Vordering tot afgifte inloggegevens is onvoldoende concreet
Rechtbank Midden-Nederland 5 Oktober 2021 IEF 20317; ECLI:NLRBMNE:2021:4195 (Inloggegevens) Kort geding. Eiseres is een bedrijf dat op 11 april 2019 is opgericht en heeft als doelomschrijving het verzorgen van lokaal media-aanbod. Eiseres is met gedaagden een vrijwilligersovereenkomst aangegaan op grond waarvan gedaagden een radioprogramma mochten uitzenden. Zij waren daarvoor afzonderlijk een bedrag van € 50,- per maand verschuldigd aan eiseres. Omdat gedaagden nalatig waren met de betaling van het afgesproken bedrag heeft eiseres de overeenkomst beëindigd. Volgens eiseres hebben gedaagden daarna onrechtmatig gehandeld door de inloggegevens van de website te veranderen waardoor eiseres geen radio-uitzendingen meer kon maken en zij schade lijdt. In deze procedure vordert eiseres de afgifte van de inloggegevens van alle websites en apps die met eiseres te maken hebben en zich te onthouden daarvan gebruik te maken op straffe van een dwangsom. De vordering kan niet worden toegewezen omdat deze te algemeen is geformuleerd. Eiseres heeft onvoldoende concreet gemaakt om welke websites en apps het precies gaat. Bovendien heeft eiseres onvoldoende aannemelijk gemaakt dat zij eigenaar c.q. rechthebbende is van de website en apps waarvan zij de inloggegevens vordert.
Vacature: Merken Assistent bij Merkenbureau Bouma
Merkenbureau Bouma is op zoek naar een Merken Assistent. In deze functie ben je verantwoordelijk voor het juridisch administratief ondersteunen van de praktijk van een merkengemachtigde. Wij bieden een fulltime functie aan, maar het is mogelijk om parttime te werken, vanaf 24 uur per week. Het werk is afwisselend en bestaat uit o.a. het beheer van het datasysteem, het beheer van de agenda, het assisteren bij depots en mutaties in merkenportfolio’s, het indienen van officiële stukken bij instanties en het voeren van correspondentie en telefoongesprekken in het Nederlands en Engels. Ook kun je betrokken worden in de voorbereiding in merken conflicten tussen klanten en derden.
Uitsnede panoramafoto auteursrechtelijk beschermd
Ktr. Rechtbank Amsterdam 2 november 2021, IEF 20309; ECLI:NL:RBAMS:2021:6025 (ANP tegen Kop of Munt) Op de website van ANP stond een panoramische foto met daarop daken in de stad Amsterdam. Op enig moment heeft een ronde uitsnijding van deze foto op de website van Kop of Munt gestaan. Het ANP vordert Kop of Munt tot betaling van € 462,16 bestaand uit licentiederving en afbreuk zelfbeschikkingsrecht. Volgens Kop of Munt heeft de foto geen auteursrechtelijke bescherming aangezien er geen sprake is van een creatieve invulling. Dit verweer slaagt niet. Volgens de rechtbank zijn er door de fotograaf persoonlijke en creatieve keuzes gemaakt en is de foto daarom auteursrechtelijk beschermd. De vordering van ANP wordt toegewezen.
Verstrekken gebruikersgegevens aan Audi
Vrz. Rechtbank Den Haag 1 november 2021, IEF 20308, IT 3710; ECLI:NL:RBDHA:2021:12082 (Audi tegen OPP) Kort geding. Verschillende Marktplaats-accounts hebben producten aangeboden die zonder toestemming van Audi zijn voorzien van Audi-merken. Bij de verkoop van die producten via Marktplaats is gebruik gemaakt van de betaaldiensten van OPP. Audi vordert nu OPP tot verstrekking van gegevens van de gebruikers achter deze Marktplaats-accounts. De voorzieningenrechter wijst de vordering toe aangezien gebruikers inbreuk hebben gemaakt op Audi’s merkrechten, Audi een rechtmatig belang heeft en de AVG de verstrekking van gegevens door OPP aan Audi niet verhindert.
Videocollege en Leiden Law Lunch over filmauteursrecht
In dit videocollege, in twee delen, bespreekt prof. Dirk Visser het gehele filmauteursrecht.
Filmauteursrecht, deel 1 (43 minuten)
• Welke rechten?
• Welke rechthebbenden?
• Wettelijk kader films
• Contracten
Filmauteursrecht, deel 2 (1 uur en 2 minuten)
• Financiering
• Exploitatie
• Auteurscontractenrecht
• Handhaving
Zie ook de pdf van het college.
Uitspraak ingezonden door Josine van den Berg, Mount Law.
Geen reden om uitzending over zorginstelling te verbieden
Vzr. Rechtbank Amsterdam 26 oktober 2021, IEF 20306; ECLI:NL:RBAMS:2021:6086 (Zuster Norma tegen Noordkaap en Talpa) Noordkaap produceert het tv-programma Undercover in Nederland dat wordt uitgezonden onder verantwoordelijkheid van Talpa. Zuster Norma is een bedrijf dat kleinschalige zorg biedt aan ouderen met een vorm van dementie. Noordkaap is voornemens om op 4 november 2021 een uitzending van het programma Undercover in Nederland te wijden aan Zuster Norma. Zuster Norma vordert een verbod van de voorgenomen uitzending. De voorzieningenrechter oordeelt onder meer dat de in de uitzending geuite beschuldigingen voldoende steun vinden in het feitenmateriaal. Het is aannemelijk dat bij Zuster Norma sprake is (of in ieder geval tot recent is geweest) van een gebrek aan bevoegd personeel, ondermaatse zorg en een gebrekkige administratie. Aannemelijk is dat Zuster Norma reputatieschade zal lijden als gevolg van de uitzending. Gezien de misstanden waarvan sprake is (geweest) en gezien de negatieve publiciteit in het verleden, heeft zij die schade echter tot op zekere hoogte aan zichzelf te wijten. Dit is dan ook geen reden om de uitzending te verbieden. Zuster Norma wordt in het ongelijk gesteld. Er wordt niet voldaan aan de hoge eisen die worden gesteld aan een preventief uitzendverbod.
Overeenstemming over blokkeren websites met illegale content
Afgelopen maand is het Convenant Blokkeren Websites ondertekend door de Nederlandse internetaanbieders en rechthebbenden, verenigd in de Federatie Auteursrechtbelangen en Stichting BREIN. De internetaanbieders en rechthebbenden hebben overeenstemming bereikt over het blokkeren van websites met content die volgens de rechter inbreuk maakt op het auteursrecht of de naburige rechten. Het overleg is tot stand gekomen en begeleid door de ministeries van Justitie en Veiligheid en van Economische Zaken en Klimaat.
Jurisprudentielunch Merken-, Modellen- en Auteursrecht op 8 december
Binnenkort, op woensdag 8 december, presenteren Tobias Cohen Jehoram, Charles Gielen en Joris van Manen weer het halfjaarlijkse overzicht van recente en relevante rechtspraak tijdens de Jurisprudentielunch Merken- Modellen- en Auteursrecht. Een wintereditie deze keer, in het Amsterdamse Proeflokaal.
Enkele van de te behandelen uitspraken zijn:
HvJ EU 28 okt. 2021, C-123/20, Ferrari/Mansory [IEF 20278]
Rb. Den Haag 11 aug. 2021, Sanyang/Multimox [IEF 20220]
HvJ EU 9 sept. 2021, C‑783/19, Champagne/GB [IEF 20185]
Datum en tijd: 8 december, van 13:00 - 16:15 uur. Accreditatie: 3 opleidingspunten (Nova en BMM).
Efficiënt, effectief en actueel! Schuift u ook aan? Aanmelden is mogelijk via de website of via info@delex.nl.
Uitspraak ingezonden door Bram Woltering en Martin Hemmer, AKD.
Overdracht van IE-rechten parkeersysteem
Gerechtshof ‘s -Hertogenbosch 2 oktober 2021, IEF 20303 (Roxal Nederland tegen WPS Parking Systems) Roxal houdt zich bezig met de handel in en fabricage van constructies van roestvrij staal, aluminium en staal. WPS is actief op het gebied van ontwerp, fabricage en onderhoud van parkeersystemen en toegangscontrolesystemen. Naar aanleiding van een offerte van Royal hebben partijen een overeenkomst gesloten voor de ontwikkeling door Roxal van een nieuw parkeersysteem. Roxal bestrijdt in hoger beroep het oordeel van de rechtbank [IEF 18290] dat de bedoeling van partijen bij de overeenkomst is geweest dat na betaling van € 84.343.54 door WPS aan Roxal een verplichting voor Roxal is ontstaan om de intellectuele eigendomsrechten van het parkeersysteem aan WPS over te dragen. En dat deze op Roxal rustende verplichting losstond van de vraag of partijen ook een samenwerkingsovereenkomst voor een toekomstige samenwerking zouden sluiten. Roxal stelt dat de overeenkomst is ontbonden. Het hof is van oordeel dat WPS uit de bepalingen uit de overeenkomst mag opmaken dat aan haar finale kwijting werd verleend ten aanzien van eventuele inbreuken op de desbetreffende intellectuele eigendomsrechten uit het verleden. In deze overeenkomst is immers uitdrukkelijk bepaald dat met de betaling van het bedrag alle verplichting vanuit het verleden zijn voldaan.
Conclusie A-G in Philips tegen Asus
HR conclusie A-G 24 september 2021, IEF 20302, IT 3706; ECLI:NL:PHR:2021:846 (Philips tegen Asus) Deze zaak maakt deel uit van een samenstel van vier nog resterende samenhangende cassatiezaken met nummers 19/04503, 20/01160, 20/01110 en 20/01111 over mobiele telefoontechnologie. Philips heeft drie standaard essentieel octrooi patenten (“SEP”) EP 511, EP 525 en EP 659 voor mobiele communicatie. Volgens Philips hebben Asus en Wiko de SEP’s in hun producten toegepast zonder een licentievergoeding te betalen. Asus en Wiko hebben in elke zaak de nietigheid van het octrooi ingeroepen wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Het hof heeft in separate arresten besloten dat EP 511 en EP 525 geldig zijn. Het inbreukverbod, de recall en de schadevergoeding / winstafdracht (op te maken bij staat) ten aanzien van EP 511 en EP 525 zijn toegewezen. EP 659 is nietig geacht wegens gebrek aan inventiviteit. De daarop gegronde vorderingen zijn daarom afgewezen. Er zijn nu nog vier cassatieberoepen aanhangig. Twee zaken waarin Wiko de tegen haar gewezen arresten over EP 511 en EP 525 bestrijdt en twee zaken waarin Phillips de arresten gewezen arresten over EP 659 bestrijdt. A-G Van Peursem concludeert als volgt: