IEF 22169
31 juli 2024
Uitspraak

Vragen aan Grote Kamer EOB over interpretatie van artikel 69 EOV

 
IEF 22168
31 juli 2024
Uitspraak

Niet elk streeppatroon maakt inbreuk op de merken van Adidas, aldus de Duitse rechter

 
IEF 22167
31 juli 2024
Uitspraak

Verzoek tot versnelling beroepsprocedure wordt afgewezen

 
IEF 20050

Inhoudsopgave Auteursrecht

Inhoudsopgave van het tijdschrift Auteursrecht 2021-2. Auteursrecht wordt in opdracht van de Vereniging voor Auteursrecht (VvA) uitgegeven door uitgeverij deLex en verschijnt vier maal per jaar.

INHOUD
45 Recht voor zijn raap! Naar regulering op Unieniveau van de toepassingscriteria, nationale behandeling en reciprociteit op het gebied van de naburige rechten • Cyril van der Net

Artikelen

IEF 20052

EUIPO publiceert social media discussiepaper

Op 15 juni jl. heeft de EUIPO een social media discussion paper gepubliceerd. Hierin worden nieuwe en bestaande ontwikkelingen rondom inbreuken op intellectueel eigendom als gevolg van de komst van sociale media onderzocht. In deze publicatie komen onder andere inbreuken van IE-rechten in social media advertenties, besloten groepen en livestreaming aan bod. Ook komt de EUIPO met een aantal adviezen over de mogelijkheden voor rechthebbenden om inbreuken tegen te kunnen gaan. Het officiële document is hier te lezen. Voor meer informatie zie de website van de EUIPO

IEF 20048

Uitspraak ingestuurd door Vivien Rorsch, La Rorsch en Muriel van der Hazenkamp, Bernhaege.

Conclusie P-G in de zaak ITT tegen Karl Dungs

Hoge Raad 25 jun 2021, IEF 20048; ECLI:NL:PHR:2021:644 (ITT tegen Karl Dungs), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-p-g-in-de-zaak-itt-tegen-karl-dungs

HR Conclusie P-G 25 juni 2021, IEF 20048; ECLI:NL:PHR:2021:644 (ITT tegen Karl Dungs) Karl Dungs is merkhouder van het Uniewoordwerk Dungs. ITT is de domeinnaamhouder van www.dungs.nl. Karl Dungs is van mening dat het gebruik van deze domeinnaam een inbreuk van haar merknaam is. ITT brengt daar tegenin dat overdracht van de domeinnaam onevenredig is, omdat het gebruik van de merknaam op de website zelf gestaakt kan worden, zonder dat zij tot overdracht wordt verplicht. De P-G concludeert dat het hof zich niet hoefde te buigen over de vraag of het aanpassen van de website voldoende zou zijn om de inbreuk teniet te doen of over de vraag of een overdracht onevenredig zou zijn. Waar het om gaat is of door het gebruik van het teken DUNGS door ITT Controls de indruk kan worden gewekt dat er een commerciële band bestaat tussen ITT Controls en de merkhouder. De klachten van ITT zijn gericht tegen een verkeerde lezing van de uitspraak van het hof en ze heeft geen vindplaatsen vermeld waartegen deze klacht is gericht. De P-G concludeert aldus dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden. 

IEF 20049

Artikel ingezonden door Erwin Angad-Gaur, voorzitter sectie uitvoerende kunstenaars Sena.

Tweede tranche steunfonds rechtensector: de regelingen

Eind vorig jaar werd bekend dat de minister van Cultuur een tweede bijdrage aan het Steunfonds Rechtensector zal leveren. Hierdoor is het mogelijk opnieuw extra investeringen in muziekproducties mogelijk te maken via het Sena Muziekproductiefonds en voor grotere projecten via een eenmalig producentenfonds: het Sena Productiefonds Producenten. Daarnaast maakt de bijdrage een Nationaal Podiumplan voor popmuziek mogelijk en investeert Sena in enkele live events en in samenwerking met NORMA in de Cultuurexplosie Live. Wat zijn in het kort deze regelingen en wat waren de overwegingen achter de totstandkoming ervan?
Lees verder.

IEF 20047

HR verwerpt principaal beroep in Dutch Filmworks tegen Ziggo

Hoge Raad 25 jun 2021, IEF 20047; ECLI:NL:HR:2021:985 (Dutch Filmworks tegen Ziggo), https://ie-forum.nl/artikelen/hr-verwerpt-principaal-beroep-in-dutch-filmworks-tegen-ziggo

HR 25 juni 2021, IEF 20047, IT 3564 ; ECLI:NL:HR:2021:985 (Dutch Filmworks tegen Ziggo) Deze zaak draait om de vraag of internet service provider Ziggo kan worden verplicht om aan de rechthebbende op intellectuele eigendomsrechten de NAW-gegevens te verstrekken die horen bij IP-adressen van waaruit een film illegaal volgens die rechthebbende is gedownload. Het grondrecht op bescherming van intellectuele eigendom staat tegenover het grondrecht op bescherming van persoonsgegevens en privacy van de internetgebruikers. De Hoge Raad verwerpt het principale beroep. Eerder oordeelden de voorzieningenrechter [IEF 18224] en het hof [IEF 18806] dat het aanpakken van ‘illegale downloaders’ onder voorwaarden rechtmatig is, maar dat in dit geval de rechthebbende te weinig rekening heeft gehouden met de belangen van de betrokken internetgebruikers. Die beslissing achtte A-G Drijber te billijken, zijn conclusie strekte tot verwerping van het principale cassatieberoep [IEF 19788].

IEF 20046

Prejudiciële vragen over satellietboeket-aanbieder

HvJ EU 15 jun 2021, IEF 20046; (AKM), https://ie-forum.nl/artikelen/prejudici-le-vragen-over-satellietboeket-aanbieder

Oberster Gerichtshof in Oostenrijk 15 juni 2021, IEF 20046, IEFbe 3239, IT 3563; C-290/21 -1 (AKM) Verzoek om een prejudiciële beslissing. Via MinBuza: Verzoekster is een Oostenrijkse maatschappij voor collectieve belangenbehartiging die de uitzendrechten in Oostenrijk in beheer heeft. Verweerster, gevestigd te Luxemburg, biedt tegen betaling gecodeerde programma’s van talrijke Oostenrijkse omroeporganisaties aan. Het aanbod is gebundeld in verschillende pakketten (satellietboeketten) en wordt doorgegeven via satelliet. De verwijzende rechter wenst te vernemen hoe een satellietboeket-aanbieder in rechte moet worden gekwalificeerd. De vraag is met name of op een dergelijke aanbieder in het geval van een grensoverschrijdende uitzending per satelliet met signaalversleuteling het uplink-staatbeginsel van toepassing is, dat wil zeggen of hij op dezelfde wijze moet worden behandeld als de omroeporganisatie.

IEF 20045

Uitspraak ingezonden door Menno Bruning, Lawyers' Specialist, en Fulco Blokhuis, Boekx.

Conclusie P-G in Uitgeverijen tegen Snappet

Hoge Raad 15 jun 2021, IEF 20045; ECLI:NL:PHR:2021:639 (Uitgeverijen tegen Snappet), https://ie-forum.nl/artikelen/conclusie-p-g-in-uitgeverijen-tegen-snappet

HR Conclusie P-G Van Peursem 25 juni 2021, IEF 20045; ECLI:NL:PHR:2021:639 (Uitgeverijen tegen Snappet) Deze auteursrechtzaak gaat over de vraag of het lesmateriaal van Snappet inbreuk maakt op de Leerroutes van educatieve uitgeverijen en vertoont trekken van een reprise van het standaardarrest Heertje/Hollebrand4 over Economie-schoolboeken. Rechtbank en hof oordelen dat van inbreuk geen sprake is. Centraal staat daarbij dat ideeën, didactiek en lesmethodes op zichzelf niet  auteursrechtelijk te beschermen zijn en vrij moeten lopen. Het hof vindt de hier centraal staande Leerroutes van de Uitgeverijen wel (net) over de auteursrechtelijke werkdrempel komen, maar acht de beschermingsomvang gering en oordeelt dat het lesmateriaal van Snappet geen inbreuk maakt. Weliswaar zijn de Leerroutes geconcretiseerd in de betreffende lesmaterialen van de Uitgeverijen, maar er zal niet snel sprake zijn van inbreuk op de onderscheiden werken (alleen al) omdat in het Snappet-lesmateriaal elementen aansluiten op de betreffende methode en daar oefenmateriaal voor zijn. De beschermingsomvang is derhalve niet groot bij dergelijke werken.

IEF 20042

Vacature: juridisch medewerker/advocaat data en AI, IT- en privacyrecht bij BG.legal

BG.legal zoekt een juridisch medewerker/advocaat data en AI, IT- en privacyrecht.
BG.legal is een full service advocatenkantoor met 22 advocaten en juristen. Technologie is één van de sectoren waar wij ons op richten. Niet alleen omdat wij de mogelijkheden van nieuwe technologie boeiend vinden, maar ook omdat wij werken voor cliënten die software ontwikkelen en verkopen. En voor cliënten die met data/Artificial Intelligence/blockchain aan de slag zijn of juist aan de slag willen. Aan ons dan de vraag om de juridische aspecten daarvan te begeleiden. Niet door drempels en belemmeringen te zien, maar juist om kansen te zien en het mogelijk te maken die kansen te grijpen.
Lees verder.

IEF 20044

Uitspraak ingezonden door Bert Gravendeel en Marleen Hoenink, Fruytier

Piazza onterecht als 'merkenpiraat' bestempeld

Rechtbank Rotterdam 23 jun 2021, IEF 20044; ECLI:NL:RBROT:2021:6206 (Piazza tegen Premium Bodywear), https://ie-forum.nl/artikelen/piazza-onterecht-als-merkenpiraat-bestempeld

Vzr. Rechtbank Rotterdam 23 juni 2021, IEF 20044; KG ZA 21-303 (Piazza tegen Premium Bodywear)  Piazza is in 2013 een zakelijke niet-exclusieve in/verkooprelatie met Bodywear overeengekomen. De directeur van Premium Bodywear (mede-gedaagde) is houder van de uniemerken Olaf-Benz en Manstore. Gedaagden sommeerden tot staking en overdracht van de domeinnamen Olafbenzshop.com en Manstoreshop.com sinds augustus 2020 wegens merk/handelsnaaminbreuk. Piazza stelt dat Bodywear op de hoogte was van de verkoop van hun ondergoed via de websites. Piazza vorderde staking van de leveringsboycot, vanwege het gebrek aan een opzeggingstermijn en vorderde schadevergoeding. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat uit de gang van zaken tussen beide partijen inderdaad blijkt dat Bodywear enige tijd geen bezwaar had tegen deze wijze van verkoop. Zodoende is er volgens de voorzieningenrechter onterecht het predicaat 'merkenpiraat' op Piazza geplakt. Daarentegen oordeelt de rechtbank dat het leveringsboycot vooralsnog gehandhaafd mag blijven en dat het gebruik van de aanduidingen Olaf Benz en Manstore moeten worden gestaakt. Voor het overige wordt verwezen naar de bodemprocedure. 

IEF 20043

Verwarringsgevaar bij handelsnamen broers

Rechtbank Limburg 15 jun 2021, IEF 20043; ECLI:NL:RBLIM:2021:4798 (Eiser tegen gedaagde), https://ie-forum.nl/artikelen/verwarringsgevaar-bij-handelsnamen-broers

Vzr. Rechtbank Limburg 15 juni 2021, IEF 20043; ECLI:NL:RBLIM:2021:4798 (Eiser tegen gedaagde)  De partijen in dit kort geding zijn broers. De ene broer drijft een onderneming in de zakelijke vastgoedbranche, de andere broer is met name actief in de particuliere vastgoedsector. De eiser in conventie stelt dat het gebruik van de handelsnamen door gedaagde in conventie verwarrend is en dus in strijd met de Handelsnaamwet. De betreffende handelsnamen zijn in deze zaak allemaal geanonimiseerd. De voorzieningenrechter oordeelt dat er inderdaad sprake is van verwarring in de zin van de Handelsnaamwet, omdat beide ondernemingen in dezelfde regio vergelijkbare activiteiten ontplooien en eiser in conventie meerdere malen verzoeken en stukken heeft ontvangen, die eigenlijk gericht waren aan de onderneming van gedaagde in conventie.