IEF 22294
14 oktober 2024
Uitspraak

Uitzending niet onrechtmatig omdat het berust op feiten

 
IEF 22293
14 oktober 2024
Uitspraak

Uiting van Kingspan en uitingen van Rockwool over de (on)brandbaarheid van isolatiemateriaal door het Hof aangemerkt als ongeoorloofde vergelijkende reclame

 
IEF 22286
11 oktober 2024
Uitspraak

Schorsing octrooigeschil in afwachting van uitspraak TKB

 
IEF 3774

Een onbekend sub-merk

bse.gif

Rechtbank van Koophandel Antwerpen 23 februari 2007, NV Ben Jans Electronics tegen Bose B.V. (met dank aan Sébastien Lardinoit en Paul Maeyaert, Altius).

Merkenrecht. Wel inbreuk, hoewel het niet bekend submerk niet meelift op de bekendheid van het hoofdmerk en dominant element  Bose. Voor België hoge advocaatkostenveroordeling.

Een lezenswaardig Belgisch vonnis van de Rechtbank van Koophandel te Antwerpen over het merk LIFESTYLE IN DIGITAL en het oudere merk LIFESTYLE. Het betreft een verzet tegen een verstekvonnis van 27 september 2004. Op basis van het oudere merk LIFESTYLE, voor meer bepaald digital home theater systems, vordert Bose B.V. een inbreukverbod en de nietigverklaring van Ben Jans Electronics merk LIFESTYLE IN DIGITAL (voor producten gericht op de integratie van digitale systemen in meubilair).

De Rechtbank van Koophandel overweegt onder meer dat het merk LIFESTYLE een “sub-merk” is van het hoofdmerk BOSE en dat daardoor de drempel van bekendheid in de zin van artikel 2.20 lid sub c BVIE hoger ligt, dat de enkele deponering van een merk gebruik van een merk in het economisch verkeer oplevert, en dat het complementaire karakter van waren voldoende is om soortgelijkheid van waren aan te nemen. LIFESTYLE beschikt over (beperkt) onderscheidend vermogen voor “home theater systems” door inburgering. 

De Rechtbank van Koophandel spreekt een inbreukverbod uit en verklaart het merk LIFESTYLE IN DIGITAL nietig. Daarnaast veroordeelt de Rechtbank Jans tot het betalen van een schadevergoeding van 3.000 euro. Het grootste deel van deze schadevergoeding (2.500 EUR) bestaat uit de terugbetaling van advocatenkosten, wat in België zeer uitzonderlijk wordt toegekend.

Lees het vonnis hier. Eerder verstekvonnis hier.

IEF 3773

Dagboek

NRC Handelsblad  4 april 2007: Martinus T., de verdachte van de moord op politiek activist Louis Sévèke uit Nijmegen, wil niet dat er zonder zijn toestemming wordt geciteerd uit een dagboek waarin hij onder meer het motief voor zijn daad zou hebben beschreven.(…) Volgens Advocaat B. Ficq valt het dagboek onder de Auteurswet en heeft alleen haar cliënt het publicatierecht. Schenders van het auteursrecht zullen aansprakelijk worden gesteld ,,voor alle schade die hieruit voortvloeit”. In overleg met T. bepaalt Ficq of zejuridische stappen neemt tegen Wegener.  Ficq noemt het dagboek ,,een manuscript in de vorm van een geschreven autobiografie, waarin vele intieme details over het persoonlijk leven van cliënt worden opgetekend.”

IEF 3772

Vijf maanden stage

Leidse rechtenstudente wint Europese scriptieprijs. Op Maandag 26 Maart 2007 vond in Alicante de prijsuitreiking plaats van de ‘OHIM Annual Prize for the best dissertation in the field of Community Trade Marks and Designs’. De prijs is bedoeld voor (Engelstalige) Masterscripties op het gebied van het Europese merkenrecht en modellenrecht.

De eerste prijs, bestaande uit een geldbedrag van € 2500 en vijf maanden stage bij OHIM, is gezamenlijk uitgereikt aan mevr. Alja Poler de Zwart (LL.M. Universiteit Leiden, scriptiebegeleider A. Tsoutsanis) en dhr. Sergio Balana Vicente (Universiteit van Barcelona).

De Master scriptie van Alja Poler de Zwart, geschreven in het kader van het masterprogramma European Law, betreftde merkenrechtelijke bescherming van slagzinnen en heeft als titel ‘Slogan Trade Marks - Comparative analysis between the case-law of the Court of First Instance & European Court of Justice & the Benelux & German law’. 

Lees hier iets meer.

IEF 3771

Bizzness or leisure?

bzt.gifRechtbank Haarlem, 2 april 2007, KG ZA 07-71, Bizz Travel tegen Airtrade Holding B.V. en BCD Holdings N.V. (met dank aan Margot Span, Köster Advocaten)

Geen inbreuk op de merk- en handelsnaamrechten van Bizz Travel of anderszins onrechtmatig handelen door het gebruik van de naam Bizztrip. Diensten voor zakelijke markt en vrijetijds stemmen zijn geen overeenstemmende diensten. Niet alle onderzoekrapportages vallen onder de richtlijnconforme proceskostenveroordeling.

Eiser Bizz Travel voert sinds 1988 de handelsnaam Bizz Travel voor vakantiereizen en is sinds 1994 houder van het gelijknamige woordmerk. Airtrade, gedaagde 1, heeft in 2005 het woordmerk BIZZTRIP gedeponeerd bij het BBIE. Die inschrijving is door het BBIE geweigerd, omdat het teken ieder onderscheidend vermogen zou missen. BCD, gedaagde 2, heeft daarop het beeldmerk BIZZTRIP gedeponeerd. Dat merk in wel ingeschreven. Eiser Bizz Travel stelt dat gedaagden inbreuk maken op haar handelsnaam- en merkenrechten. 

De voorzieningenrechter ziet in de genoemde weigering van het woordmerk BIZZTRAVEL een nadere bevestiging dat het bestanddeel BIZZ een gebruikelijke aanduiding is voor ‘zakelijk’.Het bestanddeel TRAVEL is beschrijvend. De beschermingsomvang van het merk BIZZ TRAVEL is zeer gering en de mate van gelijkenis tussen de tekens BIZZ TRAVEL en BIZZTRIP onvoldoende om als overeenstemmend kunnen worden aangemerkt.

Bovendien, en dat is wel interessant, meent de rechter dat er geen sprake is van soortgelijkheid tussen de tot dezelfde klassen behorende diensten:

“(…) dat bij het in aanmerking komende publiek geen associaties tussen beide merken zullen worden gewekt, met name niet omdat de merken worden gebruikt voor waren en diensten die weliswaar in algemene zin soortgelijk zijn te noemen, maar die voor wat betreft de core-business van partijen betrekking hebben op andersoortige diensten en gericht zijn tot een ander publiek. Dat BIZZ TRAVEL is ingeschreven voor dezelfde klasse-aanduiding in het Benelux Merkenregister als waarvoor Airtade voor haar merk BIZZ TRIP depot had aangevraagd, is daarbij niet van belang, nu ingevolge artikel 2:20 lid 3 BVIE bij de beoordeling van de soortgelijkheid geen rekening hoeft te worden gehouden met die indeling in klassen”. (4.9)

De rechter doet vervolgens een diepgaand onderzoek naar het reisaanbod (ook op internet) en stelt vast dat Bizz Travel, dus met Bizz als de in r.o. 4.5 aangenomen gebruikelijke aanduiding voor zakelijk,  zich richt op de zogenaamde leisure-markt en dat Airtrade onder de naam Bizztrip zich voornamelijk richt op de zakelijke reiziger. “Gelet op het gebruik van zoektermen op internet acht de voorzieningenrechter voldoende aannemelijk dat het publiek via een en dezelfde zoekopdracht niet steeds bij beide ondernemingen zal uitkomen.” Het beroep op 2:20 lid 1 sub b BVIE slaagt derhalve niet.

Bizz Travel beroept zich voorts op artikel 2:20 lid 1 sub c BVIE en inburgering van haar merk, maar “Dat Bizz Travel veel marketinginspanningen in haar merk heeft geïnvesteerd kan niet tot de conclusie leiden dat daarmee de bekendheid van haar merk in de loop der tijd is toegenomen.” (4.12).

Een beroep op artikel 2:20 lid 1 sub d BVIE mocht evenmin baten. Volgens de rechter valt niet in te zien waarom Airtrade “geen geldige reden heeft om een louter beschrijvende aanduiding als merk te voeren”. (4.13)

Ook van inbreuk op grond van artikel 5 HNW  is geen sprake“(…) Bizz Travel kan niet met een beroep op artikel 5 Handelsnaamwet anderen het gebruik van de aanduiding bizz in combinatie met een aanduiding voor reizen verbieden en op die manier de aanduiding monopoliseren. Daarbij komt dat niet gesteld of gebleken is dat zich reeds daadwerkelijk verwarring bij het publiek heeft voorgedaan (…).” (4.16)

Interessant is tenslotte ook de overweging 4.20 ten aanzien van de, betwiste, richtlijnconforme proceskostenveroordeling. Hergebruikte onderzoekrapporten kunnen niet worden ingebracht:
“In dit geding is de vraag aan de orde of een recentelijk als merk en handelsnaam geïntroduceerde aanduiding inbreuk maakt op een al langer bestaand merk. Rapportages als deze moeten in die context worden beschouwd als onderzoeken naar de positionering van een nieuwe merkaanduiding in een bestaande markt en zijn als zodanig een normaal te achten onderdeel van de kosten en de investering van een nieuw merk.” Het tweede rapport van gedaagde naar de naamsbekendheid van eisers merk BIZZ TRAVEL heeft volgens de rechter naast het eerste onderzoeksrapport geen toegevoegde waarde.

De gedeclareerde advocaatkosten hebben daarnaast niet uitsluitend betrekking op dit kort geding. De proceskosten worden daarom gematigd tot een bedrag van 15.000 euro. 

Lees het vonnis hier.

IEF 3770

Merkenrelletje

Tentamenvraag: Probeer aan de hand van het volgende bericht iets zinnigs te zeggen over het begrip ‘reputatieschade’. Adfoblog bericht over een ‘Merkrelletje in de voetbalwereld. “ADO Den Haag weert de brandblussers van Ajax Brandbeveiliging uit zijn nieuwe stadion. ADO wil het merk niet meer omdat de naam ‘Ajax’ gevoelig ligt bij de Haagse club. Supporters van Ajax en ADO staan op gespannen voet met elkaar. Bij andere clubs hangen de brandblussers wel, maar daar is vaak de naam afgeplakt.”

Lees hier meer.

IEF 3769

Herrijzend Gemeenschapsoctrooi

The European Commission has set out its vision, in the form of a Communication, for improving the patent system in Europe and for revitalising the debate on this issue. Making the Community patent a reality and improving the existing patent litigation system should, together with supporting measures, make the patent system more accessible and bring cost savings for all.

(…)The Communication is intended to draw operational conclusions from the stakeholder consultation and to allow the Council to launch deliberations on patent reforms, in particular on the Community patent and jurisdictional arrangements. It addresses various supporting measures for an improved patent system, such as patent quality, knowledge transfer and enforcement issues.

(…)Under these circumstances, the Commission believes that consensus could be built on the basis of an integrated approach which combines elements of both EPLA and a Community jurisdiction. The way forward could be to reflect on the creation of a unified and specialised patent judiciary, with competence for litigation on European patents and future Community patents. This system could be inspired by the EPLA model but could allow for integration in the Community jurisdiction. As a first step, work should concentrate on building consensus among Member States around principles on which consensus is emerging.

A separate and comprehensive Communication on Intellectual Property Rights (IPR) is planned for 2008, to complement the Patent Communication and address outstanding non-legislative and horizontal issues in all fields of intellectual property.

Lees het persbericht hier. Lees de Communication hier.

IEF 3768

Wegens de bezuinigingen

tbs.gif“Waar zijn de tabjes?” Gebruikers van de onlangs verschenen 8e druk van SDU wettenverzameling IE, onderdeel van de Persoonlijke Standaard Uitrusting van de gemiddelde IE-jurist, moeten het doen zonder de bij voorgaande drukken meegeleverde blauwe plaktabjes.

Tot ongenoegen, zo is gebleken. Boekhandelaren en bibliotheekmedewerkers krijgen bijna standaard de vragen “waar zijn die tabjes”, “Zitten die fiepjes er niet bij?” en “Krijg ik die stickers nog van je?” te verwerken.

De uitgave zelf, inhoudelijk van onveranderde kwaliteit, vermeldt het ontbreken niet. De klantenservice van de SDU laat desgevraagd weten dat er geen sprake is van een vergissing, de tabjes ontbreken dit jaar “wegens de bezuinigingen”. Het hoort dus zo.

“Penny wise pound foolish heet dat” aldus een verontwaardigde Amsterdamse advocaat, onder verwijzing naar de achterkant van het stickervel van vorig jaar: “Aan de voorzijde van dit vel vindt u de handige tabs voor uw SDU Wettenverzameling. Dit zijn praktische, zelf aan te brengen tabs waarmee u de belangrijkse wet- en regelgeving kunt markeren. Zo bespaart u kostbare tijd bij het zoeken.”

IEF 3767

Persoonlijke groei (2)

bpsb.gifTot een rechtszaak  is het niet gekomen in de vermeende plagiaatzaak Bea Pols -Sonja Bakker, maar bijgelegd of uitgedoofd is het geschil ook niet, blijkens de website van Bea Pols. Op Beasafslankmethode.nl wordt op de pagina ‘Wat heeft Sonja overgeschreven?’ bijgehouden, inderdaad, wat Sonja Bakker zou hebben overgeschreven:

“Nieuws per 22-03- 2007 : Er blijken veel meer recepten uit de Allerhande voor te komen in de boeken van Mw. Bakker. We zoeken het uit! Wordt vervolgd…”

“Nieuws per 14-03- 2007 : In het SBS6 programma:”Je echte leeftijd” van 14-03- jl ging Mw. Bakker met twee deelnemers een perzik-rozemarijntaart uit haar boek:”Bereik en behoud je ideale gewicht” maken. Klik hier voor het recept op de site van Mw. Bakker. Dit recept blijkt ook te staan op de website van Allerhande van Albert Heijn. Ook kwam ik daar een “ Kaneel-appelsoufflé ” tegen die Mw. Bakker op blz. 194 “Appelsoufflé” heet.’

Nieuws per 30-11-2006: Televisie-uitzending van Een Vandaag. Hoogleraar auteursrechten Jaap Spoor zegt: ”Mw. Bakker heeft wat uit te leggen.” Het filmpje is te zien op:www.eenvandaag.nl”

Lees hier meer. Eerder bericht: IEF 2627 (19 september 2006).

IEF 3766

Inbreuk op het portretrecht

De Telegraaf bericht dat O.C., een van de drie verdachten in de moordzaak-Endstra, wil dat justitie de verhoogde veiligheidsmaatregelen rond zijn persoon beëindigt.

Volgens advocaat Nico Meijering “neemt justitie de maatregelen zelf ook niet al te serieus. Dit blijkt uit het feit dat een persfotograaf C. haarscherp op de foto kon zetten, toen hij afgelopen dinsdag in een personenauto van de politie naar de 'bunker' in Amsterdam-Osdorp werd vervoerd voor een pro forma-zitting in zijn zaak. (…)  Het Openbaar Ministerie heeft volgens Meijering ook C.'s privacy geschonden, door hem op deze manier te vervoeren. C. wil schadevergoeding voor deze ‘inbreuk op het portretrecht’.”

Lees hier meer.

IEF 3765

In een hoogoplopend conflict

khns.gifDe Stentor bericht dat Koninklijke Horeca Nederland (KHN) in een hoogoplopend conflict is verwikkeld met auteursrechtenorganisatie Sena. “De onenigheid draait om een aanzienlijk kortingsbedrag voor kroegbazen en restauranthouders dat KHN ten onrechte in eigen zak zou hebben gestoken. Sena, die voor muzikanten en producenten auteursrechten int, heeft het contract met de landelijke horecavereniging per direct opgezegd. ‘Er is een fors meningsverschil over de kortingsregeling", zegt woordvoerder Anne Sevinga. ‘Maar we zijn nog aan het praten. Ons definitieve standpunt is nog niet bepaald.’”

In een persbericht “distantieert KHN zich volledig van de aantijgingen door SENA over de verdeling van gelden onder leden ‘Het is pertinent onjuist wanneer SENA beweert dat bedragen niet op de juiste plek terecht zouden zijn gekomen. Koninklijk Horeca Nederland bevoordeelt juist haar leden met deze regeling. Onze leden betalen via ons veel minder aan SENA, dan ze anders aan SENA rechtstreeks zouden moeten betalen.’

(…) De opstelling van SENA stelt KHN directeur Jeu Claes teleur omdat deze auteursrechtenorganisatie nu juist op de goede weg was met de in 2004 overeengekomen lumpsum-regeling. In deze regeling is vastgelegd dat Koninklijk Horeca Nederland jaarlijks een lumpsum-bedrag betaalt aan SENA, waarmee de afdracht van SENA-muziekrechten voor deelnemende leden in 1 keer wordt afgekocht.

(…) “De lumpsum-regeling die Koninklijk Horeca Nederland voor haar leden met SENA heeft afgesproken, blijft onverminderd van kracht", zegt Claes. "Het klopt dat SENA formeel heeft opgezegd, maar aangezien SENA hiervoor niet de juiste opzeggingstermijn in acht heeft genomen, geldt de overeenkomst nog gewoon in 2007."

Lees het artikel in de Stentor hier. Lees het persbericht hier.