IEF 22220
3 september 2024
Uitspraak

‘2e bril cadeau’ en 'stapelkorting' reclames in strijd met de NRC

 
IEF 22219
2 september 2024
Uitspraak

Prejudiciële vragen merkenrecht: is een verkeerd vermeld oprichtingsjaar misleidend?

 
IEF 22218
2 september 2024
Artikel

Openbare raadpleging over ambachtelijke en industriële geografische aanduidingen

 
IEF 3126

Mais

Rechtbank 's-Gravenhage 21 december 2006, Intramed tegen Micromais

Beslag naar aanleiding van een geschil over auteursrechten op programmatuur.

Intramed vordert opheffing van het door Micromais gelegde conservatoir beslag onder een 8-tal (maatschappen) fysiotherapeuten naar aanleiding van een uit 1997 stammend geschil over auteursrechten op programmatuur. De vordering is afgewezen.

Het auteursrechtelijke geschil gaat om het programma MAIS van Microcom, dat Micromais met toestemming van Microcom is gaan verhandelen en exploiteren, dat inbreuk zou maken op het programma FDS van Intramed waarop Intramed het auteursrecht heeft verkregen na overdracht door Microcom.

Art. 705 lid 2 Rv bepaald dat een beslag dient te worden opgeheven indien summierlijk van de ondeugdelijkheid van het door de beslaglegger ingeroepen recht blijkt. Dit brengt mee dat degene die opheffing vordert, voldoende aannemelijk moet maken dat de door de beslaglegger gepretendeerde vordering ondeugdelijk is. Of het geëxecuteerde verbod van 6 mei 1998 op juiste gronden is gegeven en de vordering niet afgewezen had moeten worden om de reden dat MAIS na augustus 1992 geen verdere onderdelen uit FDS zijn overgenomen, ligt nog ter beslissing van de bodemrechter.

 

Het is niet aannemelijk dat de bodemrechter tot de conclusie zal komen dat wel degelijk verdere FDS onderdelen zijn toegevoegd aan MAIS en dat in dit stadium tot opheffing moet worden besloten. Ook de stelling dat dhr. Slee en dhr. De Boer naar eigen zeggen niet deskundig zijn op dat gebied en dat de bedoelde getuigen de broncodes van FDS en MAIS niet hebben gezien, doet daaraan niet af. Het feit dat sedert het vonnis van 26 april 1999 het bewijsrisico bij Micromais anders is komen te liggen, verandert daar ook niks aan. Bovendien heeft Intramed niet gesteld welke getuigen en/of stukken zij gaat voortbrengen om haar gelijk te bewijzen, noch is hier op andere wijze van gebleken. De bodemprocedure kan nog beide kanten uitgaan, zodat ingrijpen niet op zijn plaats is.

Tevens speelt bij dit oordeel mee dat Intramed desgevraagd ter zitting heeft herhaald geen zekerheid te willen stellen voor de aanzienlijke geldvordering van Micromais. Intramed heeft evenmin andere beslagobjecten willen noemen, zodat aan haar bezwaar dat de beslagen haar afnemers treffen en zulks onder haar klanten wordt rond bazuint, niet al te zwaarwegend moet worden beoordeeld. Dit geld tevens voor de door Intramed gestelde wanverhouding tussen de waarde van de beslagen en de gepretendeerde vordering. Er is geen sprake van misbruik van recht of vexatoire beslaglegging zoals Intramed heeft aangevoerd aangezien niet gesteld is op welke waardevoller goederen Micromais zich dan zou hebben moeten en kunnen verhalen. Ook hoefde Micromais op het moment van beslaglegging niet te weten dat de beslagen wellicht relatief lage bedragen zouden betreffen.

Lees hier het vonnis.

 

IEF 3125

Naar de PC

Uit een persbericht: De Amsterdamse entertainmentadvocaat Margriet Koedooder verplaatst haar praktijk per 1 februari 2007 van Kalff Katz & Koedooder Advocaten naar het advocatenkantoor De Vos & Partners (DVP). De Vos & Partners verhuist per 1 januari 2007 naar een nieuwe locatie aan de PC Hooftstraat 5-11 in Amsterdam.

 “Het exclusief behartigen van de belangen van de creatieve sectoren en dan met name entertainment, media en ICT blijft mijn prioriteit. Maar ik constateer dat een advocaat in deze tijd steeds professioneler moet opereren. Dat is lang niet altijd eenvoudig te realiseren vanuit een kantoor met een beperkte omvang. Andere juridische specialismen zoals het ondernemingsrecht en arbeidsrecht zijn voor mijn cliënten net zo belangrijk als het intellectuele eigendomsrecht en het verbintenissenrecht

De overstap naar een middelgroot, enthousiast, creatief en gefocust kantoor als DVP geeft mij vanuit dé Bekende Nederlanders locatie van Nederland de gelegenheid mijn ambities beter waar te maken.”

IEF 3124

Een strip (of iets dergelijks)

saier.JPGHoge Raad, 22 december 2006, zaak C05/200HR, LJN: AZ1081, met conclusie A-G D.W.F. Verkade (tot verwerping van het beroep). Eiseres tegen Saier Verpackungstechnik Gmbh & Co.Kg (voorheen SAIER GmbH & Co.).

Octrooizaak over beschermingsomvang, betekenis van verleningsdossier bij uitleg van een octrooi, raadpleging van openbare gegevens, handhaving rechtspraak sinds HR 13 januari 1995, nr. 15564, NJ 1995, 391 (Ciba Geigy/Oté).

De zaak betreft een octrooigeschil over afsluitbare plastic emmers. Saier heeft een octrooi op een emmer, die met behulp van een nauw dan wel zeer nauw sluitend deksel kan worden afgesloten. De sluiting is verzegeld door middel van een strip (of iets dergelijks) aan het deksel. Aan het deksel van de Saier-emmer is een beweegbare lip bevestigd, waarmee het anders (zeer) lastig te openen deksel gemakkelijk geopend kan worden, en waarbij tegelijkertijd de verzegeling verbroken wordt.

Eiseres brengt verschillende types emmers op de markt en vordert een verklaring voor recht dat zij daarmee geen inbreuk maakt op Saiers octrooi. Saier stelt verschillende tegenvorderingen in, omdat volgens haar juist wel sprake is van een inbreuk


In hoger beroep heeft het hof geoordeeld dat de emmers van het type "GAR" inbreuk maken op het octrooi, maar de emmers van het type "Foodline" niet. Daarom heeft het hof de in conventie door eiseres gevorderde verklaring voor recht ten aanzien van de emmers van het laatstgenoemde type toegewezen. In reconventie heeft het hof, in verband met de inbreuk door de emmers van het type "GAR", kort gezegd, eiseres bevolen iedere inbreuk op het octrooi van Saier in alle gedesigneerde landen te staken en haar veroordeeld tot vergoeding van de schade die Saier sedert 19 mei 2000 ten gevolge van eiseres's inbreukmakende handelingen heeft geleden.


Met betrekking tot de vraag of en, zo ja, wanneer en in welke mate bij de uitleg van een octrooi betekenis kan toekomen aan het verleningsdossier bestaat, zoals ook uiteengezet is in de conclusie van de Advocaat-Generaal, onder de Verdragsluitende Staten van het EOV geen eenduidige opvatting.


(…) De (…) regel dat de rechter slechts gebruik zal mogen maken van verhelderende gegevens uit het verleningsdossier wanneer hij oordeelt dat het voor de gemiddelde vakman ook na bestudering van de beschrijving en de tekeningen nog voor redelijke twijfel vatbaar blijft hoe de inhoud van de conclusies moet worden begrepen, ziet - zoals uit het zinsverband ("dan ook") duidelijk wordt - op het geval van gebruik van gegevens uit het verleningsdossier ten gunste van een door de octrooihouder voorgestane uitleg van zijn octrooi.


Met deze restrictieve regel wordt de bij de uitleg van een octrooi in aanmerking te nemen eis van een redelijke rechtszekerheid voor derden gediend. In het geval echter dat een derde zich ter staving van de door hem verdedigde uitleg van een octrooi op het verleningsdossier beroept, valt niet in te zien dat die eis tot enige beperking zou dwingen bij het bij de uitleg van het octrooi betrekken van openbare gegevens uit het verleningsdossier.


De Hoge Raad vernietigt het arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 10 februari 2005 en verwijst het geding ter verdere behandeling en beslissing naar dat hof.


Lees het arrest hier. Verwant vonnis RB DH hier.

IEF 7721

Dijkstra vs. Saier: File wrapper estoppel

Supreme Court of the Netherlands, 22 December 2006, No. C05/200HR. Appellant in cassation versus Saier Verpackungstechnik Gmbh & Co. Kg.

Patent law: In this case the Supreme Court has ended a difference of opinion between the court of first instance and the court of appeal.

The court of appeal held that if the meaning of the wording of the claim (with the help of description and drawings) is clear that the alleged infringer cannot refer to the file wrapper arguing that such meaning is contrary to (broader than) the meaning which the patentee forwarded during the prosecution in order to be able to secure a patent (“file wrapper estoppel”).

The Supreme Court rules that the “clarity” rule only applies if the patentee wants to invoke the prosecution history but not in a situation where the alleged infringer invokes file wrapper estoppel.

Read the entire judgment here (translation made available by Willem Hoyng, Howrey).

 

IEFenglish

IEF 3122

Vrijdagmiddagberichten

procul.bmp- Procul Harum toetsenman Matthew Fisher krijgt 40 procent van de auteursrechten van het nummer 'A Whiter Shade Of Pale', zo meldt Oor. "De zaak was lastig, omdat beide partijen erkenden dat het originele idee van het nummer afkomstig is van Johann Sebastian Bach. Het ging nu echter specifiek om de vraag wie verantwoordelijk is voor de veranderingen in het liedje, waardoor het van een klassiek werkstuk - een combinatie van Bach's Air uit Orchestral Suite No 3 In D en Cantata No 140 - uit kon groeien tot een van de grootste pophits aller tijden.

- Google is het sterkste merk in Nederland. Dit blijkt uit de verkiezing van 's werelds topmerken van CoolBranding. Google heeft het stokje overgenomen van Microsoft, dat vorig jaar nog op de eerste plaats stond. De nummers twee en drie zijn iPod en IKEA. De overige merken in de lijst zijn in volgorde van klassering Nokia, BMW, Harley-Davidson, Ferrari, MTV en Microsoft.
De lijst bevat geen enkel Nederlands merk. Vorig jaar stonden nog zowel Albert Heijn, Douwe Egberts, HEMA en Heiniken in de top 10.

- De nieuwsbrief van het BHIM is weer uit. Lees de nieuwsbrief hier.

 

IEF 3121

Petitie

consumentenbond.bmp

De Consumentenbond is een petitie gestart tegen de onredelijke beperkingen, hoge prijzen en gebrekkige informatie in de online muziekwinkel markt. De Consumentenbond heeft onderzoek in de online muziekwinkel branche uitgevoerd en concludeert o.a. dat de downloadsites drie, onderling niet uitwisselbare, muziekformaten aanbieden waardoor het voor consumenten niet altijd duidelijk is of het betreffende liedje wel op de eigen muziekspeler afgespeeld kan worden. Extra chaos wordt volgens de Consumentenbond gecreëerd door allerlei onnodige en onhandige kopieerbeperkingen. Ten slotte maken de online muziekwinkels het de consument ook niet echt makkelijk, vaak is niet van te voren duidelijk welke beperkingen op een liedje zitten en wat de kwaliteit van het liedje is.

Lees hier meer.

IEF 3120

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank 's-Gravenhage 22 december 2006, Interflora c.s. tegen Interieur Flora c.s.

"Op grond van het in 4.6 – 4.8. overwogene bestaan naar voorlopig oordeel zodanig sterke aanwijzingen dat Interieur Flora merkinbreuk heeft gepleegd (in ieder geval voor wat de in de Beneluxmerken betreft op grond van art. 2.20 lid 1 sub d BVIE) of daar toerekenbaar bij betrokken is geweest of gebleven, terwijl zij ook gedurende schorsingen tijdens de mondelinge behandeling niet tot overeenstemming met Interflora c.s. is kunnen komen over het alsnog tekenen van een onthoudingsverklaring en overdracht van de domeinnaam, dat voldoende aanleiding wordt gezien tot toewijzing van een merkinbreukverbod en overdrachtsbevel ook aan Interieur Flora. Eveneens wordt voldoende grond gezien tot toewijzing van de gevorderde in de plaatsstelling ex art. 3:300 BW, een en ander als geformuleerd in het dictum."

Lees hier het vonnis.

 

IEF 3119

Prijsverlaging

5euro.bmpNaar aanleiding van het grote succes van de .eu domeinnamen heeft EURid besloten de registratie en vernieuwingstaksen te verlagen van 10 naar 5 Euro.

"This substantial reduction is possible thanks to the huge interest in .eu and the high number of registrations. Note that this fee, set by EURid, is charged to the accredited .eu registrars and that they in turn set the prices for their customers. Many registrars bundle their services also to include web hosting and email packages, for instance. However, EURid is convinced that the price reduction will be carried forward and that end users will also benefit from reduced registration and renewal rates, given the competition between registrars."

Lees hier meer.

IEF 3118

International centre of excellence (2)

Tweede Kamer, 30885 XIII, nr. 3. Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2006 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota); Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden

Kan de regering garanderen dat het nu gaande proces van overleg tussen betrokken kennisinstellingen en bedrijven over onder andere de «governance structuur» en de «intellectual property rights» leidt tot het beoogde «international center of excellence»? Wat is de reden voor de vertraging van dit proces?

In de begroting voor 2007 (gepresenteerd op Prinsjesdag) heeft het Kabinet financiële steun toegezegd aan de totstandkoming van het Technologisch Top Instituut Water. Vanaf dat moment is door de initiatiefnemers gewerkt aan de detaillering van het meerjarige onderzoeksprogramma en aan de definitieve formulering van de statuten met afspraken over de governance en de bescherming van het intellectueel eigendom. Naar verwachting worden deze afspraken in februari 2007 door de deelnemers bekrachtigd en gaat het TTI formeel in april van start. Inmiddels hebben diverse buitenlandse bedrijven zich als deelnemer bij het TTI aangemeld en hebben ook buitenlandse kennisinstellingen samenwerking aangeboden. Deze buitenlandse belangstelling en deelname, zo kort na de bekendmaking tijdens Prinsjesdag, duidt op de erkenning van het TTI als een internationaal vooraanstaand kenniscentrum op het gebied van water.

Lees hier alle vragen en antwoorden, eerder bericht hier.