IEF 22158
26 juli 2024
Artikel

Om tafel met Simone Poot en Landine Varela

 
IEF 22157
26 juli 2024
Uitspraak

Europese Commissie kan toegang tot EU-wetgeving niet blokkeren

 
IEF 22154
26 juli 2024
Uitspraak

Nike's 'FOOTWARE' merk: nietig verklaard wegens beschrijvendheid

 
IEF 22158

Om tafel met Simone Poot en Landine Varela

ARQUE advocaten, een nichekantoor in Rotterdam
Simone Poot en Landine Varela ontmoetten elkaar op de Erasmus Universiteit tijdens de buluitreiking in 2012. Ze houden contact en doen allebei ervaring op bij andere kantoren. In 2023 lunchen ze samen en maken ze plannen voor ARQUE, een maatschappelijk betrokken IE-nichekantoor. Claudia Zuidema van IE-Forum ging  met Simone en Landine om tafel.

IEF 22157

Europese Commissie kan toegang tot EU-wetgeving niet blokkeren

5 mrt 2024, IEF 22157; ECLI:EU:C:2024:201 (Public.Resource.Org Inc en Right to Know CLG tegen de Europese Commissie), https://ie-forum.nl/artikelen/europese-commissie-kan-toegang-tot-eu-wetgeving-niet-blokkeren

HvJ EU 5 maart 2024, IEF 22157, IT 4587, IEB 3762; ECLI:EU:C:2024:201 (Public.Resource.Org Inc en Right to Know CLG tegen de Europese Commissie). Eisers in deze procedure zijn Public.Resource.Org Inc en Right to Know CLG, twee non-profitorganisaties wiens focus het is om de wet vrij toegankelijk te maken voor alle burgers. Op 25 september 2018 hebben zij in dit kader een verzoek gedaan aan de Europese Commissie (hierna: de Commissie) om toegang tot bepaalde documenten te verkrijgen, in het bijzonder vier geharmoniseerde normen zoals die zijn opgesteld door het Europese Comité voor Standaardisatie (hierna: CEN). De Commissie heeft dit verzoek afgewezen. Op 30 november 2018 hebben eisers gevraagd om een herbeoordeling, maar de Commissie kwam tot hetzelfde besluit. Op 28 maart 2019 zijn eisers daartegen in beroep gegaan bij het Gerecht van de EU. Zij voerden enerzijds aan dat de Commissie onterecht heeft aangenomen dat de documenten vatbaar zijn voor auteursrechtelijke bescherming, alsmede dat niet aannemelijk is gemaakt dat publicatie van de documenten de commerciële belangen van CEN zou schaden; anderzijds stelden zij dat de Commissie heeft miskend dat er een zwaarwegend publiek belang is bij de toegang tot de documenten. Het Gerecht heeft beide argumenten ontkracht en het beroep ongegrond verklaard. Daarop hebben eisers besloten in hoger beroep te gaan bij het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: Hof), om daar alsnog hun gelijk te krijgen.

IEF 22154

Nike's 'FOOTWARE' merk: nietig verklaard wegens beschrijvendheid

Gerecht EU (voorheen GvEA) 12 jun 2024, IEF 22154; ECLI:EU:T:2024:373 (Nike tegen het EUIPO en Puma), https://ie-forum.nl/artikelen/nike-s-footware-merk-nietig-verklaard-wegens-beschrijvendheid

GEU 12 juni 2024, IEF 22154, IEB 3760; ECLI:EU:T:2024:373 (Nike tegen het EUIPO en Puma). Deze zaak betreft een geschil tussen Nike Innovate CV (hierna: Nike) enerzijds en Puma SE (hierna: Puma) en het EUIPO anderzijds. In eerste aanleg is de door Puma ingediende nietigheidsverklaring voor het woordmerk FOOTWARE van Nike afgewezen, waarop Puma in hoger beroep door het EUIPO alsnog in het gelijk is gesteld. Daartegen gaat Nike nu in beroep bij het Gerecht van de EU. Nike beoogt het merk te registreren voor computer hardware en telecommunicatiediensten. Het verzoekt de rechter om de bestreden uitspraak te vernietigen en de merkregistratie opnieuw toe te laten. Daartoe stelt het dat het EUIPO gedurende het hoger beroep onterecht is uitgegaan van nieuw bewijsmateriaal, alsmede dat het betwiste merk onvoldoende beschrijvend van aard is voor al het relevante publiek. Ook zou het EUIPO buiten zijn bevoegdheid zijn getreden door de indruk te wekken dat hij het gebruikelijke karakter van het betwiste merk mee kan wegen in zijn beoordeling, terwijl Puma daartoe geen aanleiding heeft gegeven in haar beroep.

IEF 22156

Verzoek om schorsing zaak in eerste aanleg na afwijzing van preliminair niet-ontvankelijkheidsverweer

Unified Patent Court (UPC) 21 jun 2024, IEF 22156; (Mala technologies tegen Nokia technology), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-schorsing-zaak-in-eerste-aanleg-na-afwijzing-van-preliminair-niet-ontvankelijkheidsverweer

UPC CoA 21 juni 2024, IEF 22156, IEFbe 3761; UPC_CoA_227/2024 (Mala technologies tegen Nokia technology). Verweerder in deze zaak, Nokia, heeft een vordering tot herroeping van het octrooi van appellant, Mala, ingesteld bij het Gerecht in Eerste Aanleg van het UPC. Tegen deze vordering heeft Mala een voorlopig bezwaar ingediend. Het Gerecht in Eerste Aanleg wees dit af, dus er was volgens het Gerecht in Eerste Aanleg geen sprake van niet-ontvankelijkheid. Tegen deze beschikking gaat Mala in hoger beroep. Zij verzoekt ook dat de intrekkingsprocedure voor het Gerecht in Eerste Aanleg wordt geschorst totdat het Hof van Beroep heeft beslist op haar voorlopige bezwaar.

IEF 22155

Uitspraak ingezonden door Dominique Geerts, &Co Advocaten.

Boska kaasschaven niet auteursrechtelijk beschermd

Rechtbank Midden-Nederland 19 jul 2024, IEF 22155; ECLI:NL:RBMNE:2024:4318 (Boska tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/boska-kaasschaven-niet-auteursrechtelijk-beschermd

Vzr. Rb. Midden-Nederland 19 juli 2024, IEF 22155; ECLI:NL:RBMNE:2024:4318 (Boska tegen gedaagde) Boska, aanbieder van kaasschaven, kaasraspen en smeermessen, had sinds 2009 een samenwerking met Plus. Na het eindigen van de samenwerking in 2023 brengt PLUS de kaasschaven van gedaagde op de markt onder het private label ‘Klaverland’. Boska vordert gedaagde te verbieden inbreuk te maken op haar auteursrechten, dan wel anderszins onrechtmatig handelen jegens Boska.

IEF 22153

Uitspraak ingezonden door Dirk Visser en Bram Bogaerts, Visser Schaap & Kreijger.

Vorderingen EUR tegen platform Studeersnel afgewezen

Rechtbank Amsterdam 24 jul 2024, IEF 22153; (Erasmus tegen Studeersnel c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/vorderingen-eur-tegen-platform-studeersnel-afgewezen

Rb. Amsterdam 24 juli 2024, IEF 22153 (Erasmus tegen Studeersnel c.s.). De rechtbank heeft de vorderingen van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) tegen het platform Studeersnel dat zij inbreuk maakt op het auteursrecht van de EUR en meer moet doen om inbreuken op haar platform tegen te gaan afgewezen. De conclusie van de rechtbank is “dat Studeersnel geen weloverwogen interventie verricht op haar platform, geen concrete kennis heeft van informatie op haar platform, geen bedrijfsmodel heeft dat gericht is op het maken van inbreuken en voldoende passende technische maatregelen neemt” (ov. 5.28). Daarom hoeft Studeersnel niet meer te doen dan ze nu doet om de inbreuken op het auteursrecht van de EUR tegen te gaan. De EUR heeft volgens de rechtbank niet bewezen dat de door haar gevorderde filter- ander andere maatregelen effectief en proportioneel zijn. De rechtbank bevestigt wel dat de onderwijsmaterialen van de EUR auteursrechtelijk beschermd zijn en dat de EUR daarop de auteursrechthebbende is. Ook wordt het eveneens bij de procedure betrokken bedrijf Tentamentrainingen veroordeeld wegens auteursrechtinbreuk voor het overnemen van tentamens van de EUR in tentamenbundels die te koop werden aangeboden. De EUR bestudeert het vonnis en overweegt hoger beroep.

IEF 22152

Verzoek om schorsende werking afgewezen

Unified Patent Court (UPC) 19 jun 2024, IEF 22152; (ICPillar tegen ARM), https://ie-forum.nl/artikelen/verzoek-om-schorsende-werking-afgewezen

UPC CoA 19 juni 2024, IEF 22152, IEFbe 3759; UPC_CoA_301/2024 (ICPillar tegen ARM). In deze zaak verzoekt appellant, ICPillar, bij het Hof van Beroep van het UPC om schorsende werking toe te kennen aan een beschikking uit Rule 220.2 RoP. Volgens Rule 223.5 RoP is er echter geen schorsende werking voor beschikkingen op grond van Rule 220.2 RoP. Op basis van artikel 74 UPCA kan het Hof van Beroep van het UPC op een gemotiveerd verzoek beslissen dat aan een beschikking schorsende werking toekomt. De UPCA prevaleert boven de RoP, dus het Hof van Beroep wijst erop dat het toekennen van schorsende werking op een beschikking van Rule 220.2 RoP mogelijk is. Er dient wel sprake te zijn van uitzonderlijke omstandigheden, gezien het beginsel dat de procedure van het Gerecht in Eerste aanleg zoveel mogelijk ongehinderd moet worden voortgezet.

IEF 22150

Blue Band mag niet langer plantaardige roomboter verkopen onder de naam ‘Roombeter’

Rechtbank Midden-Nederland 23 jul 2024, IEF 22150; ECLI:NL:RBMNE:2024:4462 (de Stichting en NZO tegen Upfield), https://ie-forum.nl/artikelen/blue-band-mag-niet-langer-plantaardige-roomboter-verkopen-onder-de-naam-roombeter

Vzr. Rb. Midden-Nederland 23 juli 2024, IEF 22150, RB 3842; ECLI:NL:RBMNE:2024:4462 (de Stichting en NZO tegen Upfield). Upfield Nederland B.V. (hierna: Upfield) heeft begin 2023 een plantaardig alternatief voor roomboter op de markt gebracht onder de merknaam BLUE BAND en de productnaam ROOMBETER. De Stichting Nederlands Voorlichtingsbureau voor Melk- en Zuivelproducten (hierna: de Stichting) en de voegende partij de Nederlandse Zuivelorganisatie (hierna: NZO) maken bezwaar tegen deze productnaam. Zij krijgen hierin gelijk. Volgens Europese regelgeving mogen bepaalde benamingen, zoals ‘room’ en ‘boter’ alleen worden gebruikt voor zuivelproducten. Het Hof van Justitie van de Europese Unie is erg strikt in de uitleg van deze regelgeving, zoals onder andere blijkt uit het arrest ‘TofuTown’ [zie IEF 16863]. Ook de Hoge Raad heeft zich over dergelijke kwesties uitgelaten, bijvoorbeeld in de zaak NZO tegen Alpro [zie IEF 18655]. Uit deze strikte uitleg volgt dat met de productnaam ROOMBETER gebruik wordt gemaakt van de aan zuivelproducten voorbehouden benaming ‘room’ voor een niet-zuivelproduct, in strijd is met de Europese regelgeving. Het maakt hierbij niet uit dat het voor consumenten eventueel wel duidelijk is dat het gaat om een plantaardig alternatief voor roomboter. 

IEF 22151

Kate Barton wordt Global CEO van Dentons

Dentons, 's werelds grootste global advocatenkantoor, heeft bekendgemaakt dat de Global Board of Directors en het Global Advisory Committee Kate Barton hebben verkozen tot de volgende Global CEO van het kantoor. Barton komt van EY, waar ze een zeer vooraanstaande carrière heeft gehad in verschillende leidinggevende rollen, meest recentelijk als Global Vice Chair. Zij zal Dentons oprichter Elliott Portnoy opvolgen, die de functie van Global CEO al sinds 2013 vervult.

Barton leidde meerdere business units bij EY. Naast haar functie als Global Vice Chair was ze CEO van Tax, Law, and People Advisory Services. “Kate heeft uitgebreide ervaring in het leiden van een complexe en mondiale professionele serviceorganisatie en beschikt over uitstekende vaardigheden in het beheren van mensen, processen en systemen”, aldus Portnoy. “Ze is de ideale persoon om ons bedrijf te leiden en heeft mijn onvoorwaardelijke steun.”

IEF 22149

Geen auteursrecht op liedje ‘Zin In Jou'

Rechtbank Midden-Nederland 18 jul 2024, IEF 22149; ECLI:NL:RBMNE:2024:4268 (Eiser tegen gedaagden c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-auteursrecht-op-liedje-zin-in-jou

Vzr. Rb. Midden-Nederland 18 juli 2024, IEF 22149; ECLI:NL:RBMNE:2024:4268 (Eiser tegen gedaagden c.s.). Eiser stelt dat hij auteur en producent is van het door [A] gezongen nummer [nummer 1]. Hij meent dat gedaagden c.s. inbreuk maakt op zijn auteurs- en persoonlijkheidsrechten door openbaarmaking en verveelvoudiging. Gedaagden c.s. betwist dit. In dit kort geding vordert eiser een voorlopige voorziening. Deze wordt echter niet toegewezen, nu de voorzieningenrechter van oordeel is dat het auteursrecht van eiser niet voldoende aannemelijk is gemaakt. De vorderingen van eiser zijn uitsluitend gebaseerd op een alleen aan eiser toekomend auteurschap van het lied [nummer 1]. Gedaagden c.s. stelt dat er sprake is van co-auteurschap, wat onder andere te zien is op de manier waarop eiser het lied bij Spotify heeft aangemeld. Ter zitting heeft eiser dit bevestigd. Van dit ter zitting gestelde co-auteurschap kan eveneens niet uitgegaan worden, nu een productie van gedaagden c.s. een verklaring bevat van [C] over de totstandkoming van het nummer. Hij verklaart op zijn beurt dat [B] de auteur is van het nummer. Hieruit wordt dus niet evident duidelijk waar de auteursrechten liggen. Om ervan uit te gaan dat eiser co-auteur is van het nummer, is bewijsvoering nodig en daar leent dit kort geding zich niet voor. Een voorlopig oordeel over de vraag of er sprake is van een auteursrechtinbreuk, zoals door eiser is gesteld, kan op grond van het voorgaande onbeantwoord blijven.