Beschikking ingezonden door Pieter Haringsma, Stichting BREIN.
Ex parte tegen delen op Facebook van muziekuploads in cyberlocker
Ex parte beschikking Rechtbank Overijssel 27 juli 2016, IEF 16198 (Brein tegen uploader cyberlocker)
Auteursrecht. Naburige Rechten. Muziek. Uit het persbericht: In het kader van BREIN's aanpak van illegale uploaders werd een rechterlijk ex parte bevel gehaald tegen een illegale cyberlocker uploader van muziek. Daarna werd een schikking met hem getroffen voor 7.000 euro. Eerder werden rechterlijke bevelen gehaald en schikkingen getroffen met illegale bittorrent en usenet uploaders voor meestal rond de 15.000 euro. Bij de schikkingen wordt rekening gehouden met de omstandigheden van het geval en de persoonlijke omstandigheden van de inbreukmaker, daarom is het bedrag in dit geval lager. Indien geen schikking getroffen kan worden, volgt een gerechtelijke procedure waarin de volledige schade en kosten worden gevorderd. Die liggen vele malen hoger dan het schikkingsbedrag. Uploaders naar cyberlockers of filehosters krijgen links naar de content die ze daar uploaden. Die links plaatsen ze op doorzoekbare linksites zodat anderen de content kunnen downloaden of streamen. Daarmee verspreiden ze de content en daarvoor is toestemming van de rechthebbenden nodig. In dit geval plaatste de uploader links naar de content op een Facebook groep. Hij deed dit als hobby voor de erkenning die hij met het gratis aanbod verwierf.
Uitspraak ingezonden door Michiel Coops, ABC Legal.
SHRUNK-sweaters maakt geen inbreuk op merk SCOTCH SHRUNK
Rechtbank Amsterdam 17 augustus 2016, IEF 16197 (Scotch & Soda tegen My Brand c.s.) Merkenrecht. Sinds 2002 brengt Scotch & Soda kinderkleding op de markt onder de het (Beneluxwoord)merk SCOTCH SHRUNK. Op 23 november 2015 is woordmerk SHRUNK ingeschreven, de inbreuk is van vóór die datum gestaakt, dus merkinbreuk wordt beoordeeld aan de hand van eerste woordmerk. De rechtbank oordeelt van niet onder sub a en b. Scotch & Soda heeft onvoldoende onderbouwd onder sub c en d. Vorderingen worden afgewezen.
Risicoaansprakelijkheid werkgever voor illegale kopie CAD-software op laptop en opzegging licentie
Rechtbank Rotterdam 10 augustus 2016, IEF 16196; IT 2114; ECLI:NL:RBROT:2016:6240(Siemens tegen Maverick) Auteursrecht. Software. Siemens ontwikkelt Solid Edge, een CAD-software, waar Maverick 7 licenties voor 7 werkplekken heeft gekocht. Er is gebruik gemaakt van een illegale kopie die door een (voormalig) werknemer is geïnstalleerd, er wordt conversatoir beslag gelegd op die laptop. Voor het aannemen van werkgeversaansprakelijkheid voor door een werknemer op een door werkgever verstrekte laptop illegaal gekopieerd softwareprogramma ex art. 6:170 BW is niet relevant of werknemers gevolg geven aan een verbod. Noch is het relevant dat de software gemakkelijk te downloaden is en dat dit buiten het zicht van Maverick heeft plaatsgevonden. Op werkgevers rust een risicoaansprakelijkheid. Staking wordt bevolen en illegale versie van de software moet door onafhankelijke ICT-deskundige worden vernietigd. In reconventie stelt Maverick dat de (overige) licentieovereenkomsten onrechtmatig zijn opgezegd. De EULA geeft Siemens de bevoegdheid de licentieovereenkomst te beëindigen indien een illegale versie wordt gebruikt.
In de tijdschriften zomer 2016
Tijdschrift voor Auteurs-, Media- & Informatierecht 2016-3
Berichten IE 2016, juli
MediaForum 2016, 4
AMI 2016-3
S.C. van Velze Het 'nieuw publiek' criterium hoort niet thuis in het Europese mededelingsrecht
A.G.I. Terhorst Implementatie van de richtlijn verweesde werken
Rechtspraak in het kort, actualiteiten, agenda
Uitspraak ingezonden door Gie van den Broek, LXA The Law Firm.
Opdracht tot feitelijke opgave rechtvaardigt niet kosten van accountant
Rechtbank Den Haag 27 juli 2016, IEF 16194 (DKH Retail tegen Rezo Global) Merkenrecht. Onttrokken advocaat. Gevorderde wordt als niet weersproken toegewezen, met in achtneming van termijn op twee werkdagen na betekening van het vonnis en (beperkte) opgaveverplichting op vier weken. Een minder verstrekkende opdracht tot het maken van een rapport van feitelijke bevindingen hoeft niet door een accountant of gediplomeerde onafhankelijke administrateur te worden gemaakt; gedragsregels verbieden het trekken van conclusies, omdat het enkel een feitenweergave is; dit rechtvaardigt niet de aanzienlijke kosten. Gedaagde moet zelf schriftelijke, met deugdelijke bescheiden gestaafde opgave te doen. Schadevergoeding OF winstafdracht wordt toegewezen, niet de cumulatie daarvan.
Hoster streamingplatform moet id-gegevens en informatie over inbreukomvang afgeven
Vzr. Rechtbank Den Haag 17 augustus 2016, IEF 16193 ; ECLI:NL:RBDHA:2016:9685 (Eredivisie tegen Global Layer) Auteursrecht. Een website die gehost werd door Global Layer wordt een streamingplatform aangeboden waarop meerdere live-uitzendingen van eredivisiewedstrijden openbaar werden gemaakt. Het is voldoende aannemelijk geworden dat via www.04stream.com inbreuk is en dreigt te worden gemaakt op auteursrechten. Het bevel tot staken van de dienstverlening en verstrekken identificerende persoonsgegevens en andere informatie wordt grotendeels toegewezen. Om de aard en omvang van de inbreuk vast te stellen geldt op grond van artikel 28 lid 9 Aw jo. artikel 843a Rv alleen een verplichting tot afgifte bestaat voor informatie die ziet op die inbreukomvang.
Gedeeltelijke opheffing ex parte vanwege spoedmerkdepot DYOH voormalig leverancier in distributierelatie
Vzr. Rechtbank Den Haag 12 augustus 2016, IEF 16192; ECLI:NL:RBDHA:2016:9458 (Aliter Curari tegen Dr. Rath) Merkenrecht. Distributierelatie. Dr. Rath verhandelt voedingssuplementen en Aliter Curari distribueert deze volgens overeenkomst voor eigen rekening en risico onder de naam Discover Your Own Health (DYOH). De distributierelatie wordt opgezegd en Dr. Rath deponeert met spoed en te kwader trouw DYOH-woordbeeldmerk. Het ex parte gelegde beslag en verbod op producten die inbreuk zouden maken op de ECG-merken en de Individuele productmerken moet worden gehandhaafd tot uitputting afdoende is aangetoond. Opheffing van het ex-parte gegeven verbod voor zover het betrekking heeft op inbreuk op de DYOH-merken, het conservatoire beslag tot afgifte en gelegde executoriale derdenbeslagen voor verhaal van meer dan €5.160,71.
Naast de tussenkomst geen zelfstandig belang bij voeging zaak over FOCWA-inbreuken
Rechtbank Den Haag 17 augustus 2016, IEF 16191; ECLI:NL:RBDHA:2016:9598(Stichting FOCWA tegen Vereniging FOCWA Schadeherstel en Automative en De Federatie FOCWA) In de hoofdzaak vordert De Stichting een verklaring voor recht dat Schadeherstel c.s. met het gebruik van de FOCWA-aanduiding IE-recht inbreuk pleegt. De Federatie vordert tussenkomst en voeging aan de zijde van Schadeherstel. De tussenkomst wordt toegelaten, ondanks dat zij nog geen concrete vordering heeft beschreven voor het door haar beoogde gebruiksverbod. De Federatie geen zelfstandig belang bij voeging naast de tussenkomst.
Afstand van IE-rechten 'Paaltjesvoetbal' voor 185.000euro
Vzr. Rechtbank Rotterdam 13 juli 2016, IEF 16190; ECLI:NL:RBROT:2016:5304 (Pole Soccer tegen Ermilusto) Auteursrecht. Contractenrecht. Bij het spel “paaltjesvoetbal” dienen voetballers een op de grond geplaatste paal van de tegenstander met een voetbal om te schieten. Gedaagde heeft dit uitgewerkt in het concept “Pole Soccer” voor een speelveld met boarding en specifieke spelregels. Het is voldoende aannemelijk dat gedaagde zijn intellectuele eigendomsrechten heeft overgedragen aan Pole Soccer BV. Het verweer dat het bedongen recht op een bedrag van 185.000 een licentievergoeding zou zijn in plaats van een overeengekomen vergoeding voor afstand van de rechten, faalt. Gedaagde moet uitvoering geven aan verplichting uit de overeenkomst, waaronder overdracht auteursrecht op bij Notaris gedeponeerde format en spelregels (auteursrecht), de auteurs- en modelrechten op de ontworpen Soccer Fields en woordbeeldmerk Pole Soccer. Tevens wordt een verbod op inbreukmakende domeinnamen gegeven.
Bijdrage ingezonden door Anne Bruna, LinkedIn-profiel.
Auteursrechtdebat: Anne Bruna - Blokkade; een gok van de tussenpersoon
De laatste jaren wordt er gretig gezocht naar manieren om auteursrechten te beschermen tegen inbreuken op het grote boze Internet. In een poging om de toevloed aan illegale content – die zelfs voor de oma van Frank Melis binnen handbereik ligt – tegen te gaan, worden er meer en meer blokkades opgelegd.1 De taak om de vereiste balans te vinden tussen betrokken belangen wordt hierbij door het Hof van Justitie op de tussenpersoon, vaak de internetaanbieder, afgeschoven. 2 Hieronder zal worden betoogd dat het gebrek aan duidelijke criteria voor het vinden van deze balans de grondrechten van betrokken partijen niet ten goede komt. Ook het gebrek aan duidelijke effectiviteitsvereisten draagt bij aan een bepaalde disproportie.
UPC Telekabel Wien; een misleidende eerste indruk Een belangrijke voorwaarde voor het opleggen van een gerechtelijk bevel is het bereiken van een eerlijke balans tussen fundamentele rechten, hetgeen onder andere volgt uit Promusicae.3 Met zijn oordeel over blokkade in Telekabel Wien lijkt het Hof van Justitie hier op het eerste zicht wel degelijk rekening mee te hebben gehouden. Het meent de vrijheid van ondernemerschap van tussenpersonen “niet in zijn kern te raken” doordat ze zelf mogen – en moeten – bedenken hoe ze de blokkade vorm geven, zolang ze het gewenste resultaat maar bereiken.4 Deze resultaatsverplichting zou de tussenpersoon de mogelijkheid bieden om te kiezen voor een maatregel die haar bedrijf het minst zal verstoren.5 De mogelijkheid waarover ze beschikken om zich achteraf te verdedigen tegen aansprakelijkheid door aan te tonen dat ze toch “alle redelijke maatregelen” hebben genomen, zou hier ook aan bijdragen.6 Verder houdt de blokkeringsverplichting in dat de tussenpersoon het vereiste resultaat moet bereiken, namelijk het beëindigen van de inbreuk, maar hierbij de internetgebruikers niet onnodig toegang mag ontnemen tot legale content. Door op deze manier de toegang tot legale content te waarborgen, zou volgens het Hof ook de vrijheid van informatie gerespecteerd worden.7