HR: Tweestappenbenadering laat de uitvindingsgedachte van waterballonvullers voldoende tot haar recht komen
HR 1 maart 2024, IEF 21912; ECLI:NL:HR:2024:293 (Tinnus c.s. tegen verweerster). Tinnus Enterprises (hierna: Tinnus) is octrooihoudster van het octrooi EP 3 005 948 B1 (hierna: het octrooi) dat ziet op een methode om onder andere waterballonnen te vullen. Zij vordert in deze procedure een inbreukverbod jegens verweerster. Verweerster zou door het te koop aanbieden, verkopen en daarvoor in voorraad houden van de waterballonvullers directe inbreuk maken op het octrooi. Verweerster vordert in reconventie nietigverklaring van het Nederlandse deel van het octrooi en een veroordeling tot schadevergoeding. Al eerder vernietigde de rechtbank het Nederlandse deel van het octrooi en wees de vorderingen af [zie IEF 19647]. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd, het octrooi als geldig aangemerkt maar geoordeeld dat er geen sprake was van inbreuk hierop [zie IEF 20978]. De vraag die bij de Hoge Raad ligt, gaat in weze om de beschermingsomvang van het octrooi van Tinnus.