Merkenrecht  

IEF 17071

Uitspraak ingezonden door Evert van Gelderen en Elise Menkhorst, BANNING.

Indirect verwarringsgevaar tussen tijdschriften WIJ en WijSr

Rechtbank Midden-Nederland 30 aug 2017, IEF 17071; ECLI:NL:RBMNE:2017:4442 (Wij Special Media tegen Ouderenbond), https://ie-forum.nl/artikelen/indirect-verwarringsgevaar-tussen-tijdschriften-wij-en-wijsr

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 30 augustus 2017, IEF 17071; IEFbe 2335; ECLI:NL:RBMNE:2017:4442 (Wij Special tegen Ouderenbond) Merkenrecht. WSM is houdster van diverse WIJ-merken voor tijdschriften. Leden van KBO en PCOB ontvangen een ledenmagazine Nestor en respectievelijk Perspectief, vanwege de samenvoeging is dat onder de titel WijSr. Met succes vordert Wij Special Media de staking van drukken, aanbieden en distribueren van het ledenmagazine onder het teken WijSr. Er is geen sprake van overeenstemming dat er direct verwarringsgevaar te duchten is, maar gezien de soortgelijkheidheid van de betrokken waren en de mate van overeenstemming en de sterke onderscheidingskracht en de bekendheid van het merk WIJ, is er sprake van indirect verwarringsgevaar. Het bijschrift "het magazine van KBO/PCOB" maakt dit niet anders. De vordering tot vernietiging van reeds bestaande ledenmagazines is wel te verstrekkend, nu het terughalen van ruim 250.000 grote financiële gevolgen zal hebben en er minder ingrijpende maatregelen mogelijk zijn om schade te beperken of te compenseren.

IEF 17068

Uitspraak ingezonden door Merel Rondhuis en Tjeerd Overdijk, Vondst Advocaten.

Sum-merlot en ZoMerlot: een in de zomer te drinken merlotwijn

Rechtbank Midden-Nederland 30 aug 2017, IEF 17068; (Sum-merlot vs ZoMerlot), https://ie-forum.nl/artikelen/sum-merlot-en-zomerlot-een-in-de-zomer-te-drinken-merlotwijn

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 30 augustus 2017, IEF 17068; ECLI:NL:RBMNE:2017:4358 (LFE tegen Chateau de la Garde) Merkenrecht. LFE is houdster van het woordmerk Sum-merlot voor wijnen, maar heeft nog geen wijn op de markt gebracht. Sinds 2017 brengt Chateau de la Garde flessen rode merlot wijn op de markt voorzien van etiketten met de aanduiding ZoMerlot, ZOMERLOT en Zomerlot. Wat de tekens ZOMERLOT en Zomerlot betreft wordt de vordering afgewezen omdat de tekens geen onderscheidend vermogen hebben. De overeenstemming tussen Sum-merlot en ZoMerlot zijn niet dusdanig dat daardoor gevaar voor verwarring te duchten is bij het publiek. De beschermingskracht die aan het merk Sum-merlot toekomt is gering omdat het merk in aanmerkelijke mate beschrijvend is, nu het duidt op een in de zomer te drinken merlotwijn. De woordspeling tussen de woorden summer, merlot en het koppelteken geven het merk enig onderscheidend vermogen. Chateau de la Garde gebruikt het teken ZoMerlot alleen in combinatie met haar woordmerk La Tulipe. LFE heeft nog geen flessen wijn onder de naam Sum-merlot op de markt gebracht, dus het merk heeft nog geen bekendheid verworven en het relevante publiek heeft zich nog geen beeld gevormd bij het merk. De voorzieningenrechter wijst de vorderingen af.

IEF 17063

Hof: De Nachtwacht terecht geweigerd als merk

Hof Den Haag 29 aug 2017, IEF 17063; ECLI:NL:GHDHA:2017:2446 (De Nachtwacht), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-de-nachtwacht-terecht-geweigerd-als-merk

Hof Den Haag 29 augustus 2017, IEF 17063; IEFbe 2328; ECLI:NL:GHDHA:2017:2446 (De Nachtwacht) Merkenrecht. Verzoek afgewezen. Ontbreken onderscheidend vermogen. Het BBIE weigerde een afbeelding van de Nachtwacht als merk gedeponeerd door merkenbureau Chiever [IEF 15567]. De Nachtwacht zou als merk te ingewikkeld zijn om als teken te gelden en bovendien niet als merk worden opgevat en ieder onderscheidend vermogen missen. Op 20 oktober 2016 heeft het Bureau de definitieve beslissing tot weigering medegedeeld: het gaat om één van de beroemdste schilderijen ter wereld dat door vrijwel iedereen zal worden herkend en om die reden zal het niet als onderscheidingsteken worden opgevat door het publiek. Het Hof wijst het verzoek van Chiever af. Het gaat om een depot dat verricht is als grap om een foto van de Nachtwacht op canvas van het Bureau te krijgen. Na weigering en publiciteit is besloten op verzoek van geïnteresseerde potentiële klanten, die zich afvragen of ze kunstwerken als merk kunnen claimen, om beroep tegen de weigering in te stellen. Dat beantwoording van deze vraag voor de praktijk van belang zou kunnen zijn, levert geen gerechtvaardigd belang op voor Chiever. Het Bureau heeft de inschrijving van de Nachtwacht als merk terecht geweigerd, aangezien Chiever geen voldoende gerechtvaardigd belang bij haar verzoek heeft en de Nachtwacht in de Benelux geen onderscheidend vermogen bezit.

IEF 17057

Uitspraak ingezonden door Merle Hafkamp en Bert Gravendeel, Gravendeel advocaten.

Stichting STOPhersentumoren.nl is geen auteursrechthebbende op logo en SV3 heeft oudere merkinschrijving

Rechtbank Den Haag 23 aug 2017, IEF 17057; ECLI:NL:RBDHA:2017:9703 (SSH tegen SV3 c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/stichting-stophersentumoren-nl-is-geen-auteursrechthebbende-op-logo-en-sv3-heeft-oudere-merkinschrij

Rechtbank Den Haag 23 augustus 2017, IEF 17057; ECLI:NL:RBDHA:2017:9703 (SSH tegen SV3 c.s.) Merkenrecht. Auteursrecht. Zie eerder [IEF 15161; IEF 15246; IEF 15804]. Stichting STOPhersentumoren.nl (hierna: SSH) organiseert sinds 2010 het evenement “a Ride for Hope”. Voor de organisatie werd gebruik gemaakt van de domeinnaam ventoux3.nl. Stichting Ventoux 3 (hierna: SV3) is in 2012 opgericht omstreeks de eerste editie van het evenement en heeft het SV3 Merk geregistreerd. SV3 laat “Ventoux3” en “RideForHope” registreren. SHH vordert zonder succes staking merkinbreuk “Ventoux3” en “RideForHope”. Het SV3 merk is te goeder trouw gebruikt door gedaagde. SSH komt geen auteursrecht toe op de naam Ventoux3 en het logo, doordat gedaagde X als maker beschouwd kan worden. Ook de stellingen in conventie dat SSH auteursrechthebbende is, slagen niet en spitsten zich toe op de juridische kwalificaties van het ie-creatie proces: ‘leiding en toezicht’  (art. 6 Auteurswet), eerste openbaarmaking (art. 8 Aw), mede-auteursrecht (art. 26 Aw), houden voor een ander (art. 3:110 BW), een merk indienen door een ander lastgeving (art. 7:414 BW). In reconventie wordt geoordeeld dat, nu SV3 zich op haar oudere merkinschrijving en auteursrechten kan beroepen, de vordering tot staking van het gebruik van domeinnaam met teken ‘ventoux3’ toegewezen kan worden. Staking auteursrechtinbreuk Ventoux3 logo komt eveneens toe aan SV3 c.s..

IEF 17052

Indicatietarieven normaal kort geding niet toepasselijk op buitenlandse vennootschap Sabon

Rechtbank Den Haag 22 aug 2017, IEF 17052; ECLI:NL:RBDHA:2017:9497 (Sabon Shel Pa’am Industries LTD tegen Orion Retail BV), https://ie-forum.nl/artikelen/indicatietarieven-normaal-kort-geding-niet-toepasselijk-op-buitenlandse-vennootschap-sabon

Vzr. Rechtbank Den Haag 22 augustus 2017, IEF 17052; ECLI:NL:RBDHA:2017:9497 (Sabon Shel Pa’am Industries LTD tegen Orion Retail BV) Merkenrecht. Kort geding bij vervroeging. Verstekvonnis. Noodzakelijke spoedeisendheid van staking merkinbreuk volgt uit de gestelde voortdurende en dreigende inbreuk op de ingeroepen merkrechten van eiseres. Eiseres voert aan dat zaak als normaal kort geding moet worden aangemerkt. Sprake van een eenvoudige zaak, nu het gaat om een onbestreden inbreuk op merkrechten. Onvoldoende aannemelijk dat eiseres als buitenlandse vennootschap substantieel meer kosten heeft moeten maken. Blijkt niet uit toelichting ter zitting en correspondentie tussen partijen dat onderhandelingen veel tijd hebben gevergd. Ambtshalve beoordeling proceskostenvordering op basis van laatste versie IE-indicatietarieven, te weten € 6.000,-. 

IEF 17041

Oordeel dat de bewijzen van European Food niet in aanmerking mochten worden genomen is onjuist

Gerecht EU (voorheen GvEA) 28 sep 2016, IEF 17041; ECLI:EU:T:2016:568 (European Food tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/oordeel-dat-de-bewijzen-van-european-food-niet-in-aanmerking-mochten-worden-genomen-is-onjuist

Gerecht EU 28 september 2016, ECLI:EU:T:2016:568; T-476/15; IEF 17041; IEFbe 2318 (European Food tegen EUIPO) Merkenrecht. Procesrecht. Nestlé heeft een inschrijvingsaanvraag gedaan betreft het woordteken 'FITNESS' waarna dit merk werd ingeschreven. European Food heeft een vordering tot nietigverklaring ingediend. Dit werd zowel door de oppositieafdeling als de beroepskamer van het EUIPO verworpen. De kamer van beroep heeft blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de bewijzen die verzoekster voor het eerst voor de kamer had overgelegd, niet in aanmerking mochten worden genomen omdat deze te laat waren aangedragen. De beslissing van de beroepskamer wordt vernietigd.

IEF 17050

Vragen aan HvJEU over de wijziging van het productiegebied met betrekking tot het in plakken snijden en verpakken van Schwarzwälder Schinken

HvJ EU 13 jun 2017, IEF 17050; C-367/17 (Schwarzwälder Schinken), https://ie-forum.nl/artikelen/vragen-aan-hvjeu-over-de-wijziging-van-het-productiegebied-met-betrekking-tot-het-in-plakken-snijden

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 13 juni 2017, IEF 17050; IEFbe 2323; C-367/17 (Schwarzwälder Schinken) Via Minbuza: Op verzoek van de aanvrager is de benaming “Schwarzwälder Schinken” (hierna: SWS) bij verordening nr. 123/97 sinds 25 januari 1997 geregistreerd als beschermde geografische aanduiding (hierna: BGA) voor “vleeswaren”. De aan de aanvraag ten grondslag liggende omschrijving bevatte geen voorschriften betreffende het versnijden en verpakken van het beschermde product. Verzoeker vroeg om een wijziging van het productdossier betreffende de BGA van SWS op grond waarvan het in plakken snijden en verpakken van de SWS alleen nog kon worden verricht in het productiegebied ervan. Tegen deze voorgenomen wijziging werden drie bezwaren ingediend. Het Duitse patentbureau heeft de aanvraag van verzoeker afgewezen stellende dat de aanvraag niet in overeenstemming was met verordening 510/2006. Ingevolge het door verzoeker tegen deze beslissing ingestelde beroep heeft de onderhavige rechterlijke instantie de beslissing van het patentbureau vernietigd en vastgesteld dat het verzoek om wijziging wel voldeed aan de vereisten van verordening 510/2006. De derde opposant is daartegen opgekomen via een “Rechtsbeschwerde” bij het Bundesgerichtshof, die de beslissing van de verwijzende rechter heeft vernietigd en de zaak naar hem heeft terugverwezen, op grond dat het recht op hoor en wederhoor van de derde opposant zou zijn geschonden. In het kader van de procedure na die terugverwijzing verzoekt de verwijzende rechter het Hof om uitlegging van het toepasselijke Unierecht. 

IEF 17040

Blauwe, springende poema maakt inbreuk op internationale PUMA-merken

Gerecht EU (voorheen GvEA) 9 sep 2016, IEF 17040; ECLI:EU:T:2016:457 (Puma tegen EUIPO), https://ie-forum.nl/artikelen/blauwe-springende-poema-maakt-inbreuk-op-internationale-puma-merken

Gerecht EU 9 september 2016, ECLI:EU:T:2016:457; T-159/15; IEF 17040; IEFbe 2317 (Puma tegen EUIPO) Merkenrecht. Gemma Group heeft bij het EUIPO een merkaanvraag ingediend van een blauwe, springende poema. Puma heeft hier oppositie tegen ingesteld, waarbij een beroep werd gedaan op de bekendheid van de twee oudere merken van Puma, 1 & 2. De oppositieafdeling heeft de oppositie afgewezen en de beroepskamer van het EUIPO heeft het beroep verworpen. Het gerecht stelt dat de beroepskamer niet mocht afwijken van de beslissingspraktijk van het EUIPO inzake de bekendheid van de oudere merken. De beslissing van de beroepskamer wordt vernietigd.

IEF 17043

Uitspraak en bijdrage ingezonden door Jeroen Muyldermans en Paul Maeyaert, Altius.

Gedoogtermijn begint pas te lopen vanaf de kennisname van gebruik van de inschrijving van een jonger merk, niet het gebruik

Belgische gerechten 31 jul 2017, IEF 17043; (Merck Sharp & Dohme tegen MSD Europe), https://ie-forum.nl/artikelen/gedoogtermijn-begint-pas-te-lopen-vanaf-de-kennisname-van-gebruik-van-de-inschrijving-van-een-jonger

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 31 juli 2017, IEFbe 2319; IEF 17043 (Merck Sharp & Dohme tegen MSD Europe) Merkenrecht. Uit het feit dat MSD op de hoogte was van het gebruik van de niet-ingeschreven merken, en die merken nadien pas worden ingeschreven, volgt geen gedogen. De kennis in de periode vóór de inschrijving van gebruik van die merken is irrelevant. De termijn van gedogen begint pas te lopen vanaf de kennisname van het gebruik van de inschrijving van het jongere merk en dus niet vanaf de loutere kennisname van dat gebruik vóór de inschrijving van dat jongere merk. Verwerende partij bewijst niet dat MSD het concrete gebruik van haar ingeschreven merken bewust heeft gedoogd. Het voeren van een eerdere oppositie impliceert eveneens niet dat MSD het gebruik van dat ingeschreven merk gedoogt.

“Dit impliceert ipso facto niet dat MSD zich later niet zou kunnen verzetten tegen het concrete gebruik van dat merk, ook niet tegen de waren in andere klassen dan deze tegen welke MSD destijds oppositie heeft ingesteld. De oppositie toont aan dat er geen gedogen is en MSD zich heeft verzet tegen de inschrijving. Men mag er daarna logischerwijze van uitgaan dat verwerende partij zich houdt aan de gevolgen van haar schrapping, met name om het merk niet te gebruiken voor medische of orthopedische waren en, a fortiori, voor andere waren en diensten die zelfs niet onder het merk vallen.

IEF 17034

Woord- en beeldmerken IGL maken inbreuk op de merken van IGI

Belgische gerechten 18 okt 2016, IEF 17034; (GL tegen IGI), https://ie-forum.nl/artikelen/woord-en-beeldmerken-igl-maken-inbreuk-op-de-merken-van-igi

Hof van beroep Brussel 18 oktober 2016, IEF 17034; IEFbe 2312 (GL tegen IGI) Merkenrecht. International Gemological Institue (IGI) houdt zich bezig met het verlenen van certificaten voor edelstenen, kleurstenen, juwelen en diamanten. Daarnaast verschaft IGI opleidingen in gemmologie. IGI is houder van verschillende merken waaronder 'IGI', 'International Gemological Institute' en het Uniemerk 'IGI'. Gemological Lab (GL) heeft als handelsnaam 'IGL International Gemological Laboratories'. De activiteit bestaat tevens uit het verlenen van certificaten voor edelstenen. Zij heeft het beeldmerk IGL. IGI stelt dat sprake is van verwarring wekken en dat GL probeert aan te haken aan de bekende naam en reputatie van IGI. De merken van IGI zijn in de Unie bekende merken. IGL stemt visueel en auditief in belangrijke mate overeen met IGI. Daarnaast is er ook overeenstemming tussen de samengestelde tekens. Het hof stelt dat GL door het gebruik van IGL inbreuk maakt op de merken van IGI.