Onbeperkt i-deponeren
Website BBIE: Minister Maria van der Hoeven van Economische Zaken heeft op 29 november bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE) de digitale dienst i-DEPOT officieel in gebruik gesteld. Met het i-DEPOT kunnen ideeën vroegtijdig, snel en zorgvuldig worden vastgelegd.
Prof. mr. J.H. Spoor ging tijdens zijn speech verder in op de waarde van het i-DEPOT. “De waarde van het i-DEPOT ligt wat mij betreft niet alleen in de mogelijkheid om iets vast te laten leggen. Dat kan al langer. Je kunt bijvoorbeeld ook naar een notaris gaan. De grote vernieuwing zit voor mij in de combinatie van de mogelijkheid om online te deponeren en het systeem van credits. Een soort strippenkaart waarmee je onbeperkt kunt i-deponeren, voor vijf euro of minder per keer. Op die manier kun je ieder idee, concept, format, ontwerp, foto, iedere melodie, tune of slagzin, deponeren voor je ermee de boer op gaat. Een soort idee-backup. En de prijs maakt het mogelijk om het niet bij goede voornemens te laten maar het eenvoudigweg tot een gewoonte te maken. Dat lijkt mij een goed idee.” De heer Spoor besloot zijn speech met de toevoeging: “Wat mij betreft heeft het digitale i-DEPOT alle eigenschappen van het beroemde klassieke idee: het ei van Columbus!”
Lees hier meer.
Eerst even voor jezelf lezen
1- Hoge Raad, 30 november 2007, LJN: BA9608, Roche Nederland B.V. c.s. tegen Verweerders 1 & 2
Samenvatting Rechtspraak.nl: “Europees octrooi; grensoverschrijdend inbreukverbod bij verweerders in en buiten EEX-gebied; vervolg op HR 19 december 2003, RvdW 2004, 10 en HvJEG 13 juli 2006, zaak nr. C-539/03. Internationale bevoegdheid; toepassing art. 6 sub 1 EEX-Verdrag/EVEX, eis van samenhang; exclusieve bevoegdheid art. 16.4 EEX-Verdrag/EVEX, reikwijdte; gevolgen inroepen nietigheid; gedeeltelijke onbevoegdverklaring, HR doet zelf zaak af.”
Lees het arrest hier.
2- Gerechtshof Amsterdam, 30 oktober 2007, LJN: BIEF134, Gaba B.V. tegen Glaxosmithkline Consumer Healthcare B.V.
Samenvatting rechtspraak.nl: “In het vonnis waarvan beroep zijn de eerste en tweede TV-commercial beoordeeld en beide als misleidend aangemerkt. Over het misleidend karakter van de eerste TV-commercial zijn partijen het eens (tegen het oordeel van de voorzieningenrechter is door GSK althans geen grief gericht), terwijl de grief tegen het oordeel van de voorzieningenrechter omtrent de tweede TV-commercial niet kan slagen. De overige reclameuitingen die GSK met betrekking tot Proglasur heeft gehanteerd, zijn noch in eerste aanleg, noch in het onderhavige hoger beroep misleidend geoordeeld. Gelet hierop is juist dat slechts rectificatie via de televisie van de (twee) uitgezonden reclamespots is bevolen. Gelet op onder meer de mate van misleiding in die reclamespots, de intensiteit van de gevoerde campagnes en de belangen die voor Gaba op het spel stonden, acht het hof rectificaties als door de voorzieningenrechter in het vonnis waarvan beroep (onder 5.3) gegeven, passend. Tegen de klacht van Gaba dat de rectificaties tijdens een voetbalwedstrijd zouden zijn uitgezonden – zodat sprake was van een minder grote kijkdichtheid – heeft GSK gesteld dat dit slechts een van de twee rectificaties betrof en dat de doelgroep vooral vrouwen betrof waarvan een grote groep in elk geval geen voetbal zal hebben gekeken, welke stellingen door Gaba niet althans onvoldoende zijn weersproken. Dit betekent dat grief 7 in het principaal appèl en grief 2 in het incidenteel appèl evenmin slagen.”
Lees het arrest hier.
Door musici en acteurs
O.a. Trouw bericht: "Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie is door musici en acteurs voor de rechter gedaagd omdat ze vergoeding eisen voor gekopieerde fims op een computerschijf en gekopieerde muziek op een MP3-speler. Dat zeiden zangeres Ricky Koole en acteur Peter Blok zaterdag in NOVA."
Lees hier meer.
Hoe dat zo?
Merkrechtjuristen zullen het bij het wachten op de bus al hebben zien aankomen: Internetverzekeraar Ditzo (Fortis) is door Achmea gesommeerd om haar abriposters te verwijderen. Op de posters is het woord Datzo, is een fictieve tegenhanger van Ditzo, weergegeven in de vorm van diverse beeldmerken van andere verzekeraars. Ditzo zou hiermee inbreuk maken op het merkenrecht van o.a. Achmea. “(…) de internetverkeraar zal de posters niet verwijderen, aldus directeur Ronald van Lier. "Het is duidelijk dat wij er niet op uit zijn om het merk van Achmea te kopiëren. Integendeel, we willen juist laten zien dat we anders zijn, met een knipoog."
De bedreiging van uw merkrecht
Wat wordt hier bedoeld? "Goede Pitch. Natuurlijk moet u kort vertellen wat u in huis heeft. (...) En dat moet u eigenlijk direct laten volgen door wat goede vragen aan uw potentiële cliënt. 'Is het juist dat ik uit uw jaarverslag mag concluderen dat er grote problemen zijn met de bedreiging van uw merkrecht'?"
Lees hier meer.
Uit bestaande boeken
Voor de liefhebbers van het citaatrecht of voor wie nog om een tentamenvraag verlegen zit: “Onderlangs is een roman waaraan de Tilburgse kunstenaar/fotograaf Paul Bogaers al bijna veertien jaar werkte. Wat het boek bijzonder maakt is de werkwijze van Paul Bogaers. In een artikel in Univers, weekblad van de Universiteit Tilburg staat daarover:
“Een ander, verwant en uiterst tijdrovend pad dat Bogaers bewandelt, is het literaire. Al één roman, ‘Tropenwee’, heeft hij op zijn naam staan. Aan de tweede, ‘Onderlangs’, werkt hij - met onderbrekingen - inmiddels al veertien jaar. Het gaat om romans waarvan Bogaers zelf geen letter op papier zette, maar helemaal heeft samengesteld met tekstfragmenten uit bestaande boeken. Niet alleen fictie, maar ook oude medische encyclopedieën, biologieboeken of andere werken van natuurwetenschappelijke aard dienen als basismateriaal. Typografisch blijft zichtbaar waar uit een andere bron is geput.”
Lees hier meer.
Eerst even voor jezelf lezen
Rechtbank Rotterdam, 29 november 2007, KG ZA 07-944, Stichting het Juridisch Loket tegen de Stichting Paralegal Expertise & Management (met dank aan Gregor Vos, Klos Morel Vos & Schaap).
“Dat het gebruik van de handelsnaam Het Juridisch Loket door het Juridisch Loket van oudere datum is dan het gebruik door Paralegal van de handelsnaam www.juridischloket.info. (…) dat die verwarring in dit geval te duchten is, is evident. Dat Paralegal “verkeerde bezoekers” altijd doorverwijst naar het Juridisch Loket, wat daar ook van zij, doet daar, anders dan Paralegal lijkt te betogen, niet aan af. Integendeel. Het bevestigt het gevaar van verwarring alleen maar.””
Lees het vonnis hier.
Rechtbank Rotterdam, 23 november 2007, LJN: BIEF123, Swedish Match B.V. tegen de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Bestuursrecht: “Eiseres is fabrikant van sigaren en heeft op de Country Fair Doorn sigaren uitgestald. Naar het oordeel van de rechtbank moet de wijze waarop door eiseres sigaren op de Country Fair waren uitgestald, gekarakteriseerd worden als een handeling in de economische sfeer met het kennelijke doel de verkoop van tabaksproducten te bevorderen. Reclameverbod levert geen geen kwantiatieve invoerbeperking op. De Minister heeft in redelijkheid een boete kunnen opleggen. Er is geen reden voor matiging van de boete van € 45.000.”
Lees de uitspraak hier.
Puntsgewijs
Vzr. Rechtbank Arnhem, 28 november 2007, KG ZA 07-644, Pointer Rijwielen B.V. tegen Point Bike Innovation Benelux B.V.
Uitgebreid gemotiveerd fietsenvonnis. Point maakt inbreuk op merk- en handelsnaamrechten Pointer. Door voorgebruik geen depot te kwader trouw. Geen rechtsverwerking. Vonnis met afbeeldingen in kleur.
Eiser Pointer produceert als zelfstandige rijwielfabriek al meer dan 20 jaar fietsen. Deze fietsen worden onder de naam ‘Pointer’ verkocht en geleverd aan rijwielhandelaren. Sinds 1983 is Pointer eigenaar van het Benelux woordmerk Pointer en sinds begin 2007 van een gelijknamig (woord) beeldmerk. Gedaagde Point Bike in opgericht in 2006, verhandelt fietsonderdelen en accessoires, is gelieerd aan de Duitse onderneming Point Bike Innovation GmbH en maakt gebruik van het (niet voor de Benelux geregistreerde) beeldmerk van dit bedrijf en van domein- en handelsnamen met de elementen Point en Point Bike. Eiser stelt dat gedaagde inbreuk maakt op haar handelsnaam- en merkrecht.
Gedaagde Point Bike stelt dat de beeldmerkregistratie van Pointer berust op een depot te kwader trouw, aangezien Point Bike-Innovation Gmbh in de jaren negentig fietsonderdelen van het merk Point aan afnemers in de Benelux leverde en Pointer daarvan op de hoogte zou zijn geweest. Volgens de voorzieningenrechter is er echter sprake van Winner taco-voorgebruik, nu Pointer heeft aangetoond dat zij het beeldmerk al in 1988 als logo gebruikte.
Met betrekking tot het woordmerk Pointer oordeelt de voorzieningenrechter dat het merk een relatief zwak onderscheidend vermogen heeft, omdat is aangetoond dat vele andere ondernemingen zijn met het teken Point in de naam en ook de naam Fietspunt als handelsnaam veelvuldig wordt gebruikt. De daarop volgende vaststelling van de voorzieningenrechter “Dat dit woord door intensief gebruik (inburgering) alsnog onderscheidend vermogen heeft verworven (artikel 2.28 lid 2 BVIE), is gesteld noch gebleken”, suggereert na de vaststelling van het zwakke onderscheidend echter dat er geen sprake is van onderscheidend vermogen, mede omdat ook in volgende overwegingen wordt gesteld dat het er bij de beantwoording van de vraag of er sprake is van overeenstemming om gaat of het door Point Bike gebruikte teken overeenstemt met het woord(beeld)merk van Pointer en daarnaast of er verwarringsgevaar bestaat tussen het woord(beeld)merk ‘Pointer’ en het teken ‘Point’.
Het door Point Bike gebruikte teken en het woord(beeld)merk van Pointer worden aangemerkt als overeenstemmend, mede op grond van de dominerende rode punt. De aangewezen waren, fietsen en fietsonderdelen, zijn complementair. De slotsom is dan ook “dat het gevaar bestaat dat het relevante publiek Pointer zal associëren met Point-producten van Point Bike. Daardoor kan er ook dusdanige verwarring bestaan over de herkomst van de waren van Pointer, dat de normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende en gemiddelde consument kan menen dat die waren afkomstig zijn van Point Bike.”
Een laatste verweer van rechtsverwerking wordt gepasseerd, nu Pointer voldoende aannemelijk gemaakt heeft niet van de verhandeling van Point-producten vóór 2006 op de hoogte te zijn geweest.
Ook de handelsnamen van gedaagde en de domeinnaam pointbike.nl worden als inbreukmakend aangemerkt en de vordering van Pointer worden grotendeels toegewezen. Point Bike wordt eveneeens veroordeeld tot betaling van de werkelijke proceskosten van Pointer (€7.728,03).
Lees het vonnis hier.
Bedrijfsgeheimen en een nieuw bestuur
Algemene Ledenvergadering VIE, dinsdag 4 december 2007, ten kantore van DLA Piper.
De vergadering begint om stipt 20h00. 20.20 Lezing door mr Pieter van der Korst over 'Bedrijfsgeheimen en IE recht', gevolgd door discussie.
Huishoudelijk gedeelte:, 20:00 - 20:20: Voorzitter prof. mr Ch. Gielen treedt af. Krachtens een besluit van het Bestuur wordt het bestuurslid prof. mr W.A. Hoyng als voorzitter aangewezen. Secretaris ir A.R. Aalbers treedt af .In zijn vacature wordt als secretaris voorgesteld mr W.E. Pors. Mr. J.L. Driesen treedt af. Als nieuw bestuurlid wordt voorgesteld mr L.W.H. Penders. Tegenkandidaten kunnen zich tot en met woensdag 28 november bij de voorzitter of de secretaris melden. De bestuursleden prof. mr W.A. Hoyng, mw. mr J.C. Fasseur-van Santen en prof. dr D.J.G. Visser treden statutair af en stellen zich herkiesbaar. Tegenkandidaten kunnen zich tot en met woensdag 28 november bij de voorzitter of de secretaris melden.
Voorafgaand aan de bijeenkomst en bij voldoende belangstelling zalvanaf 18.30 uur gezamenlijk worden gegeten in De Veranda, Amstelveenseweg 764 www.deveranda.nl.
Opgave voor zowel de bijeenkomst als het diner gaarne sturen naar AIPPI@dvme.nl.
DLA Piper, 'Gebouw Meerparc', Amstelveenseweg 638. Er zijn parkeerplaatsen gereserveerd op het parkeerterrein van DLA Piper.
Advocaten krijgen voor deelname aan deze bijeenkomst één NOvA punt, indien zijbij aankomst en vertrek een presentielijst tekenen.
Conclusix
HvJ EG 29 november 2007, conclusie A-G Trstenjak in zaak C-16/06 P, Les Éditions Albert René SARL tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen).
Allen toverdrank lijkt nog te kunnen helpen. Ook de conclusie van advocaat Trstenjak is eenduidig: de oppositie op grond van ouder communautair en nationaal woordmerk OBELIX tegen Gemeenschapsmerkaanvrage MOBILIX dient te worden afgewezen. De scheppers van Obelix voeren een aantal procesrechtelijke argumenten in om inhoudelijk alsnog hun gelijk te krijgen, maar de A-G concludeert tot afwijzing, de grieven richten zich op feitelijke antwoorden en daarvoor is het bij Hof te laat.
Lees de conclusie hier.