IEF 22385
19 november 2024
Uitspraak

Bouwsteentjesstrijd: Inbreukverbod toegewezen in zaak Lego c.s. tegen Wibra

 
IEF 22344
19 november 2024
Artikel

Laatste kans: Nationaal Mediarechtcongres 2024 aanstaande donderdag

 
IEF 22383
19 november 2024
Uitspraak

Hoger beroep slaagt, BNNVARA moet uitzending ‘Sluiproute Iran’ offline halen

 
IEF 15907

EFTA-adviesvraag over limiet merkenregistratie voor (bekende) beeldhouwwerken waarop geen auteursrecht meer rust

22 mrt 2016, IEF 15907; zaak E-05/16 (Vigeland park), https://ie-forum.nl/artikelen/efta-adviesvraag-over-limiet-merkenregistratie-voor-bekende-beeldhouwwerken-waarop-geen-auteursrecht

Request for an Advisory Opinion van EFTA-Gerecht 22 maart 2016, IEF 15907, IEFbe 1780, zaak E-05/16 (Vigeland park)
Advies gevraagd door Hof van Beroep Oslo voor Intellectuele Eigendomsrechten (Klagenemnda for industrielle rettigheter). Merkenrecht. EFTA (Europese Vrijhandelsorganisatie). Verlopen auteursrecht. Zeer bekende, cultureel waardevolle beeldhouwwerken. In het Vigeland park in Oslo, Noorwegen, staat het grootste beeldenpark ter wereld dat door één kunstenaar is gemaakt, Gustav Vigeland. Tussen 1907 en 1942 zijn er 212 stenen en bronzen beelden gemaakt. Het park is de populairste toeristische attractie van Noorwegen. Is de bekendheid van het werk relevant om een merk te weigeren? Geldt de richtlijn ook voor 2D-weergave van 3D-beeldhouwwerken? Moet een merk worden geweigerd op basis van sectorgebruiken of is beschrijvendheid voldoende?

1. May trademark registration of copyright works, for which the protection period has expired, under certain circumstances, conflict with the prohibition in Article 3(1)(f) of the Trade Marks Directive on registering trademarks that are contrary to 'public policy or … accepted principles of morality'?

IEF 15906

Prejudicieel gestelde vraag: Is transmissie via gemeenschappelijk antenne-installatie met minder dan 500 verbonden deelnemers geen nieuwe uitzending?

HvJ EU 26 apr 2016, IEF 15906; IEF 15906; IEFbe 1779 (AKM), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudicieel-gestelde-vraag-is-transmissie-via-gemeenschappelijk-antenne-installatie-met-minder-dan

Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 16 februari 2016, IEF 15906; IEFbe 1779; zaak C-138/16 (AKM)
Over de uitleg van artikel 3(1) en 5 van de InfoSoc-richtlijn. Via Minbuza: Verzoekster AKM (Autoren, Komponisten und Musikverleger) is een overkoepelende organisatie op grond van de Wet op de rechtenbeheerders. Conform de wettelijke regeling staat zij onder toezicht van het Oostenrijkse MinJUS. Verzoekster regelt voor de aangesloten leden de rechten op muziekwerken.
Verweerster Zürs.net exploiteert een kabelnetwerk (in Zürs) via welk radio- en tv-uitzendingen integraal worden doorgegeven aan de abonnees. Het gaat om diverse programma’s, zowel van Oostenrijkse als van Duitse origine, publiek en commercieel, en analoog en digitaal. Verzoekster biedt via een glasvezelnetwerk verschillende diensten zoals internet, tv en telefonie. Het betreft hier (de exploitatie van) een ‘antenne-installatie voor kleine gemeenschappen’ in de zin van de OOS auteurswet, en verweerster breidt deze diensten steeds verder uit. In de programma’s worden ook werken uitgevoerd waarvan verzoekster de rechten beheert. Verzoekster eist informatie van verweerster over het aantal abonnees op verschillende tijdstippen en opgave van de op die tijdstippen doorgegeven programma’s. Zij eist subsidiair een vergoeding voor oorspronkelijk niet uit Oostenrijk afkomstige werken (op grond van de Berner Conventie). Verzoekster stelt dat de uitzonderingsbepaling in de Oostenrijk ten behoeve van kleine gemeenschappen strijdig is met verdragen en het EUrecht en wijst op de herziene Berner Conventie (1967/1971). Kabelexploitanten met niet meer dan 500 aansluitingen voldoen niet aan de vereisten van de ‘tweestapstoets’ op basis waarvan beperkingen slechts bij uitzondering mogen worden toegepast. Zij wijst op de jurisprudentie van het HvJEU, waarin met name is bepaald dat aan de ‘mededeling aan het publiek’ een ruime betekenis moet worden gegeven. Verzoekster twijfelt er niet aan dat de door verweerster geëxploiteerde ‘gemeenschappelijke antenne-installatie’ aan de voorwaarden voor ‘mededeling aan het publiek’ in de zin van de RL voldoet, zodat verweerster daarvoor toestemming nodig heeft en een vergoeding zal moeten betalen.
De verwijzende Oostenrijkse rechter (Handelsgericht Wien) legt de volgende vraag voor aan het HvJEU:

Moeten artikel 3, lid 1, respectievelijk artikel 5 van richtlijn 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij, respectievelijk artikel 11 bis, lid 1, punt 2, van de Berner Conventie voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst in de versie van Stockholm/Parijs 1967/1971 aldus worden uitgelegd dat een regeling, waarbij de doorgifte van omroepuitzendingen via “gemeenschappelijke antenne-installaties” zoals die van verweerster in het hoofdgeding
a) niet wordt beschouwd als een nieuwe omroepuitzending wanneer bij de installatie niet meer dan 500 abonnees zijn aangesloten en/of
b) wordt beschouwd als een onderdeel van de oorspronkelijke omroepuitzending wanneer het de gelijktijdige, volledige en onveranderde doorgifte van omroepuitzendingen van de Oostenrijkse omroeporganisatie door middel van binnenlandse leidingen betreft, en deze vormen van gebruik evenmin onder een ander uitsluitend recht van mededeling aan het publiek met een element van afstand in de zin van artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29/EG vallen, en derhalve niet afhankelijk zijn van de toestemming van de auteur en hiervoor dus ook geen vergoedingsplicht geldt, strijdig is met het Unierecht respectievelijk met het recht van de Berner Conventie als binnen de rechtsorde van de Unie vallende internationale overeenkomst?

IEF 15905

Uitspraak ingezonden door Tobias Cohen Jehoram en Vivien Rörsch, De Brauw Blackstone Westbroek.

Imation niet-ontvankelijk in haar cassatieberoep tegen tussenarrest Thuiskopie

Hoge Raad 22 apr 2016, IEF 15905; (Imation tegen Stichting Thuiskopie), https://ie-forum.nl/artikelen/imation-niet-ontvankelijk-in-haar-cassatieberoep-tegen-tussenarrest-thuiskopie

HR 22 april 2016, IEF 15905 (Imation tegen Stichting Thuiskopie)
Procesrecht. De rechtbank heeft niet door een uitdrukkelijk dictum omtrent enig deel van het gevorderde een einde aan het geding gemaakt [IEF 13010]. Het arrest [IEF 14984] van het hof dat daarop volgt is een tussenarrest. Beroep in cassatie van het tussenarrest van het hof kan ingevolge artikel 401a lid 2 Rv slechts tegelijk met dat van het in deze te wijzen eindarrest worden ingesteld. De uitzondering van lid 2 Rv is niet van toepassing en dus is Imation niet-ontvankelijk.

IEF 15904

Reclameboek jurisprudentielunch 2016

Op woensdag 11 mei van 12.00 – 15.15 organiseert eduLex, onderdeel van uitgeverij deLex, weer een jurisprudentiebijeenkomst reclamerecht in Crowne Plaza South te Amsterdam. Dé jaarlijkse bijeenkomst over het reclamerecht. Jan Kabel en Ebba Hoogenraad bespreken belangrijke en actuele jurisprudentie. Aanmelden hier

Jan Kabel spreekt over uitspraken van het HvJ EU en het EHRM op het terrein van oneerlijke handelspraktijken, reclame en direct marketing en de consequenties daarvan voor de Nederlandse praktijk. Het gaat over publiciteit in het vrije beroep, prijsverlagingen, prijsvergelijking en andere vormen van prijsinformatie, voedings- en gezondheidsclaims, marketing voor tabaksproducten en wat er nog meer aan de orde komt in de Europese rechtspraak.

Ebba Hoogenraad geeft een update van beslissingen van de Reclame Code Commissie, het CvB en de rechter: hoe zit het met misleiding, inzake misleiding, uitnodiging tot aankoop, ‘gevoelige’ producten, goede smaak en fatsoen, de definitie van reclame en gezondheidsproducten? Ook processuele aspecten komen aan bod: o.a. het pan-Europees verbod bij vergelijkende reclame, en de discussie over artikel 6:194 versus 6:193a-j BW.

IEF 15903

HvJ EU: Vordering billijke thuiskopiecompensatie is een verbintenis uit onrechtmatige daad volgens EEX

HvJ EU 21 apr 2016, IEF 15903; ECLI:EU:C:2016:286 (Austro-Mechana tegen Amazon), https://ie-forum.nl/artikelen/hvj-eu-vordering-billijke-thuiskopiecompensatie-is-een-verbintenis-uit-onrechtmatige-daad-volgens-e

HvJ EU 21 april 2016, IEF 15903; IEFbe 1778; ECLI:EU:C:2016:286 ; C‑572/14 (Austro-Mechana tegen Amazon)
Auteursrecht. Collectief beheer. Zie eerder IEF 14608. Het hof verklaart voor recht:

Artikel 5, punt 3, EEX-Vo. moet aldus worden uitgelegd dat een vordering strekkende tot betaling van een vergoeding die verschuldigd is krachtens een nationale regeling als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, waarbij het stelsel van „billijke compensatie” wordt toegepast dat is vastgesteld in artikel 5, lid 2, onder b), van InfoSoc-richtlijn, onder het begrip „verbintenissen uit onrechtmatige daad” in de zin van artikel 5, punt 3, van deze verordening valt.

IEF 15902

Bijdrage ingezonden door Joost Becker, Dirkzwager.

Joost Becker - IE-rechten opdrachtgevers niet gewaarborgd in zzp-modelovereenkomst van Belastingdienst

Op 1 mei 2016 treedt de Wet DBA in werking. Deze wetswijziging heeft tot gevolg dat de Verklaring arbeidsrelatie (VAR) wordt afgeschaft. Onze collega’s van arbeidsrecht schreven al eerder over de arbeidsrechtelijke aspecten hiervan, maar ook op het gebied van het Intellectuele Eigendoms- en IT-recht is er belangrijk nieuws.

Afschaffing VAR-verklaring
De VAR-verklaring bood duidelijkheid aan opdrachtgevers over de arbeidsverhouding met freelancers en andere zelfstandigen, zoals zzp’ers. Het was immers van belang om te weten of een opdrachtgever al dan niet loonheffingen moest afdragen voor de zelfstandigen die hij inschakelde.

IEF 15901

Uitspraak ingezonden door Esther Mommers, Dirkzwager.

Geen afbreuk aan reputatie BLOKKER door hot-or-not-advertentie

Rechtbank Amsterdam 20 apr 2016, IEF 15901; (Blokker tegen SRM), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-afbreuk-aan-reputatie-blokker-door-hot-or-not-advertentie

Rechtbank Amsterdam 20 april 2016, IEF 150901; RB 2702 (Blokker tegen SRM)
Reclamerecht. Merkenrecht. SRM heeft een advertentie geplaatst in het FD met merken die HOT en die NOT zijn op basis van nieuws en persberichten. Volgens Blokker is dit merkinbreuk en is er sprake van onrechtmatige daad. Om de vordering van Blokker, gebaseerd op artikel 2.20 BVIE te laten slagen, moet aangetoond worden dat de reputatie wordt aantast. Deze vordering wordt onvoldoende onderbouwd, de vordering wordt afgewezen. Ten aanzien van de onrechtmatige daad moet de rechtbank een belangenafweging maken tussen de bescherming van eer en goede naam van Blokker en de vrijheid van meningsuiting van SRM, die in dit geval zwaarder weegt. 

IEF 15900

Uitspraak ingezonden door Pieter Ballings, De Vos & Partners.

Geen verwarring Hoorn Events en HRN Events door hoofdletters en uitspraak

Rechtbank Noord-Holland 29 mrt 2016, IEF 15900; ECLI:NL:RBNHO:2016:4695 (Hoorn Events tegen HRN Events), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-verwarring-hoorn-events-en-hrn-events-door-hoofdletters-en-uitspraak

Vrz. Rechtbank Noord-Holland 29 maart 2016, IEF 15900 (Hoorn Events tegen HRN Events) / 28 maart 2016; ECLI:NL:RBNHO:2016:4695
Handelsnaamrecht. De aard van Events Holland (sinds 2007 onder de naam Hoorn Events) en HRN Events (sinds 2015) is vergelijkbaar, beiden organiseren sport- en spelevenementen. Er is geen verwarring te duchten, visueel is er nagenoeg geen overeenstemming, Hoorn en HRN zijn voldoende afwijkend. Auditief is er geen overeenstemming. Mede door het hoofdlettergebruik en de gemiddelde lezer zal de afkorting uitspreken als 'Ha-Er-En Events' en niet als fonetisch de drie achter elkaar geplaatste medeklinkers 'hrn'. Slechts begripsmatig staat HRN bekend onder twitteraars en whatsApp-gebruikers voor de afkorting 'Hoorn'. Er is geen handelsnaaminbreuk.

IEF 15899

Oude spoortracé herontwikkelen tot toeristisch wandel- en fietstraject is beproefd concept

Rechtbank Noord-Nederland , IEF 15899; ECLI:NL:RBNNE:2016:1862 (St. Noord-Friesche Lokaal Spoorwegmij tegen Gemeente Leeuwarderadeel), https://ie-forum.nl/artikelen/oude-spoortrac-herontwikkelen-tot-toeristisch-wandel-en-fietstraject-is-beproefd-concept

Vzr. Rechtbank Noord-Nederland 20 april 2016, IEF 15899; ECLI:NL:RBNNE:2016:1862 (St. Noord-Friesche Lokaal Spoorwegmij tegen Gemeente Leeuwarderadeel)
Auteursrecht. Gestelde inbreuk op auteursrecht op het plan tot hergebruik van het oude spoortracé Leeuwarden-Anjumen en brochure is niet aannemelijk. Eiser stelt dat de brochure van de gemeente inbreuk maakt op de auteursrechten van NFLS, omdat het plan voor het gebruik van het spoortracé door eiser is bedacht en uitgewerkt. Zoals de gemeente terecht heeft aangevoerd, is het idee om een oude spoorlijn die nog steeds deels in het landschap aanwezig is en die onder meer voert langs diverse (her- of verbouwde) oude stations, historische monumenten en natuurgebieden nieuw leven in te blazen door deze te herontwikkelen tot en toeristische trekpleister door het mogelijk te maken over dit traject te (spoor)fietsen of te wandelen, een beproefd concept dat al vele malen eerder is bedacht en uitgevoerd op diverse plekken in Nederland en daarbuiten.

IEF 15898

Voor partijafspraken over praktische uitvoering toegestaan (digitaal) bewijsbeslag geen verlof nodig

Rechtbank Den Haag 18 apr 2016, IEF 15898; ECLI:NL:RBDHA:2016:4213 (gehele digitale adminstratie), https://ie-forum.nl/artikelen/voor-partijafspraken-over-praktische-uitvoering-toegestaan-digitaal-bewijsbeslag-geen-verlof-nodig

Vzr. Rechtbank Den Haag 18 april 2016, IEF 15898; ECLI:NL:RBDHA:2016:4213 (gehele digitale adminstratie)
Bewijs. Kwekersrecht. Er wordt verlof gevraagd om de gehele digitale administratie van gerekwestreerde, ongeacht relevantie voor bewijs van inbreuk op kwekersrechten, te kopiëren en mee te nemen en dat de deurwaarder op een later tijdstip een selectie maakt. Voor zover het verzoek ziet op digitale administratie die bij de tenuitvoerlegging van het eerder toegestane bewijsbeslag met toestemming van de gerekwestreerde is meegenomen, ontbreekt een belang bij het gevraagde verlof. Voor afspraken onder partijen is geen verlof nodig. Voor zover het verzoek zou zien op digitale administratie die zonder toestemming van gerekwestreerde is meegenomen, ontbreekt een rechtsgrond.