IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 1950

Explosief

Rechtbank Arnhem, 8 maart 2006, LJN: AW2487. Primagaz Nederland B.V. & Compagnie Des Gaz De Pétrole "Primagaz" tegen Kavegas B.V.

Art. 13 bis lid 1 BMW: beslag op productiemiddelen. Primagaz SA is houdster van het woordmerk PRIMAGAZ en het beeldmerk  . Primagaz B.V. is licentiehoudster van deze merken. Primagaz verkoopt vloeibare gassen welke zij distribueert in gasflessen. De gasflessen worden (tegen betaling van statiegeld) in bruikleen gegeven aan afnemers. De gasflessen zijn voorzien van het PRIMAGAZ merk en na elke vulling wordt de kraan voorzien van een plastic krimpfolie seal waarop eveneens het merk is aangebracht.

Aanleiding voor het geschil is dat Kavegas, tot 1997 hoofddepothouder van Primagaz, ondanks het einde van de relatie Primagaz gasflessen vult en distribueert. Daarbij worden ook de seals van Pimagaz nagemaakt en op de gasfleskranen aangebracht. Primagaz heeft conservatoir beslag laten leggen, niet alleen  op de Primagaz gasflessen maar ook op de vulinstallaties (roerende zaken ten behoeve van productie in de zin van art. 13bis lid 1 BMW) van Kavegas.

Kavegas verweert zich met de stelling dat zij de betreffende gasflessen heeft ingekocht bij reguliere depothouders van Primagaz en zelf die flessen niet heeft gevuld of voorzien van een seal. De rechtbank wil wel aannemen dat er Primagaz flessen met vervalste seals in omloop zijn maar Primagaz slaagt er niet in om te bewijzen dat Kavegas de flessen zelf heeft gevuld of voorzien van een valse seal. Zij krijgt daarvoor alsnog een bewijsopdracht.

De rechtbank overweegt op voorhand dat, indien Primagaz in haar bewijslevering slaagt, de vordering van Primagaz tot afgifte van de inbeslaggenomen vulinstallatie in ieder geval niet toewijsbaar is. Vereist is volgens de rechtbank dat er:

“een rechtstreeks verband bestaat tussen de inbreuk en het middel waarmee inbreuk wordt gemaakt. Machines die, zonder dat er inbreuk wordt gemaakt, ook voor andere doeleinden kunnen worden gebruikt, kunnen niet daartoe worden gerekend. Ook als komt vast te staan dat Kavegas met gebruikmaking van bedoelde installatie Primagaz-gasflessen vult, dan laat dat onverlet dat zij onbetwist heeft gesteld dat zij de installatie ook gebruikt om eigen Kavegas-flessen te vullen. Dat betekent er geen rechtsgrond is voor afgifte van de installatie aan Primagaz op grond van artikel 13bis BMW.”

De rechtbank geeft niet aan waarop zij deze uitleg van 13bis lid 1 baseert. Tekst & Commentaar, Kort Begrip, Merkenrecht zwijgen erover (de laatste omdat 13bis, of een soortgelijke bepaling voor het merkenrecht toen nog niet bestond). Ook een summiere zoektocht in de BIE en de IER leverde vooralsnog niets op. Dus: wie het weet, mag het zeggen.

Lees het vonnis hier.

IEF 1949

Vlinderen (2)

Orange tipVzr. Rechtbank ’s-Gravenhage, 20 april 2006, KG ZA 06-288, Orange Personal Communications Services Limited tegen Otip Media Group B.V. c.s.

Orange is houdster van meerdere woord- en beeldmerken inhoudende het woord ORANGE. Deze worden met name gebruikt voor diensten op het gebied van de telecommunicatie. Otip Media gebruikt de aanduiding ORANGETIP, al dan niet in een gestileerde vorm, in het kader van het exploiteren van een zoekmachine op internet.

De rechter stelt gedaagde in het gelijk: “Die onderscheidingskracht (van het merk ORANGE) is voor andere waren dan telecomdiensten niet groot. Dat blijkt reeds uit de door Meppelink c.s. overgelegde producties, waaruit valt af te leiden dat de aanduiding ORANGE in talloze handelsnamen en merken voorkomt hetzij als onderdeel van één woord, hetzij in een samenstel van twee woorden. Kortom: het merk ORANGE moet voor de waren en diensten in klasse 35 worden aangemerkt als een merk met een beperkt onderscheidend vermogen.”

“Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter leidt het (…) tot de slotsom dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat het gebruik door Meppelink c.s. van de aanduiding ORANGETIP gevaar voor verwarring met het merk ORANGE -zoals gedeponeerd voor diensten in klasse 35 doch daarvoor nimmer gebruikt- oplevert bij het in aanmerking komende publiek. De -ook- aanwezige verschillen in totaalindruk tussen enerzijds ORANGE en anderzijds ORANGETIP alsmede de geringe onderscheidingskracht van het merk ORANGE voor de diensten waarvoor Meppelink c.s. de aanduiding ORANGETIP gebruiken geven daarbij de doorslag.”

Lees het vonnis hier.

IEF 1948

Schapen (2)

Molblog bericht dat de reclameschapen nog een staartje krijgen. Zonnecentrum Svenksa Sol Health Care uit Wormerveer claimt dat Lease-a-Sheep het idee van het behangen van schapen met reclame van haar gestolen zou hebben. Svenksa Sol voorzag naar eigen zeggen al in 1996 koeien van een reclamedek en beweert de reclame-uiting destijds ‘notarieel’ te hebben vastgelegden. Svenska Sol sommeert Lease-a-Sheep nu de reclame-uitingen te staken.

Advocaat van Lease-a-Sheep, mr. W.Ph. Steenhuisen is niet onder de indruk de sommatie: "Hoewel Svenska Sol stelt dat door hen het ‘gedachtegoed’ van Lease-a-Sheep notarieel is vastgelegd, op grond waarvan men kennelijk meent dat zij het alleenrecht op shirtsponsoring voor dieren hebben verworven, heeft men verzuimd een kopie van deze vastlegging te geven, waardoor wij niet in staat worden gesteld om de waarde van die vastlegging te beoordelen."

"Daarnaast is de door Lease-a-Sheep gebruikte wijze van reclame niet overeenkomstig de door Svens-ka-Sol destijds aangebrachte reclame-uiting. De door Lease-a-Sheep en Hotels.nl gebruikte dekjes zijn speciaal ten behoeve van het welzijn van de schaap vervaardigd, terwijl Svenska Sol destijds eenvoudigweg een vlag om de koe heeft gebonden." Lees meer hier. Eerder bericht hier.
IEF 1947

Eerst even voor jezelf lezen

- Rechtbank Haarlem, 14 april 2006, LJN: AW2496. Biretco B.V. tegen Halfords Nederland B.V.

“Geoorloofde (prijsvergelijkende) reclame door Halfords voor een Union merkfiets voor € 499. Niet aannemelijk is geworden die fiets geen “uitstekende merkfiets” is, zoals in de reclame wordt gesteld en dat een “vergelijkbaar model” bij de rijwielhandel niet € 749 kost. Overweging ten overvloede: in reclame met een vergelijking met de goederen of diensten van een concurrent in het algemeen - in het onderhavige geval met ‘de rijwielhandel’ – is voor degene die de reclame maakt meer “speelruimte” dan in reclame waarbij de concurrent met name wordt genoemd. Dat is alleen anders wanneer de consument de vergelijking kan herleiden tot een bepaald goed, dienst of merk. Daarvan lijkt in casu geen sprake.” Lees het vonnis hier.

- Rechtbank Arnhem, 8 maart 2006, LJN: AW2487. Primagaz Nederland B.V. & Compagnie Des Gaz De Pétrole "Primagaz" tegen Kavegas B.V.

“De rechtbank wil wel aannemen dat er Primagaz-flessen met nagemaakte seals in omloop zijn, maar overweegt dat het enkele feit dat kavegas Primagaz-flessen met namaakseals in haar bezit heeft (gehad) nog geen indicatie is dat Kaegas verantwoordelijk is voor het aanbrengen van die namaakseals op de Primagaz-flessen en het in omloop brengen van die flessen.” Lees hier meer.

- Rechtbank ’s-Gravenhage, 19 april 2006 (bij vervroeging), HA ZA 05-2015. Wijbenga Machines B.V. Tegen  Eisenkolb Confectiemachines B.V. & Inprotec International B.V. Octrooirecht. Lees het vonnis hier. Eerder vonnis hier.

- Rechtbank Amsterdam, 19 april 2006, LJN: AW2164, Eiser tegen De Telegraaf Tijdschriften Groep B.V.

 “Onrechtmatige perspublicatie: Artikel met foto's van eiser in Privé van 20 april 2005 onrechtmatig jegens eiser. Artikel is niet gebaseerd op feitenmateriaal en daardoor onrechtmatig. Ook de foto's zijn in combinatie met de begeleidende tekst onrechtmatig en vormen een inbreuk op het privé-leven van eiser. TTG dient een bedrag van € 20.000,= aan schadevergoeding te betalen.” Lees het vonnis hier.

IEF 1946

Mercedes Novatie

Rechtbank Almelo, 19 april 2006, rolnr. 77614/ KG ZA 06-80. X B.V. tegen B. Executiegeschil.

Tussen partijen bestaat sinds het vroege najaar van 2004 een geschil over de intellectuele eigendom van de typeaanduiding ‘X5’, alsmede over een aantal door X geregistreerde domeinnamen. Het hof heeft X onder meer veroordeeld tot wijziging van de handelsnaam en doorhaling van de domeinnamen. Nu dit laatste niet gebeurd is, heeft B executoriaal beslag laten leggen op een automobiel van het merk Mercedes-Benz, type SLR McLaren. Dit beslag is de reden dat X thans B heeft gedagvaard in kort geding. X vordert de opheffing van het beslag.

X stelt dat de door partijen naar aanleiding van het arrest van het hof getekende overeenkomst dient te worden aangemerkt als een zogenaamde novatie in die zin dat de overeenkomst in de plaats van het arrest van het hof treedt. X stelt verder dat zij niet is tekortgeschoten in de nakoming van haar verplichting uit hoofde van die overeenkomst. De beslaglegging is daarom ongegrond en onrechtmatig.

De rechtbank oordeelt: "Uit de tekst van de overeenkomst leidt de voorzieningenrechter af dat partijen slechts in onderhandeling zijn getreden over de wijze waarop (een gedeelte van) de executie van het arrest van het hof zou plaatsvinden en dat de overeenkomst derhalve een aanvullende werking heeft, waarbij het dictum van het arrest onverkort in stand blijft. [...] Ook de stelling van X dat in het bijzonder de dwangsombepaling haar executoriale kracht heeft verloren gaat niet op."

"Dat X vervolgens heeft gedraald met de doorhaling dan wel opheffing van de op haar naam geregistreerde domeinnamen, is een omstandigheid waarvan de gevolgen thans voor rekening en risico van X dienen te komen. De stelling van X dat zij gewacht heeft met de doorhaling c.q. opheffing van de registraties omdat B volgens X een rechtspersoon zou moeten aandragen aan wie de domeinnamen overgedragen zouden kunnen worden, doet aan het voorgaande niet af. Uit het arrest van het hof valt dit in ieder geval niet af te leiden en de brief waarop X zich beroept is gedateerd vóór de procedure bij het hof en dat maakt dat aan deze brief in het kader van de onderhavige procedure geen waarde gehecht kan worden. Ook de stelling van X dat een definitieve doorhaling van de domeinnamen voor X zeer riskant zou zijn, gaat niet op als argument voor het niet tijdig doorhalen van de domeinnamen. Dat een derde er mee aan de haal zou kunnen gaan, is een omstandigheid waar X part noch deel aan heeft. In dat geval had B die derde kunnen aanspreken op eventueel onrechtmatig gedrag, zonder dat dit van invloed was op de rechtsverhouding tussen partijen."

De conclusie luidt dan ook dat X niet (volledig) heeft voldaan aan ten eerste het arrest van het hof en ten tweede de aanvullende overeenkomst. Hierdoor kan en mag B overgaan tot het vorderen van dwangsommen.
Lees hier het vonnis.

IEF 1945

2x RCC

- Discotheek The Palace in Groningen overtreedt de Reclamecode.  The Palace prijst bier aan voor minder dan de helft van de normale verkoopprijs, te weten een “halve euro”.  Dit is in strijd met artikel 20 van de Reclamecode voor Alcoholhoudende Drank .

- Commercials BankGiro Loterij misleidend. De Reclame Code Commissie heeft de commercials van de BankGiro Loterij misleidend bevonden. Deze geven een misleidende voorstelling van de kans dat men een prijs wint. Zowel in de radio- als in de televisiecommercial wordt gezegd dat “gemiddeld 1 op de 5” wint, “dus van elke 5 deelnemers wint er altijd 1”. De conclusie dat van elke 5 deelnemers er altijd één wint is onjuist, waardoor de uitingen een onjuiste, te gunstige voorstelling geven van de winkans.

Website RCC hier.

IEF 1944

Acht

Bas Le Poole vat het even samen in Zibb: “Vergelijkende reclame: acht regels. In korte tijd een grote naamsbekendheid? Klanten wegkapen bij de concurrent? Een simpele prijsvergelijking kan voldoende zijn. Maar houd u wel aan de acht voorwaarden van vergelijkende reclame.” Lees hier meer.

IEF 1943

1 Euro Provisioneel

Het Volk bericht dat over een veroordeling tot een symbolische auteursrechtveroordeling: “Tekenaar Suske en Wiske moet commentaar bij ontslag niet pikken. Mark Verhaegen heeft recht op 7.500 euro morele schadevergoeding van Studio Vandersteen, omdat in een persbericht over het beëindigen van de samenwerking ,,ongepast en overbodig commentaar werd geleverd''.

Anderzijds moet Verhaegen 1 euro provisioneel aan de Studio Vandersteen omdat hij de laatste ontwerptekening aan het Algemeen Dagblad had gegeven, terwijl de arbeidsovereenkomst voorzag dat het auteursrecht te allen tijde bij Studio Vandersteen berust.” Lees hier iets meer.

IEF 1942

De banden vol met wind (2)

Het ANP bericht dat “De winkelketen Halfords zijn reclamecampagne kan voortzetten waarin de Union als een fiets van topkwaliteit wordt aangeprezen. Het verzet dat concurrent Biretco tegen de reclame bood, is gestrand.
 
De rechtbank in Haarlem (wie het vonnis heeft mag het mailen) steunde Biretco dinsdag niet in zijn mening dat de campagne misleidend is. Biretco heeft de voorzieningenrechter er niet van kunnen overtuigen dat de Union niet van dezelfde kwaliteit is als de fietsen die via de vakhandel worden verkocht, zoals Gazelle en Batavus.” Lees hier meer (Zibb.nl). eerder bericht hier.

IEF 1941

Lichtpuntjes

Nieuwe FLA-Krant: Er zijn lichtpuntjes in auteursrechtenland.

"Lichtpuntje één: er komt een herziening van het ‘auteurscontractenrecht’ aan, waardoor  freelancers in de toekomst beter worden beschermd tegen de  aantasting van hun intellectueel eigendom. Zie het interview met  hoogleraar informatierecht Bernt Hugenholtz op pagina 3. 

Lichtpuntje twee: de belangrijke gerechtelijke procedure die de  FLA samen met anderen heeft aangespannen tegen uitgeefgigant  Sanoma nadert haar ontknoping. Eind april van dit jaar vinden de  pleidooien plaats, waarna het Hof in Den Haag arrest zal wijzen.  Zie het bericht over Sanoma op pagina 2. 

Lichtpuntje drie: het Algemeen Dagblad. Die krant stuurde eind  december 2005 een contract naar haar freelancers met allerlei vage  en slechte clausules over bijvoorbeeld digitaal hergebruik en opname  van freelance bijdrages in het archief. Na kritiek van onder  andere de FLA zegde de hoofdredactie andere voorwaarden toe. "

Lees hier meer.