro voert ook aan dat uit het arrest in deze zaak van het Spaanse Hof te Valencia volgt dat wel voldaan is aan het Davidoff criterium. Het Hof oordeelt dat uit de Spaanse zaak eerder volgt dat het Spaanse Hof de voorgelegde zaak aan de hand van het Spaanse recht heeft beoordeeld.
Er bestaat volgens het hof ook geen aanleiding om aan te nemen dat het Spaanse arrest de rechtsverhouding tussen Diesel en Makro c.s. bindend vaststelt. Het beroep van Makro op artt. 33 , 6 lid 1 en 28 lid 3 EEX leidt er niet toe dat het Hof zich in het onderhavige geval zou moeten onthouden van een materiele beoordeling van het geschil.
Aan de hand van een overeenkomst tussen een Spaanse distributeur van Diesel en een Spaanse vennootschap oordeelt het hof vervolgens dat Diesel geen toestemming heeft verleend om Diesel schoenen binnen de EER in het verkeer te brengen. De overeenkomst biedt slechts de mogelijkheid om, via de distributeur, aan Diesel toestemming te vragen voor het nemen van verkennende steekproeven met schoeisel van eigen ontwerp dat is voorzien van ‘HET MERK’, en geeft geen algemeen recht tot het op de markt brengen van schoeisel met het merk Diesel.
Het Hof stelt dat door Diesel i.c. geen toestemming is verleend.
Het sigarettenmerk
Adformatie.nl bericht dat de RCC heeft geoordeeld dat de vermelding van het sigarettenmerk Gauloises op de website van het Dakar-raceteam De Rooy, www.dakar-derooy.com, in strijd is met artikel 5 lid 1 van de Tabakswet (reclame en sponsoring).
Acteursrecht
Persbericht St. Norma: “Naburige Rechtenorganisatie NORMA heeft namens musici en acteurs in binnen- en buitenland de Nederlandse kabelmaatschappijen UPC, Essent Kabelcom, Casema, Multikabel en DELTA Kabelcomfort gedagvaard.
(…) De kabelmaatschappijen maken volgens NORMA al jaren inbreuk op de naburige rechten van uitvoerende kunstenaars door zonder toestemming radio- en televisieprogramma’s en films door te geven via de kabel. Onderhandelingen tussen NORMA en de kabelaars over een vergoeding voor dit gebruik zijn op niets uitgelopen. Ook gesprekken met branchevereniging Vecai hebben niet geleid tot een overeenkomst over de vergoeding waar acteurs en musici wettelijk recht op hebben.”
Lees het volledige persbericht hier.
Een gyroscopisch instrument
Rechtbank Arnhem, 16 augustus 2006, Mill Holding tegen J.W.L. Fronik. (Met dank aan Tom de Wit, Banning Advocaten).
Uitgebreid vonnis over uitputting, domeinnamen en onrechtmatige uitlatingen.
Partijen komen elkaar niet voor het eerst tegen. In deze procedure gaat het om de vraag of Fronik op enige wijze inbreuk maakt op de merkrechten van Mill door op zijn websites originele powerballs van het merk NSD POWER BALLS aan te bieden.
Mill verkoopt "powerballs", een gyroscopisch instrument, onder het merk NSD POWER BALL. Nano Second fabriceert de powerballs in Taiwan en heeft het Europees gemeenschapsmerk NSD POWER geregistreerd. Mill is houder van het gelijkluidende Benelux woordmerk. In Duitsland importeert Kern de powerball van Nano Second.
Fronik brengt eveneens powerballs op de Nederlandse markt, onder andere onder de aanduiding DYNABEE. Sinds 2004 heeft Fronik voorts een overeenkomst met Kern en brengt de powerballs van Nano Second onder de naam POWERBALL THE ORIGINAL en "Nano-Second the Original Powerball" op de markt. Zowel Mill als Fronik bieden de powerballs aan op het internet.
Er is al eerder geprocedeerd tussen partijen, waarbij werd geoordeeld dat van inbreuk op het merk Powerball door Fronik geen sprake was. In een tweede kort geding heeft de rechter Fronik geboden het gebruik van de merknaam NSD POWER BALL als domeinnaam te staken en Mill verboden zich op enigerlei wijze of in enigerlei vorm onjuiste, misleidende, suggestieve of denigrerende mededelingen te doen over de door Fronik aangeboden powerballs. In het ingestelde appel is nog geen uitspraak gedaan.
In dit geding vordert Mill onder meer het gebruik door Fronik van de merknaam NSD POWERBALL te staken en verscheidene domeinnamen over te dragen.
De rechtbank gaat ervan uit dat Fronik uitsluitend de originele NSD POWER BALL aanbiedt en dat niet is gebleken dat Fronik het teken zelf aanbrengt. Het aanbieden van powerballs afkomstig van Nano Second met het teken "Nano-Second the Original Powerball" levert dat ook geen inbreuk op de merkrechten van Mill op.
Fronik stelt dat hij de powerballs heeft verkregen van Mill zelf dan wel van haar wederverkopers en dat er derhalve sprake is van uitputting in de zin van art. 13 lid 9 BMW. De rechtbank gaat hierin mee en oordeelt dat Mill zich in beginsel niet kan verzetten tegen doorverhandeling van die powerballs door haar wederverkopers en vervolgens door Fronik.
De rechtbank verwerpt het beroep van Mill op Dior/Evora, te weten dat het aanbieden van haar powerball tezamen met andere ballen, die naar het oordeel van Mill van mindere kwaliteit zijn, afbreuk doet aan het image van haar powerball.
Een en ander leidt tot de conclusie dat het verhandelen van de NSD POWER BALL door Fronik geen inbreuk oplevert op de rechten van Mill. Dat geldt ook voor het aanbieden daarvan op de website van Fronik. Van een gebruik zonder geldige reden is geen sprake. Ook het gebruik van metatags ‘nsd power ball’ levert geen inbreuk op, nu dit gebruik voortvloeit uit en beperkt is tot de toegestane aanbieding en verkoop van de powerballs van het merk NSD POWER BALL.
De vorderingen van Mill liggen derhalve voor afwijzing gereed.
In reconventie stelt Fronik dat Mill onrechtmatig jegens hem handelt, onder meer door uitlatingen als 'goedkope imitatie uit China van belabberde kwaliteit' en 'rommel'. De rechtbank behandelt de verschillende uitlatingen en gaat hier gedetailleerd op in. De rechtbank acht de hierboven genoemde uitlatingen evenals een e-mail gericht aan dealers danwel potentiële klanten onrechtmatig en acht tevens voldoende aannemelijk dat Fronik schade heeft geleden als gevolg van deze onrechtmatige mededelingen van Mill.
Tot slot stelt Fronik dat Mill het merk NSD POWER BALL te kwader trouw heeft gedeponeerd, aangezien Kern de powerballs reeds in de Benelux leverde vóórdat Mill daarmee begon. Nu de ratio van artikel 14B BMW meebrengt dat een verklaring voor recht, waarvoor een oordeel over de nietigheid de basis is, ook slechts gevorderd kan worden (mede) op verzoek van de voorgebruiker, en niet tijdig een vordering tot voeging of tussenkomst van Kern is ingesteld, verklaart de rechtbank deze vordering niet ontvankelijk.
Rechtbank verwijst de zaak naar de rol om de schade nog in deze procedure op te maken en de laatste onduidelijkheid over een eerdere rectificatie weg te nemen.
Lees het vonnis hier.
Eerst even voor jezelf lezen
- Rechtbank Haarlem, 25 juli 2006, KG ZA 06-302. DTI Dutch Travel International B.V. / GTO German Travel International GmbH tegen Kom Travel B.V. (Met dank aan Selale Dogan, Heitmann von Meding).
Verbod merk GTI Travel, inde ruimste zin van het woord. proceskostenveroordeling bij verstek. Lees het vonnis hier.