Onrechtmatig portret gebruikt in advertenties door ex-partner
Rb. Oost-Brabant 20 maart 2024, IEF 21985; ECLI:NL:RBOBR:2024:1126 (Eiseres tegen gedaagde). Partijen hebben een relatie gehad en dreven samen een vennootschap onder firma die zich bezighield met acupunctuur en Chinese geneeswijzen. Na verbreking van de relatie heeft eiseres de vennootschap opgezegd. In de onderhavige zaak wordt de afwikkeling van de vennootschap en verdeling van de woning behandeld. Daarnaast is er een geschil ontstaan over het gebruik van een foto van eiseres in een advertentie die gedaagde liet plaatsen. Eiseres beroept zich op haar portretrecht en stelt door de plaatsing van de advertentie schade te hebben geleden. Zij wil een verbod voor de toekomst. Het gaat om twee weekbladen die zijn verschenen (na haar vertrek) met gebruik van haar foto. Daarmee heeft gedaagde het beeld laten ontstaan dat eiseres nog steeds met hem in een praktijk samenwerkt. Dit is volgens eiseres des te kwalijker aangezien gedaagde zich in 2022 schuldig heeft gemaakt aan ongewenste intimiteiten met een cliënte, waarvoor hij ook is veroordeeld. De rechtbank overweegt op grond van het Discodanser arrest dat hier sprake is van gebruik van een portret zonder toestemming in een reclame-uiting. De geportretteerde heeft in zo’n geval in beginsel steeds een redelijk belang om zich te verzetten tegen gebruik van zijn portret ter ondersteuning van een commerciële reclame uiting. Gedaagde heeft dit niet gemotiveerd kunnen weerleggen en moet een schadevergoeding van € 1.000 betalen.