IEF 22225
5 september 2024
Uitspraak

A-G: Reciprociteitsclausule Berner Conventie niet toepasbaar onder Unierecht

 
IEF 22224
5 september 2024
Uitspraak

KPS B.V. maakt geen inbreuk op IE-rechten van FZI B.V.

 
IEF 22223
4 september 2024
Uitspraak

Hof bekrachtigt beschikking kantonrechter: ontslag docent op christelijke school terecht

 
IEF 18514

Uitlatingen ingezonden brief over bouw ziekenhuis zijn niet onrechtmatig

Antilliaanse Gerechten 4 jun 2019, IEF 18514; ECLI:NL:OGHACMB:2019:100 (Flocker Camelia Winkel tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/uitlatingen-ingezonden-brief-over-bouw-ziekenhuis-zijn-niet-onrechtmatig

Gemeenschappelijk Hof van Justitie Aruba e.a. 4 juni 2019, IEF 18514; ECLI:NL:OGHACMB:2019:100 (Flocker Camelia Winkel tegen X) Hoger beroep in kort geding. FCW is een advocatenkantoor. Geïntimideerde X stuurt met regelmatig ingezonden brieven naar de lokale dagbladen. Daarnaast is X freelance medewerker van Sona (Stichting Ontwikkeling Nederlandse Antillen). Hij is ook politiek actief. Sona is belast met het beheer van de bouw van een nieuw ziekenhuis op Curaçao. Advocatenkantoor FCW heeft in een evaluatieverslag aan de minister geadviseerd om Sona te vervangen door een daadkrachtiger orgaan. X heeft daarop in twee kranten een ingezonden brief gepubliceerd waarin hij FCW o.a. een louchekantoor noemt. Partijen die nauw bij de advisering en besluitvorming rondom de bouw van het ziekenhuis betrokken zijn, begeven zich in het publieke domein. Zij moeten zich er rekenschap van geven dat hun doen en laten stevige reacties kan oproepen en dat daarover publiekelijk debat wordt gevoerd. De uitlatingen in de ingezonden brief over FCW in verband met de bouw van het nieuwe ziekenhuis HNO zijn niet onrechtmatig, geen Caribische invulling norm art 10 EVRM en 6.162 BW.

IEF 18513

Uitspraak is ingezonden door Arnoud Martens, Ploum.

Geen opheffing conservatoir beslag vanwege mogelijke merkinbreuk Durex

Rechtbank Den Haag 7 jun 2019, IEF 18513; (Ocean Company tegen LRC), https://ie-forum.nl/artikelen/geen-opheffing-conservatoir-beslag-vanwege-mogelijke-merkinbreuk-durex

Vzr. Rechtbank Den Haag 7 juni 2019, IEF 18513; ECLI:NL:RBDHA:2019:5905 (Ocean Company tegen LRC)  Kort geding. Ocean Company is groothandelaar in 'fast moving consumer goods' van A-merken. LRC is houdster van diverse Uniewoord- en beeldmerken met het teken Durex. Ocean Company vordert het opheffen van conservatoir beslag door de douane. Het beslag is gelegd op grond van ongeoorloofde parallelhandel. Het financieel belang van Ocean Company bij opheffing van het beslag omdat het een deel van haar handelsvoorraad betreft, is onvoldoende ten opzichte van het belang van LRC om op te kunnen treden tegen mogelijke grootschalige merkinbreuk. De vorderingen van Ocean Company worden afgewezen.

IEF 18512

Conclusie AG: Pretium vorderde verwijdering geheel aan publicaties

Hoge Raad 3 mei 2019, IEF 18512; ECLI:NL:PHR:2019:601 (Pretium tegen Reporters Online), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-ag-pretium-vorderde-verwijdering-geheel-aan-publicaties

Conclusie AG HR 3 mei 2019, IEF 18512, IT 2796; ECLI:NL:PHR:2019:601 (Pretium tegen X en Reporters Online) Onrechtmatige internetpublicatie? Verweerder is werkzaam als freelance journalist en is een onderzoek gestart naar Pretium, een aanbieder van telecommunicatie, en haar eigenaar/directeur. Vordering tot verwijdering van de gehele publicatie (webboek) is afgewezen [IEF 17466]. Had het hof ook moeten oordelen over de verwijdering van passages uit de publicatie? Uitleg gedingstukken. Er kon redelijkerwijs worden gelezen dat Pretium geen verwijdering vorderde van één of meer passages uit de publicaties, maar van het geheel aan publicaties van verweerder, waaronder het integrale Dossier Pretium/webboek. AG acht klachten van Pretium ongegrond en concludeert tot verwerping van het cassatieberoep.

IEF 18511

Prejudiciële vragen aan HvJ EU: verricht exploitant Usenetdiensten mededeling aan publiek?

Hoge Raad 7 jun 2019, IEF 18511; ECLI:NL:HR:2019:849 (Stichting Brein tegen News-Service Europe), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-aan-hvj-eu-verricht-exploitant-usenetdiensten-mededeling-aan-publiek

Hoge Raad 7 juni 2019, IEF 18511, IT 2792, IEFbe 2896; ECLI:NL:HR:2019:849 (Stichting Brein tegen News-Service Europe) Auteursrecht. Vervolg op eerdere uitspraak Hoge Raad [IEF 18372], en [IEF 16425]. Partijen reageerden schriftelijk op vragen die waren voorgelegd, maar ook opmerkingen gemaakt over feiten en omstandigheden die de Hoge Raad in cassatie als vaststaand in het arrest heeft vermeld. De door de advocaten gemaakte opmerkingen geven aanleiding tot het schrappen van twee passages.

IEF 18510

Uitspraak ingezonden door Sven Klos en Allard Ringnalda, KLOS c.s.

Passat kan vernietiging op grond van Vo 608/2013 niet voorkomen

Rechtbank Rotterdam 4 jun 2019, IEF 18510; (Passat tegen Philips), https://ie-forum.nl/artikelen/passat-kan-vernietiging-op-grond-van-vo-608-2013-niet-voorkomen

Vzr. Rechtbank Rotterdam 4 juni 2019, IEF 18510 (Passat tegen Philips) Douane IE Handhavingsverordening. IE-recht. Inbreuk. Passat is een Franse onderneming en levert consumentengoederen, waaronder scheerapparaten en opzetkammen onder de naam MicroTouch. Philips heeft de Douane van Rotterdam verzocht een partij door Passat ingevoerde MicroTouch producten te doen vernietigen wegens inbreuk op haar modelrechten met betrekking tot de vormgeving van het OneBlade scheerapparaat, zulks op grond van de vereenvoudigde procedure van art. 23 van Vo 608/2013. Passat heeft in die procedure niet tijdig bezwaar aangetekend tegen de vernietiging, waarna de Douane de producten heeft vrijgegeven voor vernietiging. De voorzieningenrechter oordeelt dat vernietiging alleen nog zou kunnen worden tegengehouden in uitzonderlijke omstandigheden waarin Philips misbruik zou maken van haar op grond van Vo 608/2013 verkregen bevoegdheid. Daarvan is geen sprake. De werking van Vo 608/2013 laat geen ruimte voor inhoudelijke discussie over inbreuk indien de vereenvoudigde procedure tot vernietiging eenmaal is afgerond.

IEF 18509

Skype biedt een telecommunicatiedienst aan

HvJ EU 5 jun 2019, IEF 18509; ECLI:EU:C:2019:460 (Skype tegen BIPT), https://ie-forum.nl/artikelen/skype-biedt-een-telecommunicatiedienst-aan

HvJ EU 5 juni 2019, IEF 18509, IEFbe 2895, IT 2791; ECLI:EU:C:2019:460 (Skype tegen BIPT) Telecommunicatie. De vennootschap Skype Communications is de ontwikkelaar van communicatiesoftware met de benaming Skype, het BIPT heeft Skype Communications verzocht om dit instituut overeenkomstig artikel 9, § 1, WEC kennis te geven van haar diensten. Omdat Skype dit heeft nagelaten, heeft het BIPT Skype een boete opgelegd. In geschil is de vraag of dit mogelijk is omdat Skype betoogd geen telecommunicatiedienst aan te bieden in de zin van artikel 2, onder c), van richtlijn 2002/21/EG. Het hof is van oordeel dat Skype wel een telecommunicatiedienst aanbiedt, en overweegt als volgt:

Artikel 2, onder c), van richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en ‑diensten (kaderrichtlijn), zoals gewijzigd bij richtlijn 2009/140/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009, moet aldus worden uitgelegd dat het aanbieden door een softwareontwikkelaar van een functionaliteit waarmee een „Voice over Internet Protocol”-dienst (VoIP) [spraak over het internetprotocol (VoIP)] ter beschikking wordt gesteld waardoor de gebruiker via het openbaar geschakeld telefoonnet (PSTN) van een lidstaat vanaf een terminal naar een vast of mobiel nummer van een nationaal nummerplan kan bellen, een „elektronische-communicatiedienst” in de zin van die bepaling is wanneer de ontwikkelaar voor het aanbieden van deze dienst wordt vergoed en met het oog op het aanbieden ervan overeenkomsten moet sluiten met de aanbieders van telecommunicatiediensten die naar behoren zijn gemachtigd om oproepen naar het PSTN over te brengen en daaraan af te geven.

IEF 18508

Foto anoniem tarief niet toegewezen nu niet is weersproken dat licentie ook goedkoper kan worden aangeschaft

Rechtbanken 16 mei 2019, IEF 18508; ECLI:NL:RBROT:2019:4259 (Visions tegen X), https://ie-forum.nl/artikelen/foto-anoniem-tarief-niet-toegewezen-nu-niet-is-weersproken-dat-licentie-ook-goedkoper-kan-worden-aan

Ktr. Rechtbank Rotterdam 16 mei 2019, IEF 18508; ECLI:NL:RBROT:2019:4259 (Visions tegen X) Auteursrecht. Inbreuk. Foto anoniem tarief niet toegepast. Visions beheert en exploiteert auteursrechten van fotografen. X heeft op zijn website een foto geplaatst waarvan de auteursrechten bij Visions berusten. Permission Machine heeft geconstateerd dat X een foto van Visions zonder toestemming op zijn website had staan, en hierop gelegenheid geboden alsnog een licentie te kopen. X is hier niet op ingegaan, maar heeft wel de foto verwijderd. Hierop vordert Visions voor de rechter een bedrag aan gederfde licentievergoeding, gebaseerd op de foto anoniem tarieven. X betwist niet de inbreuk, maar enkel de prijs van de licentievergoeding. Het door Permission Machine op 7 juni 2017 gedane voorstel aan X tot betaling van een bedrag van € 175,- aan schadevergoeding doet naar het oordeel van de kantonrechter schattenderwijs afdoende recht aan de door Visions geleden schade. Er wordt niet uitgegaan van de tarieven van Stichting Foto Anoniem nu door Visions niet is weersproken dat foto’s tegen een lager tarief gekocht kunnen worden. Omdat er geen sprake was van toestemming, is het wel redelijk om een verhoging van 0,5 op de gederfde licentievergoeding te hanteren.

IEF 18507

Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Kunstenbond/Ntb en directeur VCTN

100 jaar Ntb

Maurice Ferares (1922), oud-secretaris van de Ntb, heeft zich decennialang ingespannen voor de invoering van de Wet op de naburige rechten (WNR). Mede dankzij zijn goede contacten met internationale federaties kwamen de rechten begin jaren negentig ook daadwerkelijk terecht bij musici, en niet bij werkgevers.

IEF 18502

Bevoegd tot kennisname vorderingen Netmedia en Sparta Solutions

Rechtbank Den Haag 29 mei 2019, IEF 18502; ECLI:NL:RBDHA:2019:5482 (Online Publisher tegen Netmedia), https://ie-forum.nl/artikelen/bevoegd-tot-kennisname-vorderingen-netmedia-en-sparta-solutions

Rechtbank Den Haag, 29 mei 2019, IEF 18502, IEFbe 2892; ECLI:NL:RBDHA:2019:5482 (Online Publisher tegen Netmedia) Merkenrecht. Auteursrecht. Bevoegdheidsincident. België. Online Publisher is houdster van de Benelux-merken ‘het publ.sh-merk en de BX-merken’ en voert ‘Wepublish’ als één van haar handelsnamen. Online Publisher had een samenwerking met Netmedia. Netmedia maakt gebruik van tekens die overeenstemmen met BX-merken. Online Publisher stelt dat Netmedia inbreuk maakt op haar auteursrechten en handelsnaamrechten. Netmedia heeft Online Publisher gedagvaard voor de Belgische rechter en vordert onder meer onbevoegheid van de rechtbank. Online Publisher voert onder meer aan dat Netmedia niet bij alle facturen (dezelfde) voorwaarden heeft gevoegd en dat er geen sprake zou zijn van stilzwijgende aanvaarding van de algemene voorwaarden. Netmedia slaagt er niet in toe te lichten dat de voorwaarden ook zien op de samenwerking als zodanig, op de afwikkeling daarvan of op onrechtmatig handelen na afloop van die samenwerking. Beslissing in hoofdzaak wordt verwezen naar de rol.

3.2.1. Netmedia hanteert algemene voorwaarden, die zij bij de door haar aan Online Publisher verzonden facturen heeft gevoegd. Online Publisher heeft de algemene voorwaarden naar Belgische recht (stilzwijgend) aanvaard door de aan haar gezonden facturen zonder voorbehoud te betalen.

3.2.2. De aldus toepasselijke algemene voorwaarden bevatten een forumkeuzebeding:
"Onderhavige transactie wordt beheerst door Belgisch recht. In geval van betwisting zullen de rechtbank van Hasselt (België) exclusief bevoegd zijn (…)."
Dit beding brengt mee dat de Belgische rechter exclusief bevoegd is om van alle vorderingen tussen partijen kennis te nemen. Dit geldt ook voor geschillen die direct of indirect voortvloeien uit de samenwerking tussen partijen.

3.3.3. Bevoegdheid ten aanzien van alle gedaagden is gegeven omdat het onrechtmatig handelen onder ander bestaat uit uitingen op websites die zich mede op Nederland waaronder begrepen het arrondissement Den Haag. Ten aanzien van de merkinbreuk is de rechtbank bevoegd op grond van art. 4.6 BVIE.

4.3. In de zaak tussen Netmedia en Online Publisher kan in het midden blijven of de bedoelde algemene voorwaarden met forumkeuzebeding van toepassing zijn geworden, omdat het subsidiaire verweer van Online Publisher doel treft: de algemene voorwaarden – die uitsluitend zijn toegezonden op de achterkant van door Netmedia een Online Publisher toegezonden facturen – kunnen, zo al overeengekomen, naar het oordeel van de rechtbank uitsluitend betrekking hebben op de betaling van de facturen en in dat verband gerezen geschillen, en niet op de geschillen die in deze zaak aan de orde zijn. Het door Netmedia c.s. ingeroepen beding ziet immers uitsluitend op “Onderhavige transactie” (zie 3.2.2). Dit moet aldus worden begrepen dat de voorwaarden uitsluitend zijn bedoeld te gelden met betrekking tot (de afwikkeling van de betaling van) de factuur waarbij de voorwaarden gevoegd zijn. De stelling dat de voorwaarden ook zien op de samenwerking als zodanig dan wel op de afwikkeling daarvan dan wel op onrechtmatig handelen na afloop van die samenwerking, heeft Netmedia c.s. op geen enkele wijze toegelicht. Ook de stukken bieden daartoe geen aanknopingspunt. Integendeel: voor de samenwerking zijn, naar Online Publisher aanvoert en Netmedia c.s. niet heeft betwist, aparte ‘spelregels’ overeengekomen in oktober 2014. Niet valt in te zien hoe de later toegezonden verschillende sets algemene voorwaarden daar onderdeel van zijn gaan uitmaken.

4.4. Gelet op het voorgaande is geen sprake van een uitdrukkelijk afwijkende overeenkomst in de zin van art. 4.6 BVIE met betrekking de bevoegdheid ten aanzien van de gestelde inbreuk op de BX-merken. Ook heeft Netmedia c.s. onvoldoende gesteld om te kunnen aannemen dat partijen een gerecht van een lidstaat exclusief hebben aangewezen (als bedoeld in art. 25 Brussel I bis-Vo) voor de kennisneming van de vorderingen die hier voorliggen, die alle verband houden met de afwikkeling van de samenwerking waarvoor de spelregels overeengekomen zijn. Ook anderszins is niet gebleken dat het forumkeuzebeding voor die rechtsbetrekking geldt.

IEF 18506

Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, Kunstenbond/Ntb en directeur VCTN.

Zullen auteurs en artiesten eerlijk van nieuwe auteursrechtrichtlijn profiteren?

Sinds april is de nieuwe Auteursrechtrichtlijn een feit. De invoering ervan verliep bijna onopgemerkt, maar het was een dubbeltje op zijn kant. Als het Verenigd Koninkrijk op de geplande Brexit-datum (29 maart) de EU verlaten had, was het richtlijnvoorstel, na een ruim gepubliceerde stemming in het Europese Parlement, alsnog gesneuveld in de Raad van Ministers. Ook Duitsland stemde na grote aarzelingen voor, terwijl Nederland zich tegen het voorstel uitsprak.