Auteursrecht  

IEF 5136

Schone kunsten

schoku.gifRapport: Schone kunsten, preventieve doorlichting kunst- en antiekhandel. Het ministerie van Justitie heeft in het kader van het ‘Programma georganiseerde criminaliteit’ de kunst- en antiekhandel Nederland preventief laten doorlichten. Het doel hiervan is inventariseren in hoeverre er sprake is van kwetsbaarheid van de sector voor infiltratie door (georganiseerde) criminaliteit. Met o.a. aandacht voor het auteursrecht:

“Op het gebied van intellectueel eigendom maakt de FIOD-ECD meestal de afweging of dit delict door de FIOD-ECD opgespoord dient te worden. Het auteursrecht kan, volgens de FIOD-ECD, ook vrij efficiënt door de benadeelde in het civiele recht gehandhaafd worden. Omdat bovendien onduidelijk is wie verantwoordelijk is voor de vervolging, wie de opsporing op moet pakken en wanneer er sprake is van een commuun delict wordt veelal het civiele recht gezien als de efficiëntste methode om deze vorm van criminaliteit af te handelen.

Of handhaving via het civiele recht een geschikte methode is, is nog maar de vraag. Voor het auteursrecht geldt dat dit een kunstwerk maar tijdelijk beschermt. Na zeventig jaren vervalt het auteursrecht. Een groot deel van de kunstvoorwerpen is ouder dan zeventig jaren en valt daarom niet meer onder de bescherming van het auteursrecht.

Handhaving via het auteursrecht is daarom maar beperkt mogelijk. Uitspraken door de civiele rechter waarbij een derde met succes zijn auteursrecht beschermd wist, zijn ons niet bekend. Wanneer het gaat om vervalsingen van bijvoorbeeld oude meesters die worden verkocht als ware het het oorspronkelijke werk, dan is er sprake van oplichting. Op grond van het civiele recht zou een koop kunnen worden ontbonden op grond van non-conformiteit of dwaling. Bescherming van de maker of de derde via het civiele recht bij vervalsingen is lastig, omdat het auteursrecht vaak al vervallen is en de vervalser of verkoper verdwenen
is.” (p. 84)

Lees het volledige rapport hier. Tentamenvraag: Rust er op vervalsingen auteursrecht en zo ja, aan wie komt dit toe?

IEF 5135

Bij verstek

Rechtbank Utrecht, 21 november 2007, LJN: BB8299, Microsoft Corporation tegen Gedaagde.

Verbod verkoop van illegale software via computerwinkel. Rechtsmacht / toepasselijk recht (eiseres is een rechtspersoon naar vreemd recht) op grond van BVIE en Berner Conventie. Opgave, afgifte, vernietiging, schadevergoeding op te maken bij Staat, winstafdracht, werkelijke proceskosten. Kort verstekvonnis zonder feitenrelaas of toelichting, het geschil moet worden afgeleid uit het dictum:

“ 3.1 gebiedt gedaagde na betekening van dit vonnis iedere openbaarmaking en/of verveelvoudiging van de in punt 1 van de dagvaarding genoemde werken, waaronder begrepen maar niet beperkt tot het in voorraad houden, te koop aanbieden, verkopen en/of leveren van “Microsoft Windows” en “Microsoft Office”, waardoor inbreuk wordt gemaakt op de aan eiseres toekomende auteursrechten, of welke anderszins onrechtmatige handelingen jegens eiseres zijn, alsmede het gebruik van het merk van eiseres in het economisch verkeer te staken en gestaakt te houden,

Lees het vonnis hier.

IEF 5130

Eerst even voor jezelf lezen

1- GvEA, 21 november 2007, T-111/06, Wesergold Getränkeindustrie GmbH & Co. KG tegen OHIM Lidl Stiftung & Co. KG(nog niet beschikbaar in het Nederlands).

Oppositieprocedure. Ouder woordmerk VITAFIT tegen Gemeenschapsmerkaanvrage beeldmerk VITAL FIT. “Nach alledem ist festzustellen, dass die Beschwerdekammer zu Recht zu dem Ergebnis gelangt ist, dass für die maßgeblichen Verkehrskreise die Gefahr von Verwechslungen zwischen den einander gegenüberstehenden Marken besteht.”

Lees het arrest hier

2- GvEA, 20 november 2007, T-149/06, Castellani SpA tegen OHIM/ Markant Handels und Service GmbH.

Oppositieprocedure. Oudere nationale woordmerken CASTELLUM en CASTELLUCA tegen Gemeenschapsmerkaanvrage beeldmerk CASTELLANI.

“Anders dan in de bestreden beslissing werd gesteld, volstaat dus bij globale beoordeling van de betrokken merken het visuele, fonetische en begripsmatige verschil tussen de conflicterende tekens om verwarringsgevaar bij de gemiddelde Duitse consument als gevolg van de gelijkenissen tussen de beide tekens te verhinderen, ook al zijn de erdoor aangeduide waren dezelfde.Uit het voorgaande volgt dat het enige middel van verzoekster moet worden aanvaard en dat de bestreden beslissing derhalve moet worden vernietigd.”

Lees het arrest hier.

3- Rechtbank Amsterdam, 31 oktober 2007, HA ZA 02-960, Diverse entertainers tegen Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (met dank aan SENA).

Prejudiciële vragen: “(…) ziet de rechtbank aanleiding om het HvJ EG te vragen of een lidstaat in strijd handelt met het doel en de strekking van de Richtlijn, indien hij oordeelt dat een de producer die betrokken is bij het maken van de arrangementen voor een op te nemen werk en voorts de instrumenten en sessiemuzikanten uitkiest, speelinstructies en zanginstructies geeft, het tempo, de dynamiek, de frasering, de timing en de klankkeuze van het op te nemen werk bepaalt en zijn invloed op de verschillende deelopnamen en de mixage daarvan uitoefent, niet onder het bergip uitvoerend kunstenaar in de zin van artikel 8 van de Richtlijn 2006/115/EG kan worden gebracht.”

Lees het vonnis hier.

4- Vzr. Rechtbank Assen, 19 november 2007, KG ZA 07-197, Van Leent tegen Uitgeverij Akasha en SIfra V.O.F.(met dank aan Croon Davidovich).

Auteursrovereenkomst. “De voorzieningenrechter moet er derhalve voorshands van uitgaan dat het auteursrecht van Van leent op het werk "Achter de sluiers van ons bestaan“ niet is overgedragen aan Akasha, maar bij Van Leent berust.”

Lees het vonnis hier.

5- Vzr. Rechtbank Utrecht, 21 november 2007, LJN: BB8341, Wegener IICT Media B.V., tegen Innoweb B.V.

Gaspedaal.nl. “Het is onvoldoende aannemelijk dat Innoweb met haar zoekmachine Gaspedaal.nl onrechtmatig tegenover Wegener handelt. Niet gebleken is dat deze zoekmachine inbreuk maakt op het databankenrecht van Wegener met betrekking tot de autosite AutoTrack.nl. Er is geen sprake van inbreuk op de geschriftenbescherming en handelen in strijd met de gebruiksvoorwaarden van Wegener.”

Lees het vonnis hier.

IEF 5129

Naaktalfabet (2)

naaktalf.gifIn aansluiting op dit eerdere bericht, meer achtergrondinformatie en afbeeldingen op de website van Anthon Beeke, inclusief de schuldbetuiging: “November 2007 at the end of 2005, Vanessa Beecroft made a nude alphabet which amongst others things is included in the book entitled “VBLV” (published in september 2007 by Edizioni Charta). As part of the alphabet, eight letters forming the Louis Vuitton name and the Louis Vuitton logo were made by Vanessa Beecroft for Louis Vuitton.

This alphabet is an unauthorized copy of the “naked ladies alphabet” created in 1970 by the dutch graphic designer, Anthon Beeke. Considering, in hindsight, the resemblance between mr Beeke’s nude alphabet and the Vanessa Beecroft alphabet, and in order to recognize mr beeke’s copyrights, Vanessa Beecroft has decided to cease all further use of this alphabet and has ordered third parties to proceed accordingly. As an artist, Vanessa Beecroft states that it was never her intention to create confusion between mr Beeke’s work and hers and apologizes for any misunderstandings which may have occurred.

Louis Vuitton, whose policy is to promote talented artists, deeply regrets any damage that has been caused to Anthon Beeke. Louis Vuitton which current exhibition on Russian artists is very successful, will continue to support artists known and upcoming to contribute to the development of art and culture.”

Lees hier meer

 

IEF 5127

Gering Gebruik

apg.gifMr. Arnout P. Groen (CIER, WODC, DBBW): De Minimis-Regelingen In Het Auteursrecht. Een rechtsvergelijkende quickscan naar de artikelen 5 lid 3 sub i en 5 lid 3 sub o Auteursrechtrichtlijn en (aspecten van) het openbaarmakingsbegrip,.

Officiële samenvatting: “In deze quickscan is onderzocht in hoeverre het internationaal-rechtelijk en communautair-rechtelijk kader op het gebied van het auteursrecht/naburige rechten aanknopingspunten bieden voor nadere regelgeving (in de zin van vrijstelling) voor gevallen waarin er sprake is van naar aard en/of omvang gering of ondergeschikt gebruik van het auteursrechtelijk werk. Het onderzoek is begrensd tot de beperkingen van artikel 5 lid 3 sub i Auteursrechtrichtlijn (incidentele verwerking) en artikel 5 lid 3 sub o Auteursrechtrichtlijn (grandfatherclause), en (aspecten van) het openbaarmakingsbegrip. Met name zijn niet onderzocht de (meer casuïstische) mogelijkheden waarbij de bevoegdheden van de auteursrechthebbende op andere wijze worden begrensd , zoals door beperkingen buiten het auteursrecht (bv. informatievrijheid, mededinging, misbuik van recht, redelijkheid & billijkheid, etc.)

Gebleken is dat de beperking van artikel 5 lid 3 sub i Auteursrechtrichtlijn (incidentele verwerking) huidige Nederlandse recht weinig tot geen toegevoegde waarde bieden om te komen tot een nadere normering voor de geringe aard en omvang van het gebruik dat derden van auteursrechtelijk beschermd materiaal maken.

De richtlijnbepaling is reeds geïmplementeerd in de Nederlandse wet (in artikel 18a Auteurswet) en zij heeft een beperkt, althans betrekkelijk nauw omlijnd toepassingsgebied. Uit het onderzoek blijkt ook niet dat andere landen gebruik hebben gemaakt van een ruimere interpretatie van deze beperking. De beperking van artikel 5 lid 3 sub o Auteursrechtrichtlijn (grandfather clause) biedt evenmin aanknopingspunten voor een nadere "de minimis"-regulering. Deze richtlijnbepaling is blijkens haar totstandkomingsgeschiedenis uitdrukkelijk opgenomen om de ten tijde van de totstandkoming van de Auteursrechtrichtlijn bestaande beperkingen te handhaven. De Nederlandse wetgever heeft van deze mogelijkheid reeds (maximaal) gebruik gemaakt.

Ten slotte is onderzocht of een beperking van het begrip publiek mogelijk is (waardoor bepaalde vormen van gering gebruik minder snel onder het openbaarmakingsrecht van de auteur vallen). Ten aanzien van het begrip “publiek” blijven de grenzen van het geharmoniseerde recht nog onduidelijk. Met betrekking tot het geharmoniseerde begrip “communication to the public” heeft het HvJEG het begrip “pubiek” verduidelijkt (“publiek” = “een onbepaald aantal potentiële [televisie]kijkers”), maar een ondergrens is niet gegeven.

Het staat de Nederlandse regering (binnen de grenzen van de Berner Conventie) vrij tot een nadere normering te komen voor die delen van het openbaarmakingsrecht die niet tot het Europese geharmoniseerde recht behoren. Het gaat daarbij om het zogenaamde uitvoeren in het openbaar (waarbij de 'bron' en de 'consument' in dezelfde ruimte bijeen zijn). De Nederlandse overheid kan kiezen te komen tot een beperkter uitleg van het begrip publiek, waardoor breder gebruik (dan thans het geval is) binnen een beperkte kring kan worden vrijgesteld van het auteursrecht. Het onderzoek wijst uit dat in enkele omringende landen (zoals met name België, en ook de Verenigde Staten) het begrip “publiek” beperkter wordt ingevuld dan in Nederland.”

Lees hier meer.

IEF 5126

Tot 2009 hetzelfde betalen

Slijtersvakblad Drinks bericht: “Ondernemers blijven tot 2009 hetzelfde betalen voor het gebruik van muziek in hun zaak of bedrijf, behoudens een indexatie van 2 procent van de tarieven in 2008. MKB-Nederland en VNO-NCW en de Buma en Sena hebben hierover een akkoord gesloten. De komende tijd wordt er verder gesproken over een vernieuwde aanpak vanaf 2009. De twee auteursrechtenorganisaties wilden de bestaande brancheovereenkomsten in 2008 intrekken, waardoor bestaande kortingen per branche zouden verdwijnen.  (…) Het akkoord betekent dat brancheorganisaties geen protest meer hoeven aan te tekenen tegen het opzeggen van collectieve overeenkomsten. De actie de maat is vol www.demaatisvol.nu, waarmee MKB-Nederland en VNO-NCW zich inzetten voor een betere uitvoering van auteursrechten gaat uiteraard wel gewoon door.”

Lees hier meer.

IEF 5122

Naaktalfabet

vblvl.gifO.a De Volkskrant bericht dat:  “De grafisch vormgever Anthon Beeke heeft Louis Vuitton op de knieën gekregen: de inbreuk op zijn copyright is gestaakt. Het was een Duitse professor in de typografie die de grafisch vormgever Anthon Beeke erop wees: ze hebben je alfabet gestolen. (…) Twee maanden later is Beeke [bijgestaan door Howrey - IEF] de overwinnaar in de plagiaatkwestie die hij heeft uitgevochten met de kunstenares Vanessa Beecroft en Louis Vuitton.

Beeke maakte zijn alfabet van naakte jonge vrouwen in 1969, in het Amsterdam van de seksuele revolutie. (…) Beeke zag direct dat zijn letters waren gekopieerd. ‘De langgerekte O, de E waarbij de armen van het middelste pootje zijn gespreid, het is allemaal precies hetzelfde.’ Zijn advocaten sommeerden Beecroft, Louis Vuitton en de uitgeverij de inbreuk op het copyright van Beeke te staken. (…) Beeke ontving de verklaring waarin Beecroft erkent dat er sprake is geweest van kopiëren zonder toestemming. Of een schadevergoeding is betaald, wil Beeke niet zeggen.”

Lees hier meer. Afbeelding: Beecrofts LV-logo.

IEF 5089

Het zwarte gat van het auteursrecht

naamloos.JPGAuteursrechtmanifest van het FOBID, Netherlands Library Forum (nationaal samenwerkingsverband van de landelijke bibliotheekorganisaties).  In het manifest wordt “aandacht wordt gevraagd voor een aantal bestaande en te voorziene knelpunten in de omgang met het auteursrecht.FOBID is van mening dat het gros van ‘werken van letterkunde, wetenschap of kunst’ (waartoe vrijwel alles wordt gerekend wat gepubliceerd wordt) de oersterke bescherming die het auteursrecht aan rechthebbenden biedt, helemaal niet nodig heeft. Integendeel, die bescherming is vaak alleen maar een keurslijf dat ervoor zorgt dat die werken verborgen blijven in archieven en magazijnen van bibliotheken.

Waar documenten uit de negentiende eeuw, die hun auteursrechtelijke bescherming verloren hebben en tot het ‘publieke domein’ behoren, wel gekopieerd en gedigitaliseerd kunnen worden, dreigt een groot deel van de twintigste eeuw een zwart gat te worden omdat het auteursrecht immers alles opslorpt wat in zijn buurt komt.

Het FOBID Manifest pleit dan ook voor een flexibeler en relativerender omgang met het auteursrecht. Het roept belanghebbenden op de Auteurswet niet nodeloos tot hinderpaal te maken voor de ontwikkeling van een Nederlandse Digitale Bibliotheek (als onderdeel van een door de Europese Unie geïnitieerde Europese Digitale Bibliotheek).

Daarnaast vraagt FOBID aandacht voor de dynamiek van Internet, waarin ontwikkelingen sneller gaan dan in wet- en regelgeving. Ook in deze omgeving worden de rechten van rechthebbenden (te) goed beschermd, en juist hier kunnen de rechten van consumenten gemakkelijk in het gedrang komen.”

Lees hier meer. Lees het manifest hier.

IEF 5084

Kostbare normen

2k.bmpKamerstuk 29515, nr. 222 (Bijlage), 2e Kamer.Nationale koppen op EG-regelgeving; tweede ronde van meldingen van het bedrijfsleven over 'koppen' in de Nederlandse wet- en regelgeving, juridisch bekeken (bijlage bij 29515, nr. 222). Kabinetsrectie.

In het kader van de aanpak van “hinderlijke en onnodige regels” voor het bedrijfsleven heeft het Ministerie van Economische Zaken ook aandacht voor het fenomeen van “nationale koppen”. Van een ‘nationale kop’ is sprake indien Nederland bij de omzetting van Europese regelgeving verder gaat dan strikt genomen op grond van de Europese regelgeving noodzakelijk is. Voor het bedrijfsleven kan deze verdergaande regelgeving grote financiële en administratieve consequenties hebben

Melding: De NEN-normen zijn niet alleen kostbaar om aan te voldoen maar ze zijn ook erg kostbaar in Nederland om ze in bezit te krijgen. Dit in tegenstelling tot veel andere Europese landen. Daar worden ze gratis ter beschikking gesteld. Nederlandse en Europese wetgeving is "vrij" verkrijgbaar op internet. Dat zou ook moeten met de normen. Analyse externe onderzoekers: Richtlijn 98/34/EG betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften zegt niets over de verkrijgingskosten van normen. Nationale normalisatieinstellingen beroepen zich uitdrukkelijk op het auteursrecht van deze normen (inclusief NEN-EN normen). Er is hier dus sprake van een inbedding in het Nederlandse rechtssysteem, doordat de verkrijgingskosten van NENnormen berusten op nationaal auteursrecht dat van toepassing wordt bij de omzetting van het Europese recht.

Kabinetsreactie: Normalisatienormen zoals NEN-normen zijn documenten waarin marktpartijen afspraken vastleggen over producten en processen. Normalisatienormen kunnen door de voorwaarden waaronder zij totstandkomen, namelijk betrokkenheid van belanghebbenden en besluitvorming op basis van consensus, rekenen op draagvlak en uitvoerbaarheid. Om die reden is het aantrekkelijk om in regelgeving te verwijzen naar relevante normen: normen die een manier aangeven om aan wettelijke eisen te voldoen. Het Europese stelsel van productrichtlijnen dat bekend staat als “Nieuwe Aanpak” en dat in nationale regelgeving is geïmplementeerd, is op deze manier van verwijzen gebaseerd. Verwijzing naar normen is, vanwege de mogelijkheid tot rechtstreekse betrokkenheid bij het opstellen en de uitvoerbaarheid, in het belang van het bedrijfsleven. De Nederlandse overheid stelt zich op het standpunt dat de kenbaarheid van de NEN-normen in de huidige situatie voldoende is verzekerd. Deze zienswijze is o.a. neergelegd in aanwijzing 190 van de “Aanwijzingen voor de regelgeving”.

Onderhavige kwestie blijft wel onderwerp van studie, o.a. door het “Platform Kenbaarheid”. Het auteursrecht op Europese normen, in Nederland gedistribueerd door NEN als NEN-EN-normen, berust bij de Europese en de nationale normalisatie-instellingen gezamenlijk. Het niet mogelijk om deze normen in Nederland, of welk ander land dan ook, eenzijdig gratis ter beschikking te stellen. Er zijn het kabinet dan ook geen gevallen van landen bekend waar dit wel gebeurt.

Lees het kamerstuk hier.

IEF 5083

Geo-informatie

Kamerstuk 31200 VII, nr. 10, 2e Kamer.  Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2008 ; Verslag (101 pagina's)houdende een lijst van vragen en antwoorden 

Vraag 161: Met welke belemmeringen hebben bedrijven te maken bij het verkrijgen van geo-informatie die zich bevindt binnen (semi-)overheden?

Antwoord vraag 161: Dit betreffen vooral belemmeringen van juridische aard. Zo kan het zijn dat er een intellectueel eigendomsvoorbehoud (van een derde of het overheidsinstantie zelf) op de informatie rust waardoor de toegang tot deze informatie en het hergebruik hiervan beperkt kan worden (…).

Vraag 163:  Aan welke (bestuurlijke) belemmeringen voor de ontsluiting van geo-informatie moet worden gedacht? Wat zijn de voornemens van het kabinet ten aanzien van het ontsluiten van geo-informatie?

Antwoord vraag 163: Er zijn vooral wèttelijke belemmeringen die ontsluiting van geo-informatie door overheidsorganisaties in de weg staan. Zo kan de informatie bijvoorbeeld vallen onder een bijzondere wettelijke bepaling die toegang en/of hergebruik van deze informatie uitsluit of er kan sprake zijn van een voorbehoud op grond van intellectuele eigendomsrechten (er rust een auteursrecht of databankenrecht op de informatie waardoor hergebruik niet kosteloos mogelijk is) (…).