IEF 22155
25 juli 2024
Uitspraak

Boska kaasschaven niet auteursrechtelijk beschermd

 
IEF 22153
25 juli 2024
Uitspraak

Vorderingen EUR tegen platform Studeersnel afgewezen

 
IEF 22152
25 juli 2024
Uitspraak

Verzoek om schorsende werking afgewezen

 
IEF 17715

Uitspraak ingezonden door Michiel Coops, ABC Legal.

NTR heeft geen dwangsommen verbeurd want verdere openbaarmaking niet voorshands aangenomen

Rechtbank Midden-Nederland 9 mei 2018, IEF 17715; (Stichting NTR tegen Gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/ntr-heeft-geen-dwangsommen-verbeurd-want-verdere-openbaarmaking-niet-voorshands-aangenomen

Vrz. Rechtbank Midden-Nederland 9 mei 2018, IEF 17715 (Stichting NTR tegen Gedaagde) Mediarecht. Op 14 mei 2011 heeft NTR een documentaire uitgezonden, waarin onder meer de profielfoto van Gedaagde van zijn, toen nog bestaande, Hyves-account een paar seconden deels afgeblokt is getoond. In de documentaire wordt Gedaagde beschuldigd van ernstige strafbare feiten, zoals bedreiging met een mes en aanzetten tot prostitutie. De voorzieningenrechter heeft op 24 november 2011 NTR verboden de documentaire verder openbaar te maken, zolang de foto van Gedaagde daarin wordt vertoond. NTR heeft de documentaire daags na het vonnis van het internet verwijderd en betwist dat zij achter de verdere openbaarmaking van de documentaire zit. Met deze betwisting strookt dat de documentaire is geüpload op sociale media-kanalen door gebruikers Y en StopLoverboys en op de webshop van Y te koop aan is geboden. Bovendien is de versie die online staat niet dezelfde versie als die NTR heeft uitgezonden. Verder heeft NTR niet de plicht om te voorkomen dat de documentaire door derden openbaar wordt gemaakt. Dit alles kan niet tot het voorshands oordeel leiden dat NTR geen uitvoering heeft gegeven uit de veroordeling uit het vonnis. NTR heeft geen dwangsommen verbeurd.

IEF 17718

Uitspraak en samenvatting aangebracht door Jeroen Muyldermans & Olivier Vrins, Altius.

Vragen aan BenGH: Kan de artistieke vrijheid een geldige reden uitmaken in de zin van BVIE?

Belgische gerechten 12 apr 2018, IEF 17718; (The Damn Pérignon Collections), https://ie-forum.nl/artikelen/vragen-aan-bengh-kan-de-artistieke-vrijheid-een-geldige-reden-uitmaken-in-de-zin-van-bvie

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 12 april 2018, IEF 17718; IEFbe 2576(The Damn Pérignon Collection) Merkenrecht. Vrijheid van meningsuiting. Vragen aan Benelux Gerechtshof. Een kunstenaar gebruikt het teken 'Damn Pérignon' in kunst. Het gebruik van de gewraakte tekens voor kleding trekt ongerechtvaardigd voordeel uit de bekendheid van de Dom Pérignon merken. Verweerster buit het imago van chique en vintage uit dat verbonden is met deze merken, en eigent zich het recht toe van de merkhouder om te bepalen met welke ondernemingen zij samenwerkt in het kader van marketing of sponsoring.

Het gebruik van het teken “Damn Pérignon” is bovendien schadelijk voor de reputatie. Het gebruik van scheldwoorden en de ‘boudoir’ context van promotie daarvan heeft een negatieve invloed op het imago van kwaliteit, luxe, vintage en traditie waarvoor de Dom Pérignon merken garant willen staan.

IEF 17716

Bijdrage ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Ntb.

Erwin Angad-Gaur - Auteurscontractenrecht laat nog veel te wensen over

Erwin Angad-Gaur, Auteurscontractenrecht laat nog veel te wensen over, muziekwereld 2018/2, p. 32-33. Bijna drie jaar geleden trad het nieuwe Auteurscontractenrecht in werking. Een wettelijke bescherming van auteurs en artiesten tegen wurgcontracten en onredelijke contractvoorwaarden. De wet was een eerste stap, maar het kon nog veel beter, vond ook een deel van de Tweede Kamer. Toenmalig staatssecretaris Fred Teeven deed daarom de toezegging tot een evaluatie na vijf jaar en een bespreking van de tussenstand na twee en een half jaar. Bij het ter perse gaan van dit nummer is de al maanden verwachte brief van het ministerie van Justitie en Veiligheid over die tussenstand nog altijd niet verschenen. Lees verder

IEF 17713

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel, Gravendeel Advocaten.

Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de voorlopige voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713; (Kwantum tegen Kwantex c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/kwantum-heeft-geen-spoedeisend-belang-bij-de-voorlopige-voorzieningen

Rechtbank Amsterdam 9 mei 2018, IEF 17713 (Kwantum tegen Kwantex c.s.) Merkenrecht. Kwantum vordert bij wijze van voorlopige voorziening Kwantex c.s. de inbreuk op haar merken te staken. Kwantum heeft geen spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorzieningen. In de hoofdzaak, waarin door Kwantex c.s. nog een conclusie van antwoord moet worden genomen, is nog geen eindbeslissing toewijsbaar. Daarnaast heeft Kwantum onvoldoende onderbouwd dat van haar niet kan worden gevergd dat zij de eindbeslissing in de hoofdzaak afwacht. Het gevraagde wordt afgewezen.

IEF 17712

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel, Gravendeel Advocaten en Carja Mastenbroek, Dillinger Law.

Verschillende totaalindruk door andere poten onder stoel

Hof Amsterdam 15 mei 2018, IEF 17712; ECLI:NL:GHAMS:2018:1617 (Diwar c.s. tegen 4Udesigned), https://ie-forum.nl/artikelen/verschillende-totaalindruk-door-andere-poten-onder-stoel

Hof Amsterdam 15 mei 2018, IEF 17712; ECLI:NL:GHAMS:2018:1617 (Diwar tegen 4Udesigned) Geen auteursrechtinbreuk. Geen slaafse nabootsing. Diwar c.s. maakt de Jim stoel en 4Udesigned maakt de Carlito Wood stoel. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van auteursrechtinbreuk en geen slaafse nabootsing (IEF 16397). Het hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep. De totaalindrukken van beide stoelen verschillen dusdanig dat van auteursrechtinbreuk niet kan worden gesproken. Het verschil in de totaalindruk wordt in belangrijke mate veroorzaakt door het verschil in poten. De houten poten van de Carlito Wood passen in de Scandinavische stijl, terwijl de glimmende metalen poten van de Jim stoel aansluiten bij de Italiaanse stijl van de jaren '50. Bij deze vergelijking laat het hof, anders dan de rechtbank, het verschil in bevestiging van de poten aan de kuip (voor zover deze niet zichtbaar is als de stoelen zich in staande positie bevinden) buiten beschouwing. De stoelen moeten immers worden beoordeeld in reguliere stand, bij normaal gebruik: staande op poten. Voor slaafse nabootsing is vereist dat de Jim stoel een zeker onderscheidend vermogen en een eigen plaats op de markt heeft. Dat de Jim stoel op grond van haar vormgeving/uiterlijk (in voldoende mate) aan deze criteria voldoet, hebben Diwar c.s. onvoldoende feitelijk toegelicht.

IEF 17710

Gedaagde kan zich niet verschuilen achter (uitlatingen van) derden als deze ernstige beschuldigingen bevatten

Gerecht EU (voorheen GvEA) 2 mei 2018, IEF 17710; ECLI:NL:OGEAA:2018:256 (manager afvalinzameling tegen VOF), https://ie-forum.nl/artikelen/gedaagde-kan-zich-niet-verschuilen-achter-uitlatingen-van-derden-als-deze-ernstige-beschuldigingen-b

Gerecht in EA van Aruba 2 mei 2018, IEF 17710 ; ECLI:NL:OGEAA:2018:256 (manager afvalinzameling tegen VOF) Rectificatie, vrijheid van meningsuiting minder zwaar dan het recht bescherming van eer en goede naam. Het gewraakte artikel betreft de publicatie van een verklaring van een grote groep werknemers van Serlimar, waarin zij verneemde misstanden bij Serlimar aan de kaak stellen en ten aanzien van die misstanden opheldering vragen aan de Minister van Infrastructuur en Milieu. De uitlatingen suggereren onder meer dat eiser, die thans een hoge managersfunctie bij Serlimar vervult, in het verleden via een derde persoon een contract is aangegaan met Serlimar voor het wassen van trucks voor een vergoeding van zevenduizend florin per maand.

Voor zover gedaagde heeft bedoeld om te betogen dat zij alleen de mening van de werknemers van Serlimar heeft gepubliceerd, slaagt dit verweer niet. Gedaagde heeft een eigen verantwoordelijkheid met betrekking tot haar publicaties en kan zich niet verschuilen achter (uitlatingen van) derden, als deze ernstige beschuldigingen bevatten die niet op feitelijk juiste informatie zijn gebaseerd en schade kunnen toebrengen aan iemands reputatie. In de publicatie is onvoldoende afstand genomen van de uitlatingen van de werknemers en tijdens de mondelinge behandeling ook blijk van heeft gegeven achter de uitlatingen te staan. De uitlatingen hadden op hun feitelijke juistheid moeten worden onderzocht. Rectificatie wordt bevolen.

IEF 17709

Met samenvatting van Emiel Jurjens, Kennedy Van der Laan/Mediareport.

EHRM in tweede Guja-arrest: wederom schending rechten klokkenluider

EHRM 27 feb 2018, IEF 17709; application no. 1085/10 (Guja tegen Moldavië 2), https://ie-forum.nl/artikelen/ehrm-in-tweede-guja-arrest-wederom-schending-rechten-klokkenluider

EHRM 27 februari 2018, IEF 17709; IEFbe 2574; application no. 1085/10 (Guja tegen Moldavië 2) Mediarecht. Klokkenluiders kunnen bescherming ontlenen aan de vrijheid van meningsuiting (artikel 10 EVRM). Het standaard-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) hierover is het Guja-arrest uit 2008. Deze zaak draaide om Iacob Guja, een ambtenaar in Moldavië die twee opzienbarende brieven had gelekt naar de media waaruit bleek dat vanuit de regering druk was uitgeoefend op het OM op strafzaken stop te zetten. Guja werd daarop ontslagen, wat naar het oordeel van het EHRM een schending van artikel 10 EVRM opleverde. Guja werd daarop weer in dienst genomen, maar kort daarop wéér ontslagen. Hij wendde zich wederom tot het EHRM, dat ook nu weer oordeelt dat zijn rechten onder artikel 10 EVRM zijn geschonden.

IEF 17708

Gedelegeerde Uniemerkverordening en uitvoeringsverordening ter aanvulling Uniemerkverordening

Op 24 april 2018, verscheen in het Publicatieblad van de EU de nieuwe gedelegeerde verordening (EU) 2018/625  van de Commissie, die de Uniemerkverordening 2017/1001 aanvult en verordening (EU) 2017/1430 intrekt. Ook de uitvoeringsverordening (EU) Uitvoeringsverordening (EU) 2018/626 van de Commissie, houdende nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Uniemerkverordening 2017/1001, en die verordening (EU) 2017/1431 intrekt, werd gepubliceerd.

IEF 17707

Voorgebruik moet na samenwerking wel bekend zijn met handelsnaam, merkdepot nietig

Rechtbank Gelderland 12 jun 2018, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Drimple-t), https://ie-forum.nl/artikelen/voorgebruik-moet-na-samenwerking-wel-bekend-zijn-met-handelsnaam-merkdepot-nietig

Rechtbank Gelderland 12 juli 2017, IEF 17707; ECLI:NL:RBGEL:2017:6935 (Roestvast staalindustrie Mosman tegen Dimple-t) Gedaagde heeft een rekenkundig model en software ontwikkeld dat bruikbaar is bij het ontwerpen van zogenaamde ‘bulk solids coolers en heaters’. Het rekenkundig model en de software zijn strikt geheim. Gedaagde is gaan samenwerken met eiseres en heeft na enige tijd de samenwerkingsovereenkomst opgezegd. Vorderingen in conventie worden afgewezen. In reconventie wordt verklaart dat gedaagde haar handelsnaam en domeinnamen mag overdragen zonder schending van enig recht van Mosman. Het door Mosman gedeponeerde woordmerk 'Dimple-t' is nietig voor alle klassen waarvoor het is ingeschreven. De rechtbank acht het niet aannemelijk dat Mosman geen wetenschap heeft gehad van voorgebruik binnen de Benelux van het merk. Integendeel, partijen hebben geruime tijd – van 1 december 2010 tot 1 april 2016 – met elkaar samengewerkt en in die periode werden facturen aan Mosman gestuurd onder de naam 'Dimple-t Bulk Solids Coolers’.  Het depot is onrechtmatig.

IEF 17705

Publicist krijgt contactverbod, moet rectificeren en privéfoto's verwijderen

Rechtbank Noord-Holland 9 mei 2018, IEF 17705; ECLI:NL:RBNHO:2018:3898 (rechtiskrom.nl), https://ie-forum.nl/artikelen/publicist-krijgt-contactverbod-moet-rectificeren-en-priv-foto-s-verwijderen

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 9 mei 2018, IEF 17705; ECLI:NL:RBNHO:2018:3898 (rechtiskrom.nl) Mediarecht. Aan een publicist die op zijn website artikelen heeft geplaatst waarin hij eiser beschuldigt van betrokkenheid bij dan wel van het zijn van getuige van de moord op X, wordt een contactverbod opgelegd. Daarnaast dient hij een aantal artikelen van zijn website te verwijderen en verwijderd te houden. Bij diverse artikelen zijn foto’s geplaatst waarop eiser en vrienden van hem herkenbaar zijn afgebeeld, gedaagde dient de vakantiefoto’s en andersoortige foto's uit de privésfeer eveneens te verwijderen. De beschuldigingen aan het adres van eiser zijn ook vervat in een boek. Verdere publicatie en te koop aanbieden van dit boek wordt gedaagde verboden. Daarnaast dient gedaagde op zijn website een rectificatie te plaatsen.