Ingezonden door: Corstiaan Kan, Bremer & de Zwaan.
Noot Corstiaan Kan onder Jiskefet
Annotatie van Corstiaan Kan bij Rechtbank Noord-Holland, 1 november 2021, ECLI:NL:RBNHO:2021:96431 [IEF 20292].
Begin november 2021 zou hij overal verkrijgbaar zijn; de vooralsnog enige, maar (volgens Herman Koch en Michiel Romeyn) ‘niet echte’ Jiskefet-encyclopedie. De Jiskefet-encyclopedie is een naslagwerk van journalist Rutger Vahl en auteur Richard Groothuizen. De auteurs bekeken voor het boek nog nauwelijks afspeelbare videobanden, vonden bij fans verloren gewaande afleveringen en doken in het omroeparchief om elke Jiskefet-minuut te kunnen boekstaven.
Lees verder >>
Ex-werkneemster moet voormalig werkgever inzage verschaffen
Ktr. Rechtbank Limburg 24 november 2021, IEF 20413, IT 3753; ECLI:NL:RBLIM:2021:8896 (Vita Natura tegen Ex-werkneemster) Kort geding. Ex-werkneemster is in dienst van Vita Natura geweest. Zij heeft zakelijke e-mailberichten doorgestuurd naar haar privé e-mailaccount en zonder toestemming diverse door Vita Natura verhandelde potten van het natuurgeneesmiddel Glucolin van werk meegenomen. Bij beschikking van 27 mei 2021 heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank aan Vita Natura verlof verleend tot het leggen van conservatoir bewijs beslag ten aanzien van documenten, accounts en banktransacties van de oud-medewerkster. Bij e-mail heeft gerechtsdeurwaarder aan de ex-werkneemster gevraagd om wachtwoorden te verstrekken van de in beslag genomen accounts. De ex-werkneemster heeft op deze e-mail niet gereageerd. Vita Natura vordert o.a. dat de ex-werkneemster wordt bevolen om te gehengen en gedogen dat Vita Natura inzage neemt in en kopie en/of uittreksel ontvangt van de ten processe bedoelde in beslag genomen documenten, deel uitmakende van de administratie van de ex-medewerkster.
Uitspraak ingezonden door Rogier de Vrey, Marcoline van der Dussen en Yasar Celebi, CMS.
Misleidende reclame inktcartridges
Rechtbank Amsterdam 15 december 2021, IEF 20412, RB 3582; C/13/687259 / HA ZA 20-7049 (Digital Revolution tegen HP) HP is onderdeel van een wereldwijd technologiebedrijf dat onder meer inktcartridges fabriceert. HP brengt deze inktcartridges onder eigen naam op de markt. Digital Revolution exploiteert een webwinkel 123inkt.nl. Via deze webwinkel verkoopt zij HP-cartridges en huismerkcartridges. Beide partijen hebben teksten op hun website geplaatst die volgens de andere partij onder meer misleidend zijn. De rechter concludeert in conventie dat HP zich niet schuldig heeft gemaakt aan misleidende (vergelijkende) reclame en oneerlijke handelspraktijk. In reconventie wordt geoordeeld dat de mededelingen die Digital Revolution openbaar heeft gemaakt op onderdelen ongeoorloofd vergelijkend zijn en daarmee onrechtmatig tegenover HP. Aannemelijk is dat HP als gevolg van dit onrechtmatig handelen van Digital Revolution schade heeft geleden. Digital Revolution wordt veroordeeld die schade aan HP te vergoeden. Zie ook [IEF 20404] betreffende misleidende reclame van tonercartridges.
McBurnie maakt merkinbreuk op Ferrari
Rechtbank Amsterdam 3 november 2021, IEF 20411; ECLI:NL:RBAMS:2021:6933 (Ferrari tegen Veni Vidi Vici) Partijen zijn verwikkeld in een geschil over een McBurnie. Deze auto is volgens Ferrari een namaakversie van haar iconische Daytona Spyder. Met het aanbieden van de McBurnie zou Veni Vidi Vici onder andere inbreuk maken op het merkenrecht van Ferrari doordat de McBurnie op een aantal afbeeldingen Ferrari merken vertoont, namelijk Ferrari letters en het Ferrari paardje. Deze Ferrari merken zijn geregistreerd met Uniemerkregistratie nr. 000454546, nr. 00539585 en nr. 000161950. Op grond van artikel 9 lid 2 onder a UMVo kan Ferrari het gebruik van een teken in het economische verkeer voor waren en diensten verbieden wanneer het teken gelijk is aan het Uniemerk en wordt gebruikt voor waren of diensten die gelijk zijn aan die waarvoor het Uniemerk is ingeschreven. De rechtbank oordeelt dat aangezien potentiële koper met de Ferrari tekens worden geconfronteerd bij het bezichtigen van de McBurnie er aan het vereiste van art 9 lid 2 onder a UMVo is voldaan. De rechtbank oordeelt dat er is sprake van een merkinbreuk.
Uitspraak ingezonden door Fulco Blokhuis, Boekx.
HR: GEU tegen Snappet
HR 17 december 2021, IEF 20410; ECLI:NL:HR:2021:1906 (GEU tegen Snappet) Deze auteursrechtzaak gaat over de vraag of het lesmateriaal van Snappet inbreuk maakt op de Leerroutes van educatieve uitgeverijen en vertoont trekken van een reprise van het standaardarrest Heertje/Hollebrand over Economie-schoolboeken. De rechtbank [IEF 16363] en het hof [IEF 18605] oordelen dat van inbreuk geen sprake is. De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest.
Uitspraak ingezonden door Muriel van den Hazenkamp, Bernhaege Advocaten, en Vivien Rorsch, La Rorsch.
HR: ITT tegen Karl Dungs
HR 17 december 2021, IEF 20409; ECLI:NL:HR:2021:1908 (ITT tegen Karl Dungs) Deze zaak is een vervolg op HR 30 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2221 [IEF 18133]. Zie ook [IEF 20048]. Na terugwijzing heeft het hof geoordeeld dat de domeinnaamhouder met de domeinnaam ‘dungs.nl’ inbreuk maakt op het Uniemerkrecht van de merkhouder, hetgeen het gebruik van deze domeinnaam jegens hem onrechtmatig maakt, en dat (dit betekent dat) de merkhouder niet onrechtmatig handelt door de domeinnaam ‘dungs.nl’ aan zich te laten overdragen. In het daartegen gerichte cassatiemiddel wordt aangevoerd dat inbreuk makende uitingen op een website niet zonder meer de overdracht van een domeinnaam rechtvaardigen. Daarnaast wordt geklaagd over de proceskostenveroordeling, voor zover deze is geschied op de voet van art. 1019h Rv. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep op grond van artikel 81 Ro.
Inbreuk auteursrechten op het Vlisco-dessin
Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 25 november 2021, IEF 20408; ECLI:NL:RBMNE:2021:5824 (Vlisco tegen Max Mara) Kort geding. Inbreuk in EU op auteursrecht op het dessin van een stof. Het werkbegrip en de beschermingsomvang zijn geharmoniseerd, zodat de vraag of het dessin auteursrechtelijk beschermd is en of Max Mara daarop inbreuk maakt, wordt beoordeeld naar Nederlands recht. Het antwoord op die vragen luidt: ja. Wie auteursrechthebbende is, moet worden beoordeeld naar de lex loci protectionis (het recht van het land waar de bescherming wordt ingeroepen). Of textielbedrijf Vlisco auteursrechthebbende is, wordt beoordeeld naar Nederlands, Duits, Frans en Italiaans recht. Voor wat betreft de overige EU-landen heeft Vlisco onvoldoende gesteld om te kunnen beoordelen of het auteursrecht en de daaraan verbonden persoonlijkheidsrechten aan haar toekomt. De voorzieningenrechter oordeelt dat Vlisco naar Nederlands, Duits en Italiaans recht auteursrechthebbende is en daarom worden de vorderingen m.b.t. die landen toegewezen.
Uitspraak ingezonden door Thijs van Aerde en Nicole Bilderbeek, Houthoff, Hans Bousie, bureau Brandeis en Paul Kreijger, Visser Schaap & Kreijger.
HR: Martin Garrix tegen Spinnin en MAS
HR 17 december 2021, IEF 20407; ECLI:NL:HR:2021:1923 (Martin Garrix tegen Spinnin en MAS) In juli 2012 kwam Martin Garrix als veelbelovende DJ, net 16 jaar oud, onder contract bij het platenlabel Spinnin. Het aan Spinnin gelieerde MusicAIIStars werd zijn manager. Garrix werd gaandeweg zijn carrière steeds minder tevreden met de manier waarop zijn belangen werden behartigd. Als gevolg hiervan heeft hij de contracten op vrijwel alle mogelijke manieren laten ontbinden, wat uitmondde in een zaak die doorging tot het hof Arnhem-Leeuwarden [IEF 18905]. Zij heeft o.a. geoordeeld dat Garrix de contracten onterecht heeft vernietigd. A-G Drijber stelt het hof in gelijk en verwerpt zowel het principale als het incidentele cassatieberoep [IEF 19932]. De Hoge Raad oordeelt dat, onder artikel 25f Aw, de rechter ex tunc moet beoordelen of een beding onredelijk bezwarend is. Later opgekomen omstandigheden worden niet beoordeeld onder artikel 25f Aw.
Vacature: (ervaren) paralegal privacy & cybersecurity bij Hogan Lovells
Voor haar Amsterdamse Privacy & Cybersecurity praktijk zoekt Hogan Lovells een (ervaren) Paralegal.
Wij werken voor grote, internationale bedrijven in verschillende sectoren, maar begeleiden ook Nederlandse ondernemingen en start-ups. De lijnen met ons internationale team van 120 personen en onze cliënten zijn kort. We werken zowel in Nederland als internationaal persoonlijk en intensief samen in een goede, informele sfeer aan baanbrekende zaken en complexe strategieën, op het hoogste niveau.
Lees verder >>
Uitspraak ingezonden door Robbert Sjoerdsma en Katrien van de Wijdeven, Holla.
Bezwaren tegen terugbetalingsregeling afgewezen
Vzr. Rechtbank Den Haag 14 december 2021, IEF 20405, RB 3581, LS&R 2008;C/09/619649 / KG ZA 21 /1010 (Boehringer tegen AstraZeneca) Kort geding. Zowel Boehringer als AstraZeneca brengt geneesmiddelen op de markt voor de behandeling van patiënten met diabetis mellitus type 2 (hierna: DM2). In deze zaak gaat het over de zogenoemde SGLT-2 remmers voor de behandeling van DM2. De bezwaren van Boehringer tegen de TBR (terugbetalingsregeling) van AstraZeneca zijn te onderscheiden in (i) bezwaren tegen de TBR als zodanig en (ii) bezwaren tegen de communicatie over de TBR. Aan bod komen, onder meer: de toelaatbaarheid van TBR-en in het kader van receptgeneesmiddelen in het algemeen; de toelaatbaarheid van TBR-en in het licht van de regels omtrent gunstbetoon; de relativiteit van de normen uit hoofdstuk 9 van de Geneesmiddelenwet inzake geneesmiddelenreclame; en de reikwijdte van de ‘algemene’ reclameregels vervat in de artikelen 6:193 en 6:194 BW. De vorderingen van Boehringer worden afgewezen.