IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 231

Pech voor PepsiCo

Arrest GvEA, 21 april 2005, T-269/02 PepsiCo Inc (RUFFLES) - Intersnack Knabber Gebäck GmbH (RIFFELS)/OHIM.

Een arrest dat nieuwsgierigheid naar de processtukken oproept. 

PepsiCo vraagt CTM woordmerk RUFFLES aan, Intersnack stelt met succes oppositie in op grond van haar oudere Duitse nationale merk RIFFLES. Pas in beroep komt PepsiCo erachter, althans beroept zij zich op het feit dat zij beschikt over een nog oudere nationale (Duitse) inschrijving van Ruffles.

De kamer van beroep van het OHIM oordeelt dat dit niets af doet aan de weigering, aangezien een dergelijke oudere inschrijving irrelevant is voor de uitspraak in de oppositieprocedure en PepsiCo bovendien het bestaan van de oudere nationale inschrijving niet heeft aangetoond (inschrijvingsbewijs daarvan wordt pas bij de procedure van het Gerecht overgelegd!?). PepsiCo stapt naar het Gerecht...

Volgens het Gerecht heeft PepsiCo zich in de oppositie uitsluitend beroepen op het bestaan van haar oudere nationale inschrijving RUFFLES, maar heeft het gebruik van dit merk niet aangetoond. Had zij dit wel gedaan, dan had het OHIM gevaar voor verwarring met het merk van Intersnack immers makkelijker kunnen beoordelen. PepsiCo heeft bovendien in Duitsland het nationale merk van Intersnack nooit aangevochten:

"25     In deze context merkt het Gerecht op dat, zelfs los van de vraag of verzoekster voor het BHIM het bewijs van het bestaan van haar oudere Duitse merk heeft aangedragen, in elk geval dit bestaan op zich de afwijzing van de oppositie niet kon rechtvaardigen. Daarvoor had verzoekster eveneens moeten aantonen dat zij de nietigverklaring van het merk van interveniënte door de bevoegde nationale autoriteiten had verkregen.

26     De geldigheid van een nationaal merk, in casu dat van interveniënte, kan immers niet worden betwist in een inschrijvingsprocedure van een gemeenschapsmerk, maar alleen in een in de betrokken lidstaat ingeleide nietigverklaringsprocedure [arrest Gerecht van 23 oktober 2002, Matratzen Concord/BHIM ? Hukla Germany (MATRATZEN), T-6/01, Jurispr. blz. II-4335, punt 55]. Verder dient het BHIM weliswaar op basis van de door de opposant te verstrekken bewijzen het bestaan van het ter onderbouwing van de oppositie aangevoerde nationale merk te onderzoeken, maar het dient niet een conflict tussen dit merk en een ander merk op nationaal niveau te beslechten, aangezien een dergelijk conflict tot de bevoegdheid van de nationale autoriteiten behoort.

27     Aldus kon de kamer van beroep in punt 17 van de bestreden beslissing opmerken dat „de voorrang […] van een nationale inschrijving boven een andere inschrijving in een lidstaat geen invloed heeft op de oppositieprocedures voor het BHIM, aangezien niet is bewezen dat de aanvrager [van het gemeenschapsmerk] ooit een vordering tot nietigverklaring tegen de inschrijving van het merk van opposante heeft ingesteld”.

Anders dan verzoekster stelt, is het geenszins absurd of abnormaal dat het BHIM een op een ouder nationaal merk gebaseerde oppositie toewijst, zelfs al beroept de aanvrager van het gemeenschapsmerk zich op een nog ouder nationaal merk, wanneer de geldigheid van het merk van de opposant niet wordt betwist voor de bevoegde nationale autoriteiten. Integendeel, deze beslissing eerbiedigt de bevoegdheidsverdeling tussen het BHIM en deze nationale autoriteiten."

Een (bijna wanhopig) beroep van PepsiCo op schending van de rechten van de verdediging en schending van het gelijkheidsbeginsel wordt door het Gerecht twee zinnen verworpen.

De niet verrassende conclusie is dan ook dat een strijd tussen twee nationale merken, niet voor het OHIM kan worden uitgvochten, maar aan de nationale rechter moet worden voorgelegd.

Lees hier het arrest.

IEF 230

Eerst even voor jezelf lezen

Nieuwe Jurisprudentie. Vooralsnog text only, bespreking volgt (interessante bespreking in de pen? Stuur hem aan redactie@IEForum.nl).

Maxima tegen SBS6/Privé: LJN: AT4199, Rechtbank Amsterdam, 297956 / H 04.2843

C-192/04 Conclusie 2005-04-21 Lagardère Active Broadcast

C-252/03  C-207/03 Arrest 2005-04-21 Novartis e.a.

T-164/03 Arrest 2005-04-21 Ampafrance / OHMI - Johnson & Johnson (monBeBé)

T-269/02 Arrest 2005-04-21 PepsiCo / OHMI - Intersnack Knabber-Gebäck (RUFFLES) (update: inmiddels besproken, zie hier)

IEF 229

Familietwist om achternaam

Jan en Gijsbert Hardeman zijn broers en beiden in Emmeloord actief in de meubelbranche, maar dan wel met ieder een eigen winkel en beiden onder de naam Hardeman. En dat kan tot ruzie leiden, zo bleek onlangs.

Jan, eigenaar van Hardeman Interieurspecialist, eist in kort geding dat zijn broer, Gijsbert eigenaar van Hardeman Beddenspeciaalzaak in Emmeloord, zijn naam verandert. Jan was naar de rechter gestapt nadat een plaatselijke krant boven zijn advertentie per ongeluk het logo en faxnummer van Gijsberts Beddenwinkel had geplaatst. Verwarring alom, zo zou men denken. De rechter oordeelt hier echter anders over en meent dat er sprake is van een incident (?). Gijsbert hoeft de naam van zijn onderneming niet te wijzigen.

Een gezellig Kerstdiner met de gehele familie Hardeman zit er naar verwachting dit jaar niet in.

(Vonnis helaas (nog) niet gepubliceerd)

IEF 228

Acht u een dergelijke eis reëel?

"Bent u op de hoogte van de pogingen van de ANWB en zijn advocatenkantoor Allen & Overy om concurrent Route-Mobiel een aantal beperkingen op te leggen, waaronder het verbieden van de kleur geel voor pechhulpvoertuigen van Route Mobiel? Acht u een dergelijke eis reëel?" Lees meer over deze kamervragen.
IEF 227

Na ruggespraak

Uit de Volkskrant: Het plan van Mario Borghezio, europarlementariër de Italiaanse partij Lega Nord, om zijn  illegale kopie van de film Submission van Theo van Gogh en Ayaan Hirsi Ali in het Europees Parlement te vertonen is afgekeurd.

Josep Borrell, voorzitter van het Europees Parlement, verbood na ruggespraak met zijn juridische dienst het plan. De Spanjaard wil geen juridisch conflict met producent Gijs van de Westelaken. Die noemde de plannen van Borghezio ‘sensatiemakerij ter meerdere eer en glorie van de eigen politieke agenda’.

IEF 226

Family Entertainment and Copyright Act

Ondertussen in de Verenigde Staten: It will soon become legal to alter a motion picture so long as all the sex, profanity, and violence have been edited out, thanks to a bill called the Family Movie Act, an attachment to the Family Entertainment and Copyright Act approved Tuesday by the House. The Senate has already passed its own version, and the President is expected to sign it.

Overall, the bill is a big win for Hollywood, with significantly harsher penalties for common bootleggers. But the 'family movie' provision ... indemnifies any company that makes prudish versions of movies available without authorization. File sharing will remain a crime, but so long as all the good parts have been purged, a sort of Puritanical bootlegging will be tolerated, if not encouraged. Lees meer in The Register.

Nog meer USA nieuws, over merken en verwatering: De nieuweTrademark Dilution Revision Act 2005. Interessant genoeg voor een eigen bericht, maar hier al afdoende besproken door de IPkat.

IEF 225

katholieke oma

Een programmeur uit Florida, Rogers Cadenhead (38) is de eigenaar van www.benedictXVI.com. Cadenhead registreerde 6 mogelijke pausnamen op 1 april, omdat hij 'couldn't resist the chance to have some skin in the game'

Cadenhead wil eerst met zijn katholieke oma overleggen wat hij  met de domeinnaam gaat doen, maar zal hem in ieder geval niet verkopen aan een pornograaf. "Het besluit zal worden geleid door de idee dat ik in ieder geval niet 1,1 miljard gelovigen tegen me wil opzetten". De CC Tld van vaticaanstad kent geen openbaar register, maar https://www.benedictusxvi.va geeft nog geen beeld.

IEF 224

Brinkhorst presenteert ‘Onderscheidend Vermogen’ aan IP

Persbericht van EZ: "Brinkhorst presenteert ‘Onderscheidend Vermogen’ aan IP." Klink als iets enorm interessants voor IEers, maar is niets meer dan een portie gebakken lucht, geserveerd door een begiftigde jargonaut: "Het benoemen van sleutelgebieden door het Innovatieplatform heeft tot veel dynamiek geleid: partijen zijn actief bezig en weten de weg naar EZ en andere departementen goed te vinden; hun onderlinge samenwerking wordt steeds intensiever.’ ‘Onderscheidend vermogen’ bevat de halfjaarlijkse terugkoppeling door EZ aan het Innovatie Platform (IP) over de stand van zaken van de sleutelgebieden-aanpak. Wat houdt dit in? In 2004 konden verschillende partijen aangeven op welke gebieden Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen zouden kunnen excelleren. De sleutelgebieden-aanpak werd vervolgens overgedragen aan EZ, waar de aanpak stevig wordt ingebed in het beleid."

IEF 223

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS

Hierbij deel ik u mede dat de infractieprocedure aangespannen door de Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Nederland bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen (ZaakC-395/03) wegens niet tijdige implementatie van richtlijn 98/44/EG betreffende de rechtsbescherming van biotechnologische uitvindingen, is beëindigd.

Nederland is daarmee te nauwer nood aan een veroordeling door het Hof ontkomen. In de bijlage bij deze brief vindt u een overzicht van het verloop van het geding. Voor de volledigheid merk ik op dat thans de volgende «oude» EG-landen de richtlijn hebben geïmplementeerd te weten: Denemarken (mei 2000), Duitsland (februari 2005), Finland (juni 2000), Frankrijk (december 2004), Griekenland (oktober 2001), Ierland (juli 2000), Nederland (november 2004), Portugal (juli 2003), Spanje (april 2002), het Verenigd Koninkrijk (juli 2000 gedeeltelijk, maart 2002 volledig) en Zweden (mei 2004).

Inmiddels zijn de volgende landen veroordeeld: Frankrijk (juli 2004), Luxemburg (september 2004), België (september 2004), Duitsland en Oostenrijk (oktober 2004).

Ik hoop u hiermee naar voldoening te hebben geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

C. E. G. van Gennip

Den Haag, 11 april 2005 Tweede Kamer, vergaderjaar 2004–2005, 21 109, nr. 153 1

IEF 222

Fiat Lux

Een nieuw wapen voor merkouders die verpakkingen en producten van de concurrent napluizen op mogelijke claims: nu.nl bericht dat aanprijzingen als 'light' en 'verlaagt cholesterol' op voedingsmiddelen voortaan echt moeten kloppen. Fabrikanten in Europa moeten met wetenschappelijke bewijzen komen. Een voorstel hiertoe van de Europese Commissie kan donderdag op veel steun rekenen in de commissie volksgezondheid van het Europees Parlement. Geen idee over welk voorstel het precies gaat.