IEF 22286
11 oktober 2024
Uitspraak

Schorsing octrooigeschil in afwachting van uitspraak TKB

 
IEF 22292
10 oktober 2024
Artikel

Nog een paar plekken voor de Midnight Marauders tour tijdens ADE

 
IEF 22282
10 oktober 2024
Uitspraak

Conclusie A-G: strafvermindering in zaak waarbij opzettelijk inbreuk werd gemaakt op auteursrecht

 
IEF 7778

Danziger Dan Flower Farm vs. Biological Industries Plant Propagation Ltd. c.s.

District Court of The Hague, 7 september 2007, KG ZA 07-731, Danziger Dan Flower Farm vs. Biological Industries Plant Propagation Ltd. c.s.

Plant breeder’s rights. Lie detectors and mutants. Partially because there is a high genetic resemblance between Bambino and Million Stars (a resemblance which is remarkably bigger than between the other non-mutated gypsum herb species), this indicates a devolved species and thus infringement. Procedural cost compensation is reduced.

 

 

Read then entire judgement here.

IEF 4627

Level playing field

Adformatie bericht: "Minister Plasterk van OCW wil de reclameregels voor commerciële omroepen verder liberaliseren. Dit heeft hij vanmorgen gezegd op het Omroepcongres in Bussum. Sinds half mei zijn de reclameregels voor de Nederlandse tv al versoepeld. Met uitzondering van de vier zenders van RTL zijn alle tv-zenders in ons land gebonden aan de Nederlandse mediawet. Hierdoor wordt SBS strenger beoordeeld dan RTL.Sinds 15 mei is het vermelden of tonen van een naam of beeldmerk van een sponsor in de titel van een gesponsord programmaonderdeel toegestaan, zolang de scheiding tussen redactie en commercie maar gewaarborgd blijf."

Lees hier meer.

IEF 4626

Opsporing verzocht

stoel.gifGerechtshof 's-Hertogenbosch, 14-08-2007, LJN: BB3151, Eiser tegen gedaagde.

In dit vandaag op rechtspraak.nl gepubliceerde arrest zijn partijen en objecten onherkenbaar gemaakt. Wie het meubilair kent en/of beschikt over afbeeldingen, of iemand in zijn of haar omgeving heeft die beschikt over afbeeldingen, wordt verzocht contact op te nemen. Recht zonder plaatjes is tenslotte nauwelijks recht te noemen.

"[Appellante] ontwerpt, produceert en verhandelt eveneens stoelen, waaronder [type stoel 6], [type stoel 7], [type stoel 8], [type stoel 9] en [type stoel 10]. [bedrijf 1] treedt op als handelsagent voor [appellante]. Voor de stoel [type stoel 9] heeft [appellante] een Benelux-modeldepot verricht. c) De stoel [type stoel 2] is een kleinere en overigens identieke uitvoering van de [type stoel 1]. Deze stoelen zijn eerder op de markt gebracht dan de daarmee vergeleken stoelen [type stoel 6] en [type stoel 7] van [appellante]. De stoel [type stoel 4] is eerder op de markt gebracht dan [type stoel 8] en [type stoel 3] en [type stoel 5] eerder dan [type stoel 9] en [type stoel 10].

Alle genoemde stoelen, en nog enkele andere, zijn bij het pleidooi getoond. d) Op verzoek van [geïntimeerde c.s.] heeft prof.ing. [deskundige 1] twee deskundigenverklaringen d.d. 2 november 2004 opgesteld, één met betrekking tot enerzijds de [type stoel 1] en [type stoel 2] van [geïntimeerde c.s.] en anderzijds de [type stoel 6] en [type stoel 7] van [appellante] en één met betrekking tot enerzijds de [type stoel 4], [type stoel 3] en [type stoel 5] van [geïntimeerde c.s.] en anderzijds de [type stoel 8], [type stoel 9] en [type stoel 10] van [appellante] (prod. 24 a/b akte [geïntimeerde c.s.] 24 november 2004)."

Lees het arrest hier.

IEF 4625

Eerst even voor jezelf lezen

Rechtbank ’s-Gravenhage, 7 september 2007, KG ZA 07-731, Danziger “Dan” Flower Fram tegen Biological Industries Plant Propagation Ltd. c.s.

Kwekersrecht. “In dit kort geding staan de vragen centraal of de Bambino onvoldoende duidelijk te onderscheiden is van de Million Stars of dat de Bambino weliswaar onderscheidbaar is, maar niettemin moet worden beschouwd als een daarvan afgeleid ras in de zin van artikel 13 leden 5 (onder a) en 6 van de Gemeenschapskwekers-rechtverordening.”

Lees het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam, 6 september 2007, KG ZA 07-1172 P/MV, Stichting Het Greenleaf Centrum Voor Diendend leiderschap In Nederland c.s. tegen Stichting Center for Servant Leadership in Europe c.s. (Met dank aan Marc de Boer, Boekx).

“Onder deze omstandigheden is voorshands voldoende  aannemelijk dat een bodemrechter zal oordelen dat de merkinschrijving te kwader  trouw is geschied, als bedoeld in artikel 2.4f sub 2 BVIE. Weliswaar is de termijn  van vijfjaar (artikel 2.28 lid 3 BVIE) waarbinnen de nietigheid van de  merkinschrijving kan worden ingeroepen verstreken, maar dit neemt niet weg dat  een bodemrechter op grond van de aanvullende werking van artikel 6: 162 BW kan  oordelen dat gedaagden geen beroep meer kunnen doen op de inschrijving.

Lees het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam, 6 september 2007, KG ZA 07-1296 P/BB, Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij B.V. tegen Royal Diamonds Amsterdam B.V. (Met dank aan Hannele Holthuis, Höcker).

“Het is niet aannemelijk gemaakt dat Royal Diamonds Amsterdam C.S. met het gebruik van haar handelsnaam suggereert dat zij onderdeel uitmaakt van de onderneming van Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij en ook niet dat ongerechtvaardigd voordeel wordt getrokken uit en afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen en/of reputatie van de merken van Koninklijke Asscher Diamant Maatschappij.”

Lees het vonnis hier.

Rechtbank Amsterdam, 5 september 2007, HA ZA 05-2200, Gallup Inc c.s. tegen TNS Nipo B.V. & Gallup Foundation(met dank aan Diederik Stols, DLA Piper).

“Op grond van de Toronto Resolutie was voor  ieder nieuw land toestemming vereist van Gallup Inc. Onder andere Gallup International,  Nipo en Gallup Inc waren dus gerechtigd tot het gebruik van de naam 'Gallup'. Dat aan dit  recht een einde is gekomen, is naar het oordeel van de rechtbank door Gallup Inc en Gallup  Gmbh onvoldoende onderbouwd. Het enkele feit dat Gallup Inc in 1992 haar lidmaatschap  in Gallup International heeft opgezegd is daartoe onvoldoende, aangezien, zoals Gallup Inc  ook zelf stelt, nergens is opgenomen of bedongen dat het recht op gebruik door Gallup  International en haar leden eindigt bij een breuk met Gallup Inc.”

Lees het vonnis hier.

IEF 4624

Verwarrend

vest.gifRechtbank Almelo, 31 augustus 2007, KG ZA 07-166, Stichting Vestia Groep tegen Stichting Vestion Wonen (Met dank aan Fulco Blokhuis, Boekx).

Handelsnaamrecht of merkenrecht? Wellicht vooruitlopend op de plannen van sommige IE-juristen, behandelt de Rechtbank Almelo de handelsnaamrechtelijke en merkenrechtelijke vordering zonder onderscheid en met verwarringsgevaar als criterium, inclusief gemiddelde consumenten, onderscheidend vermogen en regio’s.

Eiseres Vestia is evenals Vestion een woningcorporatie. Vestia beschikt over een aantal Benelux Merkinschrijvingen, welke in “overwegende mate betrekking hebben op het beeldmerk Vestia”. Op grond van haar merken en handelsnaam maakt Vestia bezwaar tegen het gebruik van de naam Vestia door gedaagde. De rechtbank wijst de vordering af, onder andere omdat de tekens “afgezien van de eerste vijf letters van Vestion en Vestia” geen gelijkenis vertonen, en hanteert daarbij, zonder op het merken- of handelsnaamrecht in te gaan, de volgende criteria:

“5.1. De vorderingen van Vestia dienen te worden afgewezen. Naar het oordeel van de Voorzieningenrecht is er voorshands bij het grote publiek en de gemiddelde consument geen gevaar voor verwarring te duchten ten aanzien van de namen Vestia en Vestion. Dit verwarringsgevaar dient te worden beoordeeld aan de hand van de omstandigheden van het geval, welke de voorzieningenrechter als volgt samenvat:

- Vestion is ten opzichte van Vestia een kleine speler op de markt van woningcorporaties en beperkt zich vrijwel uitsluitend tot de plaatsen Vroomshoop en Den Ham, terwijl Vestia zich hoofdzakelijk concentreert op het westen en het zuiden van het land. Dat Vestia plannen heeft om ook in het oostelijk deel van het land activiteiten te gaan ontplooien, doet hieraan niet af;

- In tegenstelling tot Vestia ontplooit Vestion slechts activiteiten op het gebied van de zogeheten sociale woninghuur, dat wil zeggen: in het portfolio van Vestion bevinden zich vrijwel uitsluitend woningen onder de huursubsidiegrens; - de naam van Vestia luidt voluit Stichting Vestia Groep, terwijl de naam Vestion voluit Vestion Wonen luidt en Vestion zich uitsluitend met de toevoeging Wonen profileert naar de buitenwereld;

- Er zijn talloze ondernemingen die in meer of mindere mate overeenstemming vertonen met de naam Vestia, waardoor het onderscheidend vermogen van in ieder geval de eerste vijf letters gering moet worden geacht;

- Er zijn zoals ter zitting desgevraagd namens Vestia verklaard, tot nog toe geen gevallen van verwarring bekend en dergelijke gevallen zijn ook niet eenvoudig denkbaar gebleken, zodat er naar het oordeel van de voorzieningenrechter vooralsnog vanuit moet worden gegaan dat de schade die Vestia lijdt in ieder geval op dit moment nihil of zeer gering is. - De tekens waarvan partijen zich bedienen verschillen wezenlijk van elkaar en vertonen, afgezien van de eerste vijf letters van Vestion en Vestia, geen gelijkenis.

5.2. Al deze omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, leiden er toe dat de voorzieningenrechter voorshands het gevaar voor verwarring vrijwel uitsluit en in ieder geval (mocht hel al bestaan) te gering om tot toewijzing val de vordering te komen.”  Eiseres Vestia wordt veroordeeld in de werkelijke proceskosten. “Het verweer van Vestia dat Vestion onnodig kosten heeft gemaakt, treft geen doel. Vestion heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat een onderzoeknaar depot te kwader trouw nodig is geweest in het kader van een verdediging tegen de door Vestia ingestede vorderingen.” €15.265,75

Lees het vonnis hier.

IEF 4623

Het wezenskenmerk van het internet

Rechtbank Haarlem, sector kanton, 5 september 2007, LJN: BB3144, Eiseres tegen Gedaagde.

Auteursrecht, heel kort kantonvonnis over “deeplinken”. Opnemen van een zelfstandig auteursrechtelijk beschermd werk binnen de context van de website. “Dat het werk van eiseres in technisch opzicht niet wordt verveelvoudigd nu het werk op de oorspronkelijke server blijft staan, doet er niet aan af dat van een auteursrechtelijk relevante handeling sprake is.”

Op de website www.voeljeniksvan.nl, van welke website gedaagde beheerder is, tot drie maal toe en steeds zonder toestemming van eiseres een afbeelding te zien geweest is van door haar gemaakte kunstwerken.  Gedaagde stelt dat hij enkel “gelinkt” heeft, het “wezenskenmerk van het internet”. Volgens gedaagde is van een auteursrechtelijke schending geen sprake, omdat eiseres de “afbeeldingen zelf openbaar heeft gemaakt door haar website in de lucht te houden”.  De rechtbank oordeelt anders.

“4. Gezien het door gedaagde gevoerde verweer is er kennelijk sprake van een vorm van “deeplinken” waarbij het niet gaat om een voetnoot of een verwijzing naar informatie die zich elders bevindt, maar om het opnemen van een zelfstandig auteursrechtelijk beschermd werk van eiseres binnen de context van de website van gedaagde. Dat het werk van eiseres in technisch opzicht niet wordt verveelvoudigd nu het werk op de oorspronkelijke server blijft staan, doet er niet aan af dat van een auteursrechtelijk relevante handeling sprake is. Het werk is immers als onderdeel van een ander werk weergegeven en als zodanig opnieuw (en zonder toestemming van eiseres) geopenbaard.

Naar het oordeel van de kantonrechter levert een en ander schending op van het auteursrecht van eiseres, op grond waarvan gedaagde aan eiseres een vergoeding verschuldigd is. De kantonrechter stelt de vergoeding op € 675,--."

Geen richtlijnconforme proceskostenveroordeling, wel:  “Gelet op de werkzaamheden die er aan de kant van eiseres verricht zijn om voldoening buiten rechte te verkrijgen kan eiseres ook aanspraak maken op buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter stelt die kosten vast op € 150,--.”

Lees het vonnis hier.

IEF 4622

Gouden merken

goumak.gifRechtbank ’s-Gravenhage, 6 september 2007, KG ZA 07-793. De Gouden Makelaar c.s. tegen Korff De Gidts Makelaardij B.V.

“Nu naar voorlopig oordeel sprake is van inbreuk op het door eiseressen gebruikte merk dient Korff de Gidts Makelaardij het gebruik van haar teken te staken. De vordering hiertoe zal dus worden toegewezen. Dit leidt ertoe dat Korff de Gidts Makelaardij op grond van artikel 5a van de Handelsnaamwet (Hnw) ook het gebruik van de handelsnaam ‘(De) Goudenjaren Makelaar’ dient te staken.

Een beoordeling op basis van artikel 5 Hnw is daarmee niet nodig, zodat niet van belang is dat partijen in verschillende regio’s actief zouden zijn, zoals Korff de Gidts Makelaardij nog heeft gesteld. In verband met het voorgaande zal voorts de vordering tot het staken van het gebruik en het overdragen van de domeinnamen worden toegewezen. Hetzelfde geldt voor de vordering met betrekking tot het uitschrijven van de handelsnaam bij de Kamer van Koophandel. De bevoegdheid van de kantonrechter ex artikel 6 Hnw laat de bevoegdheid van de voorzieningenrechter in deze overigens onverlet.”

Leees het vonnis hier.

IEF 4621

Geen Bankgarantie

Onopgemerkte en ongepubliceerde oude zaak via de nieuwsbrief van Domjur.nl:

- College van Beroep voor het bedrijfsleven, 26 juni 2007, Zaaknummer / rolnummer: AWB 06/888, Bankgarantie tegen De Nederlandsche Bank

- Rechtbank Rotterdam, 25 oktober 2006, LJN: AZ7251, Bankgarantie tegen De Nederlandsche Bank

“In geschil is het antwoord op de vraag of eiser door het gebruik van het woord 'bank' in de handels- en internet domeinnamen 'De Bankgarantieshop', 'Nationale Bankgarantie', en 'Bankgarantienet' het verbod van art. 83 Wtk overtreedt en of DNB in redelijkheid heeft kunnen weigeren eiser hiervan ontheffing te verlenen."

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het door DNB ten aanzien van art. 83 Wtk gevoerde beleid bestendigd en geoordeeld dat DNB in redelijkheid de beleidslijn heeft kunnen ontwikkelen dat slechts in zeer uitzonderlijke omstandigheden een ontheffing wordt verleend.

Volgens de rechtbank kan niet worden gezegd dat verweerster, na afweging van alle belangen, niet in redelijkheid tot toepassing van het beleid ten aanzien van eiser heeft kunnen komen. Ter zitting is overigens nog gebleken dat bij het zoeken op internet op het trefwoord 'bankgaranties', ook, en niet als laatste, ondernemingen worden gevonden die een zelfde product aanbieden als eiser, maar die niet het woord 'bank' of vormen daarvan in hun naam voeren. Voor de rechtbank is dan ook niet aannemelijk geworden dat eiser door het verbod van artikel 83, eerste lid, van de Wtk 1992 en het weigeren door verweerster van het verlenen van ontheffing op grond van artikel 83, vierde lid, van de Wtk 1992 in de onmogelijkheid komt te verkeren zijn activiteiten voor te zetten.

Lees hier en hier  (Domjur.nl) of hier (Rechtspraak.nl) meer.

IEF 4620

Gerkens vs. Alberdingk Thijm

agcat.gifWebwereld.nl bericht dat Tweede Kamerlid Arda Gerkens (SP) niet denkt dat er een downloadverbod komt. Arda Gerkens reageert verbaasd op de column van advocaat Christiaan Alberdingk Thijm van SOLV-advocaten op Nu.nl. "De conclusie van de heer Alberdingk Thijm is niet wat ik uit de antwoorden van de minister heb gelezen", aldus Gerkens.

(…) Volgens Gerkens interpreteert Alberdingk Thijm de antwoorden van Hirsch Ballin alsof het verbieden van thuiskopieën al rond is, terwijl Hirsch Ballin er volgens haar juist op gespitst is om de huidige thuiskopieregeling te behouden. (…) Gerkens spreekt het scenario van Alberdingk Thijm tegen dat een downloadverbod voorkomen kan worden met de invoering van zo'n heffing. "Als het volgens Europa illegaal zou zijn om films en muziek te downloaden, dan kun je het ook niet afdoen met een algemene heffing", aldus het kamerlid.

(…) Bijna iedereen gaf aan geen heffing te willen, maar als je geen heffing wilt, dan wil je dus een verbod", aldus Alberdingk Thijm. "De minister ziet ook wel dat in de huidige situatie de artiesten niet gecompenseerd worden. Nu er geen heffing op mp3-spelers en harde schijven en dergelijke komt, gooit hij het over een andere boeg en wil hij het downloaden aanpakken", zo concludeert Alberdingk Thijm uit de antwoorden van Hirsch Ballin op de kamervragen van Gerkens.”

Op Solv.nl stelt Alberdingk Thijm  dat de suggestie van Gerkens om een onderscheid te maken tussen een 'evident illegale bron' en andere bronnen, niet werkbaar is. "In veel gevallen weet je niet of het onrechtmatig is of niet. Slimme platenmaatschappijen kunnen in veel gevallen claimen dat er sprake is van een illegale bron en als consumenten een boete riskeren dan downloaden ze niet meer."

Lees hier (Webwereld.nl), hier Nu.nl en hier (Solv.nl) meer.  Besproken kamervragen en antwoorden minister: IEF 4430 (27 juli 2007).

IEF 4619

Graskunst

De Eredivisie CV onderneemt actie. “Ten eerste tegen diverse particuliere websites, die de (wedstijd)beelden zélf online zetten. Recent zijn zes websites daarmee onder druk van de Eredivisie CV gestopt, zegt Tielbeke. ,,Het tonen van die beelden is strafbaar. Alleen partijen die de uitzendrechten kópen, mogen ze uitzenden.’’

(...) De Eredivisie CV volgt de acties van YouTube op de voet. Haar juristen houden nauwgezet bij hoe snel beelden online komen en via wie, en wat YouTube zelf doet om plaatsing te voorkomen. Tielbeke: ‘We hopen dat een gang naar de rechter kan worden voorkomen, maar ik sluit het niet uit. YouTube zegt dat het alles doet om de beelden proactief te weren. We wachten hun specifieke voorstellen nog even af. Maar dat er iets moet gebeuren, is duidelijk.’”

Lees hier meer (AD.nl).