IEF 22212
29 augustus 2024
Artikel

Representatief en niet-representatief onderzoek. Van Monshoe/Puma tot NRC Buurtenonderzoek

 
IEF 22211
29 augustus 2024
Artikel

Jong IE-borrel op donderdag 19 september 2024

 
IEF 22210
28 augustus 2024
Uitspraak

Magenta kleurmerk nietig verklaard in de Benelux (III)

 
IEF 4801

Nieuwsbrieven

EPO. O.a: “The last two issues of Patent Information News have included articles on the forthcoming entry into force of the new European Patent Convention, due to take place on 13 December 2007 at the latest. In this edition,we take a closer look at the changes that the new Convention, generally referred to as EPC 2000, will have on the EPO's Register Plus service.”

Lees de nieuwsbrief hier.

OHIM. O.a: “Wouldn’t it be nice if clothes designers showing at Milan or Paris had to wait little more than 48 hours to have effective and enforceable protection for their creations? That day may not be very far off, according to José Izquierdo, assistant to the director in the designs department.  On 18 September, OHIM took a big step towards faster protection for designs of all kinds by moving from weekly to daily publication of the Community Designs Bulletin. “Once a design is published you can sue the pirates or take out an injunction. Time matters with design lifecycles getting shorter all the time”, says Izquierdo.

Lees de nieuwsbrief hier.

IEF 4799

Kruising Limpergstraat

benstr.gifRadio TV West bericht dat Rijswijk een straat vernoemt naar de eerste president van het Europees Octrooi Bureau (EOB), Johannes Bob van Benthem. “Een deel van de huidige Koopmanstraat wordt begin december omgedoopt in Van Benthemlaan.
 
Het gaat om het stuk tussen de Tinbergenstraat en de Limpergstraat. De straat grenst direct aan de kantoren van het EOB. Het instituut had de gemeente Rijswijk gevraagd om een straat te vernoemen.”

Lees het bericht hier. Eerdere berichten hier en hier.

IEF 4798

Jouw bedwelming

aks.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 28 september 2007, KG ZA 07-1045, Desi Promotions tegen Roshan Video Cd & Dvd World.

Geen machtiging op te treden ter handhaving van het auteursrecht op een film; veroordeling in proceskosten.

Desi Promotions heeft van de vennootschap naar Frans recht Bollywoodzone SARL de exclusieve distributierechten gekocht van de film 'AAP KA SURROOR',  bij een overeenkomst opgesteld in de Franse taal. In de overeenkomst wordt namens Bollywoodzone verklaard dat zij verklaart en garandeert de rechtmatig verkregen rechten op de Film te bezitten, wat betreft de reproductie, kennisgeving aan het publiek en verkoop aan het publiek. Voorts overwegen partijen bij de overeenkomst dat Bollywoodzone niet beschikt over een distributienetwerk in Nederland en dat zij daarom overeenkomen dat Desi Promotions als enige binnen Nederland de Film zal distribueren.

Met een brief heeft Desi Promotions aan Roshan Video de mogelijkheid geboden de film af te nemen van Desi Promotions om vervolgens de film door te verkopen aan particulieren. Daarnaast waarschuwt Desi Promotions in voornoemde brief dat indien Roshan Video niet voornemens is de film af te nemen, elke andere vorm van handelen met betrekking tot de film, niet zal worden getolereerd, aangezien Desi Promotions als enige in Nederland gerechtigd is tot de Film en als enige in Nederland de film mag distribueren. Een medewerker van Desi Promotions heeft echter geconstateerd dat de film werd verkocht en verhuurd door Roshan Video. Desi Promotions heeft Roshan gesommeerd.

Desi Promotions vordert vervolgens onder meer bij wijze van voorschot tegen een behoorlijk
bewijs van kwijting aan Desi Promotions te betalen de somma van € 20.000, te vermeerderen met de wettelijke rente op grond van een vordering uit hoofde van artikel 27a van de Auteurswet, dan wel op grond van een vordering uit hoofde van onrechtmatige daad en het staken en gestaakt houden van de verkoop en verhuur van de film, op straffe van een dwangsom.

Met zijn verweer stelt Roshan Video aan de orde of en in hoeverre de rechthebbende van het auteursrecht op de film de handhaving daarvan aan Desi Promotions op haar eigen naam heeft overgelaten en voorts of de exploitatierechten van de film – voor Nederland – wel op geldige wijze aan Desi Promotions zijn overgedragen. Roshan Video heeft er in dat verband op gewezen dat uit de overgelegde producties niet blijkt van enige contractuele schakel tussen de rechthebbende en Bollywoodzone. Roshan Video betwist ook de authenticiteit van de overgelegde producties.

Desi Promotions omschrijft de strekking van artikel 12 uit de voornoemde overeenkomst als een machtiging aan Desi Promotions om in Nederland op te treden ter handhaving van het auteursrecht van de film. De voorzieningenrechter stelt voorop dat indien sprake zou zijn van een machtiging, uit de dagvaarding zou moeten blijken dat Desi Promotions in dit kort geding optreedt  als gemachtigde van de rechthebbende. Voorshands gaat de voorzieningenrechter ervan uit dat Desi Promotions zich heeft laten leiden door de kromme vertaling in het Nederlands van de overeenkomst en zich daardoor ten onrechte op het standpunt stelt dat er sprake is van een machtiging.

Naar voorlopig oordeel dient artikel 12 te worden gelezen als een toestemming aan Desi Promotions om in Nederland op eigen naam de aan de film verbonden IE rechten te handhaven en met name in Nederland op te treden tegen namaak en ongeoorloofde import van de film. Artikel 12 van de overeenkomst heeft dan ook als strekking een last aan Desi Promotions zonodig op eigen naam in rechte op te treden (vergelijk artikel 27a lid 2 laatste volzin Auteurswet).

Gelet op het bepaalde in artikel 45d Auteurswet is de producent als rechthebbende aan te merken. Mede uit door Roshan Video overgelegde producties  blijkt dat Vijay Taneja/Adlabs als producent is aan te merken. Zowel de film op de dvd die door Desi Promotions is overgelegd als de film op de dvd welke door Desi Promotions bij Roshan Video is gekocht noemt Adlabs als producent.

De voorzieningenrechter heeft Desi Promotions in de gelegenheid gesteld de bedoelde overeenkomst in geding te brengen. Desi Promotions heeft daarop het Memorandum of Understanding overgelegd.

Naar voorlopig oordeel legitimeert de overeenkomst in het Memorandum of Understanding tussen Adlabs, als producent, en Bollywoodzone, als licentienemer, Bollywoodzone niet als partij die het de producent toekomende auteursrecht kan handhaven. Daaruit volgt dat Bollywoodzone dat recht niet geldig aan Desi Promotions kon overdragen. De vorderingen van Desi Promotions worden afgewezen. Desi Promotions wordt veroordeeld in de kosten van de procedure.

Lees het vonnis hier.

IEF 4797

Faits Divers

Portretrecht. "Ellie Speet, secretaris van de Nederlandse Vereniging van Fotojournalisten, zet haar vraagtekens bij de inbeslagname van foto’s van een 112Drenthe.com medewerkster Jeanet S. uit Assen.  (…) ”Even los van de vraag of je de ’112’ers’ journalisten kunt noemen, moet de politie wel hele goede redenen hebben om foto’s in beslag te nemen. Zeker als je niet eens weet wat er precies opstaat. De fotokaart had verzegeld moeten worden en bij een notaris neer moeten worden gelegd. De rechter beslist dan, of hier het portretrecht in het geding is of dat de foto’s gepubliceerd kunnen worden.

(…) Politiewoordvoerder Bert Peters meldt echter, dat de genomen foto’s in strijd zijn met het portretrecht van de agenten. ”Op die foto’s staan agenten individueel afgebeeld. Kijk, bij een politieoptreden bestaat natuurlijk altijd de kans dat er een persfoto van de algemene situatie wordt gepubliceerd. Dat is ook geen probleem. Maar nu gaat het puur om de agenten zelf, die eventueel op een nieuwssite kunnen worden getoond. We hebben overigens van het openbaar ministerie begrepen dat we op een goede manier hebben gehandeld. Maar het is uiteindelijk de rechter die beslist of we terecht of onterecht hebben gehandeld.”

Lees hier meer (Dagblad van het Noorden).

Gaspedaal. "Wegener dreigt Gaspedaal.nl met kort geding.  Wegener Multimedia, eigenaar van occasionsite AutoTrack.nl, eist dat GasPedaal.nl niet langer autoadvertenties van AutoTrack overneemt en publiceert. 

“Gezien de jurisprudentie die er ligt, zien wij geen enkele reden om wijzigingen in onze dienst door te voeren," zegt directeur Jan-Willem Tusveld van Innoweb, de exploitant van Gaspedaal. "Wat wij doen valt naar onze mening volledig binnen de gerechtelijke kaders die zijn gesteld in eerdere vergelijkbare zaken, zoals die van Jaap.nl."

Lees hier meer (Emerce).

Grote passages. "Historicus Arianne Baggerman beschuldigt in Hollands Maandblad schrijver Atte Jongstra ervan dat hij zonder bronvermelding 'grote passages' overneemt uit negentiende-eeuwse egodocumenten, in zijn roman Henry II Fix. Jongstra is niet onder de indruk en komt met een repliek.

Volgens Jongstra heeft Baggerman er niets van begrepen: 'Ik had al eerder onvrede bespeurd in het kamp van de droogstoppeligen. (…) De suggestie van plagiaat werpt Jongstra verre van zich: 'Als je kiest voor de vorm die ik gebruikt heb, dan kun je niet overal een bronvermelding bij zetten. Ik kon niet anders, dan alles aan het personage Fix toeschrijven.'  (…) 'Dat staat ook gewoon achter in het boek,' zegt Jongstra, 'met de mededeling dat ik me vrijelijk heb bediend uit de gebruikte bronnen. Ik ben daar dus heel open in geweest."

Lees hier meer (alleen abonneesBoekblad.nl).

Bloemlezing. "Er is enige ophef ontstaan over de nieuwe bloemlezing van Gerrit Komrij, De Nederlandse kinderpoëzie in 1000 en enige gedichten (Prometheus).  Dichter Ted van Lieshout (…)  vermoedt dat de bundel al gedrukt was voordat de dichters toestemming hadden gegeven voor opname in de bloemlezing. Ook is hij niet erg te spreken over het honorarium dat uitgeverij Prometheus voorstelde, vijf euro per opgenomen gedicht. ‘Ik ben bang dat dichters straks moeten gaan betalen voor opname in een bloemlezing.

Job Lisman, hoofdredacteur bij uitgeverij Prometheus/Bert Bakker, erkent dat de uitgeverij wat aan de late kant is geweest met het vragen van toestemming. (…) Die vijf euro is hetzelfde bedrag dat Prometheus drie jaar geleden bood bij de laatste Dikke Komrij, De Nederlandse poëzie van de 19de tot en met de 21ste eeuw in 2000 en enige gedichten. ‘Wij hebben destijds geen enkele klacht ontvangen over dit bedrag."

Lees hier meer (alleen abonnees Boekblad.nl). 

IEF 4796

The alleged infringement

Persbericht Commissie: Antitrust: Commission initiates formal proceedings against Qualcomm for suspected exploitative practices.

“(…) Qualcomm is a holder of intellectual property (IP) rights in the CDMA and WCDMA standards for mobile telephone. (…) The alleged infringement concerns the terms under which Qualcomm licenses its patents essential to the WCDMA standard. The investigation will focus on the issue of whether the licensing terms and royalties imposed by Qualcomm are, as alleged by the complainants, not fair, reasonable and non-discriminatory. In a context of standardization, a finding of exploitative practices by Qualcomm in the WCDMA licensing market contrary to Article 82 of the EC Treaty may depend on whether the licensing terms imposed by Qualcomm are in breach of its FRAND commitment.”

Lees het persbericht hier.

IEF 4786

Strafzaak over misbruik van logo's

Rechtbank Utrecht, 20 september 2007, LJN: BB4388.

Strafrecht. Gezien het onderwerp aardig te vermelden, maar inhoudelijk niet relevant. “Veroordeling voor oplichting van personen door middel van valse hoedanigheden (bewindvoerder/curator), misbruik van logo's van Justitie en de Rechtspraak en misbruik van de meestertitel (mr.).

Voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaar met algemene voorwaarde, een werkstraf van 180 uur en toewijzing van de vordering van de benadeelde partijen A t/m G.”

Lees hier meer

IEF 4773

Nooit openbaar gemaakt (4)

vp.gifReactie van het kantoor van Eddy & Danny Van Passel op eerdere commentaren van Margriet Koedooder en Joris Deene op het arrest van het Hof van Beroep Brussel, 4 september 2007, nr. 2003/AR/163, Van Passel tegen Zombar Record Holding Holland B.V. & R. Kelly. (Lees het arrest hier, eerdere berichten en commentaren vanaf hier).

“Geachte Redactie,  Dit is een reactie van het kantoor van Eddy & Danny Van Passel op verschenen publicaties op Uw site. Zij verzoeken hun aanmerkingen te publiceren.

Wij hebben er geen probleem mee dat onze werken worden geanalyseerd. De verschenen publicaties van bewuste advocaten zijn echter technisch volstrekt onjuist. Logisch gevolg is dat de juridische bespreking eveneens niet correct is.

Het arrest van Het Hof Van Beroep te Brussel bevestigt dat het volledige thema gebruikt in "YOU ARE NOT ALONE" terug te vinden is onze de 2 jaar oudere c. 1993 compositie "IF WE CAN START ALL OVER". (p. 13). Ook bevestigt voornoemd arrest van 4 September 2007 (p. 14) dat de gelijkluidende passages 80% van de partituur van "YOU ARE NOT ALONE" beslaan. Eveneens wordt in het vonnis bevestigt (p. 16) dat de maker van het inbreukmakende werk zijn werk componeerde in Juni 1995. De opname met de vertolker vond echter plaats in Januari en Februari 1995, zij het ruim 4 maanden voordien.

Wij wensen alle auteurs veel succes toe. Dat ze bij geschillen volhouden en dat ze zich laten omringen door advocaten die de materie machtig zijn. Naast het juridische ook de technische kant ter zake. Een goede raadsman moet bestaande arresten "nauwgezet" kunnen analyseren.

Wij beschouwen alle publicaties die ons werk verminken als lasterlijk. Wij houden onverkort aan de auteurswet, de Conventie van Bern en andere Internationale verdragen inzake de bescherming van Intellectuele eigendom. Wij zullen 'onverwijld' de stappen zetten die zich opdringen tegen auteurs van geschriften die de inhoud van ons werk vervalsen.

Tot slot: "Music expresses what cannot be said and what makes it impossible to be silent about." (French poet Victor Hugo) M.A.W. naar muziek moet je luisteren, het maakt een hele hoop publicaties & analyses "volstrekt overbodig"."

IEF 4772

Ex Parte

na.gifVzr. Rechtbank Haarlem, Beschikking van 31 augustus 2007, LJN: BB3561, Naomi Art tegen Worldwide Art B.V.

Auteursrecht. De Rechtbank Haarlem wijst een verzoek tot een Ex Parte bevel ex artikel 1019e Rv af omdat slechts sprake is van de vrees van verzoekster voor mogelijk tot inbreuk leidend handelen. Van daadwerkelijke (vermeende) inbreuk is op dat moment echter geen sprake. Publicatie op rechtspraak.nl inclusief het verzoekschrift.

Verzoekster heeft door haar vervaardigde schilderijen bij de groothandel van verweerster gebracht om deze te laten voorzien van lijsten. Bij een volgende bezoek biedt verweerster kant en klare canvasprints van de schilderijen aan voor € 50 per stuk.  Op de vraag van verzoekster of verweerster voor het maken van zulke prints geen digitale voorbeelden nodig had, antwoordde Verweerster dat zij zelf foto’s van de werken heeft gemaakt en vervolgens grote hoeveelheden prints ervan op canvas heeft laten maken door een Chinese leverancier, die de bestelde prints een dezer dagen zou afleveren. Verzoekster heeft daarop kenbaar gemaakt bezwaar te hebben tegen deze gang van zaken, waarop verweerster heeft laten weten niet van plan te zijn de bestelling en de verhandeling van de bestelde prints af te blazen.

De rechtbank wijst het verzoek tot het opleggen van een bevel tot het staken van enige (dreigende) inbreuk op de auteursrechten van Verzoekster op grond van artikel 1019e Rv. echter af.

 “1.2. Vooropgesteld dient te worden dat een verzoek als het onderhavige niet van eenvoudige aard is. Bij een verzoekschrift ex artikel 1019e Rv, waarbij wordt afgeweken van het uitgangspunt dat de rechter alvorens op een verzoek (van niet eenvoudige aard) te beslissen, beide partijen in de gelegenheid stelt te worden gehoord, zal de voorzieningenrechter dan ook allereerst moeten beoordelen of onherstelbare schade dreigt, die zo ernstig is dat een kort geding op tegenspraak niet kan worden afgewacht. Daarbij geldt dat naarmate de inbreuk meer in het oog springend is, eerder een dergelijk verzoek kan worden gehonoreerd.

1.3.  In onderhavig geval is daarvan geen sprake. Daartoe is redengevend dat uit het verzoekschrift en de daarbij gevoegde bijlagen volgt dat slechts sprake is van de vrees van verzoekster voor het handelen van gerekwestreerde dat mogelijk tot inbreuk zou kunnen leiden, maar dat thans geen sprake is van een daadwerkelijke (vermeende) inbreuk. Voorts is onvoldoende aannemelijk dat sprake is van een reële dreiging van een mogelijke inbreuk. Daar komt bij dat niet is gebleken dat verzoekster gerekwestreerde heeft gesommeerd zich te onthouden van inbreuk voordat zij tot onderhavig verzoek tot het geven van een onmiddellijke voorziening als hier aan de orde is overgegaan, hetgeen wel in de reden had gelegen.

1.4.  De gevraagde voorzieningen zullen worden geweigerd.”

Lees de beschikking hier.  

IEF 4771

Bedrijfsmatig in de openbaarheid

frm.gifRechtbank ‘s-Hertogenbosch, 17 september 2007, rolnr. 07-516, Forum Hypotheken & Beleggingen B.V. tegen Lorest B.V. en Assurantiewinkels Bastian & Visser B.V.

Kort geding. Handelsnaamzaak. Aan het onderscheidend vermogen van een handelsnaam worden lage eisen gesteld. Het gebruik van een (‘werkende’) domeinnaam kan  worden aangemerkt als het voeren van een handelsnaam. Handelsnaam Forum Hypotheken komt voor bescherming in aanmerking. De vorderingen van eiseres worden gedeeltelijk toegewezen. Alleen de als handelsnaam gebruikte domeinnaam moet worden overgedragen. Van de andere domeinnamen wordt het gebruik verboden.

Forum en Lorest c.s. drijven blijkens het handelsregister ondernemingen op het gebied van financiële dienstverlening. Forum is sinds augustus 2006 onder de handelsnaam “Forum Hypotheken” ingeschreven in het handelsregister. In augustus 2006 heeft Forum de domeinnaam “forumhypotheken.nl” laten registeren.

Op 5 september 2006 heeft Lorest de domeinnamen “forumhypotheek.info” en “forumhypotheken.info” laten registreren. Op diezelfde datum heeft B&V de domeinnaam “forumhypotheek.nl” laten registreren. In februari 2007 heeft Lorest de KvK verzocht de handelsnamen “Forumhypotheek” en “Forumhypotheek.nl” aan haar inschrijving toe te voegen.

In deze zaak staat de vraag centraal of het gebruik van de handelsnamen en domeinnamen “Forumhypotheek” en “Forumhypotheek.nl” respectievelijk “Forumhypotheken.info” en “Forumhypotheek.nl” door Lorest c.s. strijdig is met artikel 5 Hnw.

De rechtbank stelt voorop dat naar vaste jurisprudentie het gebruik van een domeinnaam als het voeren van een handelsnaam in de zin van de Handelsnaamwet kan worden aangemerkt. Aangenomen moet worden dat een onderneming die zich bedient van een domeinnaam deze doorgaans gebruikt om zich aldus tot het publiek te richten. De rechtbank overweegt voorts dat Lorest c.s. de domeinnaam forumhypotheek.nl mede als handelsnaam voeren. Ten aanzien van de andere domeinnamen van Lorest c.s. is gesteld noch gebleken dat hieraan een website is gekoppeld. Daardoor valt volgens de rechtbank niet in te zien dat Lorest c.s. met deze domeinnamen bedrijfsmatig in de openbaarheid treden. Dee rechtbank oordeelt dan ook dat deze twee domeinnamen niet als handelsnaam worden gebruikt en derhalve niet onder het in artikel 5 Hnw opgenomen verbod valt.

De rechtbank neemt vervolgens als uitgangspunt dat voor rechtsverkrijgend gebruik van een handelsnaam de handelsregister-inschrijving c.q. de registratie van de als handelsnaam gebruikte domeinnaam niet bepalend is. De Hnw biedt ook al bescherming in het stadium waarin de onderneming onder vermelding van de handelsnaam voorbereidingen treft om tot regelmatige bedrijfsmatige activiteiten te komen (Hoge Raad 19 april 1984, NJ 1985/790). Forum heeft in dit verband mede gewezen op een gespreksverslag waaruit naar voren komt dat zij reeds op 30 september 2005 doende was om ten behoeve van de vestiging van de (nog te gaan voeren) onderneming Forum kantoorruimte te regelen en daarbij ter ondersteuning van de onderneming met de handelsnaam “Forum Hypotheken” naar buiten trad. Gelet daarop valt – volgens de rechtbank – de bespreking aan te merken als een situatie waarin een onderneming onder vermelding van de handelsnaam voorbereidingen treft om tot regelmatige bedrijfsmatige activiteiten te komen. Sinds die tijd is er volgens de rechtbank op rechtsverkrijgende wijze gebruik maakt van de handelsnaam “Forum Hypotheken”. Lorest c.s. is pas na die datum hun met de handelsnaam “Forum Hypotheken” overeenstemmende handelsnaam gaan voeren..

Vervolgens wordt de vraag opgeworpen of de handelsnaam “Forum Hypotheken” wel voldoende onderscheidend is om te kunnen worden gekwalificeerd als handelsnaam in de zin van de Hnw. De rechtbank overweegt dienaangaande als volgt:

“4.4.2.  Kenmerkend voor het handelsnaamrecht is dat aan het onderscheidend vermogen lage eisen worden gesteld en in beginsel iedere aanduiding, ook indien beschrijvend, mits als handelsnaam gevoerd, voor bescherming in aanmerking komt.

4.4.3. Van de woorden “forum” en “hypotheken” is louter het laatste woord
beschrijvend voor de door Forum aangeboden diensten. Het woord “forum” is het Latijnse woord voor markt en verwijst in casu naar de vestigingsplaats van Forum, te weten aan de markt in Valkenswaard. Gelet daarop, alsmede op de volgorde waarin deze woorden zijn geplaatst, bezit de naam “Forum Hypotheken” naar het oordeel van de Voorzieningenrechter voldoende onderscheidend vermogen om te kunnen worden aangemerkt als handelsnaam in de zin van de Hnw. (…)”

De rechtbank oordeelt voorts dat Forum voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er met gebruikmaking van die namen verwarring bij het publiek valt te duchten gelet op het feit dat zowel haar onderneming als de ondernemingen van Lorest c.s. zich (al dan niet onder meer) op financiële dienstverlening toeleggen, in Valkenswaard c.q. dezelfde regio gevestigd zijn en (mede) in dezelfde regio actief zijn.

“Gelet op het vorenoverwogene is het niet onaannemelijk dat een bodemrechter, later oordelend, zal beslissen dat Lorest c.s. door het gebruik van de handelsnamen “Forumhypotheek” en “Forumhypotheek.nl” en van de als handelsnaam gebruikte domeinnaam “Forumhypotheek.nl, het verbod van artikel 5 Hnw hebben geschonden.”

Lees het vonnis hier.

IEF 4770

Een denkmethode

hbdi.gifRechtbank Arnhem, 8 augustus 2007, rolnr. 03-1999, Rijnconsult B.V. tegen X en rolnr. 04-820, Institut Herrmann France Europe S.A. tegen X

Gevoegde zaken. Bodemprocedure na mediation. Het bestaan van een licentieovereenkomst wordt niet aangenomen op grond van de omstandigheden van het geval. De vorderingen van eiseressen worden toegewezen.

Y heeft een denkmethode ontwikkeld onder de naam Herrmann Brain Dominance Instrument (HBDI). Met behulp van deze methode kunnen perceptievoorkeuren en denkstijlen van mensen in kaart worden gebracht. Het logo en de voor HBDI gebruikte diagrammen zijn als beeldmerk ingeschreven bij het WIPO, onder meer voor de Benelux.

Rijnconsult exploiteert een managementadviesbureau. Herrmann France heeft aan Rijnconsult een (al dan niet exclusieve) licentie voor de Nederlandse markt verstrekt wat betreft de merkenrechten. X is bedrijfsadviseur. Uit een op naam van X gesteld certificaat blijkt dat hij “is certified in the Herrmann Brain Dominance Instrument and has demonstrated the required knowledge and skills to score, interpret and apply the instrument”.

Herrmann France en Rijnconsult zijn van mening dat X niet bevoegd is HBDI (logo’s en diagrammen, etc.) te gebruiken. De Rechtbank Arnhem deelt die mening.

Partijen hebben besloten te proberen hun geschil op te lossen door middel van mediation. Het resultaat van hun onderhandelingen is neergelegd in een vaststellingsovereenkomst. Echter, over een viertal onderwerpen hebben partijen nog geen overeenstemming.

De rechtbank is van mening dat de vaststellingsovereenkomst als een geheel moet worden beschouwd. De nog te regelen onderwerpen zijn in dat geheel zo essentieel dat geoordeeld moet worden dat de vaststellingsovereenkomst zonder invulling van de nog te regelen onderwerpen geen betekenis heeft. X heeft er volgens de rechtbank dan ook niet gerechtvaardigd op mogen vertrouwen dat de tussen de partijen bestaande geschillen met het sluiten van die overeenkomst waren beëindigd in het geval zij de opengelaten punten niet nader met elkaar zouden regelen.

X heeft allereerst opgeworpen dat Rijnconsult en Herrmann France niet-ontvankelijk zijn in hun vorderingen. Dat verweer gaat niet op. Uit de overgelegde producties blijkt dat Rijnmond en Herrmann France met instemming van de auteursrechthebbende de auteursrechten geldend maken tegenover X en Herrmann France kan als merkrechthebbende optreden. Ten aanzien van Rijnconsult geldt verder dat Herrmann France expliciet aan Rijnconsult heeft verzocht namens haar in rechte te treden jegens X. Herrmann France en Rijnconsult kunnen dus in hun vorderingen worden ontvangen.

X heeft betwist de door Rijnconsult en Herrmann France aan hem verweten gedragingen op zichzelf niet. Zijn verweer is dat hij over een rechtsgeldige licentie beschikt en dus gerechtigd is HBDI te openbaren en te verveelvoudigen in de zin van de Auteurswet en te gebruiken en daarmee ook toestemming heeft de merken te gebruiken.

Dat X beschikt over een certificaat met betrekking tot HDBI staat wel vast. Dat betekent echter niet dat X ook gerechtigd is HBDI daadwerkelijk commercieel te gebruiken en te exploiteren. Daarvoor is een licentieovereenkomst met Herrmann France (voor de Europese markt) of met de auteursrechthebbende (voor de Amerikaanse markt) vereist. Dat met X een dergelijke overeenkomst tot stand is gekomen kan niet worden aangenomen.

De conclusie is dat X door voor commerciële doeleinden HDBI te gebruiken met de daarbij behorende naam, het logo, de diagrammen en de ondersteunende teksten, inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Herrmann France. De vorderingen van X in reconventie jegens Rijnconsult en Hermann France moeten worden afgewezen.

Lees het vonnis hier.