IEF 22158
26 juli 2024
Artikel

Om tafel met Simone Poot en Landine Varela

 
IEF 22157
26 juli 2024
Uitspraak

Europese Commissie kan toegang tot EU-wetgeving niet blokkeren

 
IEF 22154
26 juli 2024
Uitspraak

Nike's 'FOOTWARE' merk: nietig verklaard wegens beschrijvendheid

 
IEF 16496

Uitspraak ingezonden door Benjamin Niemeijer, La Gro Advocaten.

SIM verwijst naar sim-only en heeft niks met SIMPEL te maken

Rechtbank Amsterdam 5 jan 2017, IEF 16496; ECLI:NL:RBAMS:2017:69 (Simpel.nl tegen Sim.nl), https://ie-forum.nl/artikelen/sim-verwijst-naar-sim-only-en-heeft-niks-met-simpel-te-maken

Vzr. Rechtbank Amsterdam 5 januari 2017, IEF 16496; IEFbe 2052; ECLI:NL:RBAMS:2017:69 (Simpel.nl tegen Websend) Handelsnaamrecht. Merkenrecht. Simpel.nl is houdster van domeinnaam en Benelux woord-beeldmerk voor (mobiele) telefonie- en internetabonnementen. Via Sim.nl kunnen consumenten telefoonabonnementen vergelijken en direct bestellen. Van inbreuk op handelsnaamrecht is sprake als de jongere handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt van de oudere. Sim.nl wijkt niet alleen af vanwege het verschil in lettergrepen, maar ook vanwege verschil in betekenis. SIM (Subscriber Identity Module) verwijst naar sim-only en heeft niks te maken met 'eenvoudig' of 'gemakkelijk', zoals 'SIMPEL'. Omdat algemene benamingen niet gemonopoliseerd moeten kunnen worden, is de bescherming van een handelsnaam met een beschrijvend karakter beperkt van aard. Dat Simpel.nl veel reclame maakt, maakt dat niet anders. Voor 2.20 lid 1 onder b BVIE is verwarringsgevaard noodzakelijk. Gebruik van het woord 'sim' is onvoldoende voor inbreuk. Voorzieningen afgewezen.

IEF 16494

Bijdrage ingezonden door Jens van den Brink en Lotte Oranje, Kennedy Van der Laan.

EHRM in Telegraaf/Nederland: inbeslagneming bij journaliste schending artikel 10 EVRM

EHRM , IEF 16494; (TMG tegen Staat der Nederlanden), https://ie-forum.nl/artikelen/ehrm-in-telegraaf-nederland-inbeslagneming-bij-journaliste-schending-artikel-10-evrm

EHRM 22 september 2016, IEF 16494; IEFbe 2051; appl.no. 33847/11 (TMG tegen Staat der Nederlanden) In maart 2009 publiceert De Telegraaf het artikel “AIVD faalde rond Irak” en in juni 2009 het artikel “Beveiliging fors opgeschroefd. Dalai Lama bedreigd”. De AIVD vermoedt dat er staatsgeheime documenten zijn gelekt naar de journaliste van de Telegraaf en stelt een onderzoek in. Er wordt een huiszoekingsbevel afgegeven en op 18 juni 2009 vindt een huiszoeking plaats bij de journaliste waarbij allerlei objecten en (elektronische) documenten in beslag worden genomen. Ook wordt de telefoon van de journaliste afgeluisterd. Via deze documenten en gesprekken komt de AIVD twee van haar medewerkers op het spoor, die beide worden aangeklaagd. Over deze strafrechtelijke processen werd op Media Report al eerder geschreven (MR 2013-14256 en MR 2014-083).

 

IEF 16493

Uitspraak ingezonden door Bertil van Kaam, Van Kaam.

Informatie over het telemarketinggesprek, dat volgens Pretium niet authentiek is, valt onder de journalistieke bronbescherming

Hof Den Haag 27 dec 2016, IEF 16493; (Pretium tegen AvroTros), https://ie-forum.nl/artikelen/informatie-over-het-telemarketinggesprek-dat-volgens-pretium-niet-authentiek-is-valt-onder-de-journa

Hof Den Haag 27 december 2016, IEF 16493 (Pretium tegen Avrotros) Mediarecht. In een uitzending van Radar op 6 oktober 2014 is aandacht besteed aan de niet-naleving van het schriftelijkheidsvereiste van art. 6:230v lid 6 BW door Pretium. De uitzending ving aan met een 6,5 minuut durend telemarketinggesprek. Ook werd aandacht besteed aan klachten van gedupeerden over Pretium. In eerste aanleg zijn de vorderingen van Pretium afgewezen [IEF 15167]. Dit wordt in beroep bevestigd. Het hof is van oordeel dat het AVROTROS vrij staat de invulling van het schriftelijkheidsvereiste door Pretium kritisch te belichten. Het staat AVROTROS vrij om ook aandacht te besteden aan meer algemene klachten over Pretium aangezien die de noodzaak voor de invoering van het schriftelijkheidsvereiste illustreren. Pretium beschikt niet over bepaalde informatie over het telemarketinggesprek en voert aan dat deze niet authentiek zou zijn. AVROTROS heeft terecht gewezen op het belang van journalistieke bronbescherming en heeft daarmee een gegronde reden om hierover geen informatie te verschaffen. Met betrekking tot wederhoor wordt door het hof overwogen dat AVROTROS niet verplicht was alle elementen die zij in de uitzending gebruikt afzonderlijk voor te leggen aan Pretium noch Pretium de gelegenheid te geven onderzoek te doen. AVROTROS heeft Pretium voldoende gelegenheid geboden te reageren op de essentie van de uitzending. De kern van die reactie is voldoende duidelijk in de uitzending getoond.

 

IEF 16491

In de tijdschriften januari 2017

Berichten IE november/december 2016
BMM Bulletin
Mediaforum

Berichten IE november/december 2016
Inzien in verwondering – Toon Huydecoper
Het ex parte verbod – Edger Brinkman
10 jaar volledige proceskostenveroordelingen – how about it? – Moïra Truijens
Het bewijsbeslag in IE-zaken; het kalf is nog niet verdronken – Wim Maas
Het verbod tegen een tussenpersoon in de fysieke wereld. Beschouwingen naar aanleiding van HvJ 7 juli 2016
(Praagse markthal) – Constant van Nispen

IEF 16490

Uitspraak ingezonden door Merel Teunissen, Versteeg Wigman Sprey advocaten.

Objectieve feiten mag men niet monopoliseren, tv-serie De Maatschap geen inbreuk op levensverhaal

Rechtbank Amsterdam 6 jan 2017, IEF 16490; ECLI:NL:RBAMS:2017:52 (Robert Moszkowicz tegen VPRO-Dutch Mountain Film), https://ie-forum.nl/artikelen/objectieve-feiten-mag-men-niet-monopoliseren-tv-serie-de-maatschap-geen-inbreuk-op-levensverhaal

Vzr. Rechtbank Amsterdam 6 januari 2017, IEF 16490 (Robert Moszkowicz tegen VPRO-Dutch Mountain Film) Auteursrecht. In april, mei [IEF 15979] en juni [IEF 16076] 2016 heeft eiser beslag geprobeerd te leggen, zonder resultaat [ook in hoger beroep heeft het geen stand gehouden, IEF 16261]. Eiser vordert overhandiging van beeld- geluidsopnames van tv-serie waarmee auteursrecht op het boek De Straatvechter is geschonden, verbod op openbaarmaking inbreukmakende delen en schadevergoeding. De lijst met punten van overeenstemming en het boek is één dag voor de zitting in het geding gebracht en zonder te vermelden waar de overeenstemming in het boek staan, hetgeen in strijd is met de substantiëringsplicht. Objectieve feiten mag men niet monopoliseren. De subjectieve trekken, zoals de compositie, verhaallijn en de manier waarop het verhaal wordt verteld, het taalgebruik en de volgorde van de gebeurtenissen vertonen wezenlijke verschillen met verhaallijnen, taalgebruik en werkwijze in de televisieserie. Ontlening van zes scènes in de tweede aflevering van de serie gaat grotendeels om feiten en ware voorvallen die niet door het auteursrecht worden beschermd. Het gevorderde wordt afgewezen.

IEF 16478

Artists impression Red Apple Rotterdam geeft geen recht op overkapping

Rechtbank Rotterdam 21 dec 2016, IEF 16478; ECLI:NL:RBROT:2016:9961 (VvE Kopblokwoningen in the Red Apple tegen Stichting Havensteder), https://ie-forum.nl/artikelen/artists-impression-red-apple-rotterdam-geeft-geen-recht-op-overkapping

Rechtbank Rotterdam 21 december 2016, IEF 16478 ; ECLI:NL:RBROT:2016:9961 (VvE Kopblokwoningen in the Red Apple tegen Stichting Havensteder) Als randvermelding. Bouwrecht. Non-conformiteit van appartementen (geen overkapping). Havensteder is opdrachtgever voor de bouw van het gecombineerde appartementen- en kantorencomplex “The Red Apple”. Op geen enkele afbeelding is een overkapping te zien. Zoals nadrukkelijk vermeld in de verkoopbrochures, kunnen aan de verkoopbrochures geen rechten worden ontleend, aangezien dit een “artist impression” betreft. Als uitgangspunt geldt dat “artist impressions” en maquettes slechts een indicatie geven van de uitvoering van de woning. Vordering tot het (laten) plaatsen van een overkapping/glazen dak wordt afgewezen.

IEF 16489

EUIPO nodigt BMM uit te reageren op modellen en merkenenquêtes

De BMM maakt van de gelegenheid gebruik om de stem van haar leden te laten horen. Beide enquêtes zijn zeer uitgebreid. Wij verzoeken u om enkel feedback te geven over die punten waarover u daadwerkelijk een relevante opmerking hebben en uw antwoorden vóór 18 januari naar het secretariaat te sturen; de antwoorden worden gecompileerd en doorgestuurd. Alvast dank voor deelname, namens het BMM-bestuur, de Benelux Overleg Commissie en de Wetgevingscommissie.

IEF 16488

Verbod op indirecte inbreuk door aanbod en leveren voor toepassing van productie van UHT-melk

Rechtbank Den Haag 6 jan 2017, IEF 16488; ECLI:NL:RBDHA:2017:110 (DSM tegen Novozymes c.s.), https://ie-forum.nl/artikelen/verbod-op-indirecte-inbreuk-door-aanbod-en-leveren-voor-toepassing-van-productie-van-uht-melk

Vzr. Rechtbank Den Haag 6 januari 2017, IEF 16488; ECLI:NL:RBDHA:2017:110 (DSM tegen Novozymes c.s.) Octrooirecht. DSM houdster EP1954808B1 met als titel 'Enzyme preparation yielding a clean taste', te vertalen als ‘Enzympreparaat dat geen bijsmaak opleverd’. De oppositieafdeling van het EOB heeft de nietigheidsverweren van Du Pont en Novozymes gepasseerd en het octrooi in stand gehouden conform het derde hulpverzoek. Er is hoger beroep bij de TK ingesteld. Het octrooi is conform het derde hulpverzoek beperkt tot melk die gesteriliseerd is door middel een zogenoemde UHT (Ultra Hoge Temperatuur)-behandeling. Deze melk wordt hierna aangeduid als UHT-melk. De voorzieningenrechter verbiedt Novozymes c.s. om in Nederland en alle overige landen waar het octrooi van kracht is, met uitzondering van Duitsland en Frankrijk, indirect inbreuk te maken op de gewijzigde conclusies van EP 808, waaronder aanbieden of leveren van Lactozym® Pure voor de toepassing in het betreffende land van een werkwijze/gebruik voor de productie van UHT-melk. Opgaveplicht en recall.

IEF 16487

Bijdrage ingezonden door Charles Gielen, NautaDutilh.

Charles Gielen - Noot bij BAYER/SANDOZ

Noot Charles Gielen bij BAYER / SANDOZ, (HR 5 februari 2016, IEF 15677) NJ 2016/496, IEF 16487.
1. Bayer verwijt Sandoz IEF 15677 inbreuk op twee Europese octrooien verleend voor werkwijzen om drospirenon te maken dat een van de werkzame stoffen in door Bayer verhandelde anticonceptiva is (die octrooien worden op de gebruikelijke wijze afgekort als: EP 791 en EP 840). Een van de kenmerken van EP 791 is dat in de werkwijze gebruik gemaakt wordt van rutheniumzout als katalysator en in de werkwijze van EP 840 dat water wordt afgesplitst door toevoeging van p-tolueensulfonzuur (pTSA). Sandoz, die eveneens anticonceptiva met drospirenon verhandelt, laat deze produceren door Industrial Chimica. In de door laatstgenoemde toegepaste werkwijze wordt gebruik gemaakt van een katalysator bekend onder de naam Tempo en verder wordt het water afgesplitst met een zwakke base, pyridine en water. Deze maatregelen vallen niet letterlijk onder de octrooien van Bayer, maar Bayer stelt dat die maatregelen equivalent zijn aan de maatregelen van de octrooien. Dat standpunt wordt in dit kort geding door de Voorzieningenrechter en het Hof Den Haag afgewezen. AG van Peursem adviseert het beroep te verwerpen en aldus geschiedde. De Rechtbank Den Haag heeft overigens in de bodemprocedure bij vonnis van 23 juli 2014 hetzelfde beslist (ECLI:NL:RBDHA:2014:9417, IEF 14076); een appelbeslissing is niet bekend.

IEF 16486

Beschikking ingezonden door Jechiël Evers en Pascale Kos, The Law Factor.

GROEP moet zijn nagenoeg identieke, op markante wijze gespelde handelsnaam QOMPAS GROEP wijzigen

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 dec 2016, IEF 16486; (Qompas tegen IT-Qompas (Groep)), https://ie-forum.nl/artikelen/groep-moet-zijn-nagenoeg-identieke-op-markante-wijze-gespelde-handelsnaam-qompas-groep-wijzigen

Hof Arnhem-Leeuwarden 15 december 2016, IEF 16486 (Qompas tegen IT-Qompas (Groep)) Handelsnaamrecht. Bij de kantonrechter werd tevergeefs verzocht om wijziging van handels- en domeinnamen van QOMPAS GROEP zodanig dat daarin niet het woord Qompas voorkomt. Hoewel Qompas niet voldoende aannemelijk maakt dat de producten en diensten van Qompas Groep (met uitzondering van de werving- en selectieactiviteiten) wezenlijk met de hare overlappen, is wel sprake van verwantschap. Dat Qompas zich meer richt op scholieren en studenten en Qompas Groep juist de werkgever als doelgroep heeft, neemt niet weg dat personeelsfunctionarissen met beide handelsnamen kunnen worden geconfronteerd. De nagenoeg identieke, op markante wijze gespelde naam, de toevoeging “Groep” en het logo en de opmaak van de website met een zeer vergelijkbare “look and feel” in vorm en kleurgebruik, zorgen voor toewijzing van het gevorderde gebod tot wijziging van handels- en domeinnamen.