Conclusie P-G centraal beperkt octrooi
Parket bij HR 18 oktober 2019; IEF 18831, IT 2949; ECLI:NL:PHR:2019:1192 (High Point Sarl tegen KPN) Deze zaak is een vervolg op het eerdere, tussentijdse, cassatieberoep tegen het tussenarrest van het gerechtshof Den Haag van 3 november 2015, waarin in het principale cassatieberoep – samengevat – de vraag diende te worden beantwoord of de uitoefening van het recht van de octrooihouder om op de voet van art. 138 lid 3 Europees Octrooiverdrag zijn octrooi te beperken door wijziging van de conclusies, in de weg staat aan toepassing door de rechter van de (nationale) twee-conclusieregel. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 15 september 2017 [IEF 17105] het principale beroep verworpen, evenals het incidentele cassatieberoep dat – in de kern – over afstand van recht handelde. Nu draait het om de gevolgen van het (inmiddels) door het Europees Octrooibureau (EOB) toegestane verzoek om de omvang van het octrooi te beperken als bedoeld in de art. 105a-c EOV. Consequentie van een dergelijke beslissing is dat de centrale beperking van het octrooi terugwerkende kracht heeft (art. 68 EOV).