28 juni - IE-Zomer Forum: stellingen Douchegoot
Het juiste antwoord wordt gegeven tijdens het IE-Zomerforum op donderdag 28 juni 2018 in Amsterdam. 1. Welke stelling is juist?
a) Een douchegoot is niet nieuw en wekt geen andere algemene indruk als de vorm al bekend is als andersoortige afvoergoot, die alleen bekend is bij een andere groep geïnformeerde gebruikers.
b) Een douchegoot is niet nieuw, maar wekt wel een andere algemene indruk als de vorm al bekend is als andersoortige afvoergoot, die alleen bekend is bij een andere groep geïnformeerde gebruikers.
c) Een douchegoot is wel nieuw, maar wekt geen andere algemene indruk als de vorm al bekend is als andersoortige afvoergoot, die alleen bekend is bij een andere groep geïnformeerde gebruikers.
d) Een douchegoot is wel nieuw en wekt ook een andere algemene indruk als de vorm al bekend is als andersoortige afvoergoot, die alleen bekend is bij een andere groep geïnformeerde gebruikers.
100.000 euro aan dwangsommen voor niet vernietigen boeken
Hof Amsterdam 5 juni 2018, IEF 17792; ECLI:NL:GHAMS:2018:1863 (Dagboek moeder Marianne Vaatstra) Invordering en verjaring dwangsommen. Er is een verbod op publicatie van het dagboek, afgifte van het dagboek en een verbod op publicatie van het hele boek dat geïntimeerden voornemens waren te publiceren gegeven [IEF 16209]. In verschillende procedures is door geïntimeerde erkend dat hij niet aan het arrest heeft voldaan, daardoor staat het vast dat hij inmiddels het volle [maximum] aan dwangsommen heeft verbeurd op grond van het arrest. Nu geïntimeerde niet aan zijn verweer ten grondslag heeft gelegd dat hij pogingen heeft ondernomen om (een deel van) de verspreide exemplaren terug te halen, is het hof met de rechtbank van oordeel dat hij heeft nagelaten zich voldoende in te spannen om aan de veroordeling in het arrest van 17 maart 2015 te voldoen. Evenals de rechtbank is het hof van oordeel dat geïntimeerde sub 1 dwangsommen heeft verbeurd door niet te voldoen aan de veroordeling tot vernietiging in het arrest van 17 maart 2015 [IEF 14778]. Het Hof verklaart voor recht dat geïntimeerde een bedrag van €100.000 aan dwangsommen heeft verbeurd. Toepasselijkheid 1019h Rv bij invordering dwangsommen op grond van schending auteursrecht.
28 juni - IE-Zomer Forum: stellingen Cordoba
Het juiste antwoord wordt gegeven tijdens het IE-Zomerforum op donderdag 28 juni 2018 in Amsterdam. Foto in een online werkstuk van een scholier (Cordoba) Wanneer een (minderjarige) scholier een foto met een stadsgezicht die al zonder technische beperkingen met toestemming van de auteursrechthebbende op internet staat verwerkt in een werkstuk en dat werkstuk online beschikbaar stelt dan is er …
Gerecht EU: Kiezelstrandmotief terecht nietig verklaard
Gerecht EU 21 juni 2018, IEF 17786; IEFbe 2618; ECLI:EU:T:2018:369 ; T-228/16 (Haverkamp IP tegen EUIPO) Modellenrecht. Haverkamp heeft in 2009 aanvraag gedaan voor een model voor een "oppervlaktemotief van het type kiezelstrand". Sissel vordert de nietigheid vanwege ouder Zwitsers model voor een 'gezondheidstapijt'. Nietigheidsafdeling wijst het verzoek toe, het beroep wordt verworpen. Het Gerecht EU wijst het beroep af. Het merk is terecht nietig verklaard.
28 juni - IE-Zomer Forum: stelling De Rode Zool
Het juiste antwoord wordt gegeven tijdens het IE-Zomerforum op donderdag 28 juni 2018 in Amsterdam. Welke stelling is juist? De rode zool van de schoenen van Louboutin …
a) Is geen ‘vorm’ en ook geen ‘ander kenmerk’ en kan dus een merk zijn en blijven.
b) Is geen vorm, wel een ‘ander kenmerk’ van de waar, maar geeft geen wezenlijke waarde aan de waar en kan daarom een merk zijn en blijven.
c) Is geen vorm, maar wel een ‘ander kenmerk’ van de waar dat een wezenlijke waarde aan de waar geeft en kan daarom vanaf januari 2019 geen geldig merk meer zijn.
d) Is geen vorm, maar wel een ‘ander kenmerk’ van de waar dat (mogelijk) een wezenlijke waarde aan de waar geeft, maar omdat het een merk van vóór 2015 is kan het toch een geldig merk zijn én blijven.
e) Is geen vorm, maar wel een ‘ander kenmerk’ van de waar dat (mogelijk) een wezenlijke waarde aan de waar geeft, maar omdat het een merk van vóór 2015 is kan het toch een geldig merk zijn én blijven, maar wel met een zeer beperkte beschermingsomvang, waardoor alleen gebruik van een (vrijwel) identieke kleur rood kan worden verboden.
f) Is geen ‘teken’ (in de zin van het Dyson-arrest over de transparante opvangbak van een stofzuiger) en kan daarom geen merk schijn en kan daarom geen geldig merk zijn.
g) Leent zich niet voor ‘grafische weergave’ (zonder beschrijving) en is niet ‘duidelijk en nauwkeurig’ genoeg en kan daarom geen merk zijn.
Europees Parlement stemt voor link tax en internetfilters
Memorie van Antwoord Eerste Kamer Wet bescherming bedrijfsgeheimen
Memorie van Antwoord, Wet bescherming bedrijfsgeheimen, Kamerstukken I 2017-2018, nr. 34 821.
Maar er zullen ook procedures zijn waarin het bedrijfsgeheim en de inbreuk daarop minder eenduidig zijn vast te stellen. Dan ligt een volledige proceskostenveroordeling veel minder voor de hand. In procedures over bedrijfsgeheimen is het immers van te voren veelal minder evident of er inbreuk wordt gemaakt dan dat is in procedures over intellectuele-eigendomsrechten. In tegenstelling tot intellectuele-eigendomsrechten, is de bescherming van een bedrijfsgeheim geen absoluut recht dat jegens eenieder gehandhaafd kan worden. Anderen kunnen dezelfde knowhow opdoen door middel van parallel onderzoek of reverse engineering en zij worden ook niet verhinderd om hun eigen concurrerende (inclusief soortgelijke of zelfs identieke) producten, diensten of methoden te innoveren en ontwikkelen. Rekeninghoudend met de specifieke kenmerken van elk afzonderlijk geval kan de rechter maatwerk bieden door hetzij de hoofdregel van het liquidatietarief toe te passen, hetzij (maar dan moet het wel gevorderd zijn) de vergoeding van de redelijke en evenredige (gerechts)kosten toe te wijzen krachtens artikel 1019ie, mits de billijkheid zich daartegen niet verzet .
Uitspraak ingezonden door Léon Dijkman en Geert Theuws, HOYNG ROKH MONEGIER.
Gekraakte versie van software voor toegang tot een module, hoogte schadevergoeding is licentiebedrag voor die module
Rechtbank Zeeland-West-Brabant 20 juni 2018, IEF17783; IT 2590 (Siemens tegen Airopack Technology Groep) Auteursrecht op software. Schadevergoeding. Een werknemer van ATG installeert een gekraakte versie van Siemens' NX-software op een computer. Siemens vordert in totaal €590.694 aan schadevergoeding. De rechtbank sluit aan bij wat partijen zouden zijn overeengekomen als een licentie was afgenomen en acht het voldoende aannemelijk dat dan enkel de CAD/CAM 3 module zou zijn afgenomen. De schade wordt begroot op €30.182; de rechtbank rekent geen premie voor inbreuk (geen "double damages"). Kosten voor vaststelling van inbreuk worden voor de helft toegewezen (€2.500). Er is geen sprake van onrechtmatig procederen, gelet op recht op toegang tot de rechter, past terughoudendheid bij aannemen van misbruik. Siemens' proces- en beslagkosten worden na matiging op de voet van art. 1019h Rv begroot en toegewezen.
Voeging afgewezen, het gaat om andere partijen, andere octrooiaanvragen op andere technische gebieden
Hof Den Haag 20 juni 2018, IEF 17782; LS&R 1623; ECLI:NL:GHDHA:2018:1516 (Boston ter voeging bij Ono tegen Pfeizer) Procesrecht. Boston Scientific heeft ex art. 217 Rv toelating als gevoegde partij aan de zijde van Ono c.s. gevorderd [IEF 17530; LS&R 1581]. De rechtbank wijst de incidentele vordering af. In de zaak van Boston Scientific/Edwards gaat het om andere partijen en andere octrooiaanvragen op andere technische gebieden.
Uitspraak ingezonden Arnout Gieske, Van Diepen Van der Kroef, en Berber Brouwer en Esther Schnepper, Bergh Stoop & Sanders.
Sfeerhaarden zonder rookkanaal zijn soortgelijk aan kachels
Hof Amsterdam 19 juni 2018, IEF 17781, IEFbe 2616 (Essegé tegen Ruby Décor) Merkenrecht. Eindarrest na tussenarrest IEF 16732; EUIPO IEF 16469 en Rechtbank IEF 15184. Middels het horen van getuigen bewijst Ruby dat ze in 2003 tot 2008 binnen de Benelux dat ze haar merk normaal heeft gebruikt voor kachels. Sfeerhaarden zonder rookkanaal, waaronder de bio-ethanol haarden van Ruby soortgelijk zijn aan kachels, radiatoren en terrasverwarmers van Essegé. De betrokken producten hebben hetzelfde gebruikersdoel: verwarmen van huiskamer of terras zonder rookkanaal, worden verkocht via dezelfde kanalen en hebben dezelfde eindgebruiker-consument. Beroep op 2.20 lid 1 sub b BVIE slaagt. Er is, gezien de sommaties aan het adres van Ruby, geen rechtsverwerking ex 2.24 en 2.29 BVIE waarbij een jonger merk bewust gedurende vijf jaren is gedoogd. Staking van merkinbreuk op merken RUBY (FIRES) van Essegé en doorhaling in het register bevolen.