IEF 22221
4 september 2024
Artikel

Uitspraak in AGA Rangemasters v UK Innovations

 
IEF 22220
3 september 2024
Uitspraak

‘2e bril cadeau’ en 'stapelkorting' reclames in strijd met de NRC

 
IEF 22219
2 september 2024
Uitspraak

Prejudiciële vragen merkenrecht: is een verkeerd vermeld oprichtingsjaar misleidend?

 
IEF 1255

Huistijl kopieerpapier

Voorzieningenrechter Rechtbank ’s-Gravenhage, 23 november 2005, KG 0561225. Advance Agro Paper en 99 Group Center Co. Ltd tegen Schneider Papier Benelux. Ex-distributeur van het product DOUBLE A is verboden TRIPLE A als aanduiding voor kopieerpapier te voeren.

Advance produceert onder meer het kopieerpapier DOUBLE A. Het kopieerpapier is bekend vanwege ludieke reclameacties. Zo is DOUBLE A bekend van de reclamefilm waarin een vrouw hurkt op een kopieerapparaat. Een andere reclame-uiting van Advance speelt in op de betekenis van het Engels woord “Jam”, te weten naast broodbeleg tevens de minder zoete ervaring van het vastlopen van papier in apparaten. Schneider is gedurende vier jaar werkzaam geweest als distributeur in Nederland voor het kopieerpapier onder de naam DOUBLE A van Advance.  Advance wil de relatie beëindigen. Partijen komen in een vaststellingsovereenkomst overeen, dat de overeenkomst per 1 september 2005 zal eindigen. Advance betaalt € 300.000,= aan Schneider in verband met de beëindiging.

Na de beëindiging verandert Schneider haar huisstijl en brengt onder meer kopieerpapier op de markt onder de naam “SKY TRIPLE A”. Schneider stuurt daarnaast ook een drietal ansichtkaarten in het kader van de reclamecampagne aan haar klanten waarop dames zijn afgebeeld die zich op en/of in de nabijheid van een kopieerapparaat bevinden. Op de ansichtkaart komen drie verschillende teksten voor: “ARE YOU SINGLE, HANS?”, “FANCY A DOUBLE, HANS?” en “CAN YOU HANDLE SKY TRIPLE, HANS?. Daarnaast verblijdt Schneider een aantal klanten met een glazen potje jam voorzien van het etiket “SKY TRIPLE A JAM“. De Voorzieningenrechter oordeelt dat er sprake is van een onrechtmatige daad.

 

“De overeenkomsten tussen de verpakking van het DOUBLE A papier van Advance en het TRIPLE A papier van Schneider zijn evident waar het gaat om de niet alledaagse en onderscheidene – ook niet elders op de betreffende markt voorkomende – combinatie van de kleuren turquoise en donkerblauw. Bovendien is er een duidelijke begripsmatige overeenstemming tussen de naam DOUBLE A en TRIPLE A. Alleen al deze factoren maken de punten van overeenstemming tussen de in het geding zijnde producten zo groot dat daar door verwarring bij het in aanmerking komend publiek kan ontstaan. De overeenstemming is bovendien zo danig dat op voorhand niet aannemelijk lijkt dat er toeval in het spel is.”

Van toeval is volgens de voorzieningenrechter ook geen sprake omdat tijdens de zitting de directeur van Schneider heeft erkend dat toeval geen rol heeft gespeeld en heeft laten weten, dat een bedrag van € 300.000,= “allerminst  de schade dekt die Schneider als gevolg van het eindigen van de distributieovereenkomst heeft geleden.” De ex-distributeur had afstand behoren te houden en dat heeft zij niet gedaan. “Het aanhaken heeft zich niet alleen beperkt tot het in hoge mate nabootsen van dat product, doch zich ook heeft uitgestrekt tot het imiteren van de reclame-uitingen van de leverancier. De vorderingen van Advance worden grotendeels toegewezen, waaronder het als voorschot op schadevergoeding door Advance gevorderde bedrag van € 100.000,=. De voorzieningenrechter oordeelt : “Bij Schneider heeft, blijkt de uitlatingen van haar directeur ter terechtzitting, kennelijk de bedoeling voorgezeten de zojuist gesloten beëindigingovereenkomst – meer in het bijzonder voor wat betreft de daarbij overeengekomen finale kwijting – met voeten te treden door, aanhakend aan de bekendheid van het product van Advance, extra inkomsten te genereren ten detrimente van Advance”. Had Schneider zich beperkt tot de reclame-uitingen dan had zij wellicht met succes kunnen beroepen op de parodie-exceptie. Lees het vonnis hier

IEF 1254

Eerst even voor jezelf lezen

- Gerecht van Eerste Aanleg, 23 november 2005, zaak T-396/04, Soffass - OHIM (NICKY). Visueel en fonetisch stemmen de tekens van het aangevraagde merk Nicky en het oudere merk Noky in zekere mate overeen. "Wanneer de conflicterende tekens niet overduidelijk volledig van elkaar verschillen, doch er een aantal elementen van overeenstemming en een aantal mogelijke punten van verschil bestaan, mag het respectieve belang daarvan immers niet los van elkaar worden beoordeeld, maar moet dit gebeuren in het kader van een globale beoordeling van het verwarringsgevaar, met inachtneming van alle relevante factoren". Aldus wordt de beslissing van de kamer van beroep dat de conflicterende merken merkbaar overeenstemmen, in stand gehouden.

- Rechtbank 's-Gravenhage, 23 november 2005, KG 05/1225 (DoubleA - TripleA); vonnis hier

- Rechtbank 's-Gravenhage, 23 november 2005, KG 05/0439 (Stannah - Freelift);vonnis hier

IEF 1253

Kost dat?

Twee beslissingen van de Reclame Code Commissie van 22 november 2005:

-
Het is niet de eerste keer dat telefoonaanbieders elkaar het (reclame)licht in de ogen niet gunnen. Dit keer is Tele2 ten strijde getrokken tegen UPC als Tiscali. Allereerst klaagt Tele2 tegen twee commercials van Tiscali. Tele2 stelt dat de reclames onvolledig en misleidend zijn, omdat niet onmiskenbaar duidelijk wordt gemaakt dat het in de commercial genoemde bedrag slechts voor de eerste drie maanden geldt. De commissie gaat hier in mee. Het feit dat onder in beeld de mededeling dat het product "De eerste drie maanden € 24,95 per maand" kost doet hieraan niet af. Ook de verwijzing naar de website neemt de onvolledigheid niet weg. De Commissie beveelt dan ook aan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

- De tweede klacht betreft 3 commercials van UPC, waarin groot in beeld verschijnt: "Tijdelijk € 24,95 per maand". De RCC oordeelt hierover: "Weliswaar wordt duidelijk gezegd en in beeld gebracht dat het bedrag van € 24,95 per maand een tijdelijk karakter heeft doch niet duidelijk is hoelang sprake is van deze tijdelijke prijs en welk (hogere) bedrag de resterende maanden van de voor het product geldende minimale abonnementsperiode van één jaar verschuldigd is". Ook hier geldt dat de verwijzing naar de website de onvolledigheid niet wegneemt. Evenmin kan een beroep worden gedaan op de gehanteerde 'try & buy"-garantie. Het bestaan van deze garantie betekent niet dat de consument niet duidelijk moet worden geïnformeerd over een zo essentieel gegeven als de prijs van het product. Tot slot leidt ook het feit dat men zich slechts via de website of telefonisch kan abonneren niet tot een ander oordeel.

Lees hier en hier de beslissingen (Met dank aan Erik Vollebregt, Clifford Chance).

IEF 1252

Andere tijden

Bericht van 15 augustus 2002: “Ook LPF schendt auteursrechtenwetgeving. De regeringspartij Lijst-Pim Fortyn schendt op grote schaal het auteursrecht. Op de LPF-sites worden integraal nieuwsberichten en andere zaken uit kranten en nieuwssites gekopieerd. De Friese partijafdeling spant de kroon. Die wil wel aanpassing, van de Auteurswet althans.

Niet alleen minister Nawijn, maar veel meer LPF’ers denken dat de Auteursrechtenwet uit 1912 blijkbaar “een Paarse wet is” en daarom niet hoeft te worden opgevolgd. De LPF-partijen knippen en plakken integraal berichten van nieuwssites. Dit is verboden als er geen toestemming is gevraagd en verstrekt. Op elke tekst rust het auteursrecht, voor hergebruik moet in de regel ook worden betaald. De LPF zegt zich van geen kwaad bewust te zijn.” Lees bericht hier (CommunicatieOnline).

IEF 1251

Nu Wij

Leuk genoeg om veel uit te citeren: bericht uit BN/DE Stem: "Wij willen niet met politiek geassocieerd worden. We willen er alleen over bouwen.“ Het onafhankelijk raadslid Jan van de Water heeft het met de oprichting van de politieke partij Wij verbruid bij bouwclub Wij.  Voorzitter Christ Alleman: „Officieel heten wij Koninklijk Erkende Bouwclub Wij, maar in de volksmond spreekt iedereen over Wij. We zijn al 35 jaar wereldberoemd in Bergen op Zoom. Het gevaar bestaat nu dat onze naam in de politiek terechtkomt en dat we op den duur als een en dezelfde organisatie worden gezien. En dat willen wij absoluut niet hebben.“

“We hebben het netjes bij hem aangekaart, vriendelijk verzocht het niet te doen, maar hij had er geen boodschap aan. Het toont maar weer eens aan dat de politiek gewoon overal het schijt aan heeft. Van de Water trekt zich er  inderdaad niet van aan. Want, zegt het raadslid, formeel staat de partij in haar recht. „Wij hebben nagevraagd of de naam in het kader van het merkenrecht geregistreerd was. Dat was niet het geval, dus mogen we die naam gebruiken.“

Overigens sluit Van de Water niet uit dat zijn partij in het kader van de verkiezingscampagne een andere naam zal gebruiken.„Bijvoorbeeld Nu Wij!. Dat zou het probleem kunnen oplossen.“ Meteen dient zich dan overigens het volgende probleem aan: er bestaat al een jongerengroep die Nu Wij heet. Lees hier meer.

IEF 1250

De tegenpartij te hinderen

Vonnis niet gezien, wie het heeft mag het mailen, maar de Tubantie bericht dat Foto Konijnenberg B.V. uit Den Ham van de voorzieningenrechter in Almelo niet langer gebruik mag maken van haar websites met de domeinnamen https://www.naneupro.nl en https://www.naneupro.be. Het kort geding was aangespannen door concurrent Cameranu.nl uit Urk en licentiegever de Amerikaanse vennootschap Naneu Enterprise Inc. uit de staat Florida. Het Amerikaanse bedrijf heeft aan Cameranu uit Urk de exclusieve distributierechten van de Naneu Pro-producten voor de gehele Benelux verstrekt.

“De rechter heeft bepaald dat hoewel Konijnenberg geen inbreuk maakt op een handelsnaam - de naam is nog niet geregistreerd bij het Benelux Merkenbureau - er wel sprake is van onrechtmatig handelen: het gebruik van de domeinnamen kan naar het oordeel van de rechter de suggestie wekken dat deze websites afkomstig zijn van Naneu of haar Benelux-distributeur Cameranu, of dat Naneu op enige wijze in relatie staat tot Konijnenberg.”

Cameranu is op haar beurt door de rechter op de vingers is getikt wegens het gebruik van de website met de domeinnaam konijnenberg-foto.nl. “Het verweer van Cameranu dat ze deze domeinnaam niet actief gebruikt, is voor de rechter niet afdoende. ‘Het betreft hier een geval van oog om oog, tand om tand, jij hindert mij, ik hinder jou’, aldus de rechter. Het gebruik van de domeinnaam is puur bedoeld om de tegenpartij te hinderen en is derhalve volgens de rechter onrechtmatig. De kosten voor het proces moeten door de twee in het ongelijk gestelde partijen betaald worden.” Lees hier meer.

IEF 1249

Op tachtig meter hoogte

"Dineren op tachtig meter hoogte, dat kan eenmalig in de Vestedatoren. De luxe, negentig meter hoge woontoren van architect Jo Coenen kan nog wat promotie gebruiken, vandaar dat verhuurder Vesteda samen met de Eindhovense Suit Club op 3 december een avondje ’op niveau’ organiseert” (..)  Eindhovenaar Martie Dekkers is overigens not amused met het eenmalig restaurant op hoogte. Hij is de man die twee jaar terug in de Tilburgse woontoren West Point (141,6 meter) vier maanden een ’panoramarestaurant’ uitbaatte. Ook om mensen kennis te laten maken met de hoge flatwoningen. „Vesteda maakt onrechtmatig gebruik van mijn idee. Dat geeft geen pas. Dekkers zegt een jurist in de arm te nemen die gaat onderzoeken of de verhuurder het auteursrecht schendt."

Vesteda ontkent alles. "Dit gebeurt vaker in hoge woontorens." Volgens de Suit Club zou het een gat in de markt zijn, een restaurant op hoogte. Lees hier meer (Eindhovens Dagblad). Overigens lijkt de toren zelf ook niet helemaal nieuw en oorspronkelijk. Hier en hier.

IEF 1248

Normschending accepteren

In zijn redactioneel in het NJB van afgelopen vrijdag filosofeert Coen E. Drion naar aanleiding van het plan om een heffing te gaan leggen op MP3-spelers over de logica achter het heffingswapen. Drion ziet onder andere mogelijkheden voor een zwartrijdheffing , een fietsendiefstalheffing,  een criminaliteitsheffing en een internetheffing.

“Waarom eigenlijk niet? Het zijn toch allemaal systemen waarbij de misdragingen van de ‘slechte’ – tenminste deels - ten laste van de portemonnee van de ‘goede’ worden gebracht? Zou het kunnen zijn dat de mate van (waarschijnlijkheid van) verzet tegen dit soort maatregelen recht evenredig samenhangt met de mate waarin wij participeren aan de normschending? (…) we vinden een softwareheffing misschien wel te pruimen omdat we (bijna) allemaal zo nu en dan kleine softwarepiraten zijn.

Als dat zo is, dan werpt dat een principiële vraag op. Zijn we met dit soort heffingsideeën, althans die ideeën op dit terrein die we met z’n allen toch wel een beetje aantrekkelijk lijken te vinden, niet eigenlijk bezig om de normschending te accepteren, althans daarop een typisch Nederlands gedoogbeleid te formuleren? Zijn we daarmee niet eigenlijk stilletjes de norm zelf aan het verwerpen? En als dát zo is, waarom praten we dan niet over het formuleren van andere normen (zoals dat nu wel eindelijk gebeurt in de sfeer van de soft drugs, na de meest recente ommezwaai van de VVD)?

Laat ik het maar ferm zeggen: volgens mij is het van tweeën een. Ófwel we zijn bereid om de discussie aan te gaan over het bijstellen van de normen en werken dan met –bijvoorbeeld - een heffingssysteem om de nadelige gevolgen voor derden op te vangen ófwel we blijven met onze tengels af van die al te eenvoudige heffingsideeën omdat we de achterliggende normen willen handhaven. Algemene heffingen en normschendingen gaan niet samen.” Lees hier meer.

IEF 1247

De volwassen man

Vers op rechtspraak.nl: Voorzieningenrechter Rechtbank Haarlem, 22 november 2005, LJN: AU6584, KG ZA 05-532.  General Media Communications tegen Horeca Exploitatie Maatschappij “Tamarinde.”

Seksclub Penthouse Haarlem maakt geen inbreuk op het merk van het gelijknamige tijdschrift Penthouse Magazine nu de waren en diensten niet soortgelijk worden geacht en Penthouse Magazine ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat het bordeel door het gebruik van deze naam voordeel trekt uit de bekendheid en reputatie van het merk PENTHOUSE. Ook de handelsnaam van het bordeel vormt geen inbreuk op het merk van Penthouse Magazine.

"General Media begeeft zich naar eigen zeggen met haar productie en distributie van erotische waren en diensten op het gebied van “adult entertainment” en omschrijft daarbij haar doelgroep als de volwassen man op zoek naar erotische ontspanning. Hoewel gezegd kan worden dat dit gebied en deze doelgroep overeenstemmen met die van Tamarinde, is daarmee de soortgelijkheid van de waren en diensten niet gegeven. Immers, de aanschaf van een tijdschrift dan wel het bezoeken van een aan dat tijdschrift gelieerde internetsite, kenmerkt zich door een hoge mate van anonimiteit, passiviteit en laagdrempeligheid, terwijl het daadwerkelijk brengen van een bezoek aan een bordeel die kenmerken in aanzienlijk mindere mate bezit. Voorstelbaar is dat de volwassen man die een tijdschrift als Penthouse koopt, op zoek is naar een andere vorm van erotische ontspanning dan de volwassen man die een bordeel bezoekt." Lees het vonnis hier.

IEF 1246

Belgische brillen

Arrest van het Hof van Beroep (1e kamer) Antwerpen van 18 oktober 2005. Aardig Belgisch arrest. Theo tegen Eye Specials International. Inbreuk op 17 brilmonturen wordt door het Hof aangenomen. Materiële schadevergoeding is gelijk aan de prijs van de ongeoorloofde nabootsingen vermenigvuldigd met het aantal reeds verhandelde exemplaren. 

De feiten van de procedure zijn als volgt. Theo heeft ontdekt dat Eye Specials International identieke kopieën van haar brilmonturen in België en in de Benelux op de markt verhandelde onder de naam ‘IYOKO INYAKE’. Theo heeft daarop een beschrijvend beslag laten leggen bij dit bedrijf. Uit het verslag van 9 augustus 2002 blijkt dat de deskundige van oordeel is dat 18 modellen uit de collectie van geïntimeerde inbreuk maken op de brilmonturen van Theo. Uit het verslag blijkt dat Eye Specials International tenminste 6400 exemplaren van de ongeoorloofde nabootsingen heeft verhandeld. Eye Specials International heeft zich verzet tegen het beslag. De beslagrechter heeft bij beschikking van 21 november 2002 geoordeeld dat het beslag op 15 van de 18 modellen gerechtvaardigd is en heeft het beslag op de overige modellen opgeheven.

Theo haalt in eerste aanleg nog bakzeil. De rechtbank wijst de vorderingen van Theo af en de vordering van Eye Specials International gedeeltelijk toe en veroordeelt Theo onder meer tot betaling van een schadevergoeding ten bedrage van € 30.000, = vermeerderd met de wettelijke rente. Het Hof vernietigt het vonnis van de rechtbank.

Theo handhaaft in hoger beroep haar standpunt dat Eye Specials International inbreuk maakt op 18 van de door haar ontworpen brilmonturen. Eye Specials International stelt zich op het standpunt dat de brilmonturen geen auteursrechtbescherming genieten, dat appellante niet heeft aangetoond dat zij rechthebbende is op de brilmonturen en dat er geen sprake zou zijn van inbreuk.

Het Hof stelt in de eerste plaats vast dat wil er sprake zijn van auteursrechtbescherming, er sprake moet zijn van een werk dat oorspronkelijk is, “dat wil zeggen de uitdrukking is van intellectuele inspanning van de auteur, welke voorwaarde onontbeerlijk is om aan het werk het vereiste individuele karakter te geven waardoor een schepping ontstaat.”

Het Hof is van oordeel dat de brilmonturen van Theo wel degelijk originaliteit bezitten. “Weliswaar zijn die brilmonturen samengesteld uit een geheel van kenmerken (2 benen naar de oren, een brug over de neus en 2 glazen) die elk afzonderlijk niet origineel zijn en behoren tot het openbaar domein, maar die kenmerken zijn op dergelijke wijze samengesteld en uitgewerkt dat het resultaat wel degelijk blijk geeft van een intellectuele inspanning van de auteur.”

Het Hof stelt dan per brilmontuur vast (lange uitspraak) wat de auteursrechtelijk beschermde elementen zijn. Op het brilmontuur MATURE na (vanwege het bestaan van het oude brilmontuur SMART) is het Hof van oordeel dat de brilmonturen oorspronkelijk zijn.

Het Hof acht het voldoende bewezen dat Theo de titularis is van de ingeroepen auteursrechten (het Hof stelt vast dat de naam “THEO vermeld is op de brilmonturen waarvan de appellante de auteursrechtelijke bescherming inroept. Bij toepassing van artikel 6, al. 2 (Belgische) auteurswet kan de appellante bijgevolg worden vermoed auteur te zijn van deze brilmonturen’. Ook het verweer van geïntimeerde dat de natuurlijke persoon Patrick Hoet de auteursrechten toekomt, baat haar niet. De ontwerper heeft de vermogensrechten op de vormgeving van de brillen (met inbegrip van het recht om in rechte op te treden tegen inbreuken) overgedragen aan Theo.

Ten aanzien van 17 modellen wordt inbreuk aangenomen. “Er is sprake van namaak van zodra elementen of zelfs één van de elementen die de originaliteit van een werk uitmaken, worden overgenomen in een later werk. Bij de beoordeling van de eventuele daad van namaak moet er eerder rekening gehouden worden met de punten van gelijkenis dan met de punten van verschil. Er moet worden uitgegaan van een globale indruk die wordt gewekt”.

Het Hof is bovendien van oordeel dat er sprake van is dat Eye Specials International te kwader trouw heeft gehandeld. Het Hof refereert daarbij aan het slaafse karakter van de ongeoorloofde nabootsingen en de bijkomende omstandigheden zoals goedkope productie in Azië, minderwaardige materialen, vergelijkbare verkoopprijs, omzet etc. Daarnaast is onder meer komen vast te staan dat Eye Specials International in haar catalogus het model BIOVAL van Theo heeft afgebeeld in plaats van een afbeelding van de nabootsing.

De verbodsvordering en verbeurte verklaring van de ongeoorloofde nabootsingen wordt door het Hof toegewezen. Volgens het Hof komt aan appellante een materiële schadevergoeding toe die gelijk is aan de prijs van de ongeoorloofde nabootsingen vermenigvuldigd met het aantal reeds verhandelde exemplaren. Het Hof komt dan uit op een schadevergoedingsbedrag van € 241.177,42. Het Hof wijst bovendien een bedrag van € 50.000, = toe wegens immateriële schadevergoeding en vergoeding kosten procedure. Ook wordt geïntimeerde bevolen het arrest te publiceren in een aantal kranten en weekbladen. Lees het arrest hier.