Verwarringsgevaar bij handelsnamen broers
Vzr. Rechtbank Limburg 15 juni 2021, IEF 20043; ECLI:NL:RBLIM:2021:4798 (Eiser tegen gedaagde) De partijen in dit kort geding zijn broers. De ene broer drijft een onderneming in de zakelijke vastgoedbranche, de andere broer is met name actief in de particuliere vastgoedsector. De eiser in conventie stelt dat het gebruik van de handelsnamen door gedaagde in conventie verwarrend is en dus in strijd met de Handelsnaamwet. De betreffende handelsnamen zijn in deze zaak allemaal geanonimiseerd. De voorzieningenrechter oordeelt dat er inderdaad sprake is van verwarring in de zin van de Handelsnaamwet, omdat beide ondernemingen in dezelfde regio vergelijkbare activiteiten ontplooien en eiser in conventie meerdere malen verzoeken en stukken heeft ontvangen, die eigenlijk gericht waren aan de onderneming van gedaagde in conventie.