Alle rechtspraak  

IEF 9784

Goederen te weigeren

Rechtbank Utrecht 15 juni 2011, LJN BQ7830 (Adventure Bags tegen Kruidvat)

met gelijktijdige dank aan Martin Hemmer en Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht, AKD. In navolging van IEF 8052, IEF 8453 en IEF 7865. Voor eigen lezing. Auteursrecht. Merkrecht. Weigering betaling en afname producten vanwege levering inbreukmakede producte (damesweekend- en schoudertass, Granny's Scarf).  Algemene inkoopvoorwaarden met recht op weigering goederen/ contract beëindigen en schadevergoeding. Ontbinding 6:265 BW en schending Algemene inkoopvoorwaarden. Vorderingen grotendeels afgewezen.

Uitgebreide lessen over over Algemene voorwaarden (4.7-4.22), toerekenbare tekortkoming (4.23-4.32), verrekening (4.33 - 4.70), contractuele boete door herziening ex parte (4.71-4.83). Uitgebreide proceskostenveroordeling (en verrekening over en weer 4.84 e.v.).

4.28.  Adventure Bags heeft dergelijk bewijs niet geleverd. Integendeel, navraag door Kruidvat bij Oilily heeft haar geleerd dat Oilily van mening was dat de betreffende Granny’s Scarf-producten wel inbreukmakend waren. Dit heeft ook geleid tot het starten van een bodemprocedure door Oilily tegen Adventure Bags en Kruidvat onder meer met betrekking tot de Granny’s Scarf-producten.

4.83.  Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat aan de herziening van een ex parte bevel terugwerkende kracht toekomt, zodat daardoor de grondslag ontvalt aan eventuele op grond van dat bevel verbeurde dwangsommen. Voor het onderhavige geval betekent dit dat door de herziening van het ex parte bevel bij vonnis in kort geding van 14 december 2009 (zoals de ‘opheffing van het bevel’ in dit vonnis moet worden begrepen) de grondslag aan (eventueel) door Kruidvat verbeurde dwangsommen is komen te ontvallen, zodat reeds op die grond de door Adventure Bags gevorderde betaling van de dwangsommen niet toewijsbaar is.

Lees volledige uitspraak hier (link / pdf).

IEF 9782

Eerder dan pas na 81 dagen

Kantonrechter Rechtbank Utrecht 10 juni 2011, LJN BQ7711 (eiser h.o.d.n. Filmclub tegen gedaagde)

Op een zijspoor. Filmrechten. Verhuur en contractuele bedingingen. Filmclub bewijst dat zij een DVD aan gedaagde heeft verhuurd, welke gehouden is een deel van de gevorderde contractuele boete te betalen. Filmclub had eerder moeten begrijpen dat gedaagde de DVD niet zou terugbrengen en had daarom eerder van haar bevoegdheid gebruik moeten maken de DVD te vervangen. Door dat niet te doen, heeft zij de boete onnodig laten oplopen. Ontvangsttheorie sommaties op verkeerde adres.

2.12 (...) Naar het oordeel van de kantonrechter had Filmclub onder deze omstandigheden eerder dan pas na 81 dagen moeten begrijpen dat [gedaagde] de DVD niet meer zou terugbrengen. Het had daarom op de weg van Filmclub gelegen eerder gebruik te maken van de haar ingevolge artikel 5.3 van de Huurvoorwaarden toekomende bevoegdheid de verhuurde DVD af te schrijven en een vervangend exemplaar aan te schaffen. Door niettemin 81 dagen te wachten, heeft Filmclub – mede gelet op het feit dat het een dagfilm met een hogere huurprijs dan een weekfilm betrof – de boete als bedoeld in artikel 5.2 van de Huurvoorwaarden onnodig laten oplopen.

De kantonrechter is zich er aan de andere kant van bewust dat Filmclub niet op stel en sprong tot vervanging overgaat, omdat het niet ongebruikelijk is dat huurders het gehuurde na enige tijd toch retourneren. Een wachttijd van een maand (30 dagen) komt de kantonrechter in dit verband redelijk voor. Dit oordeel leidt ertoe dat [gedaagde] gehouden is de verlengingskosten over 30 dagen aan Filmclub te vergoeden. Niet in geschil is dat de huurprijs van de DVD € 4,- per dag bedroeg. Dit betekent dat [gedaagde] gehouden is een bedrag van € 120,- (€ 4,- × 30) aan Filmclub te betalen. Daarnaast is hij gehouden de vervangingskosten van de DVD te voldoen die, zoals Filmclub onbetwist heeft gesteld, € 40,- bedragen.

2.14 (...) Omdat het Filmclub in beginsel vrijstaat zelf het moment van dagvaarden te bepalen, is de enkele omstandigheid dat zij enige tijd heeft gewacht met het uitbrengen van de dagvaarding op zichzelf onvoldoende om de conclusie te rechtvaardigen dat zij haar schadebeperkingsplicht heeft geschonden. Dit geldt temeer omdat Filmclub pas tot dagvaarding is overgegaan nadat uit de tussen het door haar ingeschakelde incassobureau en [gedaagde]s gemachtigde gevoerde briefwisseling bleek dat [gedaagde] niet bereid was tot betaling over te gaan.

Lees het vonnis hier (link / pdf)

IEF 9780

nazorg aan de uitgezonden militairen

Rechtbank Middelburg 9 juni 2011, LJN BQ7791, AWB 10/875 (Eiser tegen Ministerie van Defensie)

Voor de volledigheid. Auteursrecht op landkaarten. WOB-verzoek over begraven van personen in Potoçari, Srebrenica. Vertrouwelijkheid van debriefingsverklaringen, niet openbaar. Hoe "verweesde werken", (internationale) overheidsadministratie en auteursrechten op staatsdocumenten bijeenkomen in het bestuursrecht. Verklaring over locatie van een graf kan openbaar worden gemaakt zonder in strijd te komen met geheimhoudingsplicht. Ministerie van Defensie wordt opgedragen nieuw besluit te nemen met in achtneming van deze uitspraak.

Van een foto die volgens een debriefingsverklaring zou zijn gemaakt, is niet bekend wie de foto heeft gemaakt. Daardoor is niet te achterhalen of de foto in het archief van het Ministerie van Defensie wordt bewaard. Een kaart waarop de locatie van de begraafplaats van acht lichamen is aangetekend, bevindt zich niet in het administratieve gedeelte van het debriefingsarchief. Informatie over een coördinaat is afgeleid van een kaart die toebehoort aan de regering van de Verenigde Staten van Amerika. Verweerder heeft geen toestemming van de regering van de Verenigde Staten gekregen om de kaart openbaar te maken.

9. De informatie gevraagd in punt 15 betreft een kaartcoördinaat. Deze kaart is wel aanwezig op het Ministerie van Defensie, maar het auteursrecht van de kaart behoort toe aan de regering van de Verenigde Staten van Amerika. Van die zijde heeft verweerder geen toestemming gekregen om de kaart openbaar te maken. Dus op zichzelf is de weigering van verweerder gerechtvaardigd. Ter zitting heeft eiser naar voren gebracht dat hij de kaart op zich niet hoeft te hebben, maar dat verweerder hem mogelijk de GPS-coördinaat zou kunnen verstrekken. Hoewel het in het kader van de Wob gaat om documenten, geeft de rechtbank verweerder in overweging te bezien of de gevraagde informatie over de coördinaat wellicht via andere kanalen dan de Wob, bijvoorbeeld in het kader van de nazorg aan de uitgezonden militairen, aan eiser kan worden gegeven.

Lees de uitspraak hier (link / pdf)
Wet openbaarheid bestuur

IEF 9777

Eerste analyse: Abandonware en de nieuwe Commodore

Een bijdrage van prof. mr. dr. ir. Eric Tjong Tjin Tai, Tilburg University

In de wereld van de computers is een jaar al lang, en tien jaar een mensenleven. Om een voorbeeld te noemen: Windows XP werd in 2001 uitgebracht, heeft inmiddels al weer twee opvolgers gehad en wordt nog slechts beperkt ondersteund. Dat neemt niet weg dat begin 2011 nog steeds zo’n 40% van de internettende computergebruikers Windows XP gebruikt (bron: Wikipedia, geraadpleegd april 2011). De gebruikers van computers en software overleven de levenscyclus van een product, en in sommige gevallen zelfs de levensduur van de producent.

In extreme vorm zien we dit bij wat wel wordt genoemd ‘abandonware’. Dat is software (vooral computerspelen of games) van vele jaren oud (denk aan minstens 5 zoniet 10 jaar), die niet meer commercieel verkrijgbaar is, en waarvan in veel gevallen (doch niet altijd) zelfs niet eenvoudig meer is te achterhalen wie de rechthebbende is, omdat de oorspronkelijke producent failliet is gegaan, is overgenomen, of simpelweg verdwenen. Spelfanaten die dergelijke games nog willen spelen voelen zich daarom gerechtigd deze software te verveelvoudigen en verspreiden, de term ‘abandonware’ geeft een schijn van legitimiteit aan dit gebruik. Zie verder bv. Wikipedia, waar ook verschillende vormen worden onderscheiden.

Met toestemming, lees verder op IT 320

IEF 9776

Hierbij verklaar ik

Vzr. Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen 7 juni 2011, 11/496/C (T. Claus & A. Kristel tegen Veerle de Wit & Uitgeverij De Bezige Bij B.V.) 

België. Auteursrecht en erfrecht inzake de postume publicatie "De Wolken", een verzameling van geschriften van schrijver Hugo Claus. De zonen en de weduwe van wijlen Hugo Claus strijden over al dan niet uit (laten) geven van deze publicatie. Hoogdringendheid is bewezen. Naast de weduwe is de Uitgever tweede verwerende partij. Aangezien in een wilsverklaring blijkt dat de weduwe wordt aangewezen als beheerder van de nalatenschap worden de vorderingen afgewezen. De vraag bij wie auteursrechten liggen en hoe dat zich verhoud tot het beheer van Claus' patrimonium, blijft onbeantwoord. Let op bij lezing: rechter heet eveneens Claus.

Dat wat de vorderingen ten aanzien van eerste verwerende partij betreft dient te worden opgemerkt dat door eerste verweren partij een stuk wordt overgelegd met de volgende tekst: "Hierbij verklaar ik, Hugo Claus, dat na mijn overlijden het beheer van mijn patrimonium moet gebeuren door mijn vrouw, Veerle De Wit, zoals zij dit ook tijdens mijn leven reeds deed. Ik verklaar dit zonder dwang en bij volle bewustzijn."

Dat hieruit prima facie kan opgemaakt worden dat het de wil was van de heer Hugo Claus dat eerste verwerende partij het beheer van zijn patrimonium zou waarnemen zoals zij dit deed tijdens zijn leven.

Lees de uitspraak hier (pdf)
Hoger beroep is aangetekend hier

IEF 9774

Van onbepaalde waarde

Rechtbank Haarlem 8 juni 2011, HA ZA 11-319 (Masterfile tegen V h.o.d.n. Eyeforyou)

Met dank aan Sesanne Leeuwenburg, Intellectueel Eigendom Advocaten

Voor de volledigheid. Auteursrecht. Bevoegdheidsincident inzake het gebruik van stockfoto's door een websitebouwer. In de hoofdzaak is er sprake van een vordering van 'onbepaalde waarde' ex artikel 93 aanhef en onder b Rv. De kantonrechter is daarom niet bevoegd. Proceskosten voor gedaagde €452,-. Beveelt comparitie van partijen in de zaak en aanwezigheid in persoon en dat Masterfile dan vertegenwoordigd moeten zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is.

2.3. De rechtbank overweegt als volgt. Masterfile vordert in de hoofdzaak, naast betaling van een bedrag van EUR 4.760,00 vermeerderd met de rente daarover, staking van iedere inbreuk op haar auteursrechten onder verbeurte van een dwangsom. Deze vordering tot staking van inbreuk op auteursrechten is een vordering van onbepaalde waarde als bedoeld in artikel 93, onder aanhef en sub b, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Dit artikel bepaalt dat zaken betreffende vorderingen van onbepaalde waarde alleen door de kantonrechter worden behandeld indien er duidelijke aanwijzingen bestaan dat de vordering geen hogere waarde vertegenwoordigt dan EUR 5.000,00. De rechtbank is van oordeel dat hiervan geen sprake is: er zijn geen duidelijke aanwijzingen dat de vordering tot staking van iedere inbreuk op de auteursrechten van Masterfile, onder verbeurte van een dwangsom, geen hogere waarde vertegenwoordigt dan EUR 5.000,00. Dit leidt ertoe de kantonrechter niet bevoegd is om de onderhavige zaak te behandelen en te beslissen. De incidentele vordering zal gelet op het voorgaande worden afgewezen.

2.4. V. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten van het incident worden veroordeeld.

4.4. (...) dat Masterfile dan vertegenwoordigd moeten zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen.

Lees het vonnis hier (pdf)
art. 93 Rv

IEF 9770

Vernietiging van de gedemonteerde meubels

Vzr. Rechtbank 's-Gravenhage 9 juni 2011, KG ZA 11-462 (New Trend Trading Company B.V. & De Bats BNA Architecten tegen Boretti B.V.)

Auteursrecht. Merkenrecht. Stukgelopen samenwerking. Na beëindiging van de samenwerking, biedt Boretti (inbouwgasfornuizen) twee eigen tuinkeukenmeubels aan, tevens middels eigen website. Uit de onthoudingsverklaring:

Boretti erkent dat de tuinkeukens “Cucina Giardino” en “Lavello Cucina” inbreuk maken op de auteursrechten van De Bats en dat het in de handel brengen daarvan onrechtmatig is jegens NTTC als licentiehouder en De Bats als auteursrechthebbende;

Boretti zegt toe zich in de toekomst te onthouden van het in de handel brengen van de tuinkeukens “Cucina Giardino” en “Lavello Cucina”, die inbreuk maken op de auteursrechten van De Bats en licentierechten van NTTC

 In conventie: Geen beroep meer op niet-geregistreerde Gemeenschapsmodelrechten vanwege verstrijken van beschermingsduur. Gevorderd inbreukverbod. Vorderingen afgewezen, ten eerste een belang gelet op is er geen belang vanwege de getekende onthoudingsverklaring met boetebeding, "feit dat niet aannemelijk is gemaakt dat Boretti deze meubels opnieuw in het verkeer dreigt te brengen" . Ten tweede zijn "hun auteursrechten uitgeput omdat het hier gaat om (weder)verkoop van door hen zelf in het verkeer gebrachte keukens" (r.o. 4.4) en tot slot dat "naar voorlopig oordeel geen sprake is van inbreuk, nu deze meubels een andere totaalindruk wekken" (.r.o. 4.5).

Geen slaafse nabootsing, geen rectificatie en geen belang bij vernietigen gedemonteerde meubels.

In reconventie: vorderingen worden toegewezen. Niet betwist: gebruik van auteursrechtelijk beschermde foto´s op de site en daarbij dat aanduiding "Luxius M-System" merkinbreuk is op het woordmerk "M-SYSTEM", dit valt niet onder de getekende onthoudingsverklaring. Naar voorlopig oordeel is de vermelding “te combineren met Boretti M-System elementen” niet onrechtmatig (r.o. 4.12) . In het vonnis staan de meer afbeeldingen. Proceskostenveroordeling ex 1019h Rv proceskosten voor eiser (€15.000,-).

niet-geregistreerd Gemeenschapsmodel 4.2. Ter zitting hebben NTT en De Bats te kennen gegeven dat zij zich in dit kort geding niet langer beroepen op de niet-geregistreerde Gemeenschapsmodelrechten op de Luxiusmeubels (vanwege het verstrijken van de beschermingsduur van 3 jaar).

Onthoudingsverklaring 4.4. NTT en De Bats hebben bij het gevorderde inbreukverbod met betrekking tot de Cucina Giardino en Lavello Cucina, gelet op de onthoudingsverklaring met boetebeding (zie r.o. 2.7.) en het feit dat niet aannemelijk is gemaakt dat Boretti deze meubels opnieuw in het verkeer dreigt te brengen, voorshands geen belang. Voor zover NTT en De Bats beogen een verbod te krijgen ten aanzien van de (weder)verkoop van de Luxiuskeukens door Boretti onder de naam Solido als bedoeld onder r.o. 2.10, hebben zij hun vordering niet deugdelijk onderbouwd nu voorop moet worden gesteld dat hun auteursrechten uitgeput zijn omdat het hier gaat om (weder)verkoop van door hen zelf in het verkeer gebrachte keukens. In zoverre zullen de vorderingen dan ook worden afgewezen. 

Uitputting 4.5. Het gevorderde inbreukverbod met betrekking tot de nieuwe, modulaire tuinkeukenmeubels (genoemd en afgebeeld onder r.o. 2.9.) zal evenmin worden toegewezen. Hiervoor is redengevend dat naar voorlopig oordeel geen sprake is van inbreuk, nu deze meubels een andere totaalindruk wekken dan de meubels uit de Luxiusserie, ook als de Borettimodules in combinatie worden beschouwd. (...) De door NTT en De Bats gestelde uiterlijke overeenkomsten tussen de Luxiusmeubels en de meubels van Boretti vloeien voor een deel voort uit technische vereisten of zijn voor een deel algemeen gebruikelijk voor deze productgroep. (...) Boretti heeft daarvan, door op belangrijke punten af te wijken zoals hiervoor aangegeven, voorshands voldoende afstand genomen.

Gedemonteerde meubels 4.7. NTT en De Bats hebben niet gesteld welk (spoedeisend) belang zij hebben bij vernietiging van de gedemonteerde meubels Cucina Giardino en Lavello Cucina. Ook is niet gebleken dat deze meubels weer gemonteerd zouden (kunnen) worden teneinde de inbreukmakende meubels opnieuw in het verkeer te brengen, noch dat er een reële dreiging bestaat dat Boretti dit zal doen, gelet op de alsdan te verbeuren boete. In het licht hiervan en gelet op het definitieve karakter van een bevel tot vernietiging, waarvoor een voorziening in kort geding zich in beginsel niet leent, zal deze vordering worden afgewezen.

4.8. NTT en De Bats hebben evenmin gesteld welk (spoedeisend) belang zij na zoveel  tijd nog hebben bij een rectificatie met betrekking tot de Cucina Giardino en Lavello Cucina, te minder daar rectificatie niet reeds in augustus 2010 onderdeel van de sommatie vormde, noch onderwerp van onderhandeling over de onthoudingsverklaring is geweest. Om die reden zal ook deze vordering worden afgewezen.

4.9. Het gevorderde voorschot op schadevergoeding komt in de gegeven omstandigheden niet voor toewijzing in kort geding in aanmerking, omdat niet is voldaan aan de daaraan krachtens vaste rechtspraak te stellen eisen. (...)

In reconventie 4.12. Naar voorlopig oordeel is de vermelding “te combineren met Boretti M-System elementen” niet onrechtmatig. Voorzover deze vermelding bedoeld is om aan te geven dat er Boretti apparatuur in de betreffende tuinkeuken kan worden ingebouwd, heeft Boretti weliswaar gesteld dat het gebruik van het merk Boretti naast M-System onnodig zou zijn, maar heeft zij niet aannemelijk gemaakt dat voor de gemiddelde consument zonder meer duidelijk is wat met “M-System” bedoeld wordt en dat dit refereert aan apparatuur van Boretti. Anders gezegd, de voorzieningenrechter is er voorshands niet van overtuigd dat de enkele aanduiding “M-System” voor de consument voldoende informatie biedt om de MSystem apparatuur van Boretti aan te schaffen ter inbouw in de door NTT verkochte tuinkeukenmeubelen. Voorzover deze vermelding is te beschouwen als een aanprijzing in verband met de op zich legitieme (weder)verkoop door NTT van van Boretti afkomstige apparatuur, geldt dat de enkele stelling dat NTT de afgelopen periode geen Borettifornuizen verkocht heeft, niet maakt dat zij bij haar aanbod van die fornuizen geen gebruik van het merk Boretti of “M-Systems” mag maken.

GModVo, Uitvoeringswet GModVo, Auteurswet

IEF 9769

Heel team van ontwerpers

Hof Arnhem 7 juni 2011, LJN BR2358 (Nibe AB tegen Interfocos B.V.)

Met dank aan Sven Klos en Josine van den Berg, Klos Morel Vos Schaap.

In navolging van IEF 7209. Auteursrecht. Ongeoorloofde ontlening. Houtkachel. Vormgeving niet door gebruiksfunctie van onderdelen bepaald, voldoende creatieve keuzes. Andere tinten speksteen (terwijl driedimensionaal auteursrecht ingeroepen). Totaalindrukken weinig verschillend. Aan omkering bewijslast is voldaan door te stellen dat met een heel team van ontwerpers is doorontwikkeld. Slaafse nabootsing behoeft geen beoordeling.

Vorderingen toegewezen, o.a. uitgebreid registeraccount onderzoek, terugroepen van producten m.u.v. privé-consumenten en dwangsom.

Auteursrecht? 
4.12 Interfocus heeft ten slotte verdedigd dat functioneel bepaald zijn: de speksteen, het houtopbergcompartiment, de ronde vorm, het houtrekje, de sparing boven de deur, het schudrooster op de bodem, de opberglade, het symbool zacht-hard (schuifje) en het ovencompartiment.

Naar het oordeel van het hof hebben al deze onderdelen weliswaar een gebruiksfunctie, maar kan niet gezegd worden dat de vormgeving daarvan zozeer het resultaat is van een door technische uitgangspunten beperkte keuze dat de Contura kachel niet als een auteursrechtelijke beschermd werk kan worden aangemerkt.

4.13 Naar het voorlopige oordeel van het hof dienen de Contura 660T en de Contura 520T vanwege (de combinatie van) de daarin gemaakte en creatieve keuzes te worden beschouwd als werken in de zin van de Auteurswet als omschreven in rov. 4.3.

Ongeoorloofde verveelvoudiging? 
4.20 Naar het oordeel van het hof is het inderdaad juist dat de Contura 660T aan de onderzijde een terugwijkende stenen afsluiting toont, terwijl de Eco 610 aldaar een gietijzeren deur laat zien. Dit gegeven viel echter geenszins op bij de vergelijkende bezichtiging totdat het hof daarop opmerkzaam werd gemaakt. Ook de verschillen in de tinten van het speksteen maken geen indruk noch de afwijkende afmetingen en dimensies, terwijl in het oog moet worden gehouden dat NIBVE slechts auteursrecht inroept voor de driedimensionale vorm. (...) dat de totaalindrukken die de werken (...) maken, te weinig verschillen opleveren voor het oordeel dat de eerstbedoelde werken als zelfstandige werken kunnen worden aangemerkt. Aan de daaraan verbonden omkering van de bewijslast (in kort geding: om aannemelijk te maken) van het verweer van Interfocos dat zij de Eco 600 en 610 niet heeft ontleend aan de Contura 520T en 660T, heeft Interfocos niet voldaan met haar, door NIBE bestreden, stelling dat zij aan de doorontwikkeling tot de Eco 600 en 610 op haar ontwerpafdeling met een heel team van ontwerpers heeft gewerkt.

4.21 Op grond van het voorgaande moet er voorhands van worden uitgegaan dat de Eco 600 en 610 ongeoorloofde verveelvoudigingen zijn van de Contura 520T en 660T.

Lees het arrest hier (pdf / LJN / zuivere pdf)

IEF 9762

Respect voor welverzorgde handen

Kantonrechter Rechtbank Haarlem 1 juni 2011, LJN BQ7516 (eiser tegen gedaagde & XXX)

ter illustratie van salonfrancy

Auteursrecht. Fotograaf eiser heeft foto's van handen gemaakt met medeweten en toestemming van [naam] en gebruikt voor website. Ter ondersteuning "Op deze foto's staan de handen van mevrouw [naam] afgebeeld, dus daarom kan zij ze al niet zelf gemaakt hebben." Deze foto's ziet eiser terug op. In vrijwaring: als er al auteursrechten zijn geschonden (door [xxx])is dit in opdracht en rekening van gedaagde. Foto's met soort "watermerk", maar geen bewijs wanneer dit is gebeurt. Schadeclaim komt rijkelijk overdreven voor. Geen unieke foto's voor rechtvaardiging van dergelijke schadeclaim. Vorderingen afgewezen.

zonder nummering Het ontgaat de kantonrechter daarom dat en hoe [gedaagde] had moeten begrijpen dat hij auteursrechten van [eiser] had geschonden of had laten schenden. In ieder geval is ook onbetwist dat [gedaagde] direct nadat hij door [eiser] aansprakelijk was gesteld de foto's van zijn website heeft laten halen.

Tenslotte wordt overwogen dat uit niets blijkt dat en waarom deze foto's zo uniek zijn dat zij een dergelijke schadeclaim kunnen rechtvaardigen.
Met alle respect voor [eiser] en/of [naam], de welverzorgde handen van iedere andere persoon zouden in een dergelijke houding en met een dergelijke belichting kunnen zijn gefotografeerd voor een zelfde of een vergelijkbaar doel.

Lees de uitspraak hier (link / pdf)

IEF 9753

Schorsende werking en slagingskansen

Vrz. Rechtbank 's-Gravenhage 1 juni 2011, KG ZA 11-376 (Crocs tegen Calze Del Mondo)

klik afbeelding voor vergroting, Ctrl+muiswieltje zoomen 
Paars = 'classic', blauw = 'beach' en roze = 'import'

Modelrecht. Auteursrecht. Calze del Mondo importeert kunststof schoenen, deze zijn tegengehouden door douane met toepassing van Anti-Piraterijverordening. Crocs legt conservatoir beslag. Het Crocs modelrecht is nietigverklaard, schorsende werking beroep bij HvJ EU. Onvoldoende grond voor voorlopige voorziening, omdat er zeer gerede kans van slagen van nietigheidsprocedure is. Wel inbreuk auteursrecht, te weinig verschil in totaalindruk. Geen rechtsverwerking. Niet voldoende afstand gehouden tot model.

4.3.  De gevorderde voorzieningen zijn niet toewijsbaar op grond van het ingeroepen Gemeenschapsmodel. Dit modelrecht is door het bureau nietig verklaard welke beslissing door de kamer van beroep is bevestigd. Crocs wijst er op dat haar hoger beroep van deze laatste beslissing bij het HvJEU op grond van artikel 60 lid 3 GModVo schorsende werking heeft, maar dat neemt niet weg dat het nietigheidsverweer dat ook Calze del Mondo kennelijk tegen dit recht aanvoert een zeer gerede kans van slagen heeft en daarom onvoldoende grond geeft voor de gevorderde voorlopige voorzieningen (vergelijk vzr. rechtbank ’s-Gravenhage 29 mei 2008, IEPT20080529, Crocs – De Vos / Musch, onder 4.5).

4.9. Het voorgaande voert voorshands tot de conclusie dat – ondanks de op punten afwijkende hielband – de schoen van Calze del Mondo in zodanige mate de auteursrechtelijk beschermde trekken van het model ‘Beach’ vertoont dat de totaalindrukken die de beide schoenen maken te weinig verschillen om de schoen van Calze del Mondo als een zelfstandig werk aan te merken. Daarom is uit te gaan van ontlening en dus inbreuk op het aan Crocs toekomende auteursrecht.

4.12. Vooralsnog heeft Calze del Mondo onvoldoende gesteld om rechtsverwerking aannemelijk te maken. Of voldoende afstand is gehouden tot het model van Crocs is niet eenvoudig vast te stellen. Uit de door Calze del Mondo overgelegde foto’s van soortgelijk schoeisel dat zij op markt heeft aangetroffen kan niet zonder meer worden afgeleid dat sprake is van inbreuk waartegen Crocs met succes zou kunnen optreden, daargelaten dat het enkele gegeven dat Crocs dit heeft nagelaten onvoldoende zou zijn om rechtsverwerking aan te nemen. Overigens blijkt uit de hiervoor aangehaalde zaken al dat Crocs wel degelijk haar rechten ook tegenover anderen tracht te handhaven.

Lees het vonnis hier (pdf)
Anti-piraterijverordening (Vo 1383/2003)