Vzr. Rb. Rotterdam 30 mei 2022, IEF 20971; ECLI:NL:RBROT:2022:7793 (eiser tegen Boeg) Eiser is een uitzendbureau en richt zich vooral op de bouw, techniek, afbouw en aanverwante sectoren. Boeg bouw & installatietechniek (hierna: Boeg) is een uitleen-/organisatieadviesbureau. Eiser meent dat Boeg inbreuk maakt op haar handelsnaam en vordert in dit geschil dan ook dat Boeg wordt bevolen deze inbreuken te staken. De voorzieningenrechter oordeelt dat het dominante bestanddeel van de handelsnaam van Boeg onmiskenbare visuele en auditieve gelijkenissen met de handelsnaam van eiser vertoont. Ook wat betreft de begripsmatige kenmerken oordeelt de voorzieningenrechter dat het verschil in betekenis tussen de handelsnamen, voor het publiek niet onmiddellijk als zodanig te duiden is. De voorzieningenrechter oordeelt dat er, door de door eiser ingenomen stelling, niet vastgehouden kan worden aan het verwijt dat Boeg handelsnaamrechtelijke verwarring veroorzaakt. Verder stelt de voorzieningenrechter vast dat de aard en de doelgroep van beide partijen verschillen. Eiser is actief in (Zuid-)Limburg en opereert slechts in beperkte mate in andere regio’s van Nederland. De voorzieningenrechter komt tot het voorlopige oordeel dat, ondanks de gelijkenissen, geen verwarringsgevaar te duchten valt. Er is geen sprake van inbreuk door Boeg op de handelsnaam van eiser. De vorderingen van eiser worden afgewezen door de voorzieningenrechter.