Ingezonden door Allard van Duijn, Freshfields Bruckhaus Deringer LLP.
Inbreuk op octrooi langwerkende testosteron-samenstelling ondanks buitenlandse nietigheidsoordelen
Rechtbank Den Haag 3 oktober 2023, IEF 21701; ECLI:NL:RBDHA:2023:14813 (Grünenthal tegen Teva). Grünenthal is houdster van EP 1 457 208 B9 (EP 208), een Europees octrooi op werkwijzen en farmaceutische samenstellingen voor het betrouwbaar tot stand brengen van aanvaardbare testosterongehaltes in serum. Een door EP 208 beschermd product is een testosteronundecanoaat-samenstelling voor intramusculaire injectie, door Grünenthal op de markt gebracht onder de merknaam Nebido®. Teva is voornemens om met een generieke versie van Nebido (Testosteron Teva) de Nederlandse markt te betreden. De voorzieningenrechter heeft Teva eerder bij [zie IEF 21697] bevolen om haar marktintroductie in elk geval met één maand uit te stellen (door niet in de G-Standaard van oktober te verschijnen). In dit eindvonnis heeft de voorzieningenrechter Teva in de hoofdzaak verboden om directe dan wel indirecte inbreuk te maken op het Nederlandse deel van EP 208. Teva’s nietigheidsverweren op grond van gebrek aan inventiviteit en/of nawerkbaarheid falen. Daarmee komt de voorzieningenrechter tot een andere uitkomst dan twee buitenlandse bodemrechters. Immers, eerder is het Duitse deel van EP 208 vernietigd in een bodemprocedure voor het Duitse Bundespatentgericht vanwege gebrek aan inventiviteit. Vervolgens is ook het Engelse deel van EP 208 vernietigd in een bodemprocedure voor het High Court of Justice van Engeland en Wales (Patents Court). Alhoewel de Engelse rechter (Meade J) EP 208 inventief bevond, oordeelde hij het octrooi alsnog nietig vanwege gebrek aan plausibiliteit (nawerkbaarheid). De voorzieningenrechter overweegt onder meer dat de plausibiliteitstoets die in Engeland werd gehanteerd niet dezelfde is als de toets die in Nederland geldt na de beslissing G2/21 en verwijst naar het recente arrest van het Hof Den Haag inzake BMS/Sandoz [zie IEF 21629].
Uitspraak ingezonden door Gino van Roeyen, LAWNCH, en Bert Gravendeel, Fruytier Lawyers in Business.
Geschil na beëindiging licentieovereenkomst voor InVitria
Rb. Den Haag 6 september 2023, IEF 21704 LS&R 2223; C/09/599367/ (Sharpsight B.V. tegen Medical Workshop B.V.) Vervolg in de bodemprocedure op eerder tussen partijen in eerste aanleg bij de Rechtbank Den Haag [zie IEF 18810 en IEF 18761) en in hoger beroep bij hof Den Haag [zie IEF 19679] gevoerde kort geding procedure. De kern van het geschil in de bodemprocedure draait om het recht op het merk 'InVitria', waarbij ook wordt gestreden over auteursrechten met betrekking tot de naam. De rechtbank oordeelt over octrooi-inbreuk door Medical Workshop, gemeenschappelijk eigendom van octrooirechten en de beëindiging van een licentieovereenkomst en de gevolgen daarvan. Bovendien vordert Sharpsight een schadevergoeding, die wordt toegekend zonder verwijzing naar een schadestaatprocedure. In reconventie vordert Medical Workshop een veroordeling van Sharpsight tot vergoeding van goodwill.
Kleine toevoegingen wijzigen het onderscheidend vermogen van makelaarslogo niet
Vzr. Rechtbank Overijssel 27 september 2023, IEF 21694; ECLI:NL:RBOVE:2023:3796 (Eisers tegen gedaagde). Eisers verrichten diensten op het gebied van makelaardij. Eiseres 2 is merkhouder van merk 1, wat ingeschreven is in 2015. Eiseres 1 is merkhouder van merk 2, wat gedeponeerd is in 2022. Tot eind december 2022 hebben eisers samengewerkt met gedaagde, waarbij gedaagde gebruik heeft gemaakt van de merken. Na beëindiging van de samenwerking bleef ook gedaagde actief in de makelaardij. Eisers komen na beëindiging van de samenwerking met gedaagde op tegen inbreuk op hun twee beeldmerken met woordelementen. Bij de voorzieningenrechter eisen zij staking van het maken van inbreuk op beide merken. Gedaagde voert aan dat merk 1 niet normaal wordt gebruikt. Merk 2 heeft slechts kleine toevoegingen ten opzichte van merk 1, waardoor het gebruik van merk 2 het onderscheidend vermogen van merk 1 niet wijzigt. Het gebruik hiervan door merkhouders valt onder normaal gebruik van het merk volgens de voorzieningenrechter. Gedaagde verweert zich daarnaast door te stellen dat zij een geldige reden heeft om gebruik te maken van de merken, omdat zij de merken groot heeft gemaakt. De voorzieningenrechter oordeelt dat dit geen geldige reden voor gebruik oplevert.
Ingezonden door Allard van Duijn, Freshfields Bruckhaus Deringer LLP.
Teva moet testosteron-product uit de G-Standaard verwijderen
Vzr. Rechtbank den Haag 13 september 2023, IEF 21697; C/09/65314 (Grünenthal tegen Teva). Grünenthal is een farmaceutische onderneming die een geneesmiddel onder de merknaam Nebido op de markt brengt. Nebido is een geneesmiddel met testosteronundecanoaat, wat wordt gebruikt door mannen met een langdurig testosterontekort. Grünenthal is tevens houder van octrooi EP 1 457 208 B9 (hierna: EP 208), welke ziet op methoden en farmaceutische samenstellingen voor het betrouwbaar bereiken van aanvaardbare serumtestosteronniveaus. Dit octrooi is geldig tot maart 2024. Zowel het Duitse als het Engelse deel van EP 208 zijn vernietigd door de verschillende rechters. Teva is een bedrijf dat zich ook bezighoudt met het vervaardigen en verhandelen van geneesmiddelen. Teva heeft een handelsvergunning verkregen voor een generieke versie van Nebido met dezelfde productkenmerken dat de naam ‘Testosteron Teva’ draagt. Teva is voornemens dit product op de markt te brengen. Grünenthal heeft een sommatie gestuurd naar Teva dat zij inbreuk maakt op haar octrooi wanneer zij het product Testosteron Teva lanceert. Hierop antwoordde Teva dat zij voornemens is Testosteron Teva op te nemen in de update van de G-standaard en het middel vervolgens wil lanceren in Nederland. Zij stelt daarbij geen inbreuk te maken op het octrooi van Grünenthal, omdat het Nederlandse deel van EP 208 ongeldig is wegens gebrek aan inventiviteit en/of nawerkbaarheid.
Onel trademarks en Knijff Trademark Attorneys gaan samen verder
Vanaf 1 oktober gaan Onel en Knijff met een nieuw uiterlijk en een nieuwe website samen verder onder de naam Knijff Trademark Attorneys.
Onel van oorsprong voor het MKB en Knijff voor middelgrote en (inter)nationale bedrijven zijn beide toonaangevend in merkbescherming. Samen vormen ze vanaf 1 oktober hét internationale merkenbureau dat vanuit Weesp voor ruim 10.000 klanten wereldwijd hun intellectuele eigendom beschermt. Samen hebben we nog meer kennis en ervaring, bieden we een nog bredere dienstverlening, een groot internationaal netwerk en hebben we nog meer merkkracht.
De zeer ervaren adviseurs van Knijff hebben uitgebreide juridische vakkennis en specialistische sector kennis en bieden een uitgebreide en persoonlijke dienstverlening. Met ruim 30 jaar ervaring en meer dan 70 medewerkers helpt Knijff spraakmakende bedrijven met gezichtsbepalende merken bij het beschermen van hun identiteit en originaliteit.
Valve schendt mededingingsrecht door geoblocking
Gerecht EU 27 september 2023, IEF 21690, IT 4390; T‑172/21 (Valve Corporation tegen Commissie). Valve is exploitant van het gameplatform Steam, waarop games van verschillende aanbieders te spelen zijn. De Commissie heeft een onderzoek geopend na het ontvangen van informatie over onrechtmatige beperking van de concurrentie door Valve en vijf game-ontwikkelaars. Bepaalde videogames werden op het platform namelijk geografisch geblokkeerd (geoblocking) vanwege de locatie van gebruikers. Door het instellen van deze gebiedscontrole in verschillende perioden van 2010-2015 werd de grensoverschrijdende verkoop beperkt in de Baltische staten en sommige landen in Midden- en Oost-Europa. Hiermee heeft Valve het mededingingsrecht geschonden. Valve heeft een beroep tot nietigverklaring van het besluit ingesteld.
Conclusie A-G: Element voor het plaatsen van auto-embleem in grille vervult geen functie van een merk
A-G HvJ EU 21 september 2023, IEF 21692; C‑334/22 (Audi AG tegen GQ). Audi is merkhouder van het teken van de vier naast elkaar geplaatste en overlappende ringen. Verweerder GQ is een verkoper van reserveonderdelen voor auto’s. Hij verkoopt deze reserveonderdelen aan distributeurs. Daarnaast bood verweerder in de periode tussen 1986 en 2017 grilles voor auto's aan via het internet. Deze grilles bevatten uitgespaarde ruimte die overeenkomen met de contouren van het merk van Audi. Audi heeft hierop een inbreukprocedure gestart, waarbij prejudiciële vragen zijn gesteld aan het Hof [zie IEF 21148]. De verwijzende Poolse rechter wenst hierbij te vernemen of de beschermingsomvang van het merk zich ook uitstrekt tot het element om het embleem van een autofabrikant op een grill aan te brengen of te monteren. De vraag die de rechter hiertoe stelt, is of de verkoper van niet-originele reserveonderdelen van een auto deze onderdelen in de handel mag brengen indien ze een element bevatten om het embleem van een autofabrikant aan te brengen en monteren dat voor zijn vorm gelijk is aan het merk van de autofabrikant. De rechter wil voor beantwoording van deze vraag weten of het element van een grille dat dient voor bevestiging van het embleem van de autofabrikant en overeenkomt met het merk van de merkhouder de herkomstfunctie van een merk vervult.
VU leergang Intellectueel eigendomsrecht
Op welke manieren worden intellectuele eigendomsrechten eigenlijk verkregen? Hoe worden deze rechten geëxploiteerd en gehandhaafd? Hoe verstrekt de bescherming en handhaving van intellectueel eigendom zich uit in de analoge en de digitale wereld?
De leergang Intellectueel eigendomsrecht behandelt deze vragen door in te gaan op het auteurs-, databanken- en portretrecht, het merken-, modellen- en handelsnaamrecht, het octrooirecht, de bescherming van de bedrijfsgeheimen en de voor deze rechten ter beschikking staande handhavingsinstrumenten.
Deze opleiding biedt u niet alleen de mogelijkheid om overzicht te krijgen over de verschillende intellectuele eigendomsrechten, maar ook inzicht in het strategische gebruik en het efficiënte beheer van deze rechten. Start gegarandeerd op 31 okt. o.l.v. prof. mr. Stef van Gompel.
Desktop Taxatie levert geen merkinbreuk op
Vzr. Rechtbank Amsterdam 13 september 2023, IEF 21693; ECLI:NL:RBAMS:2023:5789 (Calcasa tegen Matrixian). Calcasa houdt zich bezig met geautomatiseerde waardering van onroerend goed. Zij heeft hiervoor de handelsnaam Desktop Taxatie en houdt een beeldmerk met de woordelementen ‘Desktop’ ‘Taxatie’. Matrixian is ook bezig met geautomatiseerde waardering van onroerend goed en biedt deze dienst aan onder de naam ‘Desktop Taxatie’. Calcasa heeft Matrixian gesommeerd het gebruik hiervan te staken. Matrixian heeft daarop een merkinschrijving gedaan van ‘Desktop Taxatie’. Calcasa vordert in kort geding staking van het gebruik van ‘Desktop Taxatie’ en stelt hiertoe dat Matrixian dezelfde dienst onder hetzelfde teken naar buiten brengt. Verder stelt Calcasa dat er sprake is van een handelsnaaminbreuk, omdat beide partijen Desktop Taxatie als hun handelsnaam gebruiken en het jongere Matrixian hiermee voor verwarring zorgt. Daarnaast stelt Calcasa dat in het geval er geen sprake is van merk- of handelsnaaminbreuk, er wel sprake is van onrechtmatig handelen door Matrixian. Dit onrechtmatig handelen bestaat uit een merkinschrijving te kwader trouw, proberen klanten weg te lokken van Calcasa en het doen van onjuiste mededelingen op de website.
ALV en studiemiddag van de Vereniging voor Auteursrecht
De eerstvolgende VvA ledenvergadering en studiemiddag plaats zal vinden op vrijdag 6 oktober a.s. in het West-Indisch Huis te Amsterdam. De studiemiddag ziet er iets anders uit dan normaal, omdat deze gecombineerd wordt met de conferentie “Rethinking Media Law and Policy for Europe”, georganiseerd door IvIR. De toegang is gratis, u bent van harte welkom om de gehele dag bij te wonen. Koffie, lunch en borrel worden aangeboden door IvIR. Gezien het internationale karakter van de conferentie zal de voertaal Engels zijn. Naast de studiemiddag zal er ook een korte extra Algemene Ledenvergadering plaatsvinden voor de herbenoeming van enkele bestuursleden en de kascommissie, waarvoor wij alle leden van harte uitnodigen.