IEF 22218
2 september 2024
Artikel

Openbare raadpleging over ambachtelijke en industriële geografische aanduidingen

 
IEF 22217
2 september 2024
Artikel

Artikel Bernt Hugenholtz: Prompts tussen vorm en inhoud: de eerste rechtspraak over generatieve AI en het werk

 
IEF 22207
30 augustus 2024
Artikel

Laatste plekken voor het Benelux Merken Congres op donderdag 5 september 2024

 
IEF 2222

Subsidiariteit en proportionaliteit

Kamerstuk 30587, nr, 1e/2e Kamer. Subsidiariteitstoets op richtlijnvoorstel betreffende strafrechtelijke maatregelen ter verzekering van de handhaving van intellectuele eigendomsrechten (COM (2006) 168 fin.); Brief van de Tijdelijke commissie subsidiariteitstoets inzake gewijzigd advies 

“Beide Kamers der Staten-Generaal concluderen dat voor de na te streven doelstelling van het voorgenomen optreden geen bevoegdheid aan de Gemeenschap is toegekend. Niettemin hebben beide Kamers onderhavig voorstel - ten overvloede – onderworpen aan de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit en geconcludeerd dat het voorstel daaraan niet voldoet.”

Lees hier meer.

IEF 2221

In gesprek

Kamerstuk 25434, nr. 27, 2e Kamer . Structuurversterking filmindustrie; Verslag schriftelijk overleg over structuurversterking filmindustrie (Kamerstuk 25434, nr. 26)

"Staatssecretaris Van der Laan: Vertoning: Met betrekking tot piraterij, waar de leden van de PvdA-fractie aandacht voor vragen, ben ik in gesprek met de filmsector en met het ministerie van Justitie, dat primair verantwoordelijk is voor het auteursrecht. Het uploaden van films kan reeds worden aangepakt omdat het strafbaar is; downloaden is slechts toegestaan indien een kopie van een film gemaakt wordt voor eigen gebruik. Overigens zijn er buiten het strafrecht alternatieve mogelijkheden om de problemen van piraterij te beperken, zoals films online aanbieden tegen betaling.

 De digitalisering van de distributie en vertoning van films is primair een zaak van de filmsector zelf. Dat neemt niet weg dat ik uiteraard bereid ben te bezien of er binnen de bestaande instrumenten voor innovatie ruimte is om de sector te ondersteunen. Ook heb ik aandacht voor het op orde houden (danwel brengen) van randvoorwaarden, zoals bescherming van rechten en de mogelijkheden om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. Indien aanpassingen nodig zijn om randvoorwaarden beter aan te laten sluiten bij de digitale omgeving van de filmsector zal ik bezien welke rol ik kan nemen."

IEF 2220

De bestaande schijnvertoning continueren

Kamervragen, vraagnr. 2050615360, 2e Kamer.  Vragen van het lid Van Dam (PvdA) aan de minister van Justitie over een verzoek tot een wijziging van de statuten van SONT. (Ingezonden 19 juni 2006).

“Kan er sprake zijn van zelfregulering als belanghebbenden zichzelf niet willen reguleren?”

1- Hebt u kennisgenomen van het verzoek van de voorzitter van de Stichting Onderhandelingen Thuiskopievergoedingen (SONT) voor een statutenwijziging om ook vertegenwoordigers van producenten van apparatuur deel te kunnen laten nemen aan het overleg in de SONT?

2-  Bent u voornemens deze voorgestelde statutenwijziging goed te keuren?

3-  Is het u eveneens bekend dat de Stichting Overlegorgaan Blanco Informatiedragers (STOBI) de gang naar de rechter heeft gemaakt uit onvrede over het functioneren van de SONT en zowel de SONT als de Stichting Thuiskopie (STK) heeft gedagvaard? Zo ja, hoe beoordeelt u deze gang van zaken?

4-  Is het u bekend dat er volgens de STOBI zelden binnen de SONT besluiten zijn genomen op basis van overeenstemming? Kun u aangeven of dat een correcte weergave van de gang van zaken is? Is het derhalve correct dat in veel gevallen de voorzitter besluiten heeft genomen, zoals de statuten voorschrijven voor situaties waarin partijen het niet eens zijn? Zo ja, is er sprake van zelfregulering als in de praktijk veel reguleringsbesluiten worden genomen door een door u benoemde voorzitter in plaats van door de belanghebbenden zelf benoemde voorzitter?

5-  Wat vindt u ervan dat de vertegenwoordigers van de producenten van apparatuur (ICT-Office en LIAR) vooralsnog weigeren deel te nemen aan het overleg in de SONT?

6-  Kan er sprake zijn van zelfregulering als belanghebbenden zichzelf niet willen reguleren?

7-  Bent u voornemens om bij deze voorgestelde statutenwijziging de huidige discussie, rond het functioneren van de SONT en de weigering van producenten van apparatuur om deel nemen aan het overleg in SONT, te betrekken in uw afweging?

8-  Bent u, alles overziend en daarbij het grote belang voor de economie, consumenten, producenten en rechthebbenden afwegend, tevreden over het functioneren van zelfregulering op dit gebied?

9-  Zou het niet beter zijn als u zelf de regels vaststelt, zodat sprake kan zijn van parlementaire controle, in plaats van dat we elkaar wijsmaken dat er sprake is van zelfregulering terwijl in de praktijk besluiten worden genomen en ook in de toekomst genomen zullen worden door een door u benoemde voorzitter? Zou het niet beter zijn als uzelf de verschillende belangen tegen elkaar zou afwegen en daarover verantwoording zou afleggen aan het parlement in plaats van de bestaande schijnvertoning te continueren?

IEF 2218

Heet van de naald

O.a. At5 bericht dat Henk Schiffmacher het Nederlandse kledingbedrijf 10Feet voor de rechter sleept, omdat het zonder toestemming een afbeeldingen van zijn tatoeages zou hebben gebruikt.

Schiffmachet Tatoeëerde in 1996 een vrouw. Kaartenverspreider Boomerang gebruikte, met toestemming, een afbeelding op gratis kaarten en in een jubileumboek. Vorig jaar zag Schiffmacher in Amsterdam echter een vrouw met de afbeelding een T-shirt (van 10feet waarschijnlijk) en aanstaande dinsdag eist Schiffmacher bij de rechtbank Amsterdam in kort geding een verbod en een voorschot van 20.000 euro op schadevergoeding en winstafdracht. 10Feet had volgens het bericht nog geen commentaar. Het kort geding dient dinsdag in Amsterdam.

Lees het bericht hier.

IEF 2217

Dit is misleidend

Notariskamer Gerechtshof Amsterdam, 15 juni 2006, LJN: AX8850. Federatie Van Taxateurs, Makelaars En Veilinghouders In Roerende Zaken tegen Gerchtsdeurwaarder X.

Misleidende reclame. “Het hof is van oordeel dat het de gerechtsdeurwaarder niet vrij staat zich te afficheren door middel van het gebruik van zijn titel als gerechtsdeurwaarder of wel het gebruik van het woord beëdigd in samenhang met het woord taxateur, terwijl zijn werkzaamheden in geen enkele relatie staan tot het verrichten van ambtshandelingen. Het betreft hier immers de particuliere verkoop van schilderijen.

Ook staat het de gerechtsdeurwaarder niet vrij in dezen gebruik te maken van papier met een voorgedrukt deurwaarderszegel, nu dit gebruik hier eveneens niet enige ambtshandeling betreft. Door zich al dus te presenteren wekt de gerechtsdeurwaarder bij belanghebbenden de indruk dat er met betrekking tot de te verkopen objecten enige relatie bestaat met de hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder. Dit is misleidend.”

Lees het vonnis hier.

IEF 2216

The human ability

Altijd mooi, een persbericht van (een van) de overwinnaar(s):

“Despite the fact that the human ability to finely distinguish between smells is limited, and despite the fact that as a result of the specific nature of scents not all provisions of the Copyright Act are applicable to scents, the Supreme Court ruled that the scent of a perfume is eligible for copyright protection.

Tobias Cohen Jehoram, a partner at De Brauw and attorney for Lancôme in the Supreme Court litigation, said: "This is not only a case of legal principle; in practice the outcome is of the utmost importance for the cosmetics industry". The Supreme Court also opened the door to new challenges of copyright protection. New challenges could be, for instance, whether works that one can taste are also susceptible to copyright protection.”

Lees de volledige Legal Alert hier. Eerder bericht + arrest (aangeleverd door de andere winnende advocaat) hier.

IEF 2215

Nederlandse markt

IE WK Nieuws: Het Parool bericht op zaterdag dat de Duitse douane een Pools busje met 1600 namaakshirts heeft aangehouden. De shirts, Nederlands elftal en Barcelona, waren bedoeld voor de Nederlandse markt.

IEF 2214

Wuppen en gewupt houden

IE WK Nieuws: Vader Abraham (Pierre Kartner), is verontwaardigd over het  WK-wuppielied van de Albert Heijn. Kartner had 25 jaar geleden een hit met het door hem (op verzoek van de bedenker van de wuppies) geschreven lied ‘Wij zijn de wuppies’, en stelt nog altijd de ‘exclusieve rechten te hebben op alle wuppieliedjes en op afbeeldingen daarbij’.

Kartner 'laat onderzoeken of dit zo maar kan.' Volgens wuppieleverancier Interall is het bewuste contract allang ontbonden.

Lees o.a. hier iets meer

IEF 7694

Kecofa vs Lancôme: Perfume protected by copyright law

Supreme Court of the Netherlands, 16 June 2006. Judgment in the case between Kecofa B.V. and Lancôme Parfums Et Beauté et Cie S.N.C.,

“Upon examining this count it is a priori that it does not contest that a scent – always including hereinafter: a scent combination – may qualify for protection under copyright law. This starting-point is correct. The description laid down in Art. 10 Aw, next to the non-exhaustive listing of types of works, of what must be understood to be a ‘work’ in the sense of this Act, is put in general wording and does not prevent from comprising a scent in this. This implies that as to the question of whether a scent qualifies for protection under copyright law, or not, it is decisive whether this concerns a product which is open to human perception and whether it has an original character of its own and bears the personal stamp of the maker.

The notion of work in the Auteurswet does find its limits where the original character of its own is no more than what is required to achieve a technical effect, but seeing that in case of a perfume there is no purely technical effect, this last condition does not prevent the award of protection under copyright law to the scent of a perfume. The circumstances that the properties of the human olfactory sense put limits to the ability to distinguish scents and that the level to which one can distinguish different scents differs from one person to another, does not alter the above, nor does the circumstance that the specific nature of scents has the effect that not all provisions and restrictions in the Auteurswet can directly apply to this seen for instance the use of perfume which cannot be denied to the ordinary user and which by its nature necessarily implies spreading of the scent.

For copyright law to apply a scent cannot be identified either with the substance or substances which make the scent. This substance or substances operate as – not necessarily exclusive – incorporation of the work which is the scent, and they also contribute to that the scent should not be excluded from protection under copyright law for being too volatile or instable. In a perfume the scent therefore has to be distinguished from the mixture of substances which the perfume is composed of and which the gaseous olfactory substances which cannot be perceived with the olfactory organ are released from when exposed to the open air.”

Read the entire judgment here (translation made available by Charles Gielen, NautaDutilh).

 

IEFenglish