IEF 22169
31 juli 2024
Uitspraak

Vragen aan Grote Kamer EOB over interpretatie van artikel 69 EOV

 
IEF 22168
31 juli 2024
Uitspraak

Niet elk streeppatroon maakt inbreuk op de merken van Adidas, aldus de Duitse rechter

 
IEF 22167
31 juli 2024
Uitspraak

Verzoek tot versnelling beroepsprocedure wordt afgewezen

 
IEF 16216

RIVM-arts 'kleine Hitler' noemen, leidt tot contactverbod

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 29 aug 2016, IEF 16216; ECLI:NL:RBZWB:2016:5358 (RIVM - kleine Hitler), https://ie-forum.nl/artikelen/rivm-arts-kleine-hitler-noemen-leidt-tot-contactverbod

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 29 augustus 2016, IE 16216; ECLI:NL:RBZWB:2016:5358 (RIVM) Onrechtmatige mededelingen. Gedaagde vergezelt X bij bedrijfsarts bij RIVM die zich agressief uitlaat jegens bedrijfsarts: "Ik zit hier bij een little-Hitler, wie denkt hij wel dat hij is. Hij kent de rechten van de mensen niet die hier moeten komen. Hij spant samen met de werkgever." Het contactverbod wordt voor 24 maanden toegewezen wegens het na dit incident nog frequent intimiderend en beledigend bejegenen van personen bij het RIVM.

 

IEF 16215

Uitspraak mede ingezonden door Quirijn Meijnen, Leopold Meijnen Oosterbaan.

PowNed moet ex-burgemeester schadevergoeding betalen

Rechtbank Amsterdam 31 aug 2016, IEF 16215; ECLI:NL:RBAMS:2016:5438 (Hoes - PowNed), https://ie-forum.nl/artikelen/powned-moet-ex-burgemeester-schadevergoeding-betalen

Rechtbank Amsterdam 31 augustus 2016, IEF 16215; ECLI:NL:RBAMS:2016:5438 (Hoes tegen PowNed) Mediarecht. Onrechtmatige daad. Omroep handelt onrechtmatig door het uitzenden van heimelijk gemaakte opnamen van gesprekken tussen de ex-burgemeester van Maastricht en een student. De omroep mocht de opnamen wel maken, nadat de burgemeester eerder in opspraak was gekomen en naar aanleiding daarvan afspraken met de gemeenteraad had gemaakt. De gesprekken brachten echter geen misstand aan het licht. Daarom was uitzenden niet toegestaan. Afweging van de persvrijheid (art. 10 EVRM) tegen het belang van iemands reputatie (art. 8 EVRM). Materiële en immateriële schade op te maken bij staat. De student heeft niet onrechtmatig gehandeld.

IEF 16214

Uitspraak mede ingezonden door Annelot Sitsen en Marissa Brinks, BINGH.

Technische functie van e-bike beschermhoezen

Rechtbank Den Haag 31 aug 2016, IEF 16214; ECLI:NL:RBDHA:2016:10130 (Fahrer tegen Tranig To), https://ie-forum.nl/artikelen/technische-functie-van-e-bike-beschermhoezen

Rechtbank Den Haag 31 augustus 2016, IEF 16214; ECLI:NL:RBDHA:2016:10130 (Fahrer tegen Trading To) Auteursrecht. Modelrecht. Slaafse nabootsing. In deze kwestie is de eiser een in Duitsland woonachtige ondernemer die zich bezighoudt met het ontwerpen, ontwikkelen en verhandelen van accessoires voor elektrische fietsen. Hij heeft een hoes ontwikkeld die om een onder de bagagedrager geplaatste accu wordt aangebracht. Trading, een distributeur van van de eiser, is een onderneming die zich bezighoudt met de verkoop van accessoires voor elektrische fietsen. Tot deze accessoires behoren o.a. beschermhoesjes. In de loop van 2015 is Trading een eigen lijn van beschermhoezen op de markt gaan brengen onder het merk Mellen. Alle door eiser als relevant voor de modelrechtelijke bescherming beschouwde uiterlijke kenmerken van de hoezen, met uitzondering van het label en de plaatsing daarvan, worden geacht uitsluitend door hun technische functie te zijn bepaald. Vorderingen op grond van modelrecht, auteursrecht en slaafse nabootsing worden afgewezen.

IEF 16213

Dirk Visser - De vis wordt duur betaald

Kan het monster van de volledige proceskostenveroordeling in IE-zaken worden getemd? In deze bijdrage wordt gesteld dat rechters massaal ambtshalve moeten gaan beslissen dat een proceskostenveroordeling volgens het indicatietarief (2) redelijk en evenredig is op grond van ‘macro-overwegingen’ van redelijkheid en evenredigheid, rechtszekerheid en toegang tot de rechter.

United Video Properties
Het HvJ EU heeft gesproken: een systeem van forfaitaire tarieven voor proceskostenveroordelingen in IE-zaken is toegestaan. Voorwaarde is wel dat de rechter de mogelijkheid heeft om rekening te houden met de specifieke kenmerken van de zaak én dat de tarieven waarborgen dat “een significant en passend deel van de redelijke kosten van de in het gelijk gestelde partij door de verliezende partij wordt gedragen” (HvJ EU 28 juli 2016, United Video Properties / Telenet (ECLI:EU:C:2016:611)). Helaas heeft het Hof daarmee (te) veel opengelaten. De Advocaat-Generaal had op 5 april 2016 een veel duidelijker standpunt dat helaas niet is gevolgd (ECLI:EU:C:2016:201).

Het systeem van indicatietarieven dat de laatste jaren in Nederland voorzichtig meer en meer wordt gehanteerd lijkt daarmee toelaatbaar. Maar het systeem van zeer onvoorspelbare volledige proceskostenveroordelingen dat in Nederland nog altijd de norm is, lijkt hiermee op het eerste gezicht ook niet van tafel.

IEF 16212

Gegronde reden voor verzet gereviseerde EPAL-pallets

Rechtbank Den Haag 31 aug 2016, IEF 16212; ECLI:NL:RBDHA:2016:10248 (pallet verhandeling), https://ie-forum.nl/artikelen/gegronde-reden-voor-verzet-gereviseerde-epal-pallets

Rechtbank Den Haag 31 augustus 2016, IEF 16212; ECLI:NL:RBDHA:2016:10248 (handel gerepareerde pallets) Merkenrecht. Het gaat hier om het verhandelen van gerepareerde pallets voorzien van Uniemerk EPAL. Er is sprake van een wijziging van de toestand van de waren; het publiek is niet geïnformeerd dat deze reparaties ongeautoriseerd zijn. Er is een gegronde reden voor verzet tegen verhandeling (art.13 lid 2 UMVo). Een beroep op uitputting komt PHZ niet toe nu zij niet heeft gesteld dat de gerepareerde Europallets die zij aanbiedt door of met toestemming van EPAL (in gerepareerde toestand) in het verkeer zijn gebracht. De tijdens reparaties aangebrachte wijzigingen zijn niet van ondergeschikte aard en dus een wijziging in de toestand van de waren in de zin van artikel 13 lid 2 UMVo.

Overeenkomstig Europese rechtspraak kan een gegronde reden voor verzet tegen gereviseerde waren ontbreken indien ofwel het merk wordt verwijderd of onzichtbaar wordt gemaakt, ofwel degene die gerepareerde/gereviseerde waren verhandelt bij die verhandeling alles doet wat redelijkerwijs mogelijk is om duidelijk te maken dat het gaat om niet onder toezicht van de merkhouder gereviseerde producten. Dat PHZ niet (actief) de indruk wekt tot het EPAL-distributienetwerk te behoren of bijzondere band suggereert, is onvoldoende, PHZ dient actief de genoemde indruk en suggestie weg te nemen. Aan PHZ wordt een verbod opgelegd.

IEF 16211

Beschikking ingezonden door Thomas Kriense, stichting BREIN.

Ex parte tegen Usenet uploader en spotter

Rechtbank Midden-Nederland 24 aug 2016, IEF 16211; (Stichting BREIN tegen Usenet grootschalige uploader), https://ie-forum.nl/artikelen/ex-parte-tegen-usenet-uploader-en-spotter

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 24 augustus 2016, IEF 16211, IT 2120 (Stichting BREIN tegen Usenet grootschalige uploader) Auteursrecht. Stichting BREIN heeft een ex parte-beschikking ex art. 1019e Rv behaald tegen een grootschalige uploader van filmwerken en vervolgens "spotten" op het Usenet. De Usenet uploader was verantwoordelijk voor het uploaden van ruim 5.000 filmwerken. Bij elke spot plaatst hij ook een link waarmee de 3D-filmlijst gedownload kan worden. De voorzieningenrechter gebiedt de inbreuk op auteursrechten te staken en gestaakt te houden onder last van een dwangsom van 2.000,- euro per dag (een gedeelte van een dag daaronder begrepen) dat in strijd met het inbreukverbod wordt gehandeld, met een maximum van €  50.000,-.

IEF 16210

Toewijzing inzage omdat de auteursrechtinbreuk op Poo~Pourri net voldoende aannemelijk is

Rechtbank Noord-Holland 1 aug 2016, IEF 16210; ECLI:NL:RBNHO:2016:6384 (Poo~Pourri tegen V.I.Poo), https://ie-forum.nl/artikelen/toewijzing-inzage-omdat-de-auteursrechtinbreuk-op-poo-pourri-net-voldoende-aannemelijk-is

Vzr. Rechtbank Noord-Holland 1 augustus 2016, IEF 16120; ECLI:NL:RBNHO:2016:6384(Poo~Pourri tegen V.I.Poo; Scentsible tegen Reckitt Benckiser) Auteursrecht. Inzagerecht. 843a Rv jo 1019a Rv. Eiseres stelt dat gedaagde zich schuldig maakt aan: auteursrechtinbreuk, door het zonder toestemming openbaar maken en verveelvoudigen van marketingmateriaal van POO POURRI en door het zonder toestemming overnemen van de beschermde trekken van de ‘Girls Don’t Poop’-video en de marketing- en productformat in de Engelstalige V.I.Poo-video. De video's hanteren scatologische woordspelingen en juxtapositionering. Onrechtmatig handelen, door Albert Heijn en andere retailers ertoe aan te zetten niet met POO POURRI in zee te gaan en gebruik van POO POURRI’s niet-ingeschreven gemeenschapsmodel.

Eiseres heeft rechtmatig belang bij gevorderde inzage. Dat zij ook getuigen zou kunnen horen doet niet daaraan af. Bescheiden zijn voldoende bepaald. Gestelde gebrek aan wetenschap gebruik marketingmaterialen betreft gebrek bij advocaten; gedaagde zelf is hier wel van op de hoogte. In gegeven omstandigheden is de gestelde auteursrechtinbreuk op het Poo Pourri marketingmateriaal en het gestelde onrechtmatig handelen net voldoende aannemelijk om toewijzing van (een gedeelte van) de vordering te rechtvaardigen. Voor het overige afwijzing van de vordering. Bescheiden waarin inzage moet worden gegeven, moeten worden ontdaan van concurrentiegevoelige informatie. Proceskosten gedeeltelijk op IE- en op onrechtmatige daad-grondslag.

IEF 16209

Geslaagd beroep op verjaring van verbeurde dwangsommen wegens auteursinbreuk Dagboek moeder Marianne Vaatstra

Rechtbank Noord-Holland 24 aug 2016, IEF 16209; ECLI:NL:RBNHO:2016:7002 (Dagboek moeder Marianne Vaatstra), https://ie-forum.nl/artikelen/geslaagd-beroep-op-verjaring-van-verbeurde-dwangsommen-wegens-auteursinbreuk-dagboek-moeder-marianne

Rechtbank Noord-Holland 24 augustus 2016, IEF 16209; ECLI:NL:RBNHO:2016:7002 (Dagboek moeder Marianne Vaatstra) Rechtspraak.nl: Hoofdstuk 4 van het in mei 2014 verschenen boek met de titel Het verboden dagboek van moeder Vaatstra. De schokkende onthulling van de werkelijke daders van de moord op Marianne Vaatstra is een bewerking van het dagboek van eiseres. Eiseres heeft geen toestemming verleend voor publicatie daarvan. Publicatie van het boek vormt een inbreuk op het auteursrecht van eiseres. De uitgever die het boek onder beheer heeft dient ervoor te zorgen dat reeds gedrukte exemplaren van het boek worden vernietigd. De verbeurde en reeds geïnde dwangsommen uit hoofde van een eerder gewezen kortgedingvonnis zijn gedeeltelijk verjaard [IEF 15700], zodat eiseres wordt veroordeeld tot terugbetaling van het ten onrechte geïnde bedrag. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat de verplichting tot betaling van een dwangsom deelbaar is, ook indien de prestatie waartoe veroordeeld is ondeelbaar zou zijn en dat de hoofdregel van artikel 6:6 BW geldt. De opgelegde dwangsommen uit hoofde van een eerder gewezen arrest van het hof Amsterdam [IEF 14778] zijn verbeurd tot het maximumbedrag. Het beroep op verjaring van deze verbeurde dwangsommen slaagt.

IEF 16208

Prejudicieel gestelde vragen over champagne sorbetijs waarin echt Champagne zit

HvJ EU 2 jun 2016, IEF 16208; (Champagne Sorbetijs), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudicieel-gestelde-vragen-over-champagne-sorbetijs-waarin-echt-champagne-zit

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 2 juni 2016, IEF 16208; IEFbe 1910; C-393/16 (Champagne Sorbetijs) Via Minbuza: Geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen. Verzoekster is een vereniging van de FRA champagne-industrie, waarbij alle wijnboeren en bedrijven die betrokken zijn bij de aanbouw en productie van champagne zijn aangesloten. Galana (interveniënte aan de zijde van verweerster Aldi) produceert diepvriesproducten, waaronder “Champagner Sorbet”, die verweerster, een discounter, eind 2012 aanbood en waarvoor zij reclame maakte in brochures. Volgens de lijst van ingrediënten op de verpakking van het product bestaat “Champagner Sorbet” onder meer uit “champagne (12 %)”. Verzoekster is van mening dat de verkoop van het diepvriesproduct inbreuk maakt op de beschermde oorsprongsbenaming “champagne” en vordert een verbod op het gebruik van de benaming “Champagner Sorbet” in het economische verkeer van diepvriesproducten. De rechter in eerste aanleg wijst verweersters vordering toe. In hoger beroep (door interveniënte) wijst de appelrechter de vordering alsnog af. Hij oordeelt dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor een verbod en dat er geen sprake is van misleiding in de zin van Vo. 1308/2013. Verzoekster stelt daarop beroep in Revision in bij de verwijzende rechter.

IEF 16207

Ontslag op staande voet na zeer grof taalgebruik op Facebook

Antilliaanse Gerechten 19 aug 2016, IEF 16207; ECLI:NL:OGEAA:2016:510 (Ontslag beledigende uiting sociale media), https://ie-forum.nl/artikelen/ontslag-op-staande-voet-na-zeer-grof-taalgebruik-op-facebook

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 19 augustus 2016, IEF 16207; ECLI:NL:OGEAA:2016:510 (ontslag wegens grof taalgebruik op Facebook) Social media. Mediarecht. Ontslag. Werknemer is door werkgever op staande voet ontslagen. De ontslaggrond is vermeld als het uitschelden, beledigen en bedreigen van collega’s, het creëren van een slechte werksfeer, een gebrek aan integratie in de werkploeg en gebrek aan respect voor leidinggevenden. Deze opmerkingen vallen ruim buiten de door E* bepleite vrijheid van meningsuiting, nu dat recht niet kan worden ingezet om onbelemmerd met schuttingtaal over collega’s op social media te spreken. Hiermee is een dringende reden voor het ontslag gegeven.