Merkaanvraag "ELTON" afgewezen wegens verwarringsgevaar met "ELON"
Kamer van Beroep EUIPO 19 augustus 2024; IEF 22242; R 2553/2023-5 (Universal Brand Group tegen Elon Group AB). Op 15 juni 2022 heeft Universal Brand Group Pty Limited (hierna: de aanvrager) een aanvraag ingediend voor de registratie van een figuurlijk merk, onder verwijzing naar de prioriteit van Zuid-Afrikaanse merken van april 2022. Dit merk omvatte onder meer software voor de intelligente bediening van verwarmingsapparaten en koffieapparaten (klasse 9 en 11). Elon Group AB (hierna: de opponent) diende een oppositie in tegen deze aanvraag, gebaseerd op haar Europese en Zweedse woordmerken "ELON". De oppositie was gericht tegen alle goederen waarvoor registratie was aangevraagd en was gebaseerd op artikel 8(1)(b) van de EUTMR, dat het verwarringsgevaar toetst. De opponent stelde dat er een kans op verwarring bestond tussen het aangevraagde merk "Elton" en het oudere merk "ELON", met name omdat beide merken sterk visueel en auditief overeenkwamen en identieke of soortgelijke goederen betrof. De aanvrager stelde dat de verschillen, vooral in het auditieve en conceptuele aspect, voldoende waren om een verwarring te voorkomen. In eerste instantie werd de oppositie deels gehonoreerd door de oppositieafdeling van het EUIPO.
Abcor breidt uit met overname klantenbestand Anchor Intellectual Property
Merkenbureau Abcor heeft deze zomer het klantenpakket van Anchor Intellectual Property overgenomen, na eerder al Bureau Blanchard te hebben geacquireerd. Deze strategische stap sluit aan bij de ambities van Abcor om niet alleen organisch te groeien, maar ook via gerichte overnames uit te breiden. Dankzij deze acquisities is Abcor uitgegroeid tot een van de meest prominente merkenbureaus in de Benelux. Het bureau biedt wereldwijde ondersteuning bij de registratie en bescherming van intellectuele eigendomsrechten, zoals merken en modellen. Abcor wordt erkend door platforms als WTR1000 en IP Stars, en bedient zowel MKB-bedrijven als internationale klanten.
Uitspraak ingezonden door Hidde van der Kaaij & Willem Leppink, Ploum.
Geen uitputting: verkoop van parallelgeïmporteerde producten door Depo-Markt is onrechtmatig
Rb. Den Haag 4 september 2024, IEF 22240; C/09/656699 / HA ZA 23-1014 (Duru Bulgur tegen Depo-Markt). Duru Bulgur is een Turks levensmiddelenbedrijf en houdster van het Uniebeeldmerk met woordelement DURU. Haar producten worden geëxporteerd naar zowel EU-landen als landen buiten de EU. De verpakkingen van de producten voor de Turkse markt bevatten alleen productinformatie in het Turks, terwijl die voor de Europese markt zijn voorzien van informatie in verschillende Europese talen. Duru Bulgur procedeert tegen Depo-Markt, een groothandel in levensmiddelen en verpakkingen voor zowel ondernemingen als consumenten. Duru Bulgur is erachter gekomen dat twee van haar producten in de fysieke winkel van Depo-Markt in Den Haag onder andere in de Turkse variant worden verkocht. Zij heeft met toestemming van de voorzieningenrechter conservatoir bewijsbeslag en beslag tot afgifte gelegd onder Depo-Markt. Duru Bulgur vordert bij de rechtbank dat Depo-Markt wordt bevolen om de gehele voorraad van parallelgeïmporteerde producten te verstrekken aan Duru Bulgur en om iedere verdere verhandeling van dergelijke producten te staken. Ook vordert zij een verklaring voor recht dat Depo-Markt onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en vordert zij opgave van de productie- en distributiekanalen van Depo-Markt ten aanzien van de producten in kwestie. Tot slot vordert Duru Bulgur een schadevergoeding voor het onrechtmatig handelen.
Rechtbank wijst wapperverbod en inzageverzoek af in geschil over woonunit
Rb. Midden-Nederland 4 september 2024, IEF 22239; ECLI:NL:RBMNE:2024:5359 (Eiseres tegen gedaagden). Eiseres had een samenwerking met gedaagden in de ontwikkeling van woonunits. Na de beëindiging van de samenwerking eist eiseres dat gedaagden een demo-woonunit en digitale bestanden met bouwtekeningen aan haar overhandigen. Gedaagden zouden volgens eiseres onrechtmatig handelen door te claimen dat ze intellectuele eigendomsrechten heeft op deze bestanden en unit, wat zorgt voor zakelijke schade voor eiseres. Zij vordert een verbod voor gedaagden om mededelingen te doen over vermeende intellectuele eigendomsrechten (wapperverbod) en inzage in stukken ex artikel 843a Rv. Daarnaast wil eiseres dat de demo-woonunit en de bestanden worden overhandigd. De rechtbank wijst beide incidentele vorderingen af. Het wapperverbod wordt afgewezen omdat gedaagden inmiddels hebben erkend geen beroep te doen op intellectuele eigendomsrechten, waardoor het belang van eiseres bij een voorlopig verbod ontbreekt. De gevraagde inzage wordt eveneens afgewezen, omdat er geen rechtmatig belang meer is, aangezien er geen discussie meer bestaat over de IE-rechten. Ook wordt eiseres veroordeeld tot het betalen van de proceskosten in beide incidenten. De zaak zal verdergaan voor behandeling van de hoofdvordering.
Ingezonden door Kriek Wille, &Co Advocaten en Rosan Zuurwelle, Van Doorne.
Grateful-dozen van Makro maken inbreuk op het niet-ingeschreven Gemeenschapsmodel van Dutch Design
Rb. Den Haag 11 september 2024, IEF 22238; C/09/649191 / HA ZA 23-537 (Dutch Design tegen Makro). Dutch Design houdt zich bezig met het ontwikkelen, produceren en verhandelen van design producten, waaronder opslagdozen (hierna: Box(en)). De Boxen zijn elk voorzien van een sierlabel waarop het logo van Dutch Design Brand is aangebracht. Dutch Design heeft een geschil met Makro, een groothandel die zich onder andere richt op het verhandelen van relatiegeschenken. Makro heeft in de periode 2019 tot en met 2022 Boxen uit het assortiment van Dutch Design afgenomen. Na afloop van de periode brengt Makro een nieuwe lijn kerstpakketten uit onder de naam ‘Grateful’. Volgens Dutch Design is de doos waarin de kerstpakketten worden aangeboden een kopie van haar Box-ontwerp. Dutch Design sommeert Makro om het aanbod van de dozen blijvend te staken en schade te vergoeden, maar Makro geeft geen gehoor. Dutch Design stapt naar de rechtbank, waar zij hetzelfde vordert op straffe van een dwangsom. Zij legt aan haar vorderingen ten grondslag dat de Box driejarige bescherming geniet als niet-ingeschreven Gemeenschapsmodel en bovendien auteursrechtelijk beschermd is. Verder stelt Dutch Design dat de dozen van Makro een slaafse nabootsing zijn van de Box. Tot slot beroept Dutch Design zich op de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid. Makro verweert zich met een beroep op de niet-ontvankelijkheid van Dutch Design.
Ingezonden door Edwin van der Velde & Paul Tjiam, Simmons & Simmons LLP.
Geen dwangsommen verbeurd door Prestige; executie door Coty is onrechtmatig
Rb. Amsterdam 12 september 2024, IEF 22237; ECLI:NL:RBAMS:2024:5723 (Prestige Perfumes B.V. tegen Coty Beauty Germany Gmbh). Prestige houdt zich bezig met de wereldwijde handel in originele parfumflessen, waaronder parfumflessen van de merken waarvan Coty de houder is. In het verleden heeft rechtbank Den Haag geoordeeld dat Prestige de rechten van Coty heeft geschonden door een prijslijst te versturen aan een derde partij waarin demonstratiemodellen van de Coty-merken werden aangeboden, zonder dat op de prijslijst werd aangegeven of deze modellen op douanestatus T1 (buiten de EU) of douanestatus T0 (binnen de EU) werden geleverd [IEF 22053]. De uitspraak bracht mee dat Prestige inzage moest bieden aan Coty in de productie- en distributiekanalen van alle demonstratiemodellen die zij in de EU heeft aangeboden of verkregen. Coty heeft vervolgens een verzoekschrift ingediend voor het leggen van conservatoir bewijsbeslag ten laste van Prestige, dat door de voorzieningenrechter is toegewezen. Het bewijsbeslag vindt plaats op 26 juni 2024. Coty is van mening dat het bewijsbeslag onnodig traag is verlopen en dat er dwangsommen zijn verbeurd. Prestige is het daar niet mee eens en vordert in kort geding dat Coty wordt bevolen om haar executiemaatregelen te staken; ook vordert Prestige dat de in beslag genomen bescheiden aan Prestige worden geretourneerd. Coty vordert in reconventie dat haar advocaten afschriften van de in beslag genomen bescheiden ontvangen.
IE-klassieker: Levola/Smilde
HvJ EU 13 november 2018; IEF 22236; ECLI:EU:C:2018:899 (Levola/Smilde) [IEF 18098]
Onderwerp:
Werkbegrip, bepaalbaarheidsvereiste
Feiten:
Levola Hengelo B.V., producent van Heks'nkaas, stelde dat de smaak van dit product auteursrechtelijk beschermd moest zijn en beschuldigde Smilde Foods B.V. van inbreuk door een vergelijkbare smeerkaas te produceren. De zaak draaide om de vraag of de smaak van een voedingsmiddel onder de Auteursrechtrichtlijn valt.
Rechtsregel (rechtsoverweging 40):
De smaak van een voedingsmiddel kan niet auteursrechtelijk beschermd worden, omdat het niet objectief en nauwkeurig kan worden geïdentificeerd en gereproduceerd. Auteursrechtelijke bescherming vereist dat een werk waarneembaar is en een vaste vorm heeft die door derden kan worden gecommuniceerd, wat voor smaken niet mogelijk. Het Hof introduceert hier dus eigenlijk een nieuwe vereiste voor het zijn van een werk: de bepaalbaarheidsvereiste.
Hoe kan een merkenaudit uw wereldwijde marktstrategie ondersteunen?
Merkenaudits kunnen organisaties van elke omvang cruciale inzichten bieden en de zekerheid geven dat hun merken effectief beschermd zijn in belangrijke markten. Dit is vooral van belang voor merkeigenaren met internationale operaties. In dit artikel legt Novagraaf u uit hoe een merkenaudit kan worden uitgevoerd.
Overige vragen over IE-audits worden in dit artikel beantwoord.
Aankondiging jaarlijkse BIE-scriptieprijs
De redactie van Berichten Industriële Eigendom organiseert met ingang van dit jaar een jaarlijkse competitie voor de “BIE-Scriptieprijs”. Met de instelling van deze prijs beogen wij studenten te stimuleren zich te verdiepen in IE-vraagstukken en kennis te laten maken met het tijdschrift BIE. Onder IE verstaan wij hier het recht van de industriële eigendom (octrooi-, merken-, modellen-, handels- naam-, databanken- en kwekersrecht plus het recht inzake geografische aanduidingen) alsmede het recht van de ongeoorloofde mededinging, inclusief de bescherming van bedrijfsgeheimen. Ook scripties over auteursrecht kunnen meedingen voor zover deze (mede) betrekking hebben op de hiervoor genoemde gebieden, zoals industriële vormgeving, technische excepties, cumulatie van beschermingsregimes, e.d. De prijs voor de beste IE-scriptie bedraagt € 1000. Daarnaast wordt de auteur uitgenodigd voor BIE een artikel te schrijven op basis van zijn of haar scriptie. De jury bestaat in 2024 uit prof. mr. Tobias Cohen Jehoram (voorzitter), prof. mr. Peter Blok, mr. dr. Lotte Anemaet en mr. dr. Alexander Tsoutsanis.
Eenieder kan goede scripties op het gebied van IE aanmelden en inzenden voor de BIE-Scriptieprijs. Docenten op het gebied van IE worden speciaal daartoe uitgenodigd. De inlevertermijn eindigt op 1 oktober 2024. De jury beslist in die maand. De fysieke uitreiking van de prijs vindt plaats tijdens de redactielunch op woensdag 13 november 2024. Scripties mogen zowel in het Nederlands als Engels worden geschreven. In niet voorziene gevallen beslist de jury. De mogelijkheid wordt voorbehouden dat de prijs niet wordt uitgereikt indien de jury, gelet op de kwaliteit van de ingezonden scripties, daartoe besluit. Scripties kunnen ingestuurd worden naar de uitgever van de BIE, Claudia Zuidema, czuidema@delex.nl.
Uitspraak ingezonden door Lucas de Groot & Faziel Abdul, Taylor Wessing.
Battle of the Fatbikes: Knaap zegeviert in modelrechtelijke zaak tegen ECC
Rb. Den Haag 11 september 2024, IEF 22232; ECLI:NL:RBDHA:2024:14478 (Knaap Bikes B.V. tegen Europe Cycle Company B.V.). Knaap houdt zich bezig met de in- en verkoop van fatbikes. Zij verkoopt onder andere de ´KNAAP RTD´ (hierna: RTD), waarvan het model is ontworpen in China. De ontwerpers zijn werkzaam bij Hangzhou Shijin Vehicle Co. (hierna: Shijin). Knaap is houdster van een Gemeenschapsmodel, ingeschreven voor de klassen ¨Bicycles¨ en ¨Frames for cycles¨. Dit model is één op één verwerkt in de RTD. Knaap procedeert tegen Europe Cycle Company B.V. (hierna: ECC), een groothandel die zich bezighoudt met de in- en verkoop van fietsen, waaronder fatbikes. In een folder adverteert zij met haar nieuwe Diablo ´ZIPPER´ (hierna Zipper) fatbike collectie. Knaap stelt dat ECC daarmee inbreuk maakt op haar (geregistreerde en ongeregistreerde) modelrechten en dat er sprake is van slaafse nabootsing. Knaap vordert bij de rechtbank de beëindiging van de inbreuk op haar modelrechten door ECC in de EU. Bovendien vordert zij dat ECC een rectificatiebericht stuurt naar al haar afnemers en dat ECC volledige inzage biedt in de herkomst- en distributiekanalen met betrekking tot de Zipper. Tot slot vordert Knaap een schadevergoeding. ECC vordert in reconventie primair dat de door Knaap ingeroepen modelrechten worden vernietigd en subsidiair een verklaring voor recht dat er geen sprake is van een inbreukmakende handeling. Daarnaast zou Knaap onrechtmatig hebben gehandeld jegens ECC door al een ex-parte verbod ten uitvoer te hebben gelegd, wat grond is voor schadevergoeding.