Auteursrecht  

IEF 4956

Het maritieme gedeelte

signs2.gifGerechtshof Arnhem, 25 september, LJN: BB6246, Stell GmbH tegen geïntimeerden.

Auteursrecht. Geschil over het gebruik van pictogrammen voor de scheepvaart in een catalogus. De gronden waarop eiser Stell zijn makerschap aannemelijk gemaakt acht, kunnen het hof  niet overtuigen. Of de catalogus wel voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt doet dan ook niet meer terzake.

De eerste rechter heeft het door Stell gedane beroep op auteursrecht verworpen omdat zij voldoende aannemelijk achtte dat Stell auteursrechtelijk bezien niet de maker is van zijn catalogus, maar hij juist de inhoud van de catalogus van Intersign (een Noorse producent van pictogrammen, met wie Stell eerder heeft samengewerkt) als voorbeeld heeft genomen. In casu stelt het hof echter voorop dat het er, anders dan de eerste rechter tot uitgangspunt nam, niet om gaat of voldoende aannemelijk is dat Stell niet de maker van de catalogus is, maar of voldoende aannemelijk is dat zij dat wél is.

Eiser Stell heeft het standpunt ingenomen dat geïntimeerde sub 1 met haar op internet verschenen catalogus het auteursrecht van Stell op de door deze gevoerde catalogus heeft geschonden, niet door deze catalogus integraal over te nemen (want partijen zijn het erover eens dat de beide catalogi niet identiek zijn), maar door daaraan een aantal oorspronkelijke elementen te ontlenen. Daarbij heeft Stell aangegeven dat hij niet op alle elementen van zijn catalogus auteursrecht pretendeert en met name in het algemeen ook niet op de verschillende in de catalogus voorkomende signs. Die immers volgen in het algemeen uit de standaardisering en normering in de scheepvaart en zijn niet door hemzelf gemaakt. De door geïntimeerde sub 1 ontleende oorspronkelijke elementen van de catalogus van Stell zijn volgens deze vooral door hem gemaakte selecties van die signs en de volgorde waarin hij die heeft weergegeven. Als ontleende elementen noemt Stell o.a. de voorkomende selectie en volgorde van weergave van een aantal signs, het ontwerp van de bij bepaalde signs gebruikte cijfers, bepaalde posters, een bepaald stuk tekst en bepaalde minisymbolen.

Geïntimeerden bestrijden dat Stell als maker van die elementen kan worden aangemerkt en stelt dat zij die elementen met toestemming van Intersign heeft ontleend aan de door deze uitgegeven catalogus 2004 en dat Intersign de maker daarvan is, van wie Stell de bewuste elementen heeft overgenomen. Stell bestrijdt niet dat de omstreden elementen in de Intersign-catalogus ook voorkomen, maar verklaart dat uit het feit dat hij in het verleden met Intersign heeft samengewerkt en dat Intersign in het kader daarvan tot ontlening aan de Stell-catalogus gerechtigd was. De samenwerking is echter inmiddels beëindigd en ook Intersign zou tot deze ontlening niet meer gerechtigd zijn.

De gronden waarop Stell zijn makerschap aannemelijk gemaakt acht, overtuigen het hof echter niet. De schriftelijke verklaringen van medewerkers van Stell impliceren niet dat zij geen gebruik hebben gemaakt van de Intersign-catalogus, maar slechts dat zij geen gebruik hebben gemaakt “van bestanden van Intersign” en Intersign zelf verklaart de signs zelf gemaakt te hebben. Dat geïntimeerden gebruik zouden hebben gemaakt van gefalsificeerd bewijsmateriaal is volgens het hof niet aangetoond en ook overigens ziet het hof geen redenen om uitgesloten te achten dat Intersign, althans een ander dan Stell de maker is van de elementen over welker overname Stell zich beklaagt.

Nu het hof Stell niet als de maker kan aanmerken en gesteld noch gebleken is dat Stell anderszins als auteursrechthebbende op de catalogus kan worden aangemerkt, doet niet meer terzake of de catalogus wel voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt.

Het hof bekrachtigt het bestreden vonnis en komt daarbij tot een proceskostenveroordeling van totaal € 6.328,82 (deze keer exclusief BTW). Daarbij heeft het hof de kosten van de eerste aanleg buiten beschouwing gelaten, omdat de eerste rechter daarover al heeft geoordeeld en geïntimeerden geen incidenteel hoger beroep hebben ingesteld.

Lees het arrest hier.

IEF 4954

Heffingsberichten

De Volkskrant bericht: “Alle artiesten krijgen kopiegeld. Stichting Thuiskopie hoopt eind volgend jaar alle artiesten, acteurs, schrijvers, regisseurs hun rechtmatige vergoeding te kunnen geven voor het kopiëren van films, tv-programma’s en muziek op blanco dvd’s en cd’s. ‘Als het aan ons ligt, zullen de fabrikanten geen cent terugkrijgen’, zegt manager Hester Wijminga.

(…) Minister Hirsch Ballin wil nog dit jaar via een algemene maatregel van bestuur afdwingen dat de overtollige gelden worden teruggeven aan de fabrikanten. Eind 2005 stond er bij de Stichting 57 miljoen euro op de bank. Het voornemen van de minister heeft de woede opgewekt van de door acteur Huub Stapel en muzikante Berdien Stenberg opgerichte IRDA (International Rights Distribution Agency), die vindt dat de creatieve geesten recht hebben op het geld. Zij verwijten Thuiskopie laksheid en onbekwaamheid. IRDA denkt zelf veel geschikter te zijn om het geld te verdelen.”

Lees hier meer (met rekenvoorbeeld hoe Marco Borsato zijn vergoeding krijgt ).

IEF 4948

Dat er één beheersorganisatie ontstaat (2)

Kamerstuk 29515, nr. 219, 2e Kamer. Kabinetsplan aanpak administratieve lasten; Gewijzigde motie met verzoek om bewerkstelligen ontstaan één beheersorganisatie auteurs- en naburige rechten

"verzoekt de regering voorts te bewerkstelligen dat ondernemers vanaf 1 juli 2008 of zoveel eerder als mogelijk jaarlijks nog maar één factuur ontvangen van collectieve beheersorganisaties op het gebied van auteurs- en naburige rechten, zo nodig via aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving;" (cursief IEForum)

Lees de gewijzigde motie hier, eerder bericht:  IEF 4885.

IEF 4918

Kamerstuk 29515; verzoek tot één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten

Kamerstuk  29515, nr. 214, 2e Kamer. 

Kabinetsplan aanpak administratieve lasten;  Motie van de leden Smeets en Van der Burg over één beheersorganisatie voor auteurs- en naburige rechten.  “Verzoekt de regering te bewerkstelligen dat er één beheersorganisatie ontstaat; verzoekt de regering voorts te bewerkstelligen dat ondernemers vanaf januari 2008 jaarlijks nog maar één factuur ontvangen van collectieve beheersorganisaties op het gebied van auteurs- en naburige rechten, zo nodig via aanpassing van de desbetreffende wet- en regelgeving;
verzoekt de regering tenslotte, de toezichthouder(s) voldoende bevoegdheden en instrumenten te geven om de redelijkheid van de opgelegde vergoedingen aan de ondernemers te beoordelen.

Lees hier meer

IEF 4917

Neerwaartse spiraal

Rechtbank Dordrecht, 3 oktober 2007, LJN: BB4887. Hoogendonk tegen Dutch Spiral c.s.

Eindvonnis in een 'stokoude zaak'. Tamelijk omvangrijk bewijsbeslag levert niks aan bewijs op. Beroep op auteursrecht afgewezen.

Wel gemeld, nog niet besproken. Bij het tussenvonnis in de verwante procedure zijn Dutch Spiral en gedaagde 2 veroordeeld tot afgifte aan Hoogendonk van kopieën van de door de deskundige in zijn rapport genoemde bestanden c.q. gegevensdragers c.q. bescheiden. Naar de rechtbank begrijpt baseert Hoogendonk die vorderingen (nog) op onrechtmatige daad en inbreuk op auteursrecht. Aan deze twee juridische gronden legt Hoogendonk een en dezelfde feitelijke stelling ten grondslag, namelijk: Dutch Spiral heeft gebruik gemaakt van door ex-werknemers van Hoogendonk meegenomen gegevensdragers.

De rechtbank is van oordeel dat de vorderingen moeten worden afgewezen, omdat de juistheid van deze feitelijke stelling niet is komen vast te staan. De bewijslast ten aanzien van deze feitelijke stelling rust op Hoogendonk. Hoogendonk heeft aangegeven het bewijs te willen leveren door middel van de in beslag genomen gegevensdragers.

Wat het beroep op het auteursrecht betreft zijn er ook andere redenen op grond waarvan de vorderingen moeten worden afgewezen.

In de eerste plaats betwist Dutch Spiral dat de schroefloze spiralen, tekeningen en de wikkel machine van Hoogendonk als werken in de zin van de Auteurswet moeten worden beschouwd en/of dat Hoogendonk als maker daarvan moet worden aangemerkt. Hoogendonk brengt daar niets tegenin om haar beroep op het auteursrecht overeind te houden. Zij heeft haar beroep op het auteursrecht daarom, tegenover deze betwisting van Dutch Spiral, onvoldoende gemotiveerd.

In de tweede plaats geeft Hoogendonk niet aan wat zij (nog) precies verstaat onder het (de) auteursrechtelijk beschermde werk(en) waarop Dutch Spiral inbreuk maakt. Wat dat betreft schiet zij tekort in haar stelplicht. Hoogendonk wordt veroordeeld in de proceskosten van de procedure in conventie.

Lees het vonnis hier.

 

IEF 4911

Het jaartal 1912 bij de aanduiding van de Auteurswet te schrappen

Kamerstukken II 2007-2008, 31 248, nr. 2 en 3. Herstel van wetstechnische gebreken en leemten alsmede aanbrenging van andere wijzigingen van ondergeschikte aard in diverse wetsbepalingen op het terrein van het ministerie van Justitie (Reparatiewet II en III Justitie).

In dit wetsvoorstel wordt een aantal wetstechnische gebreken en leemten herstelt. Daarnaast worden een aantal wijzigingen van ondergeschikte aard aangebracht.

"De rechtbank te ’s-Gravenhage wordt, zoals in de Auteurswet bij geschillen over vergoedingen gebruikelijk, ook in eerste aanleg bij uitsluiting bevoegd kennis te nemen van geschillen over vergoedingen voor het overnemen van beschermd materiaal voor het onderwijs (artikel 16 van de Auteurswet) en vergoedingen voor reprografische verveelvoudigingen (artikel 16h van de Auteurswet)."

"Voorgesteld wordt het jaartal 1912 bij de aanduiding van de Auteurswet te schrappen. Die overbodige toevoeging wekt ten onrechte de indruk dat de wet in de loop der jaren niet veelvuldig aan technologische ontwikkelingen is aangepast. De Auteurswet is in het kader van de omzetting van richtlijn nr. 2001/29/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij (PbEG L 167) geheel gemoderniseerd en aan de laatste technologische ontwikkelingen aangepast."

Lees hier het wetsvoorstel en hier de memorie van toelichting

IEF 4903

Breek de dag

mega.gifVzr. Rechtbank Alkmaar, 18 oktober 2007, LJN: BB5938, Eiercentrale West-Nederland B.V. tegen E.V.H. Eierhandel Visser Hoorn.

Eierdozenzaak. Geen auteursrechtinbreuk, wel onrechtmatig handelen door gedaagde.

Eiercentrale West-Nederland (EWN) is groothandelaar in eieren en verkoopt en levert aan derden, waaronder Lidl, onder meer scharreleieren onder de productnaam: “Mega Active Scharreleieren”. EWN is merkhouder van het woordmerk “Mega Active” voor eieren en eiproducten. Verpakkingsfirma Huhtamaki heeft een tekening en beeld gemaakt voor de zogenaamde grote plaksticker op de eierdozen van het merk Mega Active. Dit heeft geleid tot een verpakking voor zes eieren, die EWN daadwerkelijk is gaan gebruiken voor verkoop. Daarop en daarin zijn teksten opgenomen over de verpakte eieren.

E.H.V. Eierhandel Visser Hoorn, eveneens groothandelaar in eieren, heeft eieren in eierdozen verkocht waarop en waarin bijna dezelfde tekst is te vinden als op en in de verpakking van EWN. In een door EVH aan Lidl uitgebracht offerte biedt zij haar producten aan als “Mega Active scharreleieren”.

Na enkele overwegingen te hebben gewijd aan het onderscheidend vermogen van het woordmerk “Mega Active” voor eieren en eiproducten oordeelt de Voorzieningenrechter dat vooralsnog met een onvoldoende mate van zekerheid een oordeel kan worden gegeven over het onderscheidend vermogen van het merk.

Ten aanzien van het auteursrecht staat volgens de Voorzieningenrechter vast dat Huhtamaki rechthebbende is, omdat EWN de opdracht tot het maken van een tekening of beeld aan haar heeft gegeven en omdat ook op grond van de algemene voorwaarden van Huhtamaki aannemelijk is dat de auteursrechten bij Huhtamaki liggen. Voorts is niet gebleken van enige overdracht. Daarbij komt nog dat uit de dagvaarding blijkt dat EWN zich bewust is van het feit dat Huhtamaki meent auteursrechthebbende te zijn. De auteursrechtelijk vorderingen op grond van een licentie worden ook afgewezen.

Wél slaagt de vordering op grond van de onrechtmatige daad. “Gelet op voormelde in het oog springende overeenkomsten en in verband met de hiervoor omschreven zeer geringe tekstuele verschillen, is voldoende aannemelijk geworden dat EVH het gebruik van de verpakking door EWN heeft nagebootst. Wellicht is dit mede te verklaren door het feit dat beide verpakkingen afkomstig zijn van Huhtamaki, maar in dit verband is van belang dat niet gesteld of gebleken is dat EVH genoodzaakt was om bij haar verpakking dezelfde kleurstelling, tekst en vormgeving te hanteren ten einde te voorkomen dat aan de deugdelijkheid en bruikbaarheid van de verpakkingen afbreuk gedaan zou worden. Gelet hierop is onbegrijpelijk dat EVH niet voor bijvoorbeeld een andere kleurstelling, andere tekst en andere afbeelding had kunnen kiezen.”

De vordering van EWN tot volledige proceskostenveroordeling wordt afgewezen.

Lees het vonnis hier.

IEF 4902

Eerst even voor jezelf lezen

Gerechtshof Amsterdam, 11 oktober 2007, rolnummer 1183/06, Gavita AS tegen Puutarhaliike Helle Oy & Agro Technical Supplies B.V.  + Rechtbank Amsterdam, 8 maart 2006, HA ZA 05-0236, Gavita AS tegen Puutarhaliike Helle Oy & Agro Technical Supplies B.V(met dank aan Alma Theunissen, JPR).

“3.5. Gelet op hetgeen met betrekking tot de ruimte voor eigen creatieve inbreng door de beide deskundigen is vastgesteld en door het hof ook zelf is waargenomen en ter zitting door partijen aan de hand van de desbetreffende armaturen nader is toegelicht en gedemonstreerd, is het hof van oordeel dat - anders dan Gavita onder meer in de toelichting op haar eerste grief betoogt (en de rechtbank heeft aangenomen) - het uiterlijk zo zeer het resultaat is van een keuze die technische uitgangspunten beperkt is, dat de GAN-armatuur niet als auteursrechtelijk beschermd werk kan worden aangemerkt. Dat de door de ontwerper indertijd gekozen oplossingen ook qua uiterlijk tot een vernieuwend resultaat hebben geleid doet hier niet aan af.”

Lees het arrest hier, lees het vonnis hier.

Vzr. Rechtbank Alkmaar, 18 oktober 2007, LJN: BB5938, Eiercentrale West-Nederland B.V. tegen E.V.H. Eierhandel Visser Hoorn.

Eierdozenzaak. Geen inbreuk op auteursrecht van eiseres, omdat aannemelijk is dat een derde auteursrechthebbende is. Wel onrechtmatig handelen door gedaagde. “Gelet op voormelde in het oog springende overeenkomsten en in verband met de hiervoor omschreven zeer geringe tekstuele verschillen, is voldoende aannemelijk geworden dat EVH het gebruik van de verpakking door EWN heeft nagebootst. Wellicht is dit mede te verklaren door het feit dat beide verpakkingen afkomstig zijn van Huhtamaki.”

Lees het vonnis hier

IEF 4890

Niet beantwoord

Disclaimer op www.brein.nl: “Belangrijke mededeling: Brein BV is NIET de Stichting Brein! Dit is niet de website van de Stichting Brein (Bescherming Rechten Entertainment Industrie Nederland), echter de website van Brein BV. E-Mail of andere communicatie betreffende de Stichting Brein zal door ons niet worden beantwoord.”

IEF 4887

Video Identification

Nieuws voor rechthebbenden: "YouTube Video Identification will help copyright holders identify their works on YouTube. We have worked with Google to develop one-of-a-kind technology that can recognize videos based on a variety of factors. As its Beta status indicates, our Video Identification is brand-new, cutting-edge stuff, so we will be constantly refining and improving it. Early tests with content companies have shown very promising results. As we scale and refine our system, YouTube Video Identification will be available to all kinds of copyright holders all over the world, whether they want their content to appear on YouTube or not.

No matter how accurate the tools get, it is important to remember that no technology can tell legal from infringing material without the cooperation of the content owners themselves. This means that copyright holders who want to use and help us refine our Video ID system will be providing the necessary information to help us recognize their work. We aim to make that process as convenient as possible."

Lees hier en hier meer.