IEF 22236
13 september 2024
Uitspraak

IE-klassieker: Levola/Smilde

 
IEF 22234
12 september 2024
Artikel

Hoe kan een merkenaudit uw wereldwijde marktstrategie ondersteunen?

 
IEF 22233
12 september 2024
Artikel

Aankondiging jaarlijkse BIE-scriptieprijs

 
IEF 17301

Hof: Onjuiste en onvolledige informatie over werking beurskoerssoftware gegeven aan investeerder

20 dec 2016, IEF 17301; ECLI:NL:GHAMS:2016:5503 ((N.V. tegen Independent Investments Holding)), https://ie-forum.nl/artikelen/hof-onjuiste-en-onvolledige-informatie-over-werking-beurskoerssoftware-gegeven-aan-investeerder

Hof Amsterdam 20 december 2016, IEF 17301, IT 2421; RB 3039 (N.V. tegen Independent Investments Holding) Reclame. Software. Licentierechten. Onrechtmatige daad. Appellant is adviseur in de financiële sector en gaf een hedge fund index uit. Geïntimeerde is in contact gekomen met een Belgische ingenieur die een softwaresysteem heeft ontwikkeld om beurskoersen te voorspellen. Partijen gaan leningsovereenkomst aan met deelname in wereldwijde licentierechten. Anders dan de eerste rechter oordeelde, is voldoende gesteld dat onjuiste en onvolledige informatie omtrent waarde en werking van het softwaresysteem is gegeven aan de aangezochte investeerster. Geïntimeerde dient het geleende geldbedrag van €400.000 te betalen.

3.4. (...) (ix) Op 17 augustus 2007 is tussen IIH en [A.] een vaststellingsovereenkomst gesloten. In deze vaststellingsovereenkomst is, voor zover van belang, het volgende vastgelegd:
“Partijen stellen als volgt gezamenlijk vast:
- Dat de in het verleden vastgelegde doelstelling(en) om tot een stabiel werkend Forex trading systeem te komen dat zich meerdere jaren stabiel (winstgevend) gedraagt, helaas sinds 22 november 2005 niet tot realisatie is gekomen.
- De financiering loopt na anderhalf jaar tegen haar limieten aan en de vastgestelde waardering van 10 Miljoen Euro van de FX-XL licentie holding lijkt met de huidige operationele systemen geen verdedigbare waardering.
- De betrokken aandeelhouders via The Forex Fellows operationeel en door de gemaakte kosten op verlies staan.”
Het hof acht aannemelijk dat hetgeen partijen op 17 augustus 2007 hebben vastgesteld ook in mei/juni 2007 al bekend was.
(...)

3.6. Uit de onder 3.4 genoemde feiten en omstandigheden volgt dat [geïntimeerde] [appellant 2] onjuist en onvolledig heeft geïnformeerd over het Softwaresysteem. In weerwil van zijn mededelingen was het Softwaresysteem geen succesvol operationeel en werkend systeem dat (zeer) positieve resultaten boekte over een langere periode van zes maanden. Uit de e-mail onder (v) volgt dat de versie 1.05 begin mei 2007 nog niet Final was en nog niet kon worden gepresenteerd als een Product. De inhoud van de genoemde e-mail staat op gespannen voet met de bewering van IIH c.s. in de memorie van antwoord onder 22 dat op het moment dat de contacten tussen IIH c.s. en [appellanten] tot stand kwamen er sprake was van een operationeel FX 105-systeem en ook met hun bewering tijdens het pleidooi dat met de versie 1.05 werd gehandeld en dat daarmee in de periode maart 2007 tot augustus 2007 positieve resultaten zijn behaald. Voorts is gesteld noch gebleken dat [geïntimeerde] [appellant 2] erop heeft gewezen dat de investering, gezien de resultaten van het Softwaresysteem tot dan toe, aanzienlijke risico’s meebracht. Niet van belang is dat de hiervoor genoemde feiten en omstandigheden deels betrekking hebben op andere rechtsverhoudingen dan die tussen [appellanten] en [geïntimeerde] of dat sommige gebeurtenissen dateren van na de totstandkoming van de geldlening. Bepalend is dat die feiten en omstandigheden inzicht geven in de (voor [geïntimeerde] kenbare) werking en de waarde van het Softwaresysteem ten tijde van de contacten met [appellant 2] .

3.9. [appellant 1] vordert een bedrag van € 400.000,- aan schadevergoeding van IIH c.s. [appellant 1] heeft via een converteerbare lening aan IIH voor een bedrag van € 400.000,- 4% van de aandelen in de S.A. gekocht. Inmiddels staat als onvoldoende betwist vast dat de waarde van de aandelen in genoemde vennootschap nihil is. [appellanten] hebben gesteld dat, als [geïntimeerde] de hiervoor genoemde feiten en omstandigheden met betrekking tot de werking en de waarde van het Softwaresysteem niet zou hebben verzwegen, [appellant 2] nimmer met [geïntimeerde] in zee zou zijn gegaan. IIH c.s. hebben ter betwisting van het door [appellanten] gestelde causale verband aangevoerd dat [appellant 2] als geen ander in staat was het Softwaresysteem “op waarde” te schatten en te beoordelen of hij in dit systeem wilde beleggen en voorts dat [appellant 2] wist welke risico’s met investeren gepaard gaan. Het hof gaat daaraan voorbij. Uit hetgeen hiervoor is geoordeeld, volgt immers dat [appellant 2] door toedoen van [geïntimeerde] juist niet in staat was de werking en de waarde van het Softwaresysteem, en daarmee het risico van de investering, te beoordelen. Nu IIH c.s. verder geen gemotiveerd verweer hebben gevoerd tegen de stelling van [appellanten] , dat [appellant 2] , indien hij juist en volledig was geïnformeerd over de werking en de waarde van het Softwaresysteem, niet in het Softwaresysteem zou hebben geïnvesteerd, staat het causale verband tussen de onrechtmatige daad van [geïntimeerde] en de schade van € 400.000,- als onvoldoende betwist vast.

IEF 17386

Beslissing ingezonden door Otto Volgenant, Boekx.

CvB: Te cryptisch verwoord dat Google zoekopdrachten sneller en betere resultaten tonen via internetportal

RCC 21 dec 2017, IEF 17386; Dossiernr: 2017/00341 (Google privacyportaal), https://ie-forum.nl/artikelen/cvb-te-cryptisch-verwoord-dat-google-zoekopdrachten-sneller-en-betere-resultaten-tonen-via-internetp

CvB RCC 21 december 2017, RB 3066; IEF 17386; IT 2448; Dossiernr: 2017/00341 (Google)
Aanbeveling. Vernietiging van afwijzing klacht, aanbeveling strijd met 5 NRC.

5. De werkelijke boodschap van de uitingen zoals die volgens Google is bedoeld, te weten dat de gebruiker via de internet portal kan bepalen dat Google zoekopdrachten niet meer gebruikt om hem sneller betere resultaten te tonen, is zodanig cryptisch in de uitingen verwoord en verwerkt, dat deze de gemiddelde consument waarschijnlijk zal ontgaan. Ook uit de mededeling “Aan of uit? U bepaalt zelf uw privacy-instellingen” en de verwijzing naar het privacy gedeelte van ‘Mijn Account’ op Google.nl volgt dit niet duidelijk. De consument zal daardoor menen dat het uitzetten van de instelling tot gevolg heeft dat in het geheel geen informatie over zijn zoekopdrachten wordt onthouden. Het College oordeelt daarom dat de dagbladadvertentie hierover onvoldoende duidelijk is. Dit geldt voor de online uiting in sterkere mate, nu daarin geen nadere toelichting staat. Over de consequenties van dit oordeel overweegt het College als volgt.

IEF 17385

Uitspraak ingezonden door Carmen Hermes en Roderick Chalmers Hoynck van Papendrecht, AKD.

Na toezending uitgebreide documentatie schending geheimhoudingsovereenkomst kaartsysteem voor zorgconsument

Rechtbank Amsterdam 20 dec 2017, IEF 17385; (Medisecurecards tegen Hallo Dokter-Stichting Effectief Medicijngebruik), https://ie-forum.nl/artikelen/na-toezending-uitgebreide-documentatie-schending-geheimhoudingsovereenkomst-kaartsysteem-voor-zorgco

Vzr. Rechtbank Amsterdam 20 december 2017, IEF 17385 (Medisecurecards tegen Hallo Dokter-Stichting Effectief Medicijngebruik) Contractenrecht. Bedrijfsgeheimen. Medisecurecards is opgericht om een systeem/werkwijze te ontwikkelen voor de persoonlijke veiligheid van de zorgconsument en medische gegevens toegankelijk en beschikbaar te maken voor derde zorgverleners. Deze worden via een specifieke pas toegankelijk doordat via internet toegang wordt verschaft tot een online opslagplaats. Medisecurecards heeft het hele concept aan de Stichting gestuurd en na ondertekening van geheimhoudingsovereenkomst documentatie, informatie en conceptlicentieovereenkomst ontvangen voor onderzoek naar mogelijke samenwerking. Vruchteloos gebleven pogingen om de vertrouwensbreuk te herstellen, heeft niet gebaat. Na beëindiging van de samenwerking toont SEM op HalloDokter.nl een kopie van de kaart volgens een systeem dat nagenoeg identiek is. SEM heeft gehandeld in strijd met de overeengekomen geheimhoudingsverplichting. Staking wordt bevolen op last van dwangsom van €1.000,00 per dag(deel). Een contractuele boete van €10.000,00.

IEF 17384

EFTA: ABC kan niet worden geweigerd omdat de duur negatief zou zijn

EFTA 21 dec 2017, IEF 17384; E-5/17 (Merck Sharp & Dohme tegen The Icelandic Patent Office), https://ie-forum.nl/artikelen/efta-abc-kan-niet-worden-geweigerd-omdat-de-duur-negatief-zou-zijn

EFTA 21 december 2017, IEF 17384; IEFbe 2444; LS&R 1549; E-5/17 (Merck Sharp & Dohme tegen The Icelandic Patent Office) ABC. Octrooirecht. De ABC-verordening staat het uitgeven van een ABC-certificaat met een negatieve duur toe. Merck heeft een ABC-aanvraag gedaan bij het IJslandse octrooibureau in september 2007. De periode tussen de aanvraag van het basisoctrooi (juli 2002) en het toewijzen van eerste handelsvergunning (maart 2007) was minder dan 5 jaar. Het octrooibureau weigerde de aanvraag, odmat de ABC dan een negatieve duur zou hebben, dat zou niet stroken met de ABC Verordening. De vraag die in het bijzonder speelt is dat Verordening 1901/2006 en 469/2009, die een verlenging van 6 maanden toestaan voor bepaalde ABC en daarom een doel geven aan ABC met een negatieve duur, niet in de EEA Agreement is opgenomen.

IEF 17383

Uitspraak ingezonden door Anne Bekema, Le Poole Bekema

Geen geldige redenen voor niet-gebruik merk NEW YORK FAIR & LOVELY

Hof Den Haag 19 dec 2017, IEF 17383; (Unilever tegen Technopharma), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-geldige-redenen-voor-niet-gebruik-merk-new-york-fair-lovely

Hof Den Haag 19 december 2017, IEF 17383 (Unilever tegen Technopharma). Merkenrecht. Unilever is houdster van vele woord- en beeldmerken FAIR & LOVELY. Technopharma heeft in 2011 een Benelux-merk NEW YORK FAIR & LOVELY ingeschreven. In eerste aanleg [IEF 16107] is de gevorderde nietigverklaring afgewezen. Unilever PLC heeft, naast Unilever N.V., ook belang bij de vervallenverklaring van het Benelux-merk. Zij is meerderheidsaandeelhoudster van HUL (brengt een crème onder FAIR & LOVELY op de markt) en is in tal van jurisdicties houdster van het merk. Technopharma stelt dat zij geldige redenen heeft voor niet-gebruik van het Benelux-merk: 1. wettelijke belemmering omdat haar producten verboden bestanddelen bevatten, 2. grote hoeveelheid procedures gestart door Unilever tegen het merk, wat een belemmering vormt om in het merk te investeren. Deze redenen vormen geen geldige reden op voor het niet-gebruik van het Benelux-merk. Het merk is inmiddels meer dan vijf jaar ononderbroken niet gebruikt en wordt dus vervallen verklaard. Technopharma heeft het merk nimmer gebruikt, dus niet aannemelijk dat Unilever nadeel heeft ondervonden van de inschrijving, te minder nog nu ook Unilever haar merk ook maar in zeer beperkte mate heeft gebruikt, nietigverklaring wordt afgewezen.

IEF 17382

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam, Van Kaam.

Gehele verwijdering uitzending niet noodzakelijk en niet proportioneel

Hof Arnhem-Leeuwarden 19 dec 2017, IEF 17382; ECLI:NL:GHARL:2017:11182 (Buurman tegen Avrotros), https://ie-forum.nl/artikelen/gehele-verwijdering-uitzending-niet-noodzakelijk-en-niet-proportioneel

Hof Arnhem-Leeuwarden 19 december 2017, IEF 17382; ECLI:NL:GHARL:2017:11182 (Avrotros tegen Buurman). Mediarecht. Hoger beroep. Geïntimeerde en buurman hebben vele jaren een geschil over het gebruik van het recht van overpad. De voorzieningenrechter [IEF 17133] verplicht Avrotros de reportage te verwijderen en een rectificatie te plaatsen op de website van EenVandaag. Door de onjuiste mededeling van de verslaggeefster ten aanzien van het recht van overpad en de bereikbaarheid van de woning een vertekend beeld wordt gegeven van het conflict.  De gehele verwijdering van de uitzending is naar het oordeel van het hof niet noodzakelijk en niet proportioneel. Aan het gerechtvaardigde belang van geïntimeerde kan ook worden voldaan door alleen de betreffende mededeling te verwijderen.

IEF 17381

Auteursrechtclaim fotograaf op still afgewezen, HoeMannenDenken moet excessieve op persoon gerichte uiting rectificeren

Rechtbank Den Haag 18 dec 2017, IEF 17381; (Fotograaf tegen HoeVrouwenDenken.nl), https://ie-forum.nl/artikelen/auteursrechtclaim-fotograaf-op-still-afgewezen-hoemannendenken-moet-excessieve-op-persoon-gerichte-u

Ktr. Rechtbank Den Haag 18 december 2017, IEF 17381 (fotograaf tegen HoeVrouwenDenken/HoeMannenDenken) Auteursrecht. Op HoeVrouwenDenken.nl staat een still uit de videoreportage van fotograaf H. HoeMannenDenken publiceert, naar aanleiding van de auteursrechtclaim van de fotograaf, een open brief waarin hij zich negatief uit over de fotograaf. De rechtbank wijst de auteurs- en persoonsrechtelijke vordering af, aangezien het auteursrecht op de still bij Omroep West ligt en HoeVrouwenDenken een succesvol beroep doet op het citaatrecht. Ook valt niet in te zien hoe een verwijdering van het watermerk een wijziging van het werk inhoudt.

Dat ligt ander voor het artikel gepubliceerd op HoeMannenDenken.nl. In tegenstelling tot de open brief, die hoofdzakelijk bestaat uit een weerlegging van de auteursrechtinbreuk, is dit artikel uitsluitend op de persoon gericht. Op de persoon gerichte uitingen zijn eerder excessief dan uitingen die op de inhoud zijn gericht. HoeMannenDenken.nl moet rectificeren.

IEF 17380

Uitspraak ingezonden door Gie van den Broek, LXA.

 

Chanel handhaaft merkenrecht tegen Marktplaatsreplicaverkoper

Rechtbank Den Haag 20 dec 2017, IEF 17380; ECLI:NL:RBDHA:2017:15591 (Chanel tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/chanel-handhaaft-merkenrecht-tegen-marktplaatsreplicaverkoper

Rechtbank Den Haag 20 december 2017, IEF 17380, ECLI:NL:RBDHA:2017:15591 (Chanel tegen X). Merkenrecht. X biedt op het internet meerdere tassen aan voorzien van met Chanel-merken overeenkomstige tekens. De rechtbank stelt vast dat er sprake is van merkinbreuk in de zin van artikel 2.20 lid 1 sub a BVIE en veroordeelt X staking van inbreuk. Opgaveverplichting. Schadvergoeding of winstafdracht €325,00.

IEF 17379

Uitspraak ingezonden door Ranee van der Straaten, BANNING en Monique Hennekens.

Ook hof acht vormmerk CAPRI-SUN technisch bepaald, dus nietig

Hof Amsterdam 19 dec 2017, IEF 17379; ECLI:NL:GHAMS:2017:5281 (Capri Sun tegen Riha Wesergold), https://ie-forum.nl/artikelen/ook-hof-acht-vormmerk-capri-sun-technisch-bepaald-dus-nietig

Hof Amsterdam 19 december 2017, IEF 17379; ECLI:NL:GHAMS:2017:5281 (Capri Sun tegen Riha Wesergold) Vormmerk. Slaafse nabootsing. Capri Sun brengt stazakjes (kinder)vruchtensap op de markt en is houdster van het Benelux driedimensionaal vormmerk. Het hof is met de rechtbank Amsterdam [IEF 14511] van oordeel dat alle wezenlijke elementen van het stazakje technisch bepaald zijn, zodat het vormmerk nietig is. Mede door het voorgaande faalt een beroep op slaafse nabootsing. Het betreft immers kenmerken die noodzakelijk zijn om een technische uitkomst te verkrijgen. Tevens wijst het hof op de prominent in beeld gebrachte merknaam op het zakje van Riha. 

IEF 17378

Eindvonnis: Structuurmatten geen eigen gezicht

Rechtbank Gelderland 25 okt 2017, IEF 17378; ECLI:NL:RBGEL:2017:6597 (Compañero tegen DG Rubber), https://ie-forum.nl/artikelen/eindvonnis-structuurmatten-geen-eigen-gezicht

Rechtbank Gelderland 25 oktober 2017, IEF ; ECLI:NL:RBGEL:2017:6597 (Compañero tegen DG Rubber). Slaafse nabootsing. Compañero verwijt DG Rubber slaafse nabootsing. In een tussenvonnis [IEF 16982] oordeelt de rechbank dat de matten van Compañero geen eigen gezicht hebben waardoor de gestelde nabootsing door DG Rubber niet onrechtmatig is. In dit vonnis blijft de rechtbank bij hetgeen is overwogen in het tussenvonnis.