DOSSIERS
Alle dossiers

Diversen  

IEF 9878

Internetconsultatie verweesde werken

Internetconsultatie verweesde werken 2011

Leest u de uitkomsten van deze consultatie in ons overzichtsartikel IEF 10142. Op 24 mei 2011 heeft de Europese Commissie het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake bepaalde toegestane gebruikswijzen van verweesde werken (COM (2011) 289 definitief) gepresenteerd.

Doel van de regeling
Verweesde werken zijn boeken, kranten, films, etc die auteursrechtelijk zijn beschermd maar waarvan de rechthebbende niet bekend of onvindbaar is. Aangezien voor de openbaarmaking van een auteursrechtelijk beschermd werk toestemming van de rechthebbende noodzakelijk is, kan het werk niet rechtmatig ter beschikking worden gesteld van het publiek via internet. Voornaamste doelstelling van het voorstel is het creëren van een rechtskader om de rechtmatige en grensoverschrijdende online- toegang te verzekeren tot verweesde werken uit het oogpunt van publiek belang. Gedacht kan worden aan online digitale bibliotheken of archieven van de diverse in het voorstel gespecificeerde culturele instellingen.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt
Rechthebbenden op auteursrechtelijk beschermde werk
Culturele instellingen zoals bibliotheken, musea, onderwijsinstellingen, (film)archieven en publieke omroepen.
Andere belanghebbende personen en organisaties die te maken hebben met de problematiek van verweesde werken.

Verwachte effecten van de regeling
Voor de genoemde instellingen zal het mogelijk worden om verweesde werken:
a) beschikbaar te stellen in de zin van artikel 3 van de auteursrechtrichtlijn 2001/29/EG. Dit houdt in mededeling van het werk aan het publiek, per draad of draadloos, met inbegrip van beschikbaarstelling op zodanige wijze dat deze voor leden van het publiek op een door hen individueel gekozen plaats en tijd toegankelijk zijn.
b) te reproduceren in de zin van artikel 2 van de richtlijn 2001/29/EG met als doel de werken te digitaliseren, beschikbaar te stellen, te indexeren, catalogiseren, behouden of restaureren.
De werken mogen niet worden gebruikt om andere dan taken van publiek belang te vervullen.
Het richtlijnvoorstel biedt de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden bij nationale wet te bepalen dat ook voor andere doeleinden werken mogen worden gebruikt (via zogeheten 'extended collective licenses').

Doel van de consultatie
Het kabinet heeft het voorstel om te komen tot een oplossing voor de problematiek van verweesde werken positief ontvangen. Wij vernemen graag uw mening of de door de Commissie gekozen uitwerking naar uw mening werkbaar is. U wordt verzocht daarbij zo concreet mogelijk en met voorbeelden uw standpunt te onderbouwen. De reacties zullen worden gebruikt voor de standpuntbepaling van Nederland in de onderhandelingen over het richtlijnvoorstel.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd
U kunt reageren op ieder onderdeel van de regeling.

Publicatie reacties
Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn. Voordat reacties gepubliceerd worden, worden deze eerst gecontroleerd op beledigende of aanstootgevende uitspraken. Deze controle kan enkele dagen duren.

Internetconsultatie verweesde werken 2011 (link)
Impact assessment richtlijnvoorstel verweesde werken (link)
EC Website verweesde werken (link) met de voorgestelde tekst van de richtlijn (link)

IEF 9875

Normale waarde

Kabinetsreactie op kenbaarheid van normen en normalisatie Kamerstukken II 2010/11, kenmerk: ETM/MC / 11080967

Octrooirecht en standaardisering. Auteursrecht op normen en normalisatie. Dwingende normen dienen kosteloos beschikbaar te zijn. NEN staat open mits compensatie (vanaf 2014).

Als er dwingend naar een norm wordt verwezen, is er geen vrije keuze meer de norm al dan niet toe te passen. De norm moet worden ingezien om aan de wet te kunnen voldoen. Daarom zal het kabinet er bij inhoudelijk nieuwe regelgeving die op of na 1 januari 2012 in werking treedt voor zorgen dat indien hierin dwingend naar nationale normen wordt verwezen, deze normen vanaf inwerkingtreding van die regelgeving kosteloos beschikbaar zijn. Het vraagt zorgvuldigheid en daarmee tijd om de, ten tijde van het uitbrengen van deze kabinetsreactie, reeds bestaande regelgeving door te lichten en eventuele overbodig geachte dwingende verwijzingen om te zetten in verwijzingen op basis van bewijsvermoeden.

(...) Ook voor deze normen geldt dat zij per 1 januari 2014 gratis ter beschikking worden gesteld. NEN heeft aangegeven, onder voorwaarden voor compensatie van gederfde inkomsten door de overheid, open te staan voor de kosteloze beschikbaarstelling van nationale normen waarvan NEN auteursrechthebbend is. Onderhandelingen met NEN zullen hierover worden gestart zodra inventarisatie heeft uitgewezen welke verwijzingen dwingend zijn en zullen blijven.

IEF 9789

Op een andere wijze berekend

Antwoord vragen Van der Ham en Verhoeven over de gevolgen van gewijzigde BUMA regels voor het uitgaansleven, aanhangsel handelingen II, 2011-11, nr. 2708

2. Wat betekent deze maatregel voor de kosten van ondernemers die clubs en poppodia exploiteren?
De per 1 januari jl. doorgevoerde wijziging van de drempel is onderdeel van collectieve afspraken tussen BUMA en Koninklijke Horeca Nederland. De doorgevoerde wijziging geldt volgens BUMA nu alleen voor de horeca en niet voor poppodia.
Volgens BUMA wordt de drempel verlaagd om de tarieven in de horeca meer gelijk te trekken met de tarieven voor live-optredens in het algemeen. Daarnaast kan de huidige drempel van 3000 euro een oneigenlijk effect hebben op de gages van artiesten, omdat horeca-ondernemingen er belang bij kunnen hebben om die gages onder de 3000 euro te houden.
BUMA verwacht dat dit effect met de verlaging naar 1000 euro minder zal optreden. BUMA vraagt bij live optredens een vergoeding voor de componisten, tekstdichters en muziekuitgeverijen. Indien de recette of het bedrag van de gage / uitkoopsom onder een drempel blijft, geldt een tarief op basis van de oppervlakte van de horeca-onderneming. In de afspraken tussen BUMA en Koninklijke Horeca Nederland is de drempel, die gerelateerd is aan de recette of de gage/uitkoopsom van de uitvoerende artiest, per 1 januari 2011 verlaagd van €3000 naar €1000. Boven deze drempel geldt niet de vergoeding op basis van de oppervlakte van de onderneming, maar een vergoeding in de vorm van
een percentage van de recette of de gage/uitkoopsom (3, 5 of 7%). Bij overschrijding van de drempel geldt dus geen extra vergoeding, maar wordt de vergoeding op een andere wijze berekend.

De precieze gevolgen voor de kosten van horeca-ondernemers zijn moeilijk in te schatten, omdat die per geval kunnen verschillen. In de media is vanuit de danceclubs gesteld dat de maatregel voor hen veel gaat kosten en dat het bedrag
dat aan BUMA moet worden afgedragen kan oplopen tot 800€ per clubavond. Het College van Toezicht auteursrecht behandelt momenteel een klacht die een belanghebbende hierover heeft ingediend. 
De vergoedingenkwestie die nu speelt onderstreept het belang van de voorstellen die ik ten aanzien van het collectief1 beheer heb aangekondigd in de speerpuntenbrief auteursrecht 20©20. Het thans bij de Kamer aanhangige wetsvoorstel 2 toezicht voorziet in preventief toezicht op tariefstijgingen en op een geschillencommissie voor geschillen over de hoogte en de toepassing van vergoedingen die collectieve beheersorganisaties aan gebruikers in rekening brengen. De voorgestelde geschillencommissie zorgt voor een duidelijke structuur waarbinnen kwesties omtrent vergoedingen in de toekomst kunnen worden opgelost. Zoals ook in de speerpuntenbrief werd vermeld, kan het wetsvoorstel toezicht wat het kabinet betreft voortvarend in behandeling worden genomen.

3. Hoeveel van de gedurende 2010 georganiseerde evenementen zouden niet meer onder de licentie vallen indien deze nieuwe regelgeving van toepassing was geweest?
Volgens informatie van BUMA waren er in 2010 binnen het tarief amusementsmuziek ongeveer 100.000 evenementen. Volgens BUMA zouden daarvan onder de nieuwe regeling ongeveer 5.000 evenementen niet meer worden aangeslagen op basis van de oppervlakte van de onderneming, maar op basis van een percentage van de recette of de gage/uitkoopsom.

4. Is in de besluitvorming over deze maatregel ook rekening gehouden met de gevolgen van de BTW-verhoging voor deze ondernemers van 6 naar 19%?
Nee. De BTW-verhoging op podiumkunsten heeft voor deze sector in de onderhandelingen tussen BUMA en Koninklijke Horeca Nederland geen rol gespeeld.

5. Wat is de verwachte opbrengst voor BUMA van deze maatregel?
De financiële gevolgen van de maatregel voor BUMA en haar leden kunnen tevoren niet goed worden ingeschat. Die gevolgen zullen onder andere afhangen van het aantal evenementen dat in 2011 plaatsvindt en van de hoogte van de daarbij behorende recettes of gages van de artiesten.

6. Wat zal er met de eventuele extra opbrengst gebeuren?
Het is aan BUMA om geïncasseerde bedragen in overeenstemming met de daarvoor geldende repartitiereglementen te verdelen onder de aangesloten rechthebbenden.

1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2010-2011, 29 838, nr. 29.
2 Kamerstuknummer 31 766.

IEF 9768

Ter bevordering van de Nederlandse filmproductie

Algemeen Reglement van de Stichting Nederlands Fonds voor de Film, Stcrt. 2011, nr 10175 (inclusief toelichting)

Het nieuwe reglement van de Stichting Nederlands Fonds voor de Film is gisteren gepresenteerd en treedt 16 juni in werking. Ter bevordering van de kwaliteit en de diversiteit van de filmproductie in Nederland en een voor de filmkunst ontvankelijk klimaat in Nederland, verstrekt het bestuur van het Nederlands Fonds voor de film subsidies ten behoeve van filmproducties of filmactiviteiten. Beoordelingscriteria van aanvraag zijn inhoudelijke kwaliteit, basis in een solide filmplan of activiteitenplan en haalbaar en kwalitatief bereik (art. 5 en diverse deelreglementen).

Toelichting op artikel 5
1. Kwaliteit van het project – inhoudelijke kwaliteit

Bij de toepassing van het beoordelingscriterium 'inhoudelijke kwaliteit' wordt bij een filmproductie de kwaliteit van de synopsis, het treatment, het scenario, het storyboard of bij documentaire het filmplan, of een onderdeel daarvan beoordeeld. Daarbij kan worden gelet op de originaliteit, urgentie, interne consistentie, personages, dialogen, structuur en visualiteit. Ook kunnen de toelichtingen en de visies op de filmproductie van de scenarist, regisseur, producent worden meegewogen, evenals het meegeleverde viewingsmateriaal en eerder werk.
Bij een filmactiviteit wordt de kwaliteit van het activiteitenplan beoordeeld op originaliteit, beoogde uitvoering en eventueel betrokken professionals, dit aan de hand van de toelichting van de aanvrager.

– soliditeit van het filmplan of activiteitenplan 
Bij de beoordeling van de soliditeit van het filmplan of activiteitenplan wordt gekeken naar de haalbaarheid en/of soliditeit van de begroting, van het financieringsplan, van de financiële toezeggingen van en/of overeenkomsten met derden en de productionele uitvoerbaarheid. Daarbij worden ook het cultureel ondernemerschap van de aanvrager, de regievisie en de toelichting van de producent in relatie tot het filmplan meegewogen.

– haalbaarheid en kwaliteit van het bereik
Bij de beoordeling van het bereik van een filmproductie of filmactiviteit worden de voorgenomen distributie en exploitatie en de nationale en/of internationale positionering van een filmproductie op haalbaarheid en kwaliteit getoetst. De aanvraag dient een crossmediaal marketingplan te bevatten dat blijk geeft van een doordachte en realistische publieksbenadering die aangeeft hoe een filmproductie of filmactiviteit naar het (inter)nationale publiek zal worden vertaald.

Indien het een mainstream film betreft ligt de nadruk op de publiekspotentie van de filmproductie waaronder wordt verstaan de grootte van het publieksbereik in samenhang met de beoogde commerciële resultaten. Bij arthouse films ligt de nadruk op de artistieke potentie van de filmproductie, waaronder wordt verstaan dat het eindresultaat van een dusdanig bijzondere kwaliteit zal zijn dat de filmproductie op die basis nationaal en/of internationaal goed ontvangen zal worden en de kans op selectie van de filmproductie voor internationale festivals en/of prijzen aannemelijk is.

Meer informatie op filmfund.nl, het algemeen reglement (link)

IEF 9752

Persbericht: Schikking Nijntje-Cathy

Met dank aan Anne Bekema, Houthoff Buruma N.V.

In navolging van IEF 9194 Aankondiging schikking ter beëindiging van de juridische geschillen tussen Mercis B.V. en Sanrio Company, Ltd.

Overgenomen uit't persbericht; AMSTERDAM en TOKIO
Dinsdag 7 juni 2011, Amsterdam 08:30 uur en Tokio 15:30 uur - Mercis B.V (''Mercis''), het bedrijf dat de intellectuele eigendomsrechten van Dick Bruna beheert, en Sanrio Company, Ltd. (''Sanrio'') zijn verheugd aan te kondigen dat er een wereldwijde schikking is getroffen die een einde maakt aan alle juridische geschillen tussen de bedrijven met betrekking tot de characters Nijntje en Cathy.

Partijen besluiten "om de kosten die het voortzetten van de juridische procedures met zich zouden brengen, te doneren ten behoeve van de wederopbouw en het herstel van Japan."

Zie volledige persbericht hier (pdf)

IEF 9751

Indispensable tool for realizing human rights

Report of the Special Rapporteur on the promotion and protection of the right to freedom of opinion and expression, Human Rights Council (16 mei 2011) UN Doc A/HRC/17/2

Speciale VN Rapporteur Frank La Rue over toegang tot internet: 'an indispensable tool for realizing a range of human rights, combating inequality, and accelerating development and human progress, ensuring universal access to the Internet should be a priority for all States.'

Speciaal voor intermediairs als internet service providers wordt de Amerikaanse DMCA aangehaald als voorbeeld met haar zogenaamde safe harbor provisions en tegen censuur. Verder wordt het afsluiten van internetgebruikers op basis van auteursrechtschendingen (`Three Strikes Laws´) belicht vanuit een mensenrechtelijk perspectief.

43 (...) The Special Rapporteur welcomes initiatives taken in other countries to protect intermediaries, such as the bill adopted in Chile, which provides that intermediaries are not required to prevent or remove access to user-generated content that infringes copyright laws until they are notified by a court order28.  A similar regime has also been proposed in Brazil29.

D.  Disconnecting users from Internet access, including on the basis of violations of intellectual property rights law

49. While blocking and filtering measures deny access to certain content on the Internet, States have also taken measures to cut off access to the Internet entirely. The Special Rapporteur is deeply concerned by discussions regarding a centralized “on/off” control over Internet traffic33. In addition, he is alarmed by proposals to disconnect users from Internet access if they violate intellectual property rights. This also includes legislation based on the concept of “graduated response”, which imposes a series of penalties on copyright infringers that could lead to suspension of Internet service, such as the so-called “threestrikes-law” in France34 and the Digital Economy Act 2010 of the United Kingdom35.

50. Beyond the national level, the Anti-Counterfeiting Trade Agreement (ACTA) has been proposed as a multilateral agreement to establish international standards on intellectual property rights enforcement. While the provisions to disconnect individuals from Internet access for violating the treaty have been removed from the final text of December 2010, the Special Rapporteur remains watchful about the treaty’s eventual implications for intermediary liability and the right to freedom of expression. 

Conclusion and recommendations Disconnecting users from Internet access, including on the basis of intellectual property rights law.

78. (...) The Special Rapporteur considers cutting off users from Internet access, regardless of the justification provided, including on the grounds of violating intellectual property rights law, to be disproportionate and thus a violation of article 19, paragraph 3, of the International Covenant on Civil and Political Rights. 

79. The Special Rapporteur calls upon all States to ensure that Internet access is maintained at all times, including during times of political unrest. In particular, the Special Rapporteur urges States to repeal or amend existing  intellectual copyright laws which permit users to be disconnected from Internet access, and to refrain from adopting such laws. 

Lees het gehele rapport hier (link)


Voetnoten:
28 Ley No. 20435, Modifica La Ley No.17.336 Sobre Propiedad Intelectual, chap. III, art. 85-L – art. 85-U, adopted on 4 May 201
29 “New Draft Bill Proposition: Available for Download”, Marco Civil da Internet, 21 May 2010.
33 “Reaching for the kill switch”, The Economist, 10 February 2011.
34Decision 2009-580, Act furthering the diffusion and protection of creation on the Internet, (original: Loi favorisant la diffusion et la protection de la création sur internet), Conseil Constitutionnel, 10 June 2010. Available from:
https://www.conseil-constitutionnel.fr/conseilconstitutionnel/root/bank_mm/anglais/2009_580dc.pdf.
35 Digital Economy Act 2010, sections 3-16
IEF 9706

Europese Commissie, A Single Market for Intellectual Property Rights, COM/2011/278 (provisional version)

Uitgewerkt voorstel Europese Commissie

In (korte) navolging van aangekondigde Douaneverordening IEF 9701 en Blauwdruk IE-Rechten IEF 9695.

Een voorlopige uitwerking van IE-herziening. "A Single Market for Intellectual Property Rights Boosting creativity and innovation to provide economic growth, high quality jobs and first class products and services in Europe". Wat onder meer wordt vermeld: Uniforme octrooibescherming, modernisering van het merkenrechtsysteem, EU auteursrechtbeheer, technologie, user generated content, privékopie, bedrijfsgeheimen, maar ook public awareness en bi- en mulitilaterale verdragen.

Lees voorlopige uitwerking hier (link en pdf)

Inhoudsopgave
1. INTRODUCTION

2. OPPORTUNITIES AND CHALLENGES FOR A SINGLE MARKET FOR IPR

3. KEY POLICY INITIATIVES TO MEET THE CHALLENGES AHEAD
3.1. Reform of the patent system in Europe and accompanying measures
3.1.1. A unitary patent protection
3.1.2. A unified patent litigation system
3.1.3. An IPR valorisation instrument
3.2. Modernisation of the trade mark system in Europe
3.3. Creation of a comprehensive framework for copyright in the digital single market
3.3.1. European copyright governance and management
3.3.2. Technology and database management
3.3.3. User-generated content
3.3.4. Private copying levies
3.3.5. Access to Europe's cultural heritage and fostering media plurality
3.3.6. Performers' rights
3.3.7. Audiovisual works
3.3.8. Artists' resale right
3.4. The issue of complementary protection of intangible assets
3.4.1. Trade secrets and parasitic copies
3.4.2. Non-agricultural geographical indications
3.5. Enhanced fight against counterfeiting and piracy
3.5.1. Public awareness
3.5.2. A more sustainable structure for the European Observatory on Counterfeiting and
Piracy and new tasks
3.5.3. A review of the IPR Enforcement Directive
3.6. The international dimension of IPR
3.6.1. Multilateral initiatives, including co-ordination with international organisations
3.6.2. Bilateral negotiation and co-operation on IP protection with third countries
3.6.3. Enhanced IPR protection and enforcement at the EU border 

4. CONCLUSIONS

Lees voorlopige uitwerking hier (link en pdf)

IEF 9665

Verslag van een mondeling overleg over auteursrechtbeleid, Kamerstukken I 2010/11, nr. 29 838 nr. C (vastgesteld 16 mei 2011)

Ook Eerste Kamercommissies vragen over Speerpuntenbrief

Uit het verslag dat gisteren is vastgesteld blijkt dat de eerdere Speerpuntenbriefdiscussie (o.a. hier op IE-Forum.nl) ook bij leden van de Commissie Justitie en de Commissie Economische Zaken met vragen zitten rondom de Speerpuntenbrief, hieronder enkele vragen geciteerd, lees het volledige verslag hier (link en dossier):

De heer De Vries (PvdA): Hoe gaat het met vergoedingen voor het kopiëren van cd's, dat op het ogenblik omvangrijker schijnt te zijn dan het downloaden van internet?

Mevrouw Duthler (VVD): Ik denk dan aan open standaarden en opensourcesoftware. Wil de staatssecretaris ook rekening houden met die ontwikkelingen die een enorme betekenis hebben voor de innovatie, niet alleen voor de ICT-sector maar vooral ook voor het Nederlandse en Europese bedrijfsleven, dat daardoor een stuk efficiënter en doelmatiger kan werken en behoorlijke productiviteitswinst kan realiseren?

De heer Franken (CDA): Ik ga akkoord met het niet toepassen van strafrecht, het niet afsluiten van sites en het niet hanteren van de "three strikes out"-benadering. We moeten wat dat betreft meer aansluiten bij de Europese meerderheid. Nu komt de staatssecretaris echter met het voorstel om alleen grootschalige inbreuken aan te pakken. Ik vraag mij af wat "grootschalig" is. Is dat een kwantitatief criterium? Wat is "evident"? Als de staatssecretaris zegt dat de marktpartijen terughoudend moeten zijn met betrekking tot de kleingebruikers -- hierbij denk ik aan consumenten -- laat hij toch een soort thuiskopie in stand in een bepaalde gedoogstructuur.

Mevrouw Quik-Schuijt (SP): Op zichzelf genomen zijn we het eens met de civielrechtelijke aanpak, maar op het moment dat de thuiskopieregeling wordt afgeschaft, is downloaden sowieso strafbaar op grond van artikel 31 van de Auteurswet. Hoe ziet de staatssecretaris dat? We zijn het ermee eens dat de individuele consument niet wordt aangepakt, maar welke garanties kunnen daarvoor gegeven worden?

De heer Holdijk (SGP): Ik ben benieuwd naar twee zaken die door anderen al genoemd zijn, ten eerste de kwestie van de civielrechtelijke dan wel strafrechtelijke handhaving van het downloaden uit illegale bron en ten tweede de kwestie van de auteursrechtcontracten.

Lees het volledige verslag hier (link en dossier)

IEF 9607

VOI©E, 'CBO-Keurmerk', 29 maart 2011, www.voice.nl

CBO-Keurmerk sneller dan wetsvoorstel

Onder nr. 1223409 (kleur) en 1223410 zijn de CBO-keurmerken geregistreerd van VOI©E.

VOI©E gaat ervan uit dat in 2011 alle collectieve beheersorganisaties voor auteursrecht en naburige rechten (CBO’s) die lid zijn van VOI©E aan de CBO-Keurmerkcriteria zullen voldoen.

Het Keurmerkinstituut is de onafhankelijke certificerende instelling voor het CBO-Keurmerk. De eerste audits zullen in het najaar van 2011 worden verricht op basis van de jaarrekeningen van 2010. Na verlening van het keurmerk wordt jaarlijks door een onafhankelijke auditor getoetst of de CBO aan de criteria blijft voldoen.

Lees meer hier (link o.a. Keurmerkcriteria) en hier

IEF 9603

Aankondiging hoorzitting 2011 College van Toezicht Auteursrecht, Stcrt. 2011 6323

Aankondiging hoorzitting 2011 College van Toezicht Auteursrecht

Het College van Toezicht collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten maakt bekend dat op vrijdag 24 juni 2011 vanaf 12.45 uur de jaarlijkse hoorzitting zal plaatsvinden als bedoeld in artikel 14, eerste lid, van de Wet toezicht collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten. Op deze hoorzitting is van toepassing het Reglement hoorzittingen College van Toezicht Auteursrecht 2005 (Staatscourant. 2005, 62).

Vertegenwoordigers van betalingsplichtigen en andere belanghebbenden die wensen gehoord te worden dienen dit uiterlijk 13 mei 2011 schriftelijk kenbaar te maken aan het College, onder opgave van in ieder geval:

a. hun naam en adres;
b. de collectieve beheersorganisatie(s) waaromtrent zij gehoord wensen te worden, alsmede of zij in of buiten aanwezigheid van deze collectieve beheersorganisatie(s) gehoord wensen te worden; en
c. een korte omschrijving van het onderwerp of de onderwerpen waarover zij gehoord wensen te worden.
Deze kenbaar making dient te worden toegezonden aan het College van Toezicht collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten, ter attentie van de secretaris, postbus 15072, 1001 MB te Amsterdam.
Het College beslist over de uitnodiging voor de hoorzitting. De hoorzitting is niet openbaar.

Lees het volledige bericht hier.