IEF 22286
11 oktober 2024
Uitspraak

Schorsing octrooigeschil in afwachting van uitspraak TKB

 
IEF 22292
10 oktober 2024
Artikel

Nog een paar plekken voor de Midnight Marauders tour tijdens ADE

 
IEF 22282
10 oktober 2024
Uitspraak

Conclusie A-G: strafvermindering in zaak waarbij opzettelijk inbreuk werd gemaakt op auteursrecht

 
IEF 4111

OECD Statistieken

De OECD heeft de samenvatting gepubliceerd van de studie over namaak en piraterij: The economic impact of counterfeiting and piracy.

"Quantitative analysis carried out by the OECD indicates that the volume of tangible counterfeit and pirated products in international trade could be up to USD 200 billion. This figure does not, however, include counterfeit and pirated products that are produced and consumed domestically, nor does it include the significant volume of pirated digital products that are being distributed via the Internet. If these items were added, the total magnitude of counterfeiting and piracy worldwide could well be several hundred billion dollars more."

Lees hier de samenvatting en lees hier meer over het OECD project 'Counterfeiting and piracy'

IEF 4110

Dubbelgestikte houdt het prima

fby.gifRechtbank ’s-Hertogenbosch,  6 juni 2007, HA ZA 06-718. Fatboy the Original B.V./Setälä tegen H.M.G. Bedtextiel B.V., Woonboulevard Poortvliet B.V. en Bouman-Potter B.V.

De Fatboy Original is wèl een auteursrechtelijk beschermd werk. Het kussen-argument van de illustere Haagse rechter Du Pon vindt geen weerklank in Den Bosch. Onlening, inbreuk en met die (slordige) inbreuk weer inbreuk op de persoonlijkheidrechten van de ontwerper van de Fatboy.

Fatboy en ontwerper Setälä maken bezwaar tegen door H.M.G. geproduceerde en aan Poortvliet en Bouman geleverde zitzakken. Naar mening van eisers is er sprake van inbreuk. De rechtbank deelt die mening.

“(…) dat het hier niet gaat om een hoofdkussen waarvoor auteursrechtelijke bescherming wordt ingeroepen, maar om een zitzak van 1.80 m. x 1.40 m.. De combinatie van het grote formaat, de rechthoekige vorm, de Engelse naad die zorgt voor een brede rand om de zitzak, de glanzende nylon stof en het opvallende label levert een werk op dat een eigen oorspronkelijk karakter heeft en het persoonlijk stempel van de maker draagt. De combinatie van juist deze elementen is naar het oordeel van de rechtbank niet louter ingegeven door eisen van functionaliteit. Het is immers, gelet op de grote hoeveelheid in het geding gebrachte afbeeldingen, zeer wel mogelijk dezelfde functionaliteit op andere wijzen te verkrijgen.” (4.1.4)

“Bij vergelijking van de Sit & Joy XLarge met de Fatboy the Original is de totaalindruk van de beide producten vrijwel hetzelfde. De rechtbank heeft dit kunnen constateren door vergelijking van de door Fatboy c.s. gedeponeerde Fatboy the Original met de eveneens gedeponeerde Sit & Joy XLarge. (…) H.M.G. c.s. hebben niet te bewijzen aangeboden dat geen sprake is van ontlening, hetgeen op hun weg had gelegen. Gelet op het voorgaande gaat de rechtbank ervan uit dat H.M.G. de Sit & Joy XLarge aan de Fatboy the Original heeft ontleend.”(4.2)

Setlälä heeft op grond van artikel 25 lid 1 aanhef en onder d Aw het recht zich te verzetten tegen deze aantasting van zijn werk, die nadeel zou kunnen toebrengen aan zijn eer of naam of aan zijn waarde als maker. H.M.G. c.s. weerspreken niet dat het door hen gebruikte vullingsmateriaal gerecycled is en dat de naden van de Sit & Joy XLarge slordig zijn gestikt, zoals Fatboy c.s. stellen. De stellingen van Fatboy c.s. dat het door H.M.G. c.s. gebruikte nylonmateriaal gekreukt en minder glanzend is en dat één en ander afbreuk doet aan de strakke uitvoering van het ontwerp, zoals het door de heer Setlälä  bedoeld is, worden evenmin door I-LM.G. c.s. weersproken. Daarmee is de inhoud van die stellingen vast komen te staan. Deze wijzigingen van het werk van Setlälä brengen naar het oordeel van de rechtbank inderdaad inbreuk op zijn persoonlijkheidsrechten met zich, zoals Setala heeft aangevoerd. (4.3)

“Een en ander leidt dan ook tot de conclusie dat H.M.G. c.s., door de Sit & Joy
XLarge te produceren en op de markt te brengen, inbreuk maken op de auteursrechten van
Fatboy c.s., waaronder ook de persoonljkheidsrechten van SetAlâ, en daannee tevens
onrechtmatig handelen jegens Fatboy c.s.” (4.4)

Over de slaafse nabootsing van de Fatboy Island en de Fatboy Point door H.M.G. c.s. stelt de rechtbank vervolgens:

“(…) Zoals Fatboy c.s. terecht aanvoeren is bij de beoordeling van de vraag of sprake is van gevaar voor verwarring het criterium of sprake is van “gelijkheid van de producten”. H.M.G. c.s. kunnen zich niet vrijpleiten enkel en alleen omdat zij de litigieuze nabootsingen onder de naam Sit & Joy op de markt brengen. De rechtbank is van oordeel dat de gelijkenis tussen de Sit & Joy XLarge, Round en Kiddo en respectievelijk de Fatboy the Original, Island en Point zo groot is, dat wel degelijk gevaar voor verwarring bestaat. Als gezegd, weerspreken H.M.G. c.s. niet dat Poortvliet in haar advertentie refereert aan de prijs die Fatboy voor haar Fatboy the Original zitzakken hanteert. Door aan de prijs van cle Fatboy the Original te refereren wordt het gevaar voor verwarring vergroot.” (4.5.4)

“(…) H.M.G. c.s. hebben geenszins de noodzaak aangetoond voor het gebruik van vrijwel exact dezelfde combinatie van vormen én kleuren én materialen als die van de Fatboy-producten. H.M.G. c.s. hadden even goed een andere combinatie van vorm, kleur en materiaal kunnen kiezen voor hun producten zonder dat aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid afbreuk zou worden gedaan. De nabootsing is wel degelijk vermijdbaar. (4.5.5)

“Nu vast staat dat de nagebootste producten van Fatboy een eigen plaats innemen op de markt, de nabootsing verwarring sticht bij het publiek én de nabootsing vermijdbaar was, zonder aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid van het product afbreuk te doen, levert de slaafse nabootsing door H.M.G. c.s. onrechtmatig handelen op jegens Fatboy c.s.” (4.5.6)

De vorderingen, waaronder verbod, schadevergoeding en winstafdracht, worden grotendeels toegewezen.

Lees het vonnis hier. Genoemd eerder Fatboy-vonnis van de rechtbank Den Haag: IEF 988 (30 september 2005).

IEF 4109

Statistieken

Persbericht Commissie: "Statistics just published by the European Commission show a significant increase in the amount of counterfeit and pirated articles seized at the EU's external borders in 2006. Customs officials seized more than 250 million of such articles in 2006 compared with 75 million in 2005 and 100 million in 2004. Medicines, cigarettes and other goods that can seriously damage the health of consumers continue to be faked in large quantities. Changes in the routes used by criminals to trade in fake goods, the use of the internet and the transport of small quantities by air or postal traffic make customs job even more challenging. However, customs' reply has never been as high as in 2006 with more than 36.000 seizures, an increase of around 40% compared with 2005."

Lees hier meer.

IEF 4108

Ideëel

gf.gifPhotoq.nl bericht: “De Stichting Ideële Reclame is bezig met de samenstelling van een jublieumboek en vroeg fotografen om bijdragen met het thema solidariteit, maar één daarvan komt zeker niet in het boek te staan. Het is een fotomontage van Bert Sissingh waarop Pim Fortuyn en Theo van Gogh als klaar-overs drie jonge vrouwen met een hoofddoekje over een zebrapad laten oversteken.

(…) Verder voert SIRE juridische bezwaren aan, met name op het gebied van portretrecht. Uit het advies van de juriste van SIRE: ‘(…) De foto geeft niet hun denkbeelden weer (is zelfs in tegenspraak met hun denkbeelden) en dit geeft de nabestaanden een redelijk belang bij verzet tegen de foto. De nabestaanden kunnen daarom het gebruik van de foto verbieden. Dit maakt het gebruik van de foto door SIRE riskant. Als de rechter de nabestaanden gelijk geeft kan dit resulteren in een schadevergoeding (een boekverbod lijkt mij minder waarschijnlijk).'

Lees hier meer.

IEF 4107

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank Leeuwarden, 30 mei 2007, LJN: BA6405. Eiseres tegen Gedaagde.

Auteursrecht, geschriftenbescherming. Passages uit een door eiseres opgestelde offerte zijn nagenoeg letterlijk overgenomen in een door gedaagde uitgebrachte rapportage. Geen auteursrechtelijke bescherming, geen geschriftenbescherming, omdat zij geen werk zijn dat bestemd is om openbaar gemaakt te worden. 

 Lees het vonnis hier

Gerechtshof s’-Gravenhage, 31 mei 2007. Beschikking in Estrad B.V. tegen Schultink (met dank aan Paul Mazel, Trip Advocaten).

Octrooirecht. Verzoek om voorlopig getuigenverhoor in appèl kg-procedure afgewezen, omdat onder ‘een reeds aanhangig geding’ in de eerste plaats een bodemprocedure moet worden begrepen. Nu ook een bodemprocedure aanhangig is, is dat de geëigende procedure voor het horen van getuigen.

Lees de beschikking hier.

Rechtbank Utrecht, 28 maart 2007, LJN: BA6272. Curator tegen PK Beheer B.V.

Pauliana. Het betreft in dit geval de schade die de curator lijdt doordat PK Beheer niet kan voldoen aan de verplichting om de beeld- en merkrechten van de uitgeverij weer terug te leveren. Was PK Beheer daartoe wel in staat geweest, dan had de curator deze rechten kunnen verkopen, zodat de schade dient te worden gesteld op het bedrag waarvoor de curator die rechten alsdan had kunnen verkopen.

Lees het vonnis hier.

IEF 4106

De Endstra Deskundigen

sgqh3.gifIs een achterbank-gesprek een werk? Vier hoogleraren gaven op verzoek van partijen hun opinie’s en bestreden elkaars standpunten ten behoeve van de procedure bij Rechtbank en Hof. De zaak is in (spoed?)cassatie en blijft de gemoederen bezig houden. (Eerder berichten + uitspraken via IEF 3434 (8 februari 2007))

Hierbij de deskundigenverklaringen en reacties, met toestemming van alle betrokkenen:

Spoor: Advies, 7 mei 2006
Quaedvlieg: Advies, 8 mei 2006
Spoor: Reactie op Quaedvlieg, 6 juli 2006
Hugenholtz: Advies, 6 juli 2006
Quaedvlieg: Nadere opinie, 9 november 2006
Grosheide: Advies, 13 november 2006

 

IEF 4105

Niche wordt niches

steinhoog.gifPersbericht: De maatschap Steinhauser Hoogenraad, Advocaten gaat uiteen per medio zomer 2007. Het kantoor is het oudste Nederlandse niche kantoor op het gebied van intellectuele eigendom, IT en reclame. Over en weer is besloten een eigen richting in te slaan. De reden voor de splitsing is gelegen in persoonlijke keuzes van de compagnons voor de toekomst.

Het huidige kantoor zal zich splitsen in twee nieuwe niche kantoren, een kantoor van Tjeerd Overdijk en Otto Swens en een kantoor van Paul Steinhauser en Ebba Hoogenraad . De advocaten zullen zich bij een van de beide kantoren aansluiten.

Beide kantoren staan nog in de steigers, maar duidelijk is al wel dat het kantoor van Paul Steinhauser en Ebba Hoogenraad zich met name zal toeleggen op het gebied van reclame en merkenrecht, octrooirecht en auteursrecht. De dienstverlening zal zich vooral richten op de reclamebranche, bedrijven die assistentie nodig hebben met betrekking tot hun promotionele acties en de aanduidingen op hun producten, de media, bedrijven die zich met vormgeving bezighouden, bedrijven in de voedings- en levensmiddelenindustrie, de farmaceutische bedrijven, de automobielindustrie en de home-entertainment.

Het kantoor van Tjeerd Overdijk en Otto Swens zal zich vooral toeleggen op het merkenrecht, octrooirecht, auteursrecht, kwekersrecht en farmaceutisch recht. De dienstverlening van hun kantoor zal met name zijn gericht op de farmaceutische en chemische industrie, IT en nieuwe media, sierteelt- en zaadveredelingsbedrijven, alsmede de bescherming van innovatie en vormgeving in diverse andere industriële sectoren.

Verdere berichten over naamgeving, samenstelling en dergelijke volgen zodra de nieuwe kantoren daar klaar voor zijn.


1 juni 2007

Nadere informatie: Ebba Hoogenraad en Tjeerd Overdijk op 020 3013030

IEF 4104

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank 's-Gravenhage, HA RK 07-556, LJN: BA6419. Pintail International B.V. tegen Gemini Medical Textiles Europe B.V.

Samenvatting Rechtspraak.nl: "Bevelschrift tot betaling proceskosten ex artikel 250 lid 4 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Verweerster heeft afstand van instantie in versnelde procedure octrooizaken gedaan. Verzoekster wenst thans vergoeding van de volledige door haar gemaakte proceskosten overeenkomstig artikel 14 van de Handhavingsrichtlijn (Rl. 2004/48/EG). Volgens verweerster dienen de kosten van verzoekster te worden begroot conform het gebruikelijke forfaitaire tarief. De rechtbank is met verzoekster van oordeel dat ervan moet worden uitgegaan dat bij afstand van instantie de eiser als in het ongelijk gesteld is te beschouwen in de zin van art. 14 Handhavingsrichlijn 2004/48/EG. De rechtbank beveelt dat verweerster aan verzoekster de volledige proceskosten dient te voldoen."

Lees het bevelschrift hier of hier.

IEF 4103

Bewijsbeslagsyllabus

Beslagsyllabus 2007 (7e versie mei 2007). Samengesteld onder verantwoordelijkheid van het LOVC (het landelijk overleg van de sectoren civiel van de rechtbanken). Met aandacht voor de in het derde boek van het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering opgenomen nieuwe titel 15 (Van rechtspleging in zaken betreffende Rechten van intellectuele eigendom). De syllabus stelt onder andere:

“Bij rekesten voor beslag tot afgifte van roerende zaken waarin het gestelde recht op afgifte is gebaseerd op artikel 2.22 van het Beneluxverdrag inzake de intellectuele eigendom (BVIE), artikel 28 van de Auteurswet, artikel 5c van de Databankenwet, artikel 70 lid 6 van de Rijksoctrooiwet 1995 of artikel 843a Rv. (eventueel juncto artikel 1019a Rv.) en bij beslagrekesten ex artikel 1019b lid 1 juncto artikel 1019c lid 1 Rv. (beide laatste betreffen zogenaamd “bewijsbeslag”) wordt regelmatig verzocht om door de deurwaarder, een deskundige of door de gerechtelijk bewaarder (als om aanstelling van die laatste is gevraagd) onderzoek te mogen laten doen aan de in beslag te nemen zaken.

Dergelijke verzoeken moeten niet worden gehonoreerd, aangezien de gerekwestreerde (doorgaans) niet op het beslagrekest wordt gehoord, terwijl de in beslag te nemen zaken (de boekhouding, computers e.d.) vertrouwelijke gegevens van de gerekwestreerde kunnen bevatten. Het doel van een conservatoir beslag is uitsluitend om de bestaande situatie te conserveren en niet om de beslaglegger de mogelijkheid te bieden om met het beslag bewijs te vergaren. Indien de beslaglegger aan de te zaken waarop hij beslag wil leggen onderzoek wenst te (doen) verrichten, dient hij een daartoe strekkende vordering (in kort geding) in te stellen, zodat gerekestreerde in de gelegenheid wordt gesteld hiertegen verweer te voeren. Aan het verlof kan worden toegevoegd: “…met de uitdrukkelijke bepaling dat met dit verlof aan verzoeker niet wordt toegestaan om zonder toestemming van gerekwestreerde of anders dan krachtens in kracht van gewijsde gegaan dan wel uitvoerbaar bij voorraad verklaard rechterlijk vonnis onderzoek te (laten) verrichten aan en/of inzage te (doen) nemen in de in beslag te nemen zaken.” 

Lees de gehele beslagsyllabus hier.

IEF 4102

Inclusief boek

In aansluiting op dit eerdere bericht nog even kort de tijd en locatie van het symposium rond de presentatie van het boek "Marktonderzoek in de Rechtszaal".  De bijeenkomst zal worden gehouden in theater de Flint, Amersfoort, beginnen om 10.00 uur en eindigen om 17.00 uur. Kosten zijn inclusief boek & lunch en exclusief BTW.

Naast de auteur, dr. Harry van den Berg, zal er o.a. worden gesproken door mevr. Mr. S.A. Rullmann (Vice-president Rechtbank Amsterdam), mr. Tobias Cohen Jehoram (De Brauw Blackstone Westbroek), Drs. Wouter de Bruin (Campina /voorzitter FNLI) en dr. Lex Olivier (Research International / Efamro). De paneldiscussie zal worden gevoerd onder leiding van Prof. mr. Charles Gielen (NautaDutilh). De dagvoorzitter is Hans Voorberg, vice-president legal affairs Sara Lee International B.V. Het boek zal worden aangeboden aan mr. Th. Groeneveld (Raad voor de Rechtspraak).

Lees hier meer.