DOSSIERS
Alle dossiers

Rechtspraak  

IEF 22508

A-G over de toetsing van inventiviteit en prioriteit in zaken tegen BMS

Hoge Raad 20 dec 2024, IEF 22508; ECLI:NL:PHR:2024:1407 (Sandoz en Teva tegen BMS), https://ie-forum.nl/artikelen/a-g-over-de-toetsing-van-inventiviteit-en-prioriteit-in-zaken-tegen-bms

Parket bij de Hoge Raad 20 december 2024, IEF 22508; ECLI:NL:PHR:2024:1407 (Sandoz en Teva tegen BMS). In onderhavige twee (gecombineerde) zaken procedeert Bristol-Myers Squibb (BMS) tegen generieke fabrikanten Sandoz en Teva over de geldigheid van haar octrooi op apixaban, de werkzame stof in de bloedverdunner Eliquis. De generieke partijen betwisten de geldigheid van octrooi EP 415 en stellen dat het octrooi niet inventief is. De zaak draait om twee vragen: (1) hoe moet een belangrijke uitspraak van het Europees Octrooibureau (G2/21) worden geïnterpreteerd bij de beoordeling of een uitvinding vernieuwend is (de inventiviteitstoets) en (2) is het octrooirecht van BMS geldig, of had het niet verleend mogen worden omdat het prioriteitsrecht niet correct is overgedragen? De voorzieningenrechter had eerder geoordeeld dat het octrooi waarschijnlijk niet inventief was en de vorderingen van BMS afgewezen. Het hof oordeelde echter anders en vond dat BMS zich terecht op haar octrooi kon beroepen [zie IEF 21629]. In cassatie wordt deze beslissing nu aangevochten door de generieke fabrikanten.

IEF 22506

Rechtbank vernietigt het Nederlandse deel van octrooi van Biogen op MS-medicijn

Rechtbank Den Haag 22 jan 2025, IEF 22506; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken), https://ie-forum.nl/artikelen/rechtbank-vernietigt-het-nederlandse-deel-van-octrooi-van-biogen-op-ms-medicijn

Rb. Den Haag 22 januari 2025, IEF 22506, LSR 2274; ECLI:NL:RBDHA:2025:496 (Biogen tegen de Generieken). Deze uitspraak van de rechtbank gaat over drie zaken die gezamenlijk zijn behandeld. Eiser is alle zaken is Biogen, gedaagden zijn Polpharma c.s., Neuraxpharm c.s. en Mylan c.s., samen aangeduid als ‘de Generieken’. De procedures zijn gericht op het gebruik van de stof dimethylfumaraat (DMF) voor de behandeling van multiple sclerose (MS). Biogen brengt die stof onder de naam Tecfidera op de markt. Biogen heeft een octrooi op het gebruik van orale toediening van de stof DMF, met een effectieve dagelijkse dosis van 480 mg, namelijk EP 873. De Generieken willen ieder ook een generiek DMF-product op de markt brengen, ook oraal en met dezelfde dagelijkse dosis. Biogen stelt in conventie dat de Generieken met het op de markt brengen van deze producten inbreuk maken op haar octrooi. De Generieken, in reconventie, voeren aan dat het octrooi van Biogen ongeldig is. Zij stellen dat de geoctrooieerde uitvinding zoals neergelegd in de conclusie niet op die manier is terug te vinden in de aanvrage. Daarnaast zou het gebruik van 480 mg DMF per dag voor de gemiddelde vakman voor de hand liggen. Uit een studie bleek al aanwijzingen dat 720 mg effectief was, maar dat een lagere dosis dit waarschijnlijk ook was. Ook is in de aanvrage van het octrooi niet verduidelijkt dat 480 mg DMF per dag effectief is in de behandeling van MS. 

IEF 22498

Nietigverklaring octrooi EP 630 en afwijzing vorderingen Global Factories tegen Blisterpartner

Rechtbank Den Haag 17 mrt 12, IEF 22498; ECLI:NL:RBDHA:2023:13290 (Global Factories tegen Blisterpartner), https://ie-forum.nl/artikelen/nietigverklaring-octrooi-ep-630-en-afwijzing-vorderingen-global-factories-tegen-blisterpartner

Rb. Den Haag 6 september 2023, IEF 22498; ECLI:NL:RBDHA:2023:13290 (Global Factories tegen Blisterpartner). Global Factories B.V. heeft een octrooi (EP 630) op een medicijn schouwmachine en stelt dat Blisterpartner B.V. en de andere gedaagden met hun Pouch Inspector inbreuk maken op dit octrooi. Daarnaast vordert Global Factories een verbod op het gebruik van haar broncode en bedrijfsgeheimen, omdat Blisterpartner c.s. volgens haar auteursrechten heeft geschonden en onrechtmatig bedrijfsgeheimen heeft gebruikt. Blisterpartner c.s. betwist de inbreuk en stelt dat EP 630 nietig is wegens gebrek aan inventiviteit en onduidelijkheden na een wijziging. In reconventie vordert Blisterpartner c.s. de nietigverklaring van EP 630 en de opheffing van door Global Factories gelegde beslagen, die volgens haar onterecht zijn en een ontoelaatbare 'fishing expedition' vormen.

IEF 22477

Uitspraak ingezonden door Frank Eijsvogels, HOYNG ROKH MONEGIER

Mirabegron: hof bevestigt geldigheid octrooi Astellas

Hof Den Haag 14 jan 2025, IEF 22477; (Sandzo tegen Astellas), https://ie-forum.nl/artikelen/mirabegron-hof-bevestigt-geldigheid-octrooi-astellas

Hof Den Haag 14 januari 2025, IEF 22477, LSR 2271 (Sandoz tegen Astellas). Astellas is houdster van EP 1 599 427 (EP 427) dat ziet op het gebruik van mirabegron als werkzame stof voor de behandeling van overactieve blaas (OAB). Op basis van EP 427 is aan Astellas voor Nederland het aanvullend beschermingscertificaat ABC 300599 (ABC 599) afgegeven. Deze rechten vormen de basis van het geneesmiddel Betmiga® van Astellas met de werkzame stof mirabegron. Het is een van de best verkopende medicijnen van Astellas. Sandoz heeft vernietiging gevorderd van EP 427 en ABC 599. De rechtbank heeft de vorderingen van Sandoz afgewezen [zie IEF 21173]. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. Het hof heeft de argumenten van Sandoz dat EP 427 geen beroep kan doen op prioriteit verworpen.

IEF 22430

Voorzieningenrechter heeft verbod op DMF Teva en DMF Sandoz terecht toegewezen

Hof Amsterdam 4 dec 2024, IEF 22430; (Sandoz tegen Biogen en Teva tegen Biogen), https://ie-forum.nl/artikelen/voorzieningenrechter-heeft-verbod-op-dmf-teva-en-dmf-sandoz-terecht-toegewezen

Hof Amsterdam 4 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3211 (Sandoz tegen Biogen) en Hof Amsterdam 5 december 2024, IEF 22430, LSR 2266; ECLI:NL:GHAMS:2024:3210 (Teva tegen Biogen). Biogen is houdster van de handelsvergunning voor het geneesmiddel DMF. De Europese Commissie heeft met een uitvoeringsbesluit de marktbescherming van dit middel met een jaar verlengd. Sandoz heeft aangekondigd in Nederland op de markt te komen met het middel DMF Sandoz en Teva heeft voorbereidingen getroffen om met het middel DMF Teva op de markt te komen. Beide zijn generieke versies van DMF. Sandoz en Teva menen dat zij niet gebonden zijn aan de verlengde periode van marktbescherming van DMF omdat het uitvoeringsbesluit evident ongeldig is. Biogen heeft een kort geding aangespannen en gevorderd dat het Sandoz en Teva verboden wordt om met het middel DMF Sandoz op de markt te komen. Dit verbod is toegewezen, waarna beide partijen in hoger beroep zijn gegaan.

IEF 22306

Eerste vonnis in nietigheidsprocedure over octrooi met betrekking tot enzalutamide

Overig 8 okt 2024, IEF 22306; (Accord, Sandoz en Teva tegen Astellas), https://ie-forum.nl/artikelen/eerste-vonnis-in-nietigheidsprocedure-over-octrooi-met-betrekking-tot-enzalutamide

High Court of Justice 10 oktober 2024, IEF 22306, LSR 226, IEFbe 3806 (Accord, Sandoz en Teva tegen Astellas). Accord, Sandoz en Teva hebben een nietigheidsprocedure gevoerd in het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van Europees octrooi EP 1 893 196 B2 en een SPC SPC/GB13/079, ten name van The Regents of the University of California. Astellas Pharma Europe Ltd. was tevens gedaagd in deze procedure. Procedures over parallelle versies van deze rechten zijn aanhangig in andere landen, waaronder in Duitsland en in Nederland. De rechter in het Verenigd Koninkrijk is de eerste die uitspraak heeft gedaan over de nietigheidsargumenten die de generieken tegen deze rechten hebben aangevoerd en heeft deze verworpen. Het octrooi betreft de stof enzalutamide. Enzalutamide is voortgekomen uit een R&D-project van de universiteit van Californië om een betere behandeling voor prostaatkanker te vinden. Enzalutamide is zeer succesvol gebleken voor de levensverlengende behandeling van prostaatkanker.

IEF 22258

Plerixafor-behandeling van Genzyme bij kankerpatiënten is niet octrooieerbaar

EOB 24 jan 2024, IEF 22258; ECLI:EP:BA:2024:T125922.20240124 (Genzyme Corporation tegen Generics [UK] Limited c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/plerixafor-behandeling-van-genzyme-bij-kankerpatienten-is-niet-octrooieerbaar

EOB 24 januari 2024, IEF 22258, IEFbe 3792, LS&R 2257; ECLI:EP:BA:2024:T125922.20240124 (Genzyme Corporation tegen Generics [UK] Limited c.s.). Genzyme Corporation (hierna: Genzyme) is de rechthebbende van een Europees octrooi ten aanzien van het gebruik van plerixafor. In het bijzonder gaat het om de toepassing daarvan in een behandeling van drie stappen voor kankerpatiënten die chemotherapie hebben ondergaan. De inschrijving van het octrooi is bestreden door zeven opponenten. In eerste aanleg wordt de oppositie afgewezen, maar een deel van de opponenten gaat nu in hoger beroep. Kort gezegd komt de oppositie erop neer dat het gebruik van plerixafor door Genzyme niet kan worden aangemerkt als nieuw in de zin van het Europees Octrooiverdrag. In beginsel hebben de opponenten gelijk: plerifaxor als middel bestaat al geruime tijd. Maar de vraag is of de behandeling van Genzyme desondanks kan worden aangemerkt als nieuwe toepassing van dit middel. Zo ja, dan geniet de behandeling octrooirechtelijke bescherming (art. 54 lid 2 EOV).

IEF 22229

Octrooizaak LinXis wordt doorverwezen naar rechtbank Den Haag

Rechtbanken 19 aug 2024, IEF 22229; ECLI:NL:RBAMS:2024:4733 (LinXis tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/octrooizaak-linxis-wordt-doorverwezen-naar-rechtbank-den-haag

Rb. Amsterdam 19 augustus 2024 IEF 22229, LS&R 2256; ECLI:NL:RBAMS:2024:4733 (LinXis tegen gedaagde). LinXis is een biotechnologiebedrijf dat zich richt op de ontwikkeling van middelen voor de behandeling van levensbedreigende ziekten. Voor haar werkzaamheden heeft LinXis drie managementovereenkomsten gesloten met de vennootschap van gedaagde. LinXis heeft deze overeenkomsten later met onmiddellijke ingang opgezegd. Gedaagde stelt dat hij desondanks (mede-)uitvinder is en aanspraak maakt op een aantal producten/technologieën ten behoeve waarvan LinXis octrooiaanvragen heeft ingediend. LinXis is het daar niet mee eens. Zij verzoekt de rechtbank om voor recht te verklaren dat gedaagde geen uitvinder is van de producten in kwestie, nu hij daaraan geen uitvindersbijdrage zou hebben geleverd. Mocht dat toch wel het geval zijn, dan zou gedaagde al zijn rechten aan LinXis hebben overgedragen. Daarnaast vordert LinXis een verklaring voor recht dat gedaagde toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar contractuele verplichtingen en dat gedaagde onrechtmatig jegens LinXis heeft gehandeld. Gedaagde verzoekt om afwijzing van de vorderingen van LinXis. Volgens hem heeft hij een voor de uitvindersvraag relevante bijdrage geleverd aan de materie van de octrooien, wat hem mede-uitvinder zou maken. Verder betwist gedaagde dat hij schuldig zou zijn aan wanprestatie. Bovendien vordert gedaagde dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart om van de vorderingen van LinXis kennis te nemen en dat zij de zaak integraal doorverwijst naar de rechtbank Den Haag. Het betreft namelijk een octrooikwestie, waarover de rechtbank Den Haag exclusief bevoegd is (zie art. 80 lid 1 sub b ROW). LinXis is het hier voor een gedeelte van de vorderingen mee eens. De rechter oordeelt dat de gehele zaak zal worden doorverwezen naar de rechtbank Den Haag, aangezien de vorderingen aan elkaar verknocht zijn. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

IEF 22205

Design Sanitair maakt inbreuk op wc-spoelknoppen van Geberit

Rechtbanken 22 aug 2024, IEF 22205; ECLI:NL:RBDHA:2024:13378 (Geberit tegen Design Sanitair), https://ie-forum.nl/artikelen/design-sanitair-maakt-inbreuk-op-wc-spoelknoppen-van-geberit

Rb. Den Haag 22 augustus 2024, IEF 22205; ECLI:NL:RBDHA:2024:13378 (Geberit tegen Design Sanitair). Eiseres in deze zaak is Geberit. Geberit is houdster van een Europees octrooi met betrekking tot een “bedieningsplaat voor een bedieningsinrichting van een spoelinrichting” (de knop waarmee je een toilet kunt doorspoelen). Ook is Geberit houdster van een internationale modelregistratie (zoals afgebeeld). Geberit brengt in Europa een serie bedieningsplaten voor toiletten op de markt die zijn ontworpen volgens haar octrooi- en modelrecht. Gedaagde in deze zaak is Design Sanitair (hierna: Sanitair), een webshop in sanitaire producten. Via haar website biedt Sanitair onder andere de ‘Sigma bedieningsplaat voor Sigma’ (hierna: Sigma) aan. Geberit stelt dat Sanitair met de verkoop van haar Sigma het octrooi- en modelrecht van Geberit schendt. Na sommatie door Geberit heeft Sanitair de Sigma van haar website verwijderd, maar deze staat nog steeds aangeboden via Google links en Pinterest. Geberit vordert bij de rechtbank in kort geding een inbreukverbod en inzage in de productie en verkoopcijfers van de Sigma. Ook vordert zij een door Sanitair op haar website te plaatsen rectificatie en teruggave van alle Sigma-exemplaren door de zakelijke afnemers van Sanitair. Nu Sanitair de inbreuk niet inhoudelijk heeft betwist, wordt het inbreukverbod door de voorzieningenrechter toegewezen. Het verzoek tot inzage wordt toegewezen voor zover die ziet op de informatie waarmee Geberit de productenstroom van Sigma kan nagaan en verdere inbreuk door afnemers of leveranciers kan voorkomen. Tot slot acht de voorzieningenrechter ook de gevorderde recall en rectificatie passend en toewijsbaar, aangezien dit het opgelegde inbreukverbod versterkt en verdere inbreuken kan helpen voorkomen.

IEF 22196

Orchid Gardens maakt geen inbreuk op de octrooirechten van HE Licenties

Rechtbanken 14 aug 2024, IEF 22196; ECLI:NL:RBDHA:2024:12900 (HE Licenties tegen Orchid Gardens c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/orchid-gardens-maakt-geen-inbreuk-op-de-octrooirechten-van-he-licenties

Rb. Den Haag 14 augustus 2024, IEF 22196, LSR 2252; ECLI:NL:RBDHA:2024:12900 (HE Licenties tegen Orchid Gardens c.s.). Eiser in deze zaak is HE Licenties, een partij die octrooirechten exploiteert waarvan een ander de houder is. Deze octrooirechten beschermen een werkwijze voor het kleuren van orchideeën. Gedaagden (hierna: Orchid Gardens c.s.) zijn een aantal partijen die actief zijn in de bloemen- en plantenwereld. HE Licenties stelt dat Orchid Gardens c.s. door het verhandelen van bepaalde gekleurde orchideeën inbreuk maakt op de octrooien die zij mag handhaven. Zij vordert primair dat gedaagden de inbreuk stopzetten. Orchid Gardens c.s. stelt hiertegenover dat de octrooien die HE Licenties inroept niet geldig zijn, omdat de daaraan onderhavige orchideeën niet nieuw zijn: deze zouden in het verleden al zijn gebruikt door derde partijen. Daarnaast stelt Orchid Gardens c.s. dat HE Licenties onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld, door de octrooien in te roepen tegenover afnemers van Orchid Gardens c.s. en door in kort geding conservatoire beslagen te laten leggen ten laste van Orchid Gardens c.s.