IEF 22166
30 juli 2024
Uitspraak

HvJ EU: Servier

 
IEF 22165
30 juli 2024
Uitspraak

Bunq maakt geen inbreuk op "Easy-merken" Easygroup

 
IEF 22164
30 juli 2024
Uitspraak

Rijschool gebruikt verwarrende handelsnaam

 
IEF 16606

Uitspraak ingezonden door Machteld Hiemstra, Simmons & Simmons.

Afgifte nieuw ABC voor meerfasepreparaat met bekende werkzame stof door toepassing Neurim-arrest

Rechtbank Den Haag 1 feb 2017, IEF 16606; (Bayer tegen Octrooicentrum NL), https://ie-forum.nl/artikelen/afgifte-nieuw-abc-voor-meerfasepreparaat-met-bekende-werkzame-stof-door-toepassing-neurim-arrest

Rechtbank Den Haag 1 februari 2017, IEF 16606; LS&R 1429 (Bayer tegen Octrooicentrum NL) ABC-recht. Toepassing Neurim-arrest [IEF 11598]. Bayer heeft, met succes, beroep ingesteld tegen de door Octrooicentrum NL geweigerde afgifte van een ABC voor een meerfasepreparaat voor de anticonceptie op basis van natuurlijke oestrogenen, estradiolvaleraat. In het primaire besluit staat dat de aanvraag van Bayer slechts een ander doseringsregime betreft, daarom zou er geen sprake zijn van een nieuw product. In het HvJ EU-arrest Neurim (middel tegen slapeloosheid) werd een handelsvergunning ook geweigerd voor humaan geneesmiddel, omdat al een handelsvergunning was verstrekt voor veterinair gebruik van dezelfde stof. Een nieuwe therapeutische toepassing van een bekende werkzame stof, welke nieuwe toepassing door een octrooi wordt beschermd, komt in aanmerking voor een ABC. Het standpunt dat de handelsvergunning vanwege het bepaalde in artikel 3 sub d ABC-Verordening afgifte in de weg staat, is niet langer houdbaar. Beroep wordt toegewezen.

IEF 16605

Vraag aan HvJ EU over eerste markttoegang van een product die een nieuwe formulering van een oud werkzaam bestanddeel is

HvJ EU 16 mrt 2017, IEF 16605; C-443/17 (Abraxis), https://ie-forum.nl/artikelen/vraag-aan-hvj-eu-over-eerste-markttoegang-van-een-product-die-een-nieuwe-formulering-van-een-oud-wer

Prejudicieel gestelde vraag aan HvJ EU 16 maart 2017, IEF 16605; IEFbe 2095; LS&R 1428  (Abraxis tegen Comptroller-General of Patents) Octrooirecht. Via MinBuza: Verzoeker (Abraxis Bioscience) heeft bij het bureau voor intellectuele eigendom van het Verenigd Koninkrijk (hierna: UK IPO) een aanvraag ingediend voor een aanvullend beschermingscertificaat (hierna: ABC). Verweerder (Comptroller-General, hoofd van UK IPO) is verantwoordelijk voor de afgiften van ABC’s in het Verenigd Koninkrijk. Verzoeker heeft de ABC aangevraagd voor een product dat gemakshalve ‘nab-paclitaxel’ wordt genoemd. Verzoeker brengt nab-paclitaxel in de handel onder de handelsnaam Abraxane, krachtens de vergunning voor het in de handel brengen (hierna: VHB van Abraxane). Vóór de afgifte van de VHB van Abraxane, werd paclitaxel op grond van eerdere VHB’s in de handel gebracht door andere partijen onder de merknamen Paxene en Taxol. De precieze inhoud van de eerdere VHB’s doet in casu niet ter zake. Nab-paclitaxel wordt beschermd door het Europees octrooi (UK) nr. 0 961 612 (hierna: octrooi). Verzoeker betoogt dat nab-paclitaxel een nieuwe en op uitvinderswerkzaamheid rustende formulering is van een bestaande werkzame stof (paclitaxel) en dat artikel 3d ABC-verordening, aldus moeten worden uitgelegd dat het toestaat dat een ABC wordt afgegeven voor een product dat bestaat uit een nieuwe en op uitvinderswerkzaamheid berustende formulering van een bestaande werkzame stof. De hoor-medewerker stelde echter dat, ofschoon artikel 3d ABC-verordening de afgifte toestaat van een ABC voor nieuw en op uitvinderswerkzaamheid berustend therapeutisch gebruik, dit niet het geval was voor de afgifte van een ABC voor een nieuw en op uitvinderswerkzaamheid berustende formulering van een bestaande werkzame stof. Verweerder is het met de conclusie van de hoor-medewerker eens. Verzoeker heeft beroep ingediend tegen de beslissing van verweerder (26.10.2016) tot afwijzing van verzoekers ABC-aanvraag. 

Het eerste probleem is dat de ABC-verordening geen definitie bevat van de uitdrukking ‘werkzame stof’. Meer bepaald, wat is het standpunt ten aanzien van (i) substanties die, op enigerlei wijze, een werkzame stof ondersteunen om een bepaalde therapeutische werking te bewerkstelligen en (ii) combinaties van die substanties en die werkzame stof? Het tweede probleem is dat artikel 3d vereist dat de VHB waarvan wordt uitgegaan ‘de eerste vergunning is voor het in de handel brengen van het product als geneesmiddel’. Hoe moet dit vereiste worden uitgelegd in een situatie waarin voor dezelfde werkzame stof of combinatie van werkzame stoffen al eerder een vergunning voor het in de handel brengen is afgegeven, maar de nieuwe vergunning voor een andere formulering of een ander therapeutisch gebruik van die werkzame stof of combinatie van werkzame stoffen is bestemd? Zoals wordt betoogd door verweerder, blijkt uit de arresten C-431/04, C-210/13 en C-631/13 dat ABC’s niet louter kunnen worden afgegeven voor nieuwe formuleringen. Maar aangezien dit onderwerp in geen van die arresten rechtstreeks en volledig wordt afgedaan, is dit standpunt niet duidelijk. Derhalve richt de verwijzende rechter een verzoek om een prejudiciële beslissing tot het Hof inzake de uitlegging van artikel 3d van de ABC-verordening over de gestelde vraag:

IEF 16604

Uitspraak ingezonden door Jacqueline Seignette, Höcker advocaten.

Hof: Buma niet tekort geschoten om informatie te vergaren over niet gemelde optredens van Froger

14 feb 2017, IEF 16604; (Buma tegen Van Katwijk), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-buma-niet-tekort-geschoten-om-informatie-te-vergaren-over-niet-gemelde-optredens-van-froger

Hof Amsterdam 14 februari 2017, IEF 16604 (Buma tegen Van Katwijk) Auteursrecht. Contractenrecht. In het kort: Het hof vernietigt het vonnis [IEF 14960]. Van Katwijk is tekstschrijver/componist van diverse nummers van René Froger, hij heeft met Buma een exploitatiecontract. Er is onvoldoende grond om aan te nemen dat Buma tekort is geschoten in de nakoming van haar inspanningsverplichting jegens Van Katwijk om informatie te vergaren over mogelijk niet gemelde optredens van Froger.

 

IEF 16603

Conclusie AG: Identificatie van het voortbrengsel relevant voor beoordeling nieuwheid of eigen karakter?

Gerecht EU (voorheen GvEA) 1 feb 2017, IEF 16603; ECLI:EU:C:2017:80 (Easy Sanitary Solutions, EUIPO tegen Group Nivelles), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-ag-identificatie-van-het-voortbrengsel-relevant-voor-beoordeling-nieuwheid-of-eigen-karakt

Conclusie AG HvJ EU 1 februari 2017, gevoegde zaken C‑361/15 P en C‑405/15 P; ECLI:EU:C:2017:80 (Easy Sanitary Solutions, EUIPO tegen Group Nivelles) Modelrecht. De AG geeft het Hof in overweging te beslissen als volgt: Het arrest van het Gerecht EU 13 mei 2015 (IEF 14958; T‑15/13, EU:T:2015:281), wordt gedeeltelijk vernietigd, aangezien het Gerecht in de punten 112 tot en met 133 van dit arrest heeft beoordeeld of de identificatie van het voortbrengsel waarin het tot staving van de vordering tot nietigverklaring aangevoerde oudere model was verwerkt, relevant is voor de beoordeling van de nieuwheid of het eigen karakter van het litigieuze model. Daarmee zijn de grenzen van de in artikel 61, lid 2, van GModVo geregelde rechtmatigheidstoetsing van de beslissingen van de beroepskamers van het EUIPO overschreden.

 

IEF 16602

Uitspraak en bijdrage ingezonden door Jeroen Muyldermans, Altius.

Prejudiciële vragen aan HvJ EU over debranding en rebranding van waren

HvJ EU 7 feb 2017, IEF 16602; (Mitsubishi tegen Duma c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-aan-hvj-eu-over-debranding-en-rebranding-van-waren

Hof van Beroep Brussel 7 februari 2017, IEFbe 2093(Mitsubishi tegen Duma c.s.) Parallelimport, Debranding, Rebranding, marktpraktijken, vergoeding. Procedure merkinbreuk na eerder beslag inzake namaak en vonnis (IEFbe 67) dat inbreukvorderingen van MITSUBISHI afwees. Volledige hervorming in beroep. MITSUBISHI is titularis van de merkenrechten op de bekende woordmerken “MITSUBISHI” en het figuratieve diamantlogo. Zij verzet zich tegen de onrechtmatige parallel invoer in de EER van gemerkte en ontmerkte (of “gedebrande”) hefttrucks afkomstig uit Azië, door DUMA en GSI. Een deskundigenrapport opgesteld na het beslag inzake namaak had de invoer van net geen 1500 van dergelijke heftrucks blootgelegd in de periode 2003 tot en met 2008.

IEF 16601

Bevoegdheid jegens persoon zonder bekende woon- of verblijfplaats via artikel 97 lid 2 UMVo

Rechtbank Den Haag 1 feb 2017, IEF 16601; ECLI:NL:RBDHA:2017:912 (Novomatic c.s. tegen Betsoft c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/bevoegdheid-jegens-persoon-zonder-bekende-woon-of-verblijfplaats-via-artikel-97-lid-2-umvo

Rechtbank Den Haag 1 februari 2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:912 (Novomatic c.s. tegen Betsoft c.s.) Bevoegdheid. Merkenrecht. Novomatic c.s. maken deel uit van het Novomatic concern en houden zich bezig met het ontwikkelen van kansspelen en het produceren, verkopen en exploiteren van speelautomaten; NGS is merkhouder van het Benelux woordmerk 'Random Runner'. Betsoft heeft de slotgames van Novomatic digitaal gemaakt, gelicentieerd en online gaan exploiteren. Artikel 97 lid 5 schaft alleen bevoegdheid voor een rechter van het Handlungsort; dat is 'de lidstaat waar de inbreuk heeft plaatsgevonden of dreigt plaats te vinden'. De rechtbank verklaart zich onbevoegd kennis te nemen van de vorderingen jegens het in Cyprus gevestigde Betsoft voor zover betrekking hebbend op de gestelde inbreuken op de Uniemerken ‘Random Runner’ en ‘Simply Wild’. De rechtbank is jegens [B], die weigert kenbaar te maken waar hij woont of verblijft, bevoegd ex 97 lid 2 UMvo. Het mag worden gehouden dat hij niet woonachtig is in één van de Lidstaten, dus dan is de rechter van de Lidstaat van (één van) de eiser(s) bevoegd.

IEF 16600

Vrouwelijke experts Intellectueel Eigendom gaan elkaar de bal toespelen

Lancering The FIPE, netwerk voor vrouwelijke experts in het intellectueel eigendom. Op internationale vrouwendag, 8 maart 2017, wordt The FIPE (Female Intellectual Property Experts) gelanceerd [uitnodiging]. The FIPE is een netwerk voor vrouwelijke experts in het intellectueel eigendom. Dit netwerk wil deze vrouwen met elkaar in contact brengen en stimuleren zichzelf meer zichtbaar te maken. Volgens het netwerk is de tijd rijp voor vrouwen in deze sector om samen hun waarde voor het intellectueel eigendomsrecht een beter podium te geven.

IEF 16599

HvJ EU advies: Verdrag van Marrakesh voor leesgehandicapten valt onder de exclusieve bevoegdheid EU

HvJ EU 14 feb 2017, IEF 16599; ECLI:EU:C:2017:114 (Verdrag van Marrakesh), https://ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-advies-verdrag-van-marrakesh-voor-leesgehandicapten-valt-onder-de-exclusieve-bevoegdheid-eu

HvJ EU 14 februari 2017, IEF 16599; IEFbe 2092; Advies 3/15 ; ECLI:EU:C:2017:114 (Marrakesh verdrag) Het Verdrag van Marrakesh tot bevordering van de toegang tot gepubliceerde werken voor personen die blind zijn, visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben. Artikel 3 VWEU. Exclusieve externe bevoegdheid van de Europese Unie.

De sluiting van het Verdrag van Marrakesh tot bevordering van de toegang tot gepubliceerde werken voor personen die blind zijn, visueel gehandicapt of anderszins een leeshandicap hebben, valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie.
IEF 16598

Bewijsbeslag in zaak over gebruik vals Facebookprofiel voor verkrijgen intieme foto's

Rechtbank Limburg , IEF 16598; ECLI:NL:RBLIM:2017:1280 (Facebookgroep Lesbische vrouwen 25+), https://ie-forum.nl/artikelen/bewijsbeslag-in-zaak-over-gebruik-vals-facebookprofiel-voor-verkrijgen-intieme-foto-s

Rechtbank Limburg 13 februari 2017, IT ; ECLI:NL:RBLIM:2017:1280 (Facebookgroep Lesbische vrouwen 25+) Mediarecht. Rechtspraak.nl: Kort geding. Gebruik vals Facebookprofiel voor verkrijgen intieme foto’s. Bewijsbeslag digitale gegevens. Verlof tot leggen beslag kan niet alsnog worden geweigerd, ingetrokken of herroepen. Late betekening beslag en nauwkeurige beschrijving van de in beslag genomen zaken, leiden niet tot nietigheid. Beslag is niet disproportioneel. De gegevens moeten worden onderscheiden van de gegevensdragers die voor onderzoek zijn meegenomen. Vooraf was niet bekend op welke gegevensdragers de desbetreffende gegevens zich bevonden. De omstandigheid dat al de gegevensdragers voor onderzoek zijn meegenomen waarop de gegevens zich konden bevinden, maakt het beslag niet disproportioneel. Geen fishing expedition.

IEF 16597

Compensatie proceskosten: Wijze waarop Freedisclaimer wordt aangeboden, speelt inbreuk in de hand

Kantonrechter 1 feb 2017, IEF 16597; ECLI:NL:RBZWB:2017:890 (Freedisclaimer), https://ie-forum.nl/artikelen/compensatie-proceskosten-wijze-waarop-freedisclaimer-wordt-aangeboden-speelt-inbreuk-in-de-hand

Ktr. Rechtbank Zeeland-West-Brabant 1 februari 2017, IEF 16597; ECLI:NL:RBZWB:2017:890 (Freedisclaimer) Inbreuk auteursrecht. Compensatie proceskosten. Eiser is de maker van een Disclaimer die hij via freedisclaimer.eu gratis aanbiedt als aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. De wijze waarop gedaagde disclaimer gebruikt, levert een inbreuk op van het aan eiser toekomend auteursrecht. Handhavingskosten deels niet toewijsbaar in verband met het onvoldoende onderbouwde stelling dat brieven zijn ontvangen. Proceskosten gecompenseerd wegens het feit dat de wijze, waarop de disclaimer wordt aangeboden, inbreuk op het auteursrecht in de hand speelt.