IEF 22398
28 november 2024
Uitspraak

Vacature Doctoraatsonderzoeker intellectuele rechten Universiteit Gent

 
IEF 22395
27 november 2024
Uitspraak

Verwarringsgevaar tussen Penguin en ArtPenguin

 
IEF 22391
27 november 2024
Artikel

UPC overzicht: 19 t/m 25 november 2024

 
IEF 19503

Sony Music maakt inbreuk op naburige rechten van platenlabel

Rechtbank Amsterdam 10 sep 2020, IEF 19503; ECLI:NL:RBAMS:2020:4618 (Eisers tegen Sony Music NL), https://ie-forum.nl/artikelen/sony-music-maakt-inbreuk-op-naburige-rechten-van-platenlabel

Vzr. Rechtbank Amsterdam 10 september 2020, IEF 19503; ECLI:NL:RBAMS:2020:4618 (Eisers tegen Sony Music NL) Kort geding. Naburige rechten. Licentieovereenkomst. Eiser 2 is een muzikant en Eiser 1 is het platenlabel dat de muzikant heeft opgericht. In 2013 is de muzikant doorgebroken met een single. Een Duitse producer heeft de track geremixt. De muzikant en Sony Music hebben vervolgens een licentieovereenkomst gesloten voor zowel de single, als de remix. Partijen raken in geschil over de afrekening van royaltyvergoedingen en geïnde naburige rechten. Sony Music heeft volgens eisers niet voldaan aan haar verplichtingen uit de overeenkomst.

IEF 19501

Artikel ingezonden door Gino van Roeyen, LAWNCH.

Van Roeyen kijkt met IE-pet op naar 'Vliegende Hollanders'

Yesterday Dutch radio and television broadcaster AVROTROS broadcasted the first part of the long expected and prestigious series ‘Vliegende Hollanders’ (‘Flying Dutchmen’ or is it ‘Turbulent Skies’?) which has already received big applause in the press. The series covers the apparently difficult relationship between Anthony Fokker, famous Dutch aircraft manufacturer, and Albert Plesman, founder of KLM Dutch Royal Arlines (KLM). Fokker, eager to become KLM’s preferred supplier of aircrafts after the first World War, Plesman striving for KLM to become a major player in commercial international aviation.

There is a special reason for me to look forward to the series. In 1989 Willem Hoyng advised me to write a doctorate about private international law and intellectual property, a field which seemed to be rather underexplored and apparently (on first sight) not a ‘happy marriage’ in that it did not gave rise to a lot of case law.

Although I unfortunately did not succeed (due to various reasons I shall not elaborate about) the subject still intrigues me after so many years. In 1989 the Dutch Supreme Court (Hoge Raad) confirmed in the Interlas/Lincoln case that a Dutch court may grant injunctions ‘vis-à-vis’ infringements of intellectual property rights occurring abroad (of course provided such infringements are present according to the applicable law or laws, for example if intellectual property rights are involved obtained on a country by country basis). Until then such an explicit decision of the Hoge Raad had been non-existent. Seen in retrospective the decision can be also awarded an extraterritorial effect itself: it was a perfect ‘signboard’ to attract a substantive and continuous stream of international intellectual property litigation to the Netherlands. The Netherlands is still considered to be an attractive country for starting such proceedings.

IEF 19500

Digitale sector wil herziening thuiskopievergoeding

De vertegenwoordigers van producenten en importeurs van consumentenelektronica (NLdigital, NLconnect, TechniekNederland, FIAR CE en STOBI) hebben minister Dekker gevraagd om het huidige thuiskopiesysteem onder de loep te nemen, zo meldt NLdigital. De brancheverenigingen vinden dat de bescherming van auteursrechten via deze regeling steeds meer uit de pas loopt met de technische en economische realiteit. De directe aanleiding voor de oproep is de vaststelling van de nieuwe tarieven voor de thuiskopievergoeding [IEF 19499].

IEF 19499

Nieuwe tarieven thuiskopievergoeding 2021-2023

De Stichting Onderhandelingen Thuiskopievergoeding (SONT) heeft de hoogte van de nieuwe tarieven voor de thuiskopievergoeding vastgesteld voor de periode vanaf 1 januari 2021 tot en met 31 december 2023. Het aantal kopieën van auteursrechtelijk beschermde werken dat door consumenten voor privégebruik wordt gemaakt, is de afgelopen jaren gestegen. Dit vertaalt zich in hogere tarieven voor onder meer mobiele telefoons. Voor andere dragers zoals tablets en wearables gaat de vergoeding om dezelfde reden omlaag. Ook is een korting in de vergoeding voor refurbished apparaten afgesproken.

Het nieuwe tarievenbesluit van de SONT is het resultaat van onderhandeling tussen vertegenwoordigers van enerzijds rechthebbenden en anderzijds fabrikanten en distributeurs van de hardware via welke de thuiskopievergoeding wordt geïnd. Het besluit is ditmaal bij meerderheid (zij het de kleinst mogelijke) vastgesteld. De onderhandelaars laten zich leiden door ontwikkelingen in het consumentengebruik van apparaten (‘voorwerpen’) die het mogelijk maken auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren voor eigen gebruik. Daartoe wordt doorlopend gebruikersonderzoek uitgevoerd door Kantar Public. Het onderzoek houdt rekening met nieuwe technologische en juridische ontwikkelingen in Nederland en de EU en betrekt zo spoedig mogelijk nieuwe voorwerpen en gebruikswijzen.

IEF 19498

Wrakingsverzoek octrooizaak afgewezen

Rechtbank Den Haag 31 aug 2020, IEF 19498; Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBDHA:2020:10143 (Wyeth tegen rechters), https://ie-forum.nl/artikelen/wrakingsverzoek-octrooizaak-afgewezen

Rechtbank Den Haag 31 augustus 2020, IEF 19498, LS&R 1871; ECLI:NL:RBDHA:2020:10143 (Wyeth tegen rechters) Wraking. Octrooirecht. Verzoek tot wraking van rechters Kokke, Aalbers en Schüller bij de rechtbank Den Haag. Het betreft een octrooizaak in het VRO-regime. Belanghebbende in deze procedure is MSD. Wyeth vindt de rechters vooringenomen omdat zij de verzoeken om (1) de zaak uit het VRO-regime te verwijderen, (2) de pleittijd te verlengen en (3) de stukken van MSD te weigeren, (vooralsnog) hebben afgewezen. Naar het oordeel van de wrakingskamer zijn al deze beslissingen procedurele beslissingen. Het gesloten stelsel van rechtsmiddelen brengt mee dat een rechterlijke (tussen)beslissing als zodanig geen grond kan vormen voor wraking: wraking is geen verkapt rechtsmiddel. Dit is uitsluitend anders, indien de motivering van de (tussen)beslissing in het licht van alle omstandigheden van het geval en naar objectieve maatstaven gemeten, niet anders kan worden verstaan dan als blijk van vooringenomenheid van de rechter die haar heeft gegeven. Hetgeen Wyeth in dit verband in zijn wrakingsverzoek heeft gesteld, levert geen aanwijzingen op die tot dat oordeel zouden moeten leiden. De motivering bij de beslissingen is niet onbegrijpelijk en dus ook niet zozeer onbegrijpelijk dat daaruit de vooringenomenheid van de rechters blijkt. Uit de aangevoerde omstandigheden kan geen (schijn van) vooringenomenheid worden afgeleiden. Het wrakingsverzoek wordt dan ook afgewezen.

IEF 19497

Uitspraak ingezonden door Reindert van der Zaal, Kennedy Van der Laan.

CvB RCC: commercial Vodafone niet misleidend

RCC 13 okt 2020, IEF 19497; (Vodafone), https://ie-forum.nl/artikelen/cvb-rcc-commercial-vodafone-niet-misleidend

CvB RCC 13 oktober 2020, IEF 19497, RB 3447, IT 3275; Dossiernr: 2020/00267 (Vodafone) Televisiecommercial. Reclame-uiting. De klacht is gericht tegen de televisiecommercial van Vodafone, waarin door de voice-over wordt gezegd dat Vodafone 5G gebruikt, terwijl Vodafone in feite 4G gebruikt met een hogere snelheid. De frequenties die bestemd zijn voor 5G worden pas aan het eind van het jaar geveild. Naar het oordeel van de Commissie is de commercial misleidend, nu essentiële informatie ontbreekt die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te kunnen nemen. De grieven van Vodafone komen in de kern erop neer dat de Commissie ten onrechte heeft geoordeeld dat het als 5G aangeprezen netwerk van Vodafone (nog) niet de innovatieve mogelijkheden van 5G aanbiedt en Vodafone dus geen volwaardige 5G aanbiedt. Het College concludeert dat Vodafone volwaardige 5G aanbiedt over de 1800 MHz band en geen ‘opgewaardeerde 4G’. Dit leidt tot de conclusie dat er geen noodzaak bestaat in de commercial het voorbehoud op te nemen dat de getoonde toepassingen pas mogelijk zijn als de ‘5G frequenties’ zijn geveild. De beslissing van de Commissie wordt vernietigd en de klacht wordt alsnog afgewezen.

IEF 19496

Artikel ingezonden door Wouter Pors, Bird & Bird.

Wouter Pors: AstraZeneca held liable for additional healthcare costs

Wouter Pors heeft een noot geschreven bij het vonnis van 14 oktober 2020 inzake Menzis/AstraZeneca [IEF 19490].

‘In a judgment of 14 October 2020 the District Court The Hague ruled in a landslide decision that AstraZeneca is liable for the extra costs that health insurance companies Menzis and Anderzorg incurred because of the wrongful enforcement of AstraZeneca’s patent EP 0 907 364 (EP 364), which covers its medicinal product Seroquel, against generic quetiapine XR. This is not a landslide decision because it means a change in case law, but because it is the first Dutch judgment ever in which such claims by an insurance company have been decided. It is a very thorough judgment, which is of great importance for all life science companies that have patents for medicinal products. Of course, it can and undoubtedly will be appealed.’

Lees hier verder.

IEF 19495

Uitspraak ingezonden door Allard Ringnalda en Sven Klos, KLOS c.s. Advocaten.

Inbreuk op HAVAIANAS-merken

Rechtbank Den Haag 9 okt 2020, IEF 19495; ECLI:NL:RBDHA:2020:10155 (Alpargatas tegen ASW en Ostoy), https://ie-forum.nl/artikelen/inbreuk-op-havaianas-merken

Vzr. Rechtbank Den Haag 9 oktober 2020, IEF 19495, RB 3446; ECLI:NL:RBDHA:2020:10155 (Alpargatas tegen ASW & Ostoy) ­Merkenrecht. Kort geding. Alpargatas produceert teenslippers en is houdster van het Uniewoordmerk 'HAVAIANAS'. ASW exploiteert onder meer de Kruidvat. Ostoy verkoopt en levert producten aan de Kruidvat-winkels. ASW heeft in de Kruidvat-winkels teenslippers verkocht waarop de HAVAIANAS-merken zijn aangebracht en heeft daarvoor geadverteerd met gebruik van die merken. Alpargatas stelt dat ASW en Ostoy inbreuk op de HAVAIANAS-merken hebben gemaakt op grond van artikel 9 lid 2 sub a UMVo door het zonder toestemming van Alpargatas invoeren en/of verder verhandelen van van buiten de EER afkomstige teenslippers waarop de HAVAIANAS-merken zijn aangebracht. Het beroep op uitputting door ASW moet als onvoldoende onderbouwd worden verworpen, zodat voorshands sprake is van inbreuk op de merkenrechten van Alpargatas. Ten aanzien van Ostoy wordt eveneens geoordeeld dat zij door de invoer en verhandeling van de HAVAIANAS-slippers inbreuk heeft gepleegd. De verbodsvorderingen van Alpargatas worden derhalve toegewezen.

IEF 19494

Artikel ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh.

Noot Charles Gielen bij Montis/Goossens

Charles Gielen heeft een noot geschreven bij de zaak Montis/Goossens [IEF 19168] verschenen in NJ 2020/320-322.

‘Iets meer dan 13 jaar nadat de Nederlandse meubelproducent Montis een sommatie wegens inbreuk op haar auteursrecht op de fauteuil Charly en de stoel Chaplin aan Goossens stuurde, wees de Hoge Raad het hier geannoteerde arrest in de bodemprocedure. De lange weg begon met een kort geding dat leidde tot het eerste arrest van de Hoge Raad (Montis I) van 30 okt. 2009 (NJ 2009/540, IER 2010/37 m.nt. S.J. Schaafsma en AMI 2010/2, nr. 6, m.nt. M.M.M. van Eechoud). De bodemprocedure die volgde, leidde tot het tussenarrest van de Hoge Raad van 13 dec. 2013 (Montis II, NJ 2015/307, IER 2016/67 m.nt. S.J. Schaafsma) waarbij vragen werden gesteld aan het Benelux Gerechtshof (BenGH), dat op 27 maart 2015 een tussenarrest wees (A 2013/2, NJ 2015/308) en op zijn beurt vragen van uitleg stelde aan het Hof van Justitie (HvJEU) die werden beantwoord bij arrest van 20 okt. 2016 (C-169/15). Dit arrest, alsmede het eindarrest van het BenGH van 17 juli 2018 zijn in deze aflevering van de NJ opgenomen. Met Montis III is nu de eindstreep van de jarenlange strijd gehaald, die in het nadeel van Montis is uitgevallen. Overigens is daarmee het auteursrecht op de Charly en de Chaplin nog niet van het strijdtoneel verdwenen; op 29 mei 2020 nam A-G Drijber bij de Hoge Raad conclusie in de zaak van Montis tegen ene Klaver (ECLI:NL:PHR:2020:542) waarin Montis zich ditmaal op het Franse auteursrecht op beide producten beroept.’

Lees hier verder.

IEF 19493

Openbaar videocollege Auteursrechtspraak 2020

Voor alle geïnteresseerden is gratis beschikbaar een openbaar videocollege "Auteursrechtspraak 2020". Hierbij hoort een pdf van de gebruikte PowerPoint en een overzicht van de besproken rechtspraak met vindplaatsen en hyperlinks.
Prof. Dirk Visser (Universiteit Leiden) behandelt alle belangrijke rechtspraak op het gebied van het auteursrecht van 2020 (tot 8 oktober 2020).
 
YouTube video Auteursrechtspraak 2020 deel 1 I prof. Visser | JPAO Leiden
YouTube video Auteursrechtspraak 2020 deel 2 | prof. Visser | JPAO Leiden

Het videocollege kan desgewenst bekeken worden als voorbereiding op het Leidse Webinar Actualiteiten Auteursrecht begin november.