Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, raad van toezicht, Sena.
Minimumgages bij de publieke omroep: een eerste stap naar fair pay in de media
8 september ging de kogel door de kerk. De NPO kondigde in een persbericht aan dat artiesten die optreden bij de Publieke Omroep vanaf 1 oktober een redelijke vergoeding zullen ontvangen: “Voor artiesten en musici die optreden in programma’s van de publieke omroep is voortaan duidelijker welke vergoeding daar tegenover staat. Het gaat om een minimumvergoeding en duidelijkere regels over eventuele aanvulling van dit bedrag.”
Logo maakt geen inbreuk op rechten eisers
Vtr. Rechtbank Rotterdam 6 december 2022, IEF 21149; ECLI:NL:RBROT:2022:11018 (eisers tegen gedaagden) Eisers hebben op 20 maart 2018 een vennootschap opgericht die beveiligingsdiensten en verkeersregelaarsdiensten aanbiedt. Op 19 juli 2021 heeft eiser 1 de eenmanszaak Infra Verkeerdiensten opgericht, van waaruit hij verkeersregelaarsdiensten en arbeidsbemiddeling leverde. Voor beide ondernemingen wordt een soortgelijk logo gebruikt. Op 1 oktober 2021 hebben eiser 1 en gedaagde 2 eiser 3 opgericht. Deze samenwerking loopt op 1 december 2021 stuk. Gedaagde 2 richt gedaagde 1 op en gebruikt hierbij een logo dat wat wegheeft van de logo's die door eisers gebruikt worden. Op 24 mei 2022 zijn de beide logo's van eisers ingeschreven als beeldmerken. Eisers vorderen gedaagden de inbreuk op hun auteursrechten en merkenrechten te staken. De voorzieningenrechter wijst de vordering met betrekking tot de auteursrechten af omdat niet aannemelijk is geworden dat eisers maker zijn van de logo's. Met betrekking tot de merkenrechten oordeelt de voorzieningenrechter dat het logo van gedaagden onvoldoende overeenstemt met de logo's van eisers om vrees voor verwarringsgevaar te rechtvaardigen. Tot slot doen eisers een beroep op slaafse nabootsing, ook dit wordt afgewezen.
Prejudiciële vragen over auto-onderdelen Audi
Sąd Okręgowy w Warszawie (Polen) 7 juli 2022, IEF 21148, IEFbe 3596; C-334/22 (Audi) via MinBuza. Verzoekster, AUDI AG, gevestigd te Duitsland, is houdster van de uitsluitende rechten die verbonden zijn met het Uniemerk, dat onder nummer 000018762 onder meer in klasse 12 van de classificatie van Nice (voertuigen, reserveonderdelen, auto-accessoires) is geregistreerd. Het betreft een teken waarin de vier op dat teken afgebeelde cirkels of de twee centrale cirkels elkaar overlappen. Het heeft een sterk onderscheidend vermogen, is in Polen algemeen bekend en wordt ondubbelzinnig in verband gebracht met de onderneming van verzoekster. Verweerder, GQ, houdt zich bezig met de verkoop van reserveonderdelen voor auto’s. Hij verkoopt hoofdzakelijk waren aan andere ondernemers (distributeurs) en verkoopt niet aan consumenten. In de jaren 1986-2017 heeft verweerder via zijn website afdekkingen voor radiateurs (zogenoemde grilles of koelroosters) te koop aangeboden. Deze afdekkingen waren aangepast aan en bestemd voor oude Audi-modellen.
Schadevergoeding wegens inbreuk auteursrecht op foto's
Ktr. Rb. Rotterdam 25 november 2022, IEF 21147; ECLI:NL:RBROT:2022:10932 (eiser tegen gedaagde en Bedrijf) Eiser is een professioneel fotograaf. Bedrijf is een makelaardij in onroerende zaken en exploiteert daarvoor een website. Eiser is auteursrechthebbende op de Foto's, gedaagde heeft de Foto’s ter beschikking gesteld aan Bedrijf voor de verkoop van zijn appartement. Gedaagde heeft hiervoor geen toestemming aan eiser gevraagd of gekregen. Bedrijf heeft de Foto’s op haar eigen website en op de website van Funda geplaatst, zonder voorafgaande toestemming van eiser en ook zonder vermelding van eiser als maker van de Foto’s. Eiser heeft Bedrijf gevraagd de inbreuk op zijn auteursrecht te staken, de Foto's zijn van de websites verwijderd. Eiser vordert bij de kantonrechter schadevergoeding op grond van de inbreuk op zijn auteursrechten, de vordering wordt toegewezen.
Nationaal Reclamerechtcongres: laatste plaatsen
Morgen, donderdag 15 december a.s., het Nationaal Reclamerechtcongres onder leiding van Ebba Hoogenraad (Hoogenraad & Haak) en Willem Leppink (Ploum).
In de ochtend beginnen we met presentaties van Otto van der Harst en Fiona Vening (SRC) over actualiteiten rondom zelfregulering, Anne-Jel Hoelen (ACM) over beleid en belangrijke thema´s bij de ACM. En we starten met het jaarlijkse overzicht van Ebba Hoogenraad: ‘Hot topics en Greatest Hits'.
Octrooigemachtigde Tamara Stegmann benoemd tot Geassocieerd Partner bij NLO
NLO, een van de grootste adviesbureaus voor de Intellectuele Eigendom (IE) in Europa, heeft Nederlands en Europees octrooigemachtigde Tamara Stegmann met ingang van 1 januari 2023 tot Geassocieerd Partner benoemd.
Tamara over haar benoeming: “Ik ben vereerd en dankbaar voor mijn benoeming tot Geassocieerd Partner door de vennoten van NLO. Ik kijk ernaar uit om onze cliënten te blijven adviseren over hun IE-portefeuille en over het opstellen van optimale IE-strategieën die hun bedrijfsdoelstellingen ondersteunen. Ik dank iedereen die mij geholpen heeft om hier te komen en ik kijk ernaar uit om te zien wat de komende jaren zullen brengen.”
Uitzending Roddelpraat terecht offline gehaald
Hof Amsterdam 13 december 2022, IEF 21144, IT 4178; ECLI:NL:GHAMS:2022:3522 (Roddelpraat) [IEF 20600]. Het gaat in dit kort geding om een conflict over een uitzending van Roddelpraat, die een veel bekeken programma op een juicekanaal maakt. In die uitzending wordt een rap afgespeeld van A, die bekend is als muzikant en influencer. De makers van Roddelpraat hebben vervolgens een deel van de uitzending besteed aan het bespreken van de tekst daarvan. Daarbij hebben zij een lezing van die tekst besproken die erop neerkomt dat een andere bekende Nederlander grensoverschrijdend gedrag heeft vertoond tegenover A. De voorzieningenrechter heeft Roddelpraat bevolen de uitzending offline te halen. Roddelpraat heeft daartegen hoger beroep ingesteld, vooral omdat hij beschikt over nieuw bewijsmateriaal waaruit zou blijken dat de rap al lang voor de uitzending openbaar gemaakt was. Het hof oordeelt dat de uitputtingsleer niet van toepassing is op het onderhavige geschil. Ook Roddelpraats argument dat er sprake is van een parodie gaat niet op.
Prejudiciële vraag over de bewoordingen "in het bijzonder"
Tribunal Supremo (Spanje) 22 juli 2022, IEF 21143, IEFbe 3595; C-361/22 (Inditex) via MinBuza. Buongiorno is een provider voor informatiediensten via internet en het mobiele telefoonnetwerk. Ter promotie van een nieuw type abonnement organiseerde zij een reclamecampagne waarbij als welkomstgeschenk nieuwe abonnees deel konden nemen aan een loterij waarbij een ZARA-cadeaubon ter waarde van 1 000 EUR te winnen viel. Inditex heeft tegen Buongiorno een vordering ingesteld wegens het gebruik van het teken "Zara" in de vermelde reclamecampagnes op grond van artikel 34, lid 2, onder b) van de Spaanse merkenwet, vanwege het uit de reputatie van het merk getrokken voordeel en de afbreuk aan de reputatie van het merk. Buongiorno voert aan de andere kant aan dat het om een incidenteel gebruik ging, waarbij dit teken niet als merk is gebezigd. Het betrof veeleer een verwijzend gebruik dat onder het bij artikel 37 lid, 1, onder c) Spaanse merkenwet (de Europeesrechtelijke equivalent is artikel 6, lid 1, onder c), van richtlijn 89/104/EG ) geregelde rechtmatige gebruik van andermans onderscheidende tekens valt.
Geen normaal gebruik merk voor ingeschreven waren
Gerecht EU 30 november 2022; IEF 21142, IEFbe 3594; T‑12/22, ECLI:EU:T:2022:733 (Hasco tegen EUIPO) Op 21 augustus 2019 heeft Hasco bij het EUIPO een vordering tot nietigverklaring ingesteld van het EU-merk dat was ingeschreven na een op 26 januari 2017 ingediende aanvraag voor het woordteken NATURCAPS. De vordering tot nietigverklaring is gebaseerd op het oudere nationale woordmerk NATURKAPS, dat op 10 september 2004 is ingeschreven. Op 8 februari 2021 wees de nietigheidsafdeling de vordering tot nietigverklaring af omdat Hasco geen normaal gebruik voor de ingeschreven waren had aangetoond. De kamer van beroep heeft het beroep tegen deze beslissing verworpen. Het Gerecht oordeelt dat de kamer van beroep niet ten onrechte heeft geoordeeld dat Hasco geen normaal gebruik van het oudere merk had aangetoond voor de waren waarvoor dat merk was ingeschreven. Hasco heeft namelijk niet aangetoond dat zij het merk gebruikt voor farmaceutische producten.
Beslissing kamer van beroep in strijd met werkingssfeer wet
Gerecht EU 7 december 2022; IEF 21140, IEFbe 3593; T‑487/21, ECLI:EU:T:2022:780 (Neoperl tegen EUIPO) Op 1 september 2016 heeft Neoperl bij het EUIPO een Uniemerkaanvraag ingediend voor een "tactiel positiemerk". De aanvraag is op formele gronden afgewezen, Neoperl gaat hiertegen in beroep. De kamer van beroep van het EUIPO heeft geoordeeld dat het teken waarvan inschrijving als Uniemerk was aangevraagd elk onderscheidend vermogen miste, en heeft het beroep verworpen. Het Gerecht oordeelt dat bescherming wordt gevraagd voor zowel een onderdeel van de structuur van de straalregelaars als het tactiele aspect van het betrokken teken. Hieruit volgt dat de kamer van beroep het onderscheidend vermogen van dit teken niet kon onderzoeken op basis van hypotheses waarin zij selectief rekening zou hebben gehouden met bepaalde aspecten van het teken, waarbij met name het tactiele aspect wordt uitgesloten. Bijgevolg moet het middel inzake schending van de werkingssfeer van de wet ambtshalve worden onderzocht.